2014: Zomervakantie 2 -Scandinavië

Naar het Noorden, Denemarken, Noorwegen, Zweden en Finland

Donderdag 14 augustus 2014 Nico 829 km – Fiets 11 km.
We vertrekken om 8.20 uur. Een kwartier later opnieuw, want Nico is zijn Outdoor-jas vergeten; die hing nog indoor aan de kapstok.
Het is droog en soms zonnig. De temperatuur bij vertrek is iets boven de 14 graden. We hebben een lange rit naar Frederikshavn voor de boeg. We nemen nl. een hele “oude” bootverbinding, de dag-boot van Frederikshavn naar Oslo, die morgenochtend vertrekt. Om 9.20 uur rijden we Duitsland binnen. De temperatuur loopt steeds iets op. Later komen we boven de 21 graden. We rijden ook nu via Meppen en Cloppenburg.
Om kwart voor elf stoppen we bij Raststätte Wildeshausen West voor een plas, een kop koffie en een chauffeurswissel. Jenny neemt het stuur over. Na een uur rijden neemt Nico om 12.00 uur het stuur weer ter hand. Voor Hamburg is er ietwat vertraging door wegwerkzaamheden maar die is nauwelijks vermeldenswaard. Om 12.30 uur zijn we bij de Elbetunnel en om vijf voor twee rijden we Denemarken in.
Lunchen doen we onderweg tijdens het rijden; broodjes, krentenbolletjes en een ei gaan er prima in.

img_5147

Om half drie stoppen we bij Ustrup om te tanken voor ongeveer de zelfde literprijs als in Nederland. Jenny rijdt daarna weer verder. Een uur later om half vier passeren we de Vejle-Fjord. Een kwartiertje later neemt Nico het bij een Deense Raststätte weer over en om 16.00 uur passeren we Arhus. Een uur later duiken we bij Aalborg de tunnel in en om kwart voor zes zijn we in Frederikshavn. Veel eerder dan wij hadden verwacht!

We gaan overnachten op een kampeerveldje bij de jachthaven, met uitzicht op de Stena Line-haven. Overnachten kost hier DK 150 of € 20,-. Doe maar in een envelopje en dan in de gleuf bij het (jacht-)havenkantoor. Daarvoor heb je toilet en douche, stroom, draadloos internet en water. Je kunt zo’n beetje “bijna in zee” staan, maar vanwege de wind – we zijn in Jutland! – staan we door bosschages beschut lekker in het hoekje, maar nog steeds met uitzicht op zee. Voor die € 20 kun je hier 24 uur staan en het bevalt ons hier prima.

Een camping iets verderop kost € 40 en dan nog zonder Wifi. We zetten rustig op, zien een Stena Line-schip uit Göteborg binnenvaren, de Stena Jutlandica, en we gaan na een goed glas witte wijn een stukje fietsen.

Zes kilometer verderop vinden we een andere jachthaven, maar het restaurant daar sluit net i.v.m. een feest, dus fietsen we terug en rijden het centrum van Frederikshavn in. Daar komen we uit bij een z.g. “Sportbar”, “The Jolly Butcher”. Daar genieten we van resp. een goed glas rode wijn, een donkere Grimbergen en een steak met kruidenboter, groenten en gebakken piepers. Héél lekker en gezellig allemaal. Leuk, een keer uit eten in Denemarken. Na een uitstekende maaltijd fietsen we terug naar onze “jachthaven-camping”. We staan daar inmiddels met vijf of zes kampeerders. Daar zit ook een caravan bij, maar tenten mogen hier ook gewoon.
Een gezellig einde van een toch wel lange eerste dag. We hebben de afgelegde 829 kilometer sneller gereden dan we aanvankelijk dachten, maar het blijft best wel een hele rit. Maar deze afsluiting maakte het zeker de moeite waard.

Vrijdag 15 augustus 2014 Jenny 211 / 1.040 km
Wij staan klokslag 7 uur op. Dat wil zeggen: eerst klimt Nico uit het bovenbed en duwt het omhoog, zodat we weer sta-ruimte hebben. Deze nacht heeft het flink geregend, maar wij staan op in stralende zon! Ook is het niet koud, maar omdat onze picknicktafel nogal nat is moeten we binnen ontbijten. Na het ontbijt zijn we snel ingepakt en rijden wij naar de haven. Bijna rijdt Nico het terrein van de douane op; dat gebeurt vast vaker en de wachtpost kan er hartelijk om lachen. Om half negen zijn wij bij de haven en kunnen via het loket meteen het terrein op. Er staan weinig auto’s, campers en vrachtwagens en geen enkele caravan. Blijkbaar is het vakantieseizoen op zijn eind.

img_5178Ineens mogen wij de boot oprijden en dat gaat allemaal heel rustig en snel. We staan gewoon met zijn allen op één dek. Onze hut is op dek 4 en daar aangekomen moeten we nog even wachten op de schoonmaak. Deze Stena Line boot is de “Saga” en die kennen we van eerdere overtochten. Hij is wel gedateerd en behoeft in onze ogen wat onderhoud, maar ach, hij brengt ons veilig naar de overkant. We zien wel een paar mooie nieuwe dingen, zoals schitterende terrassen binnen en buiten, een nieuwe winkel en een Spa-afdeling met Massasje, Frisør en Hudepleie. Wat de eerste 2 zijn weten we wel, maar dat laatste blijft een raadsel. Waarschijnlijk een schoonheidsbehandeling van de huid. Wij gaan koffiedrinken met een Wienerbrödje en zodra de taxfree winkel open is gezellig winkelen. Niet dat we iets nodig hebben, maar het is altijd leuk tussen de luchtjes, wijnen e.d. rond te lopen.

Daarna gaan we naar onze hut, nr. 4212 om te douchen en om wat slaap in te halen. Het schip deint af en toe en we vallen vanzelf in slaap. Om 13.00 uur is het tijd om aan het lunchbuffet te gaan, dat hebben wij thuis er meteen bij geboekt. Toen de kids nog meegingen boekten wij dat pas aan boord, want bij zeeziekte zou het zonde van het geld zijn. Omdat wijzelf nog nooit zeeziek zijn geweest boeken wij de maaltijd(en) meteen mee, want dat heeft als voordeel dat wij uit meer tijden kunnen kiezen.
Het eten is heerlijk en we proberen volgens de traditie van het Smörgåsbord te eten. Dat begint met koude gerechten, met name met vis. Dan warme gerechten met verschillende soorten vlees, vis, groenten en aardappelen en afsluitend met zoete (taarten!) of hartige (kaas) nagerechten. Bij dat laatste hebben konden wij niet kiezen en hebben van beide geproefd. Daarna bijkomen in onze hut. Daar mogen wij tot 15.30 uur verblijven, dan moet hij schoongemaakt worden voor de terugreis van vanavond. Wel mogen we de bagage laten staan tot half zes. Dat doen we maar niet, want we willen nog ergens internetten waar er beter bereik is.

Op internet zien we dat het weer in Noorwegen gaat omslaan. Op de route die wij willen rijden zien wij voor de komende week veel regen en lage temperaturen. Moeilijk te geloven, want op deze overtocht hebben wij nog stralend weer. In het oosten van Zweden is het ook nog redelijk mooi weer. Dit weekend zullen we beslissen of we een andere route gaan doen. Voor nu genieten van de zon. Onderweg passeren we de “Magic” van Color Line, een prachtschip met een overtocht voor een flinke prijs! Maar omdat wij die afgelopen wintersport naar Trysil al hebben gehad, hebben we nu een eenvoudige boot gekozen. Voordeel van deze boot is dat Stena gratis internet aanbiedt. Een uur of langer, we weten het niet…… Af en toe valt de hele verbinding weg.

Precies om 18.00 rijden wij de boot af en een zonnig Oslo binnen. Meteen zitten we in de drukke avondspits, zelfs in de vele tunnels staan files. Oslo heeft vele ondergrondse wegen, omdat bovengronds te weinig ruimte is om wegen aan te leggen. Omdat wij met een andere boot dan gewoonlijk zijn gekomen, komen wij ook van een andere terminal en moeten dus ook een ietwat andere route volgen naar de E6. Maar het lukt allemaal, want Nico rijdt natuurlijk. We moeten op deze weg ook tol betalen, maar hoeveel weten we niet goed. De rekening van het tolgeld van de wintersport dit jaar kregen we pas in juli! Dus even een bedragje reserveren.

We rijden een lang stuk langs wegwerkzaamheden die er afgelopen winter ook al waren en halverwege de weg naar Trysil wisselen we van chauffeur. Jenny rijdt het laatste deel van de route en onderweg belt Mark ons om te vertellen dat niet alleen zijn maar ook de auto van Paul de geest heeft gegeven. Jammer, maar ze hebben gelukkig een oplossing bedacht. Omdat Nico een fictief adres in Garmin heeft ingegeven rijden we een beetje verkeerd. Gelukkig gaat ons een lampje branden en keren we om. Wij zijn hier natuurlijk niet voor het eerst, ik meen zelfs dat dit de zevende keer is dat wij in deze omgeving rijden. Om 21.15 uur komen wij op de Trysilelva-camping in Tryisil aan, waar we middels een telefoontje een plekje kunnen uitzoeken. Even later komt de beheerster afrekenen met een mobiele pinautomaat. We rekenen 2 nachten af en zien wel of we nog een derde nacht blijven. In het duister ons kampement opzetten is iets waar we nog niet handig in zijn, maar uiteindelijk staan we in de slaapstand. Morgen komt de rest wel. Het is buiten inmiddels 13,5 graden, dus zitten we lekker binnen. Deze camping heette de vorige keer nog Klaracamping, we zien ook nog hutten met de naam Klara 1 t/m 4.

Zaterdag 16 augustus 2014 Nico 0 / 1.040 km, fiets 19 km
In de afgelopen nacht (we gingen “ietsjes laat” slapen…) is het alleen maar kouder geworden. Het heeft ook veel geregend. ’s Morgens wordt er aan de overkant van de Trysil-Älven een sportdag of zoiets gehouden; veel muziek en een echte “schoolmeester-stem” die versterkt over de rivier schalt. Tegen tien uur klimmen we maar eens uit bed. Was het vannacht na half twee nog 13½ graad, om 10 uur deze morgen is het nog maar 10 graden. En regent het regelmatig. Zomervakantie? Waar dan?
img_5199Maar volgens de weerprofeten moet het vanmiddag op zijn minst droger worden. Na het ontbijt gaan we op de fiets naar Trysil, naar de Coop. Brood en wat andere dingetjes inslaan. Scandinavische vakanties vereisen voor Nico in ieder geval Skinkost, smeerkaas met ham. Da’s dan ècht met ham, niet zoals in Nederland waar ze een plakje ham in een netje door 50 kilo smeerkaas heen trekken.
De Tourist Info is verplaatst. Die zit nu recht tegenover de Coop in dezelfde gang in het winkelcentrum. Lezen we dus als we voor de oude locatie staan. Goed gezien bij de Coop-kassa! Maar achteraf: zat die in februari ook al niet op de nieuwe plek? Terug op de camping lezen we in een mail van Paul dat “Juf Oelen”, de vroegere kleuterjuf van Mark en Paul is overleden.

’s Middags wordt het echt droger en uiteindelijk klimmen we ver na tweeën een keer op de fiets richting Fageråsen, waar we in februari nog ge-wintersport hebben. De bedoeling is om daar nu op de (elektrische) fiets heen te gaan en boven een bergwandeling(-etje) te maken. Als we de tolweg oprijden passeren we het bordje met de 10%- hellingmelding. Och, dat moet na de Lorelei ook nog wel lukken. Maar dat valt vies tegen; al vrij snel geven we de moed op en keren om. We fietsen terug naar Trysil en zetten koers naar Turistcenter. Gisteren lazen we op een fietskaartje van Trysil dat in de zomermaanden op zaterdag van 10.00 tot 16.00 uur de “Fjell-Ekspressen” draait, één van de stoeltjesliften. Je kunt mee omhoog en dan terug lopen, maar ook mountainbikers kunnen mee, inclusief fiets. Aan een aantal bakjes is een fietsklem gemonteerd. Jenny overwint haar hoogtevrees en voor 75 Kronen pp gaan we mee. We zien ook mensen weer met de stoeltjeslift naar beneden komen. Dat lijkt dus ook te kunnen. Maar wij nemen sportief de benenwagen naar beneden. Het weer klaart op, er is zelfs blauwe lucht te zien tussen de wolken en de zon komt zelfs door. Echt zomers warm wordt het niet, maar daar hebben wij nu geen last van! We genieten volop van de schitterende uitzichten.

Eerst volgen we nog zigzaggend de wandelpaden naar beneden. Halverwege nemen we een pad langs de andere stoeltjeslift en dat blijkt achteraf niet zo slim; die afdaling is nogal steil en dat voel je op een gegeven moment in je voeten, je hielen, je kuiten, je dijbenen, je knieën, ja, waar eigenlijk niet?
We waren in dertien minuten boven, maar doen er meer dan 1½ uur over om bezweet en doodmoe, maar wel heel erg voldaan, weer bij onze fietsen terug te komen.

Na een tijdje bijkomen aan een picknicktafel gaan we weer op de fiets richting Trysil. Dat gaat bijna geheel bergafwaarts, dus een stuk makkelijker dan op de heenweg. Als we over de fietsbrug de rivier oversteken ontdekken we zelfs een fietspad aan de rivier, dat we nooit eerder gespot hadden. Vlak voor het einde van het dorp kom je dan weer bij de doorgaande weg uit.

Na een tijdje voor lijk onder de luifel bij de camper te hebben gezeten (de temperatuur laat dat inmiddels weer een beetje toe) pakken we de draad weer op met eten (Macaroni), douchen en verslag schrijven. We gaan vanavond wel brainstormen over hoe nu verder. Wel hebben in ieder geval besloten om hier nog een derde nacht te blijven. Eerst even bijkomen! Nico ontdekt dat hij zijn zilveren armbandje kwijt is. De zoveelste ketting die hij in een vakantie verliest. Ergens moet hier ook nog een zilveren halskettinkje liggen……

img_5219

Zondag 17 augustus 2014 Jenny 0 / 1040 km, fiets 5 km
Om ongeveer 10.00 uur zitten we aan het ontbijt. Het heeft vannacht behoorlijk geregend, maar nu is het droog en kan het beddengoed even gelucht worden.
Na het ontbijt gaan we op internet zoeken wat het weer hier gaat doen en Jenny bedenkt 3 scenario’s. 1. De uitgestippelde route volgen, 2. Zuid Noorwegen of 3. Naar de Oostkust van Zweden. Het ziet er naar uit dat het weer wat verbetert en vooralsnog besluiten we onze route te volgen. De camper wordt een beetje schoongemaakt en bij het ordenen van de koelkast vindt Jenny het armbandje van Nico. Ook weer terecht.

img_5233‘s Middags gaan we op de fiets naar een klein skimuseum. Het bestaat al 7 jaar, maar we weten nog maar kort dat het bestaat. Omdat men alleen informatie in het Noors heeft, mogen wij met zijn tweeën voor de prijs van één naar binnen. Het ziet er best leuk uit, en hoewel wij geen Noors verstaan en amper kunnen lezen, begrijpen wij er wel wat van. Na dit museum willen we ook naar een Bygdetun, een beeldentuin. Het is inmiddels gaan regenen, dus trekken wij onze regenkleding aan. Maar in de winkelstraat regent het inmiddels zó erg dat we bedenken dat een tuin vol beelden er in de regen ook troosteloos uit zal zien. Wij besluiten terug te fietsen naar de camping, maar wanneer we langs restaurant Bøes fietsen krijgen we toch wel trek in een pizza. Een pizza als lunch lijkt wel wat. We nemen er een tweepersoons pizza met onbekende ingrediënten. De pizza wordt opgediend op een rieten mand/schaal en is al in punten gesneden. De kruiden en sausjes worden er los bij geserveerd. Het smaakt heerlijk, zeker met een biertje en wijntje er bij. Leuk detail: het toilet is omgebouwd tot een ouderwetse poepdoos, inclusief houten opstap en houten zitting. Gelukkig wel een normale spoeling, maar apart is het wel.

Het is inmiddels droog geworden en daarom fietsen we even door naar de andere camping. Die Hyttegrend-camping heeft wel internet, maar ligt pal aan de doorgaande weg. Deze camping wordt inclusief bijbehorend Motel te koop aangeboden. Iemand interesse? Eenmaal in onze camper gaan we een tukje doen en besluiten de weergoden om de hemelsluizen weer open te gooien. Onze camper staat in een kring van water, hopelijk kunnen we hier morgen uit komen. Nico vult 2 jerrycans water bij en wordt bijna weggespoeld.

Inmiddels hebben we de route opnieuw bekeken en definitief omgegooid: morgen gaan wij Zweden in, zo ver mogelijk naar het oosten. Misschien wel naar Gotland of Öland of allebei, want daar kun je heerlijk fietsen.

Maandag 18 augustus 2014 Nico 225 / 1.265 km
Na een regenachtige nacht (het heeft met bakken uit de lucht gehoosd en Jenny heeft allerberoerdst geslapen) staan we voor ons doen vroeg op: om kwart voor acht, een kwartier voordat de wekker / Huawei zou aflopen. Het is inmiddels zowaar even droog, dus na het ontbijt gaan we snel opbreken. Rond half tien gaat Nico de laatste nacht afrekenen (en klopt hij daarbij de beheerster uit bed; wàt een baan…). Bij het afwassen en Porta-legen is het opnieuw gaan regenen. We rijden dus in een bui de camping af. Symbolisch, bijna. We stoppen eerst in Trysil- Centrum om boodschappen te doen. Tevens kopen we 2 ansichtkaarten voor de kinderen en een nieuw kleedje voor ’s nachts in de camper; een soort “badkamerkleedje”, want je krijgt ’s nachts best wel koude voetjes als je uit bed klimt. En het oude “kleedje”, een vroegere auto-mat van Paul, was compleet versleten. Deze nieuwe kunnen we ook uitwassen.

Omdat we straks Zweden in gaan en dus nog redelijk ruim in de Noorse Kronen zitten na nog geen drie dagen in Noorwegen tanken we vandaag maar een keer contant. Daarna rijden we tegen tienen eerst nog een keer de berg op naar Fageråsen, Trysil Högfjellcenter. Zonder sneeuw deze keer. We zien bij de klim al snel dat we dit zaterdag nóóit met onze elektrische fietsen hadden gered zonder de accu’s leeg en de motoren aan gort te rijden. De keuze om toen al snel om te keren was dus een heel goede.
Boven aangekomen trekken we de wandelschoenen aan en maken een wandeling naar Fjellroa, een restaurant / paviljoen op de piste. Konden we al wandelend in februari niet vinden door de dikke mist die er toen hing. Nu dus wel. De zon schijnt soms en de jassen gaan snel uit. In tegenstelling tot vijf jaar geleden zijn de toiletten van Fjellroa nu afgesloten. Oeps…. Op de terugweg duikt de zon achter de wolken en gaan de jassen snel weer aan. Ook gaat het weer ….. juist: regenen. Terug bij de bus eerst maar eens een kop koffie, die zó sterk is dat de beker bijna oplost. Oploskoffie, maar dan anders…. We vinden free Wi-Fi, dus checken we gelijk de mail even. We nemen voor de tweede keer dit jaar afscheid van Fageråsen en rijden via Weg 25 richting Zweden. Jammer dat het hier zo nat en koud was (en blijft). De vooruitzichten voor de oorspronkelijk geplande route zijn ook allerbelabberdst; koud en droog is nog te overleven, maar koud en bijna doorlopend regen is wat anders. Dan kom je op een gegeven moment niet meer op temperatuur. En het zou toch om een zomervakantie gaan?

Om kwart over één passeren we de Zweedse grens een week eerder dan gepland. Niet dat het op slag warm en droog wordt; ook hier hangt bewolking en regent het soms, maar we zien de temperatuur wel een beetje oplopen. En het blijft steeds langer droog tussen de buien door. Van 14.00 tot 15.00 uur pauzeren we in Sälen om te lunchen en plannen te maken. We bekijken diverse delen van Zweden, met name op de weersvooruitzichten, en de Oostkust scoort redelijk goed. Vanavond maar eens een paar opties bekijken. We zien op onze wegenatlas ook een eilandengroep voor de Zweedse kust die blijkbaar bij Finland hoort. Åland heet het en daar schijn je ook mooi te kunnen fietsen. Door al dat uitzoeken zijn we een paar minuten te laat bij de bank om de resterende Noorse Kronen voor Zweedse tegenhangers in te wisselen; de banken sluiten hier om 15.00 uur al. Later beter. Wel halen we de nodige Zweedse Kronen uit de flappentap. Die doet het wèl na drieën.

img_5255Het blijft steeds langer zonnig en het wordt ook een beetje warmer. Dat gaat per halve graad, maar alles is meegenomen. Na de pauze in Sälen wordt het zelfs even 16 graden en daar word je na de laatste dagen best wel even gepast euforisch van. Om half vijf houden we een korte pauze in Mora. We hebben afgesproken dat we bij zonnig weer in Mora acuut de camping opzoeken. Is het bewolkt, dan tuffen we door naar Rättvik. Het is bewolkt, dus rijden we door. Regelrecht een grote hoosbui in, waarbij de temperatuur daalt tot 14 graden. Maar even later is het weer zonnig en in Rättvik aangekomen draaien we gelijk de eerste de beste camping op, aan het Siljan Meer. In de zon….
Niet de camping waar we al vaker zijn geweest, maar deze is ook prima. We hebben een plekje aan het meer en zetten de bus zó dat de wind niet volop tegen de hoge voorkant van het hefdak waait, want het waait hier best wel behoorlijk. Even later draait de wind spontaan naar de “kont” van de bus, dus naar het lage deel van het dak. Helemaal goed. We zetten luifel en zijluifel even op; die zijn in de kortste keren droog, net als het tenthefdak. Pas ’s avonds na het douchen en de afwas gaat het even regenen, maar nu (21.05 uur) is het al weer droog en nog zelfs 15 graden. Na de laatste dagen is dat eigenlijk wel een cadeautje. Al met al hebben we nog geen spijt van ons besluit om vandaag Zweden in te gaan. Die hele mooie route die Jenny door Noorwegen heeft uitgezet houden we gewoon nog even tegoed.

 

Dinsdag 19 augustus 2014 Jenny 282 / 1.547km
Gisteravond via Facebook met Mark intensief contact gehad over onze plannen om de Finse eilandengroep Åland te bezoeken. Vanmorgen eerst nog wat ge-internet (was toch gratis) om nog wat meer informatie te vergaren. Om 10.00 uur verlaten wij deze prima camping die ons slechts SEK 215 heeft gekost.
In Rättvik doen we boodschappen bij de Coop Konsum, wisselen we onze Noorse kronen om in Zweedse en kopen een mooie sticker voor onze camperruit.
Om 11.00 uur rijden we verder over de Kopparbergsleden richting Oostkust. Een groot deel gaat over de E16 naar Gävle, waar we soms wel 110 km mogen rijden! Het is wisselend weer: zonnig, wolken en regenbuien, maar beslist niet koud. We picknicken om 12.25 uur voor het eerst deze vakantie buiten met uitzicht op een schitterend meer, iets waar Zweden rijk mee bezaaid is. Vanaf Gävle gaan we binnendoor op Weg 292 naar Grisslehamn en rijden meteen door naar de haven om informatie te vragen. We reserveren de boot voor de volgende morgen 10.00 uur, maar hoeven ook pas dan te betalen. De kosten zijn € 18,00, inclusief onszelf en Duva Kampa 4. Ongelooflijk goedkoop!

Daarna rijden we naar de jachthaven Marina & Camping AB, die ligt om de hoek. Wij krijgen een prachtig plekje aan het water en genieten van zon, regen en regenboog. Jenny maakt er foto’s van en zet een filmpje op Facebook. Ondertussen draaien we een was en drogen we die in de droger. Het is alsof we thuis zijn, want hoewel wasmachine en droger het merk Husqvarna dragen, zien ze er hetzelfde uit als onze AEG ’s. Ook hier de wasmachine links en de droger rechts.

img_5268Jenny verstuurt via Greetz alle vakantiekaarten, met een foto van Duva Kampa met regenboog. Dat “schrijven” duurt even, want alle adressen moeten handmatig ingevuld worden. Maar dan heb je ook een mooie kaart, met persoonlijke tekst. Deze kaarten betaal je met Ideal en worden dan in Nederland verstuurd. Snelle service dus! Daarna wordt er gekookt en gegeten in de jachthavenkeuken. Die is volledig ingericht met pannen en servies en dat gebruiken we dan ook. Jenny belt Paul met de “Ziggo Bapp”, maar Paul zit in een vergadering. Dan maar Mark bellen, maar die blijkt in dezelfde vergadering te zitten. Ha, ha, ha! Ziggo heeft sinds kort een nieuwe service. Je kunt via een app. (bapp) gratis (of voor het thuistarief) met je mobiel, via je vaste nummer bellen naar alle Nederlandse nummers en 06-nummers. Tot nu toe lukte ons dat niet, maar vanavond dus wel. Als het goed is kost ons dat dus helemaal niks met ons Ziggo-abonnement. Ondertussen worden wij verrast met een prachtige dubbele regenboog.

Nico kwam er vanmiddag achter dat wij zondag bij Bøes pizzeria in Trysil dubbel hebben betaald. Omdat het met de bankpas en creditcard niet lukte heeft Nico contant betaald. Omdat hij vanmiddag wat bankzaken wilde doen zag hij dat het bedrag er alsnog als pinbetaling af was gegaan. Hij heeft Boes meteen een mailtje gestuurd en nu maar hopen dat zij het terug willen boeken. En maar hopen dat we niet ook nog met de ‘CC ‘ betaald hebben.

Deze avond brengen we door met lezen, verslag schrijven en internetten. Heerlijk ontspannen dus. Het is de bedoeling dat wij bijtijds naar bed gaan, want we moeten weer vroeg op.

Woensdag 20 augustus 2014 Nico 61 /1.608 km, fiets 6 km
We staan om kwart voor acht op. Het is droog en de zon piept regelmatig door de wolken. Buiten is het 13,5 graden, een “record” sinds we vrijdag voet aan land zetten in Oslo. Het is vannacht ook niet koud geweest, Nico heeft boven geslapen zonder de hefdak-isolatie. En zo hoort het in een zomervakantie ook! Ontbijten en daarna opbreken gaat best snel. Om 6 minuten voor negen verlaten we deze prima overnachtingsplek en om vijf voor negen stoppen we bij de plaatselijke ICA, die in dit “naseizoen” pas om 9 uur open gaat. We kopen een donker meerkoren-brood voor maar liefst SEK 33,90 en rijden daarna door naar de haven, waar we 1½ minuut later aankomen. Alles ligt hier èrg dicht bij elkaar….. We stoppen in de auto- rij voor de kassa en zien naast ons een zoveelste buslading rollators en andere bejaarden uit een bus komen. Mini-dagje uit naar Åland is hier een geliefd tijdverdrijf, niet in de laatste plaats door de taxfree-prijzen aan boord. Die schelen inderdaad aardig met zowel Zweden als met de Finse overburen. Bij de kassa betalen we het nog steeds vreemde (= lage) bedrag van SEK 160 oftewel
€ 18,- voor de twee uur durende overtocht. Wel raken we vandaag iets anders kwijt, n.l. één uur.

img_5295Åland is dan wel grotendeels autonoom en de mannen aldaar hoeven niet de Finse dienstplicht te vervullen en ze hebben ook nog eens eigen kentekens en een eigen vlag, maar naast de €uro gebruiken ze ook de Finse tijd en daar is het een uur later. Dat uur krijgen we wel weer terug als we over een aantal dagen weer in Zweden aan land komen. We bekijken de afvaart vanaf het hoogste dek en zien daarbij de motorsloep die Jenny in de haven aanvankelijk voor reddingbrigadeboot en Nico iets later voor loodsboot aanzag langszij komen en omhoog getakeld worden. Zeker een oefening. Zoiets hebben we ook in het hoge noorden bij het Hurtigrute- schip in de buurt van de Noordkaap meegemaakt. Maar dat schip lag nog aan de kade; deze is al vertrokken.

Van de beschikbare tijd aan boord is inmiddels al 20 minuten om, wanneer we besluiten om maar aan te schuiven bij het “Brunch-buffet” dat om 10.00 uur gestart is. We hebben niet voor niets vanmorgen maar heel weinig ontbijt genuttigd….. Het is een overheerlijk buffet met veel koude maar ook best wel behoorlijk wat warme gerechten en een zéér uitgebreide desserttafel. Frisdrank, melk en koffie is inclusief, we laten zo vroeg op de dag de wijn maar onder de kurk. We moeten ook nog rijden straks.
Vergeleken met Stena Line en Color Line is dit een zeer goedkoop lunchbuffet: SEK 150 (ca. € 16,50) per persoon. We moeten ons inhouden om niet teveel te eten. Jenny ontdekt aan het eind zelfs de Zweedse (of Finse) variant van de “Arretjescake” en neemt met een verheerlijkte blik zelfs een tweede stukje…..
Wat wel opvalt, is dat overal kots- zakjes hangen en dat de tafels in het buffetrestaurant allemaal opstaande randen hebben. Dit schip, de “M.S. Eckerö”, heeft kennelijk de stabilisatoren in de uitverkoop gedaan. We deinen best wel behoorlijk, maar hebben er verder geen last van. Je moet alleen voorzichtig lopen met je bordje eten.

Na de maaltijd gaan we de taxfree-winkel in. Uitgebreid assortiment, net als op de andere verbindingen heel veel parfum, drank en tabak. Maar inderdaad stukken goedkoper dan in Zweden of Finland. Later na het verlaten van het schip zien we in een auto voor ons meerdere 24-packs verpakkingen bierblikken naast elkaar tegen de achterruit liggen. Om klokslag 12 uur Zweedse tijd, 13 uur Finse tijd, rijden we van het schip af. Geen douane te zien, maar dat is niet zo heel erg gek; als je boven aan de Botnische Golf vanuit Zweden Finland inrijdt (of omgekeerd) kun je ook gewoon doorrijden. Alleen is daar geen taxfreeshop. Misschien doen ze hier wel steekproeven, maar die zien we nu in ieder geval niet.
We volgen vanaf de boot Weg 1. Verder kent dit “land” als hoofdwegen Weg 2, Weg 3 en Weg 4 en dan houdt het op. En er zijn uiteraard genoeg secundaire wegen. We zijn iets te ver doorgereden en rijden een stukje terug. Jenny heeft op de kaart een fietspontje gezien en we hadden “ergens” gelezen dat die niets of amper wat zouden kosten. Dat willen we wel eens zien en we rijden ca. 16 kilometer richting pontje. Die heeft gisteren voor het laatst gevaren, maar blijkt ook niet echt goedkoop te zijn; € 10 per persoon en € 5 per fiets. Eén persoon plus fiets is dus maar € 3 goedkoper dan twee volwassenen en een camper op een twee uur durende overtocht van Zweden naar Åland; vreemd……

img_5302We geven Garmin opdracht om een camping te zoeken en we rijden naar Kattnäs Camping. Volgens het Åland- campingboekje is dat een driesterren-camping. Wij vinden dat wat overdreven; de receptie is ’s morgens en ’s middags een kleine 1½ uur open en de voorzieningen zijn wel heel erg basic. De prijs ook wel: camper + stroom + 2 personen = € 18,-, maar dan moet je in het (onverwarmde!) toiletgebouw nog wel een Euro in een gleuf kieperen om 3 minuten warm douchewater te krijgen. Maar we vinden een mooi plekje op een bijna leeg veld met uitzicht op het tegenoverliggende eiland en het smalle stukje zee ertussen. En het is ondanks de vrij harde wind inmiddels erg zonnig en relatief zelfs warm geworden. Bij het opzetten van ons kampement lopen we no-time in ons hemdje en de korte broek. Even later onder de luifel moet het hoofd zelfs in de schaduw, anders is het véél te warm / heet. Tjonge, wat een luxe!

Rond de klok van vieren gaan we in zomerse outfit zelfs een stukje fietsen. Misschien iets te luchtig gekleed, maar we hebben ineens een beetje de zomer in de kop. We fietsen een paar kilometer naar een winkel en kopen daar wat fruit en zelfs een ijsje; de eerste deze vakantie. Ze kunnen ons helaas niet aan een kaart met fietsroutes helpen. Terug bij de camping blijkt de “receptie” (soort snackbar-hok zonder snacks) open te zijn en we checken in bij een oudere dame die een ietwat penetrante alcohollucht verspreid. We vragen naar een fietsroutekaart. Dom, want we krijgen aan de hand van een kaart waar we er al twee van hebben een heel relaas over mooie routes om te fietsen, maar daar kunnen we helaas niet zo gek veel aan vastknopen. Maar de dranklucht houdt de insecten wel mooi uit de buurt….

We gaan vroeg douchen voor het frisser wordt en eten daarna een paar boterhammen. Echt honger hebben we na de brunch van vanmorgen nog steeds niet. De zon komt er nog een keer lekker door en we genieten van het uitzicht. De paar regenspatjes tussendoor doen daar niets aan af. Het zal hier wel rustig zijn vannacht, want behalve een paar vaste caravanbewoners veel verderop is er op één motorrijder-met-tent na op ons veld en het naastgelegen veld geen levende ziel te bekennen.

 

img_5313Donderdag 21 augustus 2014 Jenny 0 /1608 km. Fiets 49,2 km
Deze dag slapen wij wat uit en zitten we rond 10.00 uur pas aan het ontbijt. Voordien hebben wij ons beddengoed te luchten gehangen en dat wappert nu in de wind. Vroeg op de ochtend heeft Jenny de zon zien schijnen, maar nu is het bewolkt en dreigt en een regenbui. Deze komt gelukkig niet, zodat Jenny een handwas kan doen en die aan de lijn ophangen. Nico maakt de camper van binnen schoon en dat blijkt ook wel nodig. Rond het middaguur gaan we op de fiets. Het is de bedoeling om naar Mariehamn te fietsen, maar hoeveel kilometer dat nu precies is weten wij niet. Omdat we geen fietskaart hebben, moeten we het doen met een overzichtskaart van Åland. Daar staan summier en heel klein wat fietspaden op. Het wordt een mooie tocht, maar omdat onze fietsaccu’s in dit heuvelachtige gebied sneller leeg raken en wij ook niet met volle accu’s zijn vertrokken, halen we Mariehamn niet. Wanneer de accu’s 2 streepjes vertonen gaan wij weer terug. Onderweg doen we wat boodschappen. Vreemd dat we op de kassa het bedrag in SEK zien staan, maar we kunnen wel met Euro’s betalen. Overigens is eigenlijk alles Zweeds hier: de taal, het groeten (hej hej), de verkeersborden, de natuur. En toch zijn we in Finland!

Het is inmiddels zonnig geworden en terwijl de accu’s aan de lading staan zitten/liggen wij heerlijk in het zonnetje te lezen of te dutten. De was is inmiddels droog en kan de kast weer in. Laat op de middag gaan we opnieuw een fietstocht maken, dit keer de andere kant op richting Eckerö, waar we gisteren (was dat echt gisteren?) met de veerboot aankwamen. Nico ontdekt wat fietsroutes tussendoor en zo wordt het een heerlijke tocht, waarbij we van de mooie natuur en de zon genieten. Al met al fietsen wij vandaag bijna 50 km, dankzij onze e-bikes.

’s Avonds eten we Chili Con Carne met rauwkost en genieten we van de laatste zonnestralen. Daarvoor moeten we wel steeds onze stoel verplaatsen, maar dat is geen punt: wij zijn de enigen op dit veld. Pas laat op de avond, wanneer het al donker begint te worden komt er nog een grote Zweedse camper aan en die gaat ver van ons af staan.


Vrijdag 22 augustus 2014 Nico 76 /1.684 km

We staan rond kwart voor negen op. Vannacht was het onbewolkt, nu zit de lucht helemaal dicht en is het ook behoorlijk fris. Het heeft vanmorgen al een paar keer héél licht gesputterd, maar echt regenen doet het gelukkig niet. We gaan deze basic camping verlaten. € 18,- per nacht is niet echt duur, maar overal moet geld in. Douchen € 1 voor drie minuten. In de keuken € 0,50 voor warm water en zelfs € 0,50 om een half uur te kunnen koken. Dat zijn we niet meer gewend. We zien wel waar we terecht komen. Bij het opbreken gaat er helaas wat mis; door de sterke wind let Nico te veel op de voorkant en te weinig op de zijkant van het hefdak. Als het dak dicht is, blijkt er aan de linkerkant tentdoek tussen een scharnier te zitten en tevens een “frommel/ kreukel ” in het aluminium hefdak aan de zijkant. Dus snel dak omhoog, doek naar binnen en dak weer omlaag en dan blijkt de hobbel in het hefdak nagenoeg weg. Da ’s wel even schrikken. Later blijkt het tentdoek ook ietsjes een opduvel te hebben gehad, maar het is niet stuk. We spuiten er maar even spray op en zetten er later thuis wel een reparatielapje van binnen tegenaan, gewoon voor de zekerheid.

Op basis van het boekje met campings op Åland besluiten we om naar “Puttes Camping” op Sund te gaan. We weten al dat de campingbeschrijvingen in dit boekje wel een heel erg mooi beeld schetsen, maar het zou – net als de camping waar we nu van vertrekken – een driesterrencamping zijn en dat viel hier ook al wat tegen. Wel wordt er vermeld dat bij Puttes “köket avgiftsfritt” is, oftewel: het koken kost er niks. Geen “kooktoestel met gleuf” dus. Afijn, we zien wel.

Eerst rijden we naar Mariehamn. Bij de Tourist-Info kopen we de wegen- en fietskaart van deze eilanden. Kost een tientje, maar dat geeft niks. Kunnen we eindelijk zien hoe we moeten fietsen. We bezoeken de St. Görans Kyrka en sponsoren de Mission met het aansteken van twee kaarsen. Daarna wandelen we naar de haven om de vertrekplek van de veerboten te bekijken. We hebben besloten om naar Stockholm te varen met Tallink Silja Line; qua prijs niet veel verschil met Viking Line, maar met iets praktischer tijden. Omdat de veerboten hier maar even aanleggen zien we geen kantoor. Bij Siljan hangt zelfs een bordje op het hek dat je even moet bellen als het hek 40 minuten voor aankomst van de boot nog niet open is……
We besluiten om dit weekend gewoon online te boeken, zodra we weten of we op zondag of maandag terug gaan. Hangt ook een beetje van het weer af. We doen nog even boodschappen bij de S-Marked in Mariehamn en zetten daarna Puttes Camping in Garmin.

Onderweg stoppen we nog bij een mooie uitkijktoren naast een café, maar de toren is helaas te gammel om mensen op toe te laten. We rijden door naar de camping. Die is overdag ook onbemand. Receptie open om 17.45 uur…. Deze camping is ook bijna leeg en net zo basic als de vorige. Koken is dus wel gratis, douchen kost er ook € 1 maar dan wel vier in plaats van drie minuten en warm water kost € 0,20 i.p.v. € 0,50. Ook het warme water aan de wastafel kost 0,20 cent. Da ’s best wel een vooruitgang, maar we zijn er nog niet echt aan gewend. Later blijkt dat het warme water voor de afwas slechts een half teiltje is…..

De campings zijn hier in ieder geval een stuk simpeler dan op het vasteland. We rijden eerst even terug naar een mini-winkel, om te bekijken hoe ver we morgen moeten fietsen voor ons brood. Da ‘s 5 kilometer heen (en ook weer terug) en dus te doen. Daarna rijden we naar een ietsjes verder gelegen camping, maar die is drie keer niks. Alleen maar hutjes en een (leeg) campingveldje met hooguit 4 of 6 plaatsen. En het Servicehus is een gribustent. Rap naar Puttes Camping dus. Die is groot, er staan een paar kampeerders en we zoeken een plekje in de buurt van het Servicehus op een groot veld. Een plek met ietsjes uitzicht op het water is veel te ver weg. We staan prima, Nico checkt om kwart voor zes in (€ 14,50 per nacht) en kookt (Nassi, maar dan wel héél anders) en we hebben na het opzetten nog best wel van de zon genoten. Het is ongeveer 20 graden geworden met volop zon, stukken beter dan op dit moment in Noorwegen.
’s Avonds bekijken we de weersvooruitzichten op Åland en in Zweden. Die zien er redelijk goed uit. Naar het lijkt wordt het aan de Zweedse westkust ook snel beter en dat geeft de mogelijkheid om ergens bij Göteborg nog twee rustige nachten te staan voordat we uiteindelijk weer oversteken naar Denemarken en op huis af gaan.
We maken daarom wat plannen en besluiten om op zondagmiddag de boot naar Stockholm te nemen. Nico boekt online. Voor € 41 mogen we over en mag de camper ook nog mee. En vooruit, gooi er nog een keer 2 x € 25 tegenaan voor een Silja Lunchbuffet en dan zijn we voor € 91 helemaal compleet. En hoeven we ’s avonds aan de overkant niet te koken…..
Morgenochtend gaan we een was draaien. Er staat hier een fonkelnieuwe wasmachine en kennelijk is ‘tie zo nieuw dat ze er nog geen muntautomaat aan hebben kunnen hangen. Vanmiddag even getest en hij gaat zó draaien.

img_5351Zaterdag 23 augustus 2014  Jenny 0 /1684 km , fiets 56 km
Vandaag slapen we wat uit, want we hebben geen haast. Het zou deze ochtend regenen, maar wij hebben het geluk dat het droog en zonnig is en wat wij in de zon kunnen ontbijten. Heerlijk, dat geeft een echt vakantiegevoel. Jenny draait een wasje in de gratis wasmachine en voor 1 euro maakt de droger het ook nog droog. Kijk, dat kost weer helemaal niks, terwijl overal van die warmwater- muntautomaten hangen. Vreemd.

Net na de middag stappen wij op de fiets, we willen een lange tocht maken. Het weer is zonnig met wat wolkjes. Er staat wel een windje, maar daar hebben wij op onze E-bikes geen last van. Het is nog net geen korte-broeken-weer, maar de jas hoeft ook niet aan. Onze route gaat over tientallen eilandjes die met dijken, bruggen en veerponten aan elkaar zijn verbonden. Ik noem er een paar: Töhö, Vårdö, Sandö, Simskäla en nog een stel van die niet uit te spreken namen. We hebben 2 veerponten nodig om helemaal aan het eind van Västra Simskäla te komen en die boten kosten hier niets. In Vargata doen we eerst een paar boodschappen bij een Butik, een kleine supermarkt en gaan daarna de kerk bekijken. Even verder is een picknickplaats en eten we ons broodje op.

Tegen kwart voor vier zijn we helemaal aan het eind van het laatste eiland gekomen en is de zon een spelletje gaan spelen met de wolken. Ook komt er een straffe wind opzetten, die we op de terugweg tegen hebben. Volgens een bordje moet er nóg een fietspontje zijn, maar wij kunnen die niet ontdekken. Geeft niet, het is inmiddels tijd geworden om terug te gaan. De terugweg gaat sneller, want we gebruiken –vanwege de wind- meer vermogen van onze fiets, omdat we nog genoeg over hebben. Nog even pauzeren bij dezelfde picknickplaats en dan het laatste stukje naar onze camping. Een paar spatjes regen proberen de sfeer te verpesten, maar dat lukt hen niet. Tegen half zes zijn we weer bij de camper. De zon is weer gaan schijnen en tevreden kunnen we een welverdiend glaasje witte wijn nuttigen.
Om de beurt gaan we douchen, nadat Jenny eerst de verwarming bij de “dames” aan heeft gezet. Op goed geluk gooit zij een winkelwagenmuntje van de Coop in de doucheautomaat (is even groot en zwaar als een euro) en verdraaid, er komt nog warm water ook! Het avondeten bestaat uit rijst met kip/saté en rauwkost en ondanks dat de kip uit blik komt, smaakt het best.

img_5378Zondag 24 augustus 2014 Nico 241 / 1.925 km
Een kwartier voor de “wekker” afloopt – dat zou om 9 uur zijn- staan we op. Omdat we pas om kwart voor één aan de haven moeten zijn doen we lekker rustig aan. Het is droog en zonnig, we ontbijten dus weer buiten. Opbreken doen we dus rustig. Ergens na half elf bedenkt Nico dat het misschien wel leuk is om op weg naar de terminal in Mariehamn even een “extra rondje” over die eilanden te rijden waar we nog niet zijn geweest; weten we gelijk hoe het er daar uit ziet. Na het “voorzichtig en schoon” bijtanken van drinkwater verlaten we de camping en gaan een eindje verderop “met een grote bocht rechtsaf”. We rijden tot het einde van West – Geta en beklimmen daar een uitkijktoren met een mooi uitzicht over het eiland en de zee. Tegen twaalven zetten we met Jenny aan het stuur koers naar Mariehamn en komen keurig op tijd aan bij de haven, waar het inchecken van Silja al begonnen is.
We hebben de boekingsbevestiging op de tablet gezet en de dame bij de incheck is daar wel blij mee; ze vindt dat heel prettig werken. We mogen in rij 2 gaan staan en zijn – en blijven- daar de enige auto met het kaartje “Sto” (Stockholm) aan de spiegel. Rij drie naast ons staat helemaal vol met auto ’s richting Finland. Tegen half twee komen er twee schepen van Silja gelijktijdig aanvaren, één richting Finland en één, “onze” Galaxy, die vrijwel naast elkaar achteruit aanleggen. Op de Galaxy gaat één klep open en nadat er –op één laatkomer na – de auto’s voor Åland van boord gereden zijn mogen wij – achteruit!- aan boord rijden. We staan dus als eerste met de neus vooruit bij de klep. Aan boord geldt de Zweedse tijd en we horen dat we om 18.15 uur “local time” in Stockholm aanleggen. We “zitten” dus 5½ uur aan boord.

Na het vertrek tegen één uur (Zweedse tijd) melden we ons in het buffetrestaurant voor het lunchbuffet en zetten gelijk maar onze horloges een uur terug. Anders moeten we het buffet in een half uurtje opschrokken……..We krijgen een plekje bij het raam (dankzij Jenny) en het is wat aantallen mensen betreft erg rustig in het restaurant, al zit er iets verderop een groepje mensen die iets Arabisch spreken, maar dan met een volume dat doet vermoeden dat de “conversatie” nog op de Poolcirkel hoorbaar is. Uiteindelijk nokken ze tien minuten voor ons af, we hebben dus nog even rust…. Het is een lekker buffet, inmiddels ons derde deze vakantie, maar het buffet bij Eckerö Linien was uitgebreider. Na het buffet verkennen we het schip. Het “zonnedek” op Dek 10 bevindt zich alleen aan de achterkant van het schip en is slechts via één deur bereikbaar.

Om op het achterdek te komen moeten door een groep zuipende en schreeuwende Russen heen. Eén van de zuipende brulboeien vindt het kennelijk minder opportuun om een toilet op te zoeken en piest dus maar in een afvalbak. Een oppervlakkig en op gepaste afstand uitgevoerde crime-scene investigation leert dat het hem niet is gelukt om alles in de bak te krijgen. Ze laten ook maar alles toe op de Baltische ferries, als het maar betaalt….
Tussen allerlei mooie eilanden varend verkennen we de taxfree-shop en zoeken daarna een plekje voor Jenny om eventjes te gaan liggen. Dat wordt uiteindelijk de nachtclub, waar overdag de bar gesloten is maar waar wel een Bulgaars popgroepje optreedt. Ze hebben misschien ergens een talentenjacht gewonnen, maar de prijs was in ieder geval geen zangles. Maar dat geeft niet, het is wel aandoenlijk. Het wordt buiten wel steeds donkerder en als Jenny een tukje doet valt de regen weer even met bakken uit de lucht. Van de regen in de drup? Even later breekt de bewolking, wordt het droog en komt de zon er weer volop door.

Nog wat later gaat er iets mis met onze mailaccount bij Ziggo; Jenny beantwoordt een mailtje en prompt krijgen we rond kwart over vijf een No-reply-mail van Ziggo die er op neer komt dat emailaccount is geblokkeerd. We zouden wel eens gehackt kunnen zijn. Reden waarom Ziggo tot deze conclusie komt? Deze:
“Ons veiligheidssysteem heeft vastgesteld dat uw e-mail adres mogelijk is gehackt en misbruikt wordt om spam e-mails mee te versturen via onze SSL verbinding. Dit hebben wij kunnen constateren omdat er vanuit meerdere landen is ingelogd op dit e-mailaccount in een kort tijdsbestek.”
Gossiepossie: Gek hè, als je op een ferry zit die uit Finland is vertrokken, een tussenstop maakt op een aantal autonome Finse eilanden met een eigen extensie (Ax) en daarna de Zweedse territoriale wateren in vaart. Dat is verdacht!! Dan moeten we wel gehackt zijn, arme wij. We moeten volgens de bijgevoegde instructie ons mail-wachtwoord wijzigen en daarna bellen of ze alsjeblieft-dankjewel ons mailadres weer willen vrijgeven. We willen best bellen, maar zitten niet te springen om ons mailwachtwoord te wijzigen, al helemaal niet omdat Ziggo inmiddels eist dat er in wachtwoorden nu ten minste één HOOFDletter moet zitten. Dat betekent dat we ons wachtwoord niet kunnen veranderen en nadat we weer zijn “toegelaten” het oude wachtwoord kunnen terugzetten omdat daar alleen maar kleine letters in voorkomen. Dus moeten we dan op alle plekken (laptop, werk, tablet, thuis, 2 smartphones) ons wachtwoord aanpassen? Liever niet!
Na een paar mislukte pogingen om het opgegeven nummer te bellen zegt de intercom van het schip inmiddels dat de “car-passengers” naar hun auto moeten. Door dit mailgedoe kunnen we helaas dus niet het binnenvaren in Stockholm bekijken.
We gaan netjes naar de auto en staren vervolgens meer dan 20 minuten tegen de laadklep, waar we als eerste voor geparkeerd staan. Uiteindelijk rijden we van boord, het Stockholmse zonnetje in. We hebben in de haven van Mariehamn al “First Camp Kolmården” als bestemming ingegeven. Vroeger zijn we daar met de kinderen, een aanhangwagen, een tent en een Zastava al eens geweest om het Kolmården Djurpark te bezoeken (en daar vervolgens met een oververhitte motor het laatste stukje safari uitgesleept te worden).

De afstand valt ons tegen. We rijden om kwart over zes (Zweedse tijd!) de boot af en volgens Garmin komen we pas na half negen op de camping aan. Garmin heeft inmiddels de Zweedse tijd weer overgenomen, dus dat moet dan wel kloppen. Tot overmaat van ramp wordt er in Stockholm een oprit naar de E20 verbouwd en is die afgesloten. Garmin in de war, Nico net zoveel of nog meer. Na een stukje omrijden / rondje rijden zetten we de stem van Garmin uit, rijden op ons verstand en de borden en komen op de goede weg. Een eindje buiten Stockholm, net voorbij Södertalje waar de Scania-fabrieken staan, stoppen we bij een Burger King. Bellen met Ziggo lukt niet, Nico belt Paul, die vertelt dat je vanuit het buitenland geen 0900-nummer in Nederland kunt bellen; Paul SMS ’t vanaf de verjaardag van zijn schoonvader het algemene nummer van Ziggo, dat (uiteraard) op zondagavond meldt dat we het morgenochtend maar eens na half negen moeten proberen. Of we moeten 0900 bellen……. U wordt bedankt!
We rijden dus maar door naar de camping en komen daar tegen kwart voor negen aan, pakken een Service-Hus- pasje uit een bak bij de receptie en zoeken een plekje. We zijn al snel opgezet en we proberen via ons eigen apparaatje dat een Wi-Fi-netwerkje creëert met de z.g. “Ziggo Bapp” met Ziggo te contacten. Met die app moet je volgens Ziggo via internet of Wi-Fi kunnen bellen met je eigen nummer, dus ook het Ziggo-klantenservicenummer 1200. En het is nog nèt voor tienen, tot zolang is de klantenservice open. Contact leggen lukt nu wonder boven wonder wel, maar de verbinding is zó beroerd dat echt verder contact niet mogelijk is. En daarna bij nieuwe pogingen meldt de app dat er geen belcontact mogelijk is. In Nederland ging het “proefbellen” met deze app goed, maar in het buitenland werkt het niet altijd even jofel. Morgenochtend na half negen maar eens via de normale telefoonverbinding Ziggo vriendelijk doch héél dringend verzoeken onze email weer vrij te geven zonder dat we ons wachtwoord moeten wijzigen. Later ontdekt Jenny dat wij wel mail kunnen ontvangen, maar niet verzenden. Dat maakt het probleem iets minder erg, want wij hebben nog meer mailadressen die wel werken en waar we mail mee kunnen verzenden.
Onderweg naar de camping merkten we trouwens dat we sinds onze laatste tankstop in Trysil al meer dan 830 kilometer hebben gereden. Kennelijk rijden we voor ons doen zuinig.

img_5419Maandag 25 augustus 2014 Jenny 0 / 1.925 km, fiets 14 km
We staan zonnig op en kunnen buiten ontbijten terwijl ons beddengoed te luchten hangt. Wat we gisteravond niet gezien hebben is dat wij naast rozenbottelstruiken staan. Dat moet je in augustus niet doen, want die trekken wespen aan. Dat merken wij dan ook en we moeten ons ontbijttafeltje verplaatsen naar een minder wespige plaats.
Voor het ontbijt heeft Nico al met Ziggo gebeld over ons geblokkeerde emailadres. Hij kreeg een aardige dame aan de lijn, die meldde dat we wel ons wachtwoord moesten wijzigen. Omdat we uit Zweden belden zou ze na een uurtje op Nico’s mobiele nummer terugbellen i.v.m. het verzoek om vrijgave. Net toen Nico op het punt stond het wachtwoord te wijzigen belde de dame al en vertelde dat ze ging proberen om het zó te regelen dat wij geen wachtwoord hoeven te wijzigen. Over een telefoontje precies op tijd gesproken! Wanneer het lukt of niet lukt zouden wij bericht per mail krijgen. Maar alles komt weer goed, gelukkig.

In de kampwinkel is weinig te koop en daarom gaan wij op de fiets naar het dorp Krokek, waar we een ICA-winkel hebben gezien. Dat is slechts een paar kilometer heen en terug en met onze E-bikes een fluitje van een cent die heuveltjes op en af.
Teruggekomen beslissen we dat we toch naar Kolmärdens Djurpark gaan, met het risico van een flinke regenbui. Het is 5 km fietsen en ook dit gaat weer bergje op en bergje af. Heerlijk! Daar aangekomen wacht ons een teleurstelling: het park is in het naseizoen alleen op vrijdag en in het weekend open en het is nu maandag. Wel is het “Tropicarium” met aquarium open en dat blijkt heel leuk te zijn. We mogen door een stukje nagemaakte tropen wandelen, o.m. tussen aapjes en papegaaien. Verder zijn er heel veel tropische vissen te zien in alle soorten en maten. Ook haaien. Er is een winkeltje bij, maar die verkopen geen interessante dingen voor ons. Buiten eten we voor de ingang van het dierenpark ons broodje op. Daarna fietsen wij weer terug naar de camping, we hebben amper een spatje regen gehad.

De rest van de middag vullen wij met luieren, lezen, mail checken en het weer online bekijken. Zelfs de musjes zijn lui, want terwijl Nico in de zon een tukje doet landt er een op zijn bovenbeen. Als later Jenny aan het verslag wil werken kijkt zij of Ziggo al gereageerd heeft. Dus niet. Maar een poging om mail te verzenden lukt wel, dus alles lijkt nu weer goed te zijn. Ook kijkt zij via haar smartphone naar de bankzaken en ziet ze het ten onrechte betaalde bedrag van de pizzeria Bøes in Trysil weer bijgeschreven staan. Gelukkig, alles is nu weer opgelost.

Deze dag sluiten wij af met wat regenbuien en mooie luchten. We hebben uitzicht op het water, dus dat zit wel goed. We eten KycklingPytt met zelf-geschepte rauwkost uit de saladebar van de winkel. Nog een avondwandelingetje over deze zeer kindvriendelijke camping. Hier komen wij zeker terug; misschien zullen wij ooit met onze (klein-)kinderen deze sprookjescamping vol speelgelegenheden nog eens bezoeken. Maar dan wel als het Djurpark ook open is, want daar kwamen wij nu voor en houden wij nog te goed.

Morgen gaan we weer verder en proberen we tussen de beide grote meren door te trekken, richting Gotenborg.

Dinsdag 26 augustus 2014 Nico 215 /2.140 km
Kwart over 8 komen we uit bed. Zo nu en dan piept er wat zon door de wolken, maar het lijkt er nog niet echt op dat we vandaag de beloofde 18 graden gaan halen.
Ook nu rustig ontbijten en nog rustiger opbreken. Jenny ontdekt dat op de adresstickers van Kitty & Paul het verkeerde huisnummer staat. Daarom hebben ze onze kaarten niet gekregen. Jenny gaat dapper aan de slag om alsnog een digitale kaart te versturen, maar dat wil nu even niet lukken. Dan maar later.

Rond kwart voor elf rekenen we af en vertrekken we van deze “camping bij het Dierenpark dat al gesloten was”. Omdat we meer dan 900 kilometer gereden hebben sinds de laatste tank-stop in Trysil moet er nodig diesel bijgevuld worden. Op de snelweg naar Norrköpping begint het dashboard te piepen, en verschijnt de tekst “Bitte Tanken!” daarna blijvend gevolgd door een oranje tanksymbool. Volgens onze boordcomputer kunnen we nog wel zo’n 100 km rijden, maar na een paar kilometer vinden we een tankstation in Norrköpping en gaat er voor SEK 1.114 aan diesel de tank in. We kunnen weer even voort.

img_5479We doen boodschappen bij een hele grote Coop, maar die blijkt uiteindelijk maar 8 kassa ’s te hebben, terwijl wij het bij 10 kassa’s pas echt groot vinden. En het ding is ongelofelijk onlogisch ingericht; luiers naast de fietsen en zo. Maar we vinden bijna alles wat we nodig hebben en vervolgen onze weg naar het plaatsje Berg aan het Göta Kanal. Jááren geleden kampeerden we met de kinderen iets verderop in Borensberg en vergaapten ons daar aan de paar Göta Kanal- sluizen die daar zijn. Na ons vertrek vonden we in Berg maar liefst 15 sluizen achter elkaar, nou ja, met een klein meertje er tussen dan. Nu is het duidelijk “after season”; er is geen bootje te zien, laat staan sluis- en / of brugwachters. Eerst maar eens uitgebreid lunchen.
Een paar Duitse parkeerterrein-buren met een California Beach – camper die net komen aangefietst vertellen enthousiast dat ze ’s morgens “het schutten” hebben gezien. Dat kennen we al en we missen het nu niet echt, al is het hier nu toch wel èrg rustig. We stappen toch nog even op de fiets naar de lager gelegen sluizen. Omhoog gaat n.l. vrij makkelijk, al kost het wel veel stroom. Daarna fietsen we Berg nog even in, maar behalve de lokale supermarkt is daar bijna alles dicht. Het is deze vakantie wel èrg moeilijk om stickers voor ons zijraam te vergaren als bijna alle plekken waar je ze normaal kunt kopen gesloten zijn…. Terug naar de bus. Nico laadt de fietsen op en Jenny loopt even naar de WC aan het Kanal. Nico rijdt er even later maar snel achteraan, want er breekt ineens een enorme stortbui uit; het is in één klap heel donker en de regen valt met bakken uit de lucht. Goten worden bergstromen en de weg er tussenin waterglijbanen. Maar daar is het ook heuvelachtig terrein voor.
We rijden nog even naar Borensberg. Daar is zowaar de VVV open, maar stickers ho maar!

Het is inmiddels al ver na drieën geworden en we vragen ons af wat te doen. Het weer is nog steeds donker en dreigend. We besluiten om langs het Vattern-meer te rijden en als het goed weer wordt bij een camping te stoppen. Bij slecht weer heeft het toch geen zin om op een camping uit het raam te gaan staren. Maar het weer wordt allengs beter en uiteindelijk komen we na vijven uit in Jönköping, op camping Villa Björkhagen. Daar zijn we al eerder geweest, zowel met de kinderen als met zijn tweeën. Maar vroeger heette de camping anders.

De grasvelden zien er vreselijk uit; alsof het weken heeft geregend. Met een auto door het gras rijden staat op veel plaatsen gelijk aan het aanleggen van twee loopgraven. We vinden een redelijk plekje, maar daar staan we hartstikke scheef. Dan maar naar de overkant. Het weer knapt op en we kunnen buiten letterlijk en figuurlijk nog even in ons hemdje zitten. We nuttigen een verrukkelijke maaltijd van tortellini, een pastasaus van tomaat en saffraan en zelf toegevoegde gerookte zalm. Jummie!
Daarna gaat Jenny alsnog een digitale vakantiefotokaart voor Kitty en Paul “posten”, nu naar het goede huisnummer. Ze gaat daarvoor met de laptop in de receptie zitten, want volgens de receptiedame is alleen daar ontvangst. In de camper kunnen we met onze externe Wi-Fi- antenne trouwens ook prima meeliften op de receptie- Wi-Fi. Twee tot drie strepen is daar ruim voldoende voor.

Het wordt met een paar hele mooie luchten langzaam donker. Morgen gaan we vermoedelijk richting Göteborg, kijken of we een leuke plek voor twee nachten aan zee kunnen vinden. De campings zijn daar verhoudingsgewijs een stuk duurder dan “in het binnenland” en we hebben in Zweden nog niet echt iets gemerkt van “naseizoen-prijzen”, ook al zijn de campings – behalve deze! – bijna leeg en wordt er nog maar amper schoongemaakt. Veel campings sluiten hier op 31 augustus. Een aantal is al sinds 31 juli dicht. Maar we zien wel. “De Zon in de Zee Zien Zinken” vanaf een camping in plaats van vanaf een schip is ook wel een keer leuk……

img_5492

img_5501Woensdag 27 augustus 2014 Jenny 170 / 2.310 km
Om 10.30 uur zijn wij klaar om van deze blubber-camping te vertrekken. Het is dan volop zonnig en lekker warm. Vlakbij is het A6 Köpecenter en daar doen we eerst de Coop-Forum aan, daarna het A6-centrum waar Jenny een leuke broek scoort en als laatste Ikea, die er naast zit. Bij Ikea hebben wij eigenlijk niks te zoeken, maar een softijsje van 5 Kronen is met dit mooie weer niet te versmaden.
Daarna gaat het verder langs de E4 en vinden we een prachtige picknickplaats in de volle zon om te lunchen. De Zweden zijn erg goed in het aanleggen van dergelijke rustplekjes; we zien nieuwe felrode tafels en bankjes en ook overdekte en beschutte eetplekken.
Iets verder op bij Ulricehamn ziet Nico een ‘Dollarstore’ en gaat meteen van de weg af. We kopen wat leuke dingen, met name versnaperingen voor de terugreis van a.s. zaterdag.

Weer verder op de E4 komen we langs Borås en daar weet Nico een shoppingcentrum met de naam Knallerlan(d?). We willen namelijk graag een nieuwe wegenatlas van Zweden hebben; de onze blijkt al 14 jaar oud te zijn! Veel wegnummers en wegen zijn veranderd en hoewel we tegenwoordig veel op de navigatie rijden, vinden we dit boek nog steeds heel prettig om er bij te hebben. Behalve wegen, staan er ook bezienswaardigheden in. Maar in Borås vinden we niets en daarom gaan we gauw de weg weer op. Het is inmiddels 21,5 graden geworden, een record in deze vakantie.
Om 16.15 uur zijn wij in Göteborg en belanden we in een langzaam rijdende file. Via de gecombineerde E6/E20 is het dan nog 14 km naar de camping. Wij komen om 17.40 uur aan op Camping Liseberg Askim Strand en gaan eerst zelf een plekje uitzoeken. Dat is nog best moeilijk, want we willen én in de zon zitten én uitzicht op het water hebben en die twee samen lukt niet. Uiteindelijk kiezen wij voor het uitzicht, want we kunnen onze stoelen wel naar de zon verplaatsen. Binnen 25 minuten staan wij weer in de kampeerstand zoals wij vanmorgen wakker werden. Sterker nog: ook de zijluifel zit er weer aan, die kan mooi de wind tegen houden. Het is tijd om van de zon te genieten en dat doen we terwijl ons beddengoed te luchten hangt. Deze camping sluit 31 augustus en vele vaste gasten zien wij hun voortent alvast afbreken. Toch is deze laatste camping van onze vakantie de eerste met zoveel kampeerders en hij wordt tot de laatste dag goed schoongehouden.
We eten een heerlijk zelf-geschepte-salade met een gebraden hamburger er bij. Als nagerecht hebben we –net als gisteren- naturel yoghurt met verse aardbeien en limonadesiroop. Daarna is het douchen, koffiedrinken, dit verslag schrijven en lekker lezen. De gratis WiFi van de camping is prima en tot in ons campertje te bereiken.

Donderdag 28 augustus 2014 Nico 0 /2.310 km. Fiets 24 km.
De laatste “volle” vakantiedag in Zweden is een rustige. We komen ergens na half tien maar een keer ons bed uit. Het is behoorlijk lekker weer, althans voor deze vakantie. De zon komt er goed door en we ontbijten / brunchen dan ook buiten. Het waait nog wel behoorlijk.

Na een uitgebreide brunch en een tijdje rondlummelen, stappen we op de fiets naar de ICA Kvantum, die ca. 3 km. verderop ligt om daar boodschappen te doen. De hele weg erheen (en terug) is er een fietspad beschikbaar. We laden terug bij de camper de boodschappen uit en gaan maar weer eens lekker een tijdje in de zon liggen; als die er dan toch een keer goed is moet je er ook dankbaar gebruik van maken!
We onderbreken deze siësta voor een korte wandeling over het “eb-strand” dat voor de camping ligt. Na vieren klimmen we weer op de fiets. We nemen een “binnendoor-fietspad” naar Askim en komen uit op een heel mooi fietspad dat langs de Askim-fjord loopt. We volgen het een kleine 10 kilometer en keren dan weer terug om nog even lekker in de zon te zitten, te eten en te douchen.

Vrijdag 29 augustus 2014 Jenny 211 / 2521 km
We staan gewone tijd op en dat is tegen negen uur. We kunnen lekker in de zon ontbijten; dat begint al aardig te wennen. Daarna breken we rustig op en om 11.40 uur rijden wij deze mooie en schone camping af. We gaan shoppen in het vlakbij gelegen Frölundtorg Köpecentrum in Askim. Als eerste kopen we eindelijk een nieuwe Zweedse wegenatlas. De oude bleek 14 jaar oud te zijn en inmiddels hebben vele wegen een ander nummer gekregen. Dit is onze derde atlas en hier staan niet alleen de kleinste weggetjes is, maar ook de bezienswaardigheden. Wij tekenen ook onze overnachtingsplekjes in de vrije natuur er in op. Die uit het oude boek zullen we in het nieuwe overnemen. Dat wordt een winterklusje.

img_5543Nico scoort een jas bij Dressman en Jenny enkellaarsjes bij Ecco. Daarna gaan we een paar boodschappen doen bij Hemköp en een broodje eten in de camper. Op weg naar de haven geven wij onze laatste kronen uit aan een volle dieseltank. Duva Kampa 4 heeft 1: 11,4 gereden en dat is helemaal niet slecht voor een T5.

Om 15.20 uur komen we bij de haven en ligt de Stena Jutlandica al klaar. Om precies 15.30 uur begint het oprijden, maar wij gaan pas vlak voor het vertrek van 16.00 uur aan boord. Het wegvaren zien wij vanaf het bovenste dek, tien minuten later dan gepland. We gaan naar de Tax-free shop en behalve wat drinken en een nieuw luchtje voor Jenny (White Musk) kopen we niets.

Om 17.30 uur zijn wij aan de beurt voor het diner-buffet. Dit hadden wij al van te voren geboekt bij de overtocht. Wij krijgen mooie plaatsen voor in het schip, met uitzicht op zee. Helaas is het druilerig weer en zien we dus niet zoveel. Het buffet is karig, maar wij zijn dan ook wel erg verwend met dit vierde buffet van deze vakantie. Toch zien we wel dat het een klein buffet is, omdat er hele rijen wachtenden ontstaan. Het smaakt overigens prima, maar hier en daar ziet het er wat onverzorgd uit. De vuile borden worden ook maar sporadisch weggehaald. De klapper is het nagerecht: het softijs is zelfs kleiner dan bij een Zweedse Ikea!
Om 19.15 uur moeten we naar het autodek, maar pas om 19.45 uur rijden wij de boot af, het regenachtige Frederikshaven in. Het wordt met dit weer snel donker en Nico rijdt, terwijl ik probeer de toetsen te vinden om met de laptop op schoot dit dagverslag te maken. Onderweg krijgen we regenbuien en mist. Garmin loodst ons dwars door Århus, maar achteraf hadden wij zelf een betere route via Skanderborg kunnen nemen. Århus is op dit moment een opgebroken stad en dat schiet niet op.
Om 21.50 uur komen wij op de camperparkeerplaats in Odder, 19 km onder Århus. Het is er pikdonker, maar met behulp van zaklantaarns kunnen we alles vinden. Morgen maar eens zien waarom men op campercontact.nl hier de loftrompet afsteekt. Het kost hier slechts € 10,00 en dat is meteen de goedkoopste overnachting van deze vakantie.

Zaterdag 30 augustus 2014 Nico 649 / 3.170 km
De wekkertelefoon loopt om zeven uur af. Vannacht heeft het geregend, ondanks dat we bij het naar bed gaan voor de zoveelste keer een sterrenhemel zagen. Maar nu is het droog. We ontbijten en breken snel op, want er is gisteravond ook amper wat opgezet: stroomaansluiting en oprijblokken, dat was het wel. Dit is een camperplek met drie plaatsen, wij waren nr. 2. De grote camper die er al stond blijkt bij daglicht een Nederlander te zijn. We staan bij een boerderij; men heeft een leuk “servicehus” gemaakt, met in één ruimte een toilet, wasgelegenheid en mooie douche. Da ’s bij volle bezetting vermoedelijk soms wel even wachten op je beurt. Maar het is mooi en netjes, die € 10 meer dan waard. Alleen jammer dat het zo ver van de snelweg af ligt. Om kwart over acht vertrekken we.

img_5558Garmin wil ons al snel over een binnenweggetje leiden waar je nog geen voetganger kan passeren. Dat gaat ons te ver en we zoeken op eigen gelegenheid de E45 op. Even later horen /voelen we een plof of bonk, maar kunnen als we later een stopplek hebben gevonden niks vinden. Misschien wel een beest geweest. Gisteravond hadden we twee keer iets vergelijkbaars, waarvan we later dachten dat het misschien wespen of hommels waren; heel lang geleden reden we met de kinderen in zuid-Denemarken door enorme groepen hommels en dat leek wel een bombardement.

Via Horsens bereiken we de E45 en om half tien rijden we over de Veljefjord- brug.
Vijf minuten later een korte sani-stop bij Skaerup. Vijf voor elf passeren we de grens met Duitsland bij Flensburg. En begint het prompt te regenen. Om half twaalf stoppen we voor een chauffeurswissel en komt Jenny gelijk in een file terecht. De hele A7 naar Hamburg lijkt er last van te hebben. Als we de aansluiting van de Autobahn vanaf Kiel voorbij zijn lijkt het ergste leed geleden, maar er blijven steeds files. Bij Holmoor wisselen we weer na een korte lunch. Vlak voor de Elbetunnel, die we om 13.40 uur pas inrijden, is het gedaan met de files en kunnen we weer een beetje normaal doorrijden. Het wordt zelfs even mooi weer en 19,5 graden. Nico rijdt door tot Grundbergsee, waar we om 14.45 uur tanken en Jenny het stuur overneemt. Het mooie weer houdt het voor gezien en als we om 15.00 uur Bremen passeren gaat het weer even lekker regenen.
We kiezen er voor om ook deze keer over Cloppenburg terug te rijden. We wisselen om tien voor half vijf nog een keer bij Rasthaus Eltern aan de 213 bij Hasellünne en om tien over half vijf rijden we Nederland binnen. Om half zes zijn weer thuis na ruim twee weken.

Een vakantie die heel anders is gelopen dan we hadden gedacht. We zouden “bekende dingen” gaan doen in Noorwegen en Zweden. Door het slechte weer in Noorwegen is het daar bij één ding gebleven (Trysil) en daarna gingen we linea recta naar de Zweedse oostkust en met de boot over naar het Finse Åland. Geheel nieuw maar erg leuk, na een paar dagen weer naar Zweden en daar hebben we het misschien niet bloedjeheet gehad maar wel overwegend droog en best wel zonnig. We hadden twee veerboten en buffetten gepland, het zijn er uiteindelijk vier geworden. Ook niet verkeerd. Alles bij elkaar een verrassende en leuke vakantie, al hebben we wel geleerd dat je in de tweede helft van augustus risico loopt op minder weer en bovendien zijn er al veel campings dicht of draaien ze met verminderde service. Maar leuk was het!

Wat wel opvalt, is dat we – ondanks dat we dit jaar een nieuwe kleine satellietontvanger hebben gekocht die het in Frankrijk prima deed – helemaal niet naar de TV gekeken. Heel af en toe op de laptop naar journaal24.nl. Misschien geen zin?
Voor ons gevoel hebben we veel gefietst, uiteindelijk zijn het ca. 184 kilometer geweest. Maar ook daarvan hebben we genoten. Op onze vroegere “gewone” fietsen hadden we dit nooit gedaan.
Klik HIER voor de foto’s!

 

Deze route waren wij van plan om te doen: En dit is het uiteindelijk geworden:
img2 img4

 

Noot: thuis wij hebben Stena Line een mail gestuurd met onze negatieve ervaringen van het dinerbuffet op de terugreis. Daarop kregen wij welgemeende excuses en de zekerheid dat er iets mee gedaan gaat worden. Ook hebben wij het aanbod gekregen van 15% korting op de volgende Stena Line reis. Netjes toch?

2013: Zomervakantie – Duitsland, Polen en Zweden

Zondag 23 juni 2013 Nico 486 km
We hebben vandaag geen lange stukken rijden voor de boeg. Het is de bedoeling om in of bij Schwerin te komen. Vlak bij Schwerin wordt de “CampMobil Schwerin” gemaakt, een (VW-) camper die Jenny ’s warme belangstelling heeft. ’Deze morgen gaan we eerst naar de (Ooster-)kerk en na een warme maaltijd thuis vertrekken we rond 14.30 uur. Het weer doet in geen velden of wegen aan zomervakantie denken. Grijs, nat, fris en winderig. Veertien graden Celsius is niet echt lekker. Maar het moet maar.
Vijftig minuten later rijden we Duitsland binnen en het weer knapt ietsjes op. We gaan nu weer “binnendoor” over Meppen en Clopppenburg richting Hamburg. Het is zondag en wij rijden net achter die ene vrachtwagen op de B231. Maar we hebben geen haast. Wanneer we om half vier bij Wildeshausen een sani- & koffiestop doen, komt de zon er zowaar door.

img_2519Om tien voor vijf passeren we Hamburg. De files staan aan de overkant; wij kunnen deze keer doorrijden. Rond half zeven zijn we bij Schwerin. We zien een camperplaats, die eigenlijk een soort camping is. De camping die we vervolgens via Garmin vinden blijkt een eindje buiten Schwerin te liggen. De camping in Schwerin die Jenny op de kaart vindt is een jeugdherberg. De camperplaats die we via Campercontact.nl op het oog hadden valt erg tegen als we hem vinden; zodra je uitstapt knal te tegen de buren op. We rijden door naar Ferienpark Seehof in (jawel:) Seehof, een paar kilometer boven Schwerin aan de Schweriner See. Een uitgebreid terrein, met aparte camperveldjes. We mogen kiezen: Voor € 12,50 buiten de poort op de parking, voor € 22,- een camperplaats of voor € 31 een “gewone” plek. Wij kiezen een camperplaats binnen het terrein. Om acht uur rijden we ons plekje op. Later zien we mooie(re) camperplekken met See-uitzicht, maar we staan nu wel lekker beschut achter hoge bomen. En dat is ook wel prettig, vooral als het flink waait zoals vandaag. Het is een rustige en nette camping, met schoon sanitair. We besluiten om 2 nachten te blijven en zetten ’s avonds de luifel nog even op.

Maandag 24 juni 2013 Nico 0 / 486 km
Vanmorgen staan we wekker-loos om 9 uur op. Rustig ontbijten, waarna Nico bij de receptie voor € 5,- per stuk “Schwerin Tickets” koopt. Daar kun je 24 uur mee met het openbaar vervoer en ze geven ook nog kortingen op bepaalde entree ’s. Geen spectaculaire kortingen, maar de entreeprijzen zijn hier dan ook niet zo hoog. Ook al zou je alleen maar met de bus heen en weer gaan naar Schwerin (wat we uiteindelijk ook doen), ben je maar 40 cent duurder uit dan met 2 enkeltjes, maar hoef je tenminste niet met gevaar voor eigen leven kaartjes uit een automaat in een rijdende bus te trekken. De bushalte is op 7 minuten lopen van de camping, midden in het dorp, bij de enige verkeerslichten. Die hebben we gisteravond bij onze avondwandeling niet meer gezien, het was zeker te donker. Bij het verlaten van de camping doen we de jassen uit, want het is relatief best wel warm als je wandelt, maar na 100 meter moeten ze weer aan, want het begint te regenen. De bustocht duurt een kwartiertje en wanneer we bij het Hauptbahnhof uitstappen is het al weer droog.

We krijgen nog 2 keer een piepklein beetje regen, maar het blijft overwegend droog en de zon zien we ook wel vaak. Helemaal niet zo slecht eigenlijk. Het pontje over een stadsmeer, dat je met de Schwerin Ticket gratis kunt gebruiken, vaart (uiteraard) op maandag niet en het Schloss- Museum is ook uitgerekend op maandag dicht, maar we amuseren ons prima. Een mooie Altstad om in te wandelen. We bezoeken een kerk en de Dom, wandelen om het Schloss heen en genieten vanaf een zonnig terras onder het genot van een witte Chardonnay en een pul Duits bier van het uitzicht op het stadsmeer, met de veerpont die vandaag dus geen meter vaart. Om tien over half vier pakken we de bus terug naar de camping en gaan daar nog even lekker in het zonnetje zitten. Af en toe wolken voor de zon en wat incidentele regenspetters, maar het weer was en is vandaag een stuk beter dan wat de verwachting vanmorgen aangaf. Leuke volle vakantiedag zo.

img_2520

Dinsdag 25 juni 2013 Jenny 260 / 746 km
Wij staan om 8.15 uur op en het is dan nog wel droog, maar niet warm. Na het ontbijt pakken we alles in en om 10.00 uur zijn we klaar om te vertrekken. We gaan via de Paulsdamm naar de overkant van de Schweriner See. Deze dam deelt de ‘See’ in tweeën.
We willen graag eens een kijkje nemen bij CampMobil Schwerin, een bedrijf dat van Volkswagen T5’s bijzondere campers maakt. Het bedrijf zit vlakbij, in Leezen, maar we kunnen het niet vinden en rijden daarom door, richting Schwerin, om een supermarkt te zoeken. Dat wordt supermarkt ‘Reve’ en we kopen het nodige voor deze dag.
Daarna rijden we dezelfde weg terug en in Leezen vinden we nu tóch het camperbedrijf. De borden waren verscholen achter begroeiing en ja, dan vallen ze niet op. We bekijken twee campers die op het buitenterrein staan.

img_2542img_2538

 

 

 

 

 

Daarna gaan we via de snelweg 14 richting Wismar. Bij Jessendorf lunchen we om 12.30 uur. Wanneer we verder rijden merken we dat we slaperig worden en besluiten om op een parkeerplaats een tukje te doen. Wij zijn dan al op Weg 20 richting Rostock en de hele middag regent het. Ook als Jenny het stuur overneemt en Weg 111 naar Wolgast oprijdt. Onderweg bij een Mac. D. neemt Nico het weer over, maar aan de regenbuien verandert er niks. Weg 111 gaat vanzelf via een brug het eiland (Insel) Usedom aan de noordkust van Duitsland op. We hebben thuis al een camperparkeerplaats gevonden bij Bansin en dankzij onze nieuwe Garmin rijden we er moeiteloos naar toe. Om 17.00 uur komen we aan op Waldparkplatz Seebad Bansin. Het is er een grote waterzooi, veel plassen en modder. Maar voor € 13,00 inclusief stroom worden we netjes naar een min of meer droge plek gedirigeerd. Dat wordt vanavond continue klompen en schoenen wisselen.
Mocht het nog droog worden deze avond, gaan we nog even naar het strand. De zee is 400 meter hier vandaan. We kunnen hem niet zien, maar we horen ‘m wel.

Woensdag 26 juni 2013 Nico 143 / 889 km
img_2550Tegen negenen klimmen we uit bed. Het is buiten nat, frisjes (maar net 12 graden Celsius) en nog net zo grijs als gisteravond. We breken rustig op. Terwijl Nico afwast en regelt dat de stroom wordt afgekoppeld (niet zelf stroom aan- en afkoppelen is iets waar Nico een bloedhekel aan heeft) doet Jenny in de (mot-)regen een poging om per fiets in de buurt van het strand te komen. Dat lukt uiteindelijk, maar of het nou het strand is dat de “parkeerplaats-opzichter” gisteren bedoelde? We vertrekken rond half elf en een klein half uur later passeren we de grens met Polen. We rijden een onuitsprekelijke plaats in, die in “Duitse tijden” Schweinemünde heette. We zien gelijk enorme markten onder golfplaat, vermoedelijk wel met minder Vietnamezen dan we in Tsjechië gewend waren. In het centrum gaan we geld pinnen en worden we vermoedelijk gelijk getild: 7% provisie vinden we achteraf wel wat overdreven, maar who cares; het is vakantie, toch?

We doen boodschappen in een Polo-supermarkt. Verbeelden we ons het nou, of lijken alle supermarkten hier nou op de Aldi? Wijn (en andere drank, behalve bier) is te koop bij een aparte balie en niet echt veel goedkoper dan “bij ons”. Het bier wel, dus daarover geen klagen. Rond half een rijden we de stad uit in de verkeerde richting en tuffen we weer doodleuk Duitsland binnen, terug het eiland Usedom op. Na Garmin goed ingesteld te hebben weer terug Polen in en richting “Oost langs de kust”. We staan al snel in een soort file en het duurt even voordat we beseffen dat we in de rij staan voor een veerboot of –pont. Na een klein uur rijden we een oude veerpont op, die overigens niets kost, en zijn in tien minuten aan de overkant, aan de andere kant van de Swina. Een eindje verderop weer in de rij. Garmin geeft een over te steken water aan, maar dit keer duurt het wachten niet zo lang; het is gewoon maar een brug waarvan één van de twee rijbanen onderhouden wordt. Even wachten op het verkeerslicht dus. Daarna weer verder langs een “kustweg” die hoofdzakelijk door het bos gaat. Zee zien we maar een paar minuten. Gaten in het wegdek des te meer. Dit is Weg 102, door ons hernoemd in “102, Weg ermee!”. Maar er zijn ook stukken weg zonder gaten en met mooie uitzichten, voor zover dat door de regen goed te zien is.

Door al het oponthoud is het al wat later geworden en rond half vijf overleggen we maar eens wat we nu gaan doen. Er is een eind verder langs de kust een mooi natuurgebied met verplaatsende stuifduinen, maar in de regen lijkt dat niet zo aantrekkelijk. En bovendien moeten we dan nog een knap stuk doorrijden. We besluiten om te overnachten in Kolobrzeg. Jenny heeft al eerder op internet “Camping Baltic nr. 78” ontdekt, die goede recensies heeft. We rijden de laatste 40 km en stoppen ook nog even bij een “echte” supermarkt, een Intermarché, waar de wijn trouwens ook niet echt spotgoedkoop is. Toch maar een keer onderweg stoppen bij zo’n “alkohol-kraam”. ’s Land ’s wijs, ’s land ’s eer, zullen we maar denken. Rond kwart over zes komen we aan op de camping en krijgen voor 54 Zloty een plek met stroom, inclusief toeristenbelasting. Klein plekje, maar voor één nacht geen probleem. Het regent en om zeven uur gaat de camping-eetschuur dicht. Even tempo dus en op tijd zitten we aan de maaltijd. Schnitzel met friet, goulash met gevulde piepers, een ½ liter bier en een Ice Tea (witte wijn niet verkrijgbaar…) voor 49 Zloty, nog geen € 11,- dus. Dat lijkt er op. Goed gevuld terug naar de bus, douchen, verslag tikken, internetten en relaxen. Morgen moet het droger worden. Nog geen korte-broeken-weer, maar met een beetje zon en geen regen zijn we ook al dik tevreden.

Donderdag 27 juni 2013 Jenny 221 / 1.110 km
We staan om 8.45 uur en hebben heerlijk geslapen. Het is zonnig, maar ook winderig. Geen ontbijt buiten dus, maar ideaal weer om even de dekbedden te luchten. Om 10.30 uur zijn wij klaar om te vertrekken, maar eerst worden we nog aan de praat gehouden door een stel Polen. Zij willen alles van onze stickerruit weten. Bij een zeer grote supermarkt van E.Leclerc in Kolobrzeg vinden we ook de bekenden dozen wijn van 3 liter. Overigens zijn alle noodzakelijke levensbehoeften niet duur, zelfs goedkoop. Maar de alcoholische dranken zijn zelfs duurder dan in Nederland. Niet veel , maar we hadden dat niet verwacht.

img_2558We rijden via Weg 11 en Weg 6 naar het oosten en onderweg lunchen we, houden we siësta en tanken we Duva Kampa vol diesel bij een Octanstation. Daarna via Weg 213 e.a. richting een Nationaal Park met de zgn. “stuifduinen”. Deze duinen worden elk jaar zo’n 10 meter door de wind landinwaarts geblazen. Wij hebben daar op internet een camperparkeerplaats gezien, maar kunnen hem niet vinden. Wel komen we bij een openluchtmuseum in Kluki, waar we een uurtje rondlopen en Jenny zowaar twee nieuwe elandjes scoort, om aan haar verzameling toe te voegen.

Omdat we de camperparkeerplaats dus niet kunnen vinden, gaan we terug naar Weg 213 en zoeken de camping aan de andere kant van het natuurreservaat. Deze ligt aan de kust in Leba en daar komen we via Weg 214 om 18.30 uur aan. De receptie is net gesloten, maar we krijgen de instructie om onze campingkaart door de brievenbus te gooien en een plekje te zoeken. Het is helemaal niet druk op de camping en we besluiten twee nachten te blijven. Even later zitten we heerlijk in de zon van een glaasje te genieten. We zetten de luifel er bij op en in een mum van tijd heeft Nico ook de satelliet-tv geïnstalleerd en kunnen we het journaal kijken.
We eten buiten een bord chili concarne en omdat het een beetje weinig is eten we er een plak brood bij. Daarna genieten van een rustige avond.

Vrijdag 28 juni 2013 Nico 0 / 1.110 km, Fiets 19 km
img_2568Om kwart over acht uit de veren. Het is droog en de zon schijnt al. Nico gaat naar de receptie om de aanmelding te doen. De “verblijfskaart” voor Duijf-Flobbe ligt al kaar. We hebben gisteren de Acsi-kortingskaart in de receptiebrievenbus gedaan en die staat op Jenny ’s naam. Onze plaats (C159) blijkt niet alleen in de C-sector van de camping te liggen, waar 1 persoon per dag wel 1 hele Zloty duurder is dan in de A-sector, maar we hebben ook nog eens een plek gekozen in de “Plus-sector”. Aan de grootte van de plek kan het niet liggen, want we hebben een bescheiden lapje grond uitgekozen. Veiligheidshalve gecheckt wat deze camping ons per dag dan wel gaat kosten. Dat blijkt wel 93,80 Zloty te zijn. Omgerekend € 19,70 en dat is zelfs voor ons goedkoop voor een leuke plek vlakbij het sanitair, een goede “zonligging” (met dank aan Jenny) en een lekker rustige hoek op een al even rustige camping. Twee nachten is geen probleem. Nico koopt gelijk 8 uur internet in voor 8 Zloty, ca. € 1,70 en begrijpt dat alleen de online-tijd telt. Dat blijkt later te kloppen. Woensdag hebben we net weer een weekkaart voor 100 Mb internet op ons eigen wifi-apparaat gekocht, maar tegen € 1,70 voor 8 uur onbeperkt kan dat natuurlijk niet op. We hebben nog 90 Mb “tegoed” en die komt vóór a.s. woensdag best wel op.

Achter in de ochtend doen we boodschappen in de plaatselijke Polo-supermarkt, die n.a.w. elke dag van 6.00 tot 23.30 uur open is…..
Na de lunch wordt het even bewolkt en wachten we even af. Maar klimmen uiteindelijk toch maar op de fietsen en rijden tegen betaling van 6 Zloty p.p. het “Stowinsky Park Narodowy” in. Een nationaal park met zoutmeren en stuifduinen, die elk jaar 10 meter landinwaarts moeten opschuiven. Je kunt lopen, fietsen of een soort toeristentaxi nemen, zo ongeveer als die rondrit-treintjes in toeristensteden, maar dan op stroom. Wij fietsen dus lekker… Het eerste deel over betonplaten die soms zo scheef liggen dat je gelanceerd wordt, het tweede deel over een onverharde weg zoals we die in Zweden kennen. Aan het eind van de weg schoenen en sokken uit en “zand sjokken” in en tegen de duinen op. Tot aan de zee. Wel vermoeiend, maar best wel mooi. De zon is er al weer volop. Moe maar voldaan terug naar de bus en lekker in de korte broek in de zon met een glas witte wijn. Zomervakantie dus!
Na een goede verfrissende douche weer op de fiets naar het dorp (Łeba) om een hapje te eten. We willen wel binnen zitten. Bij iets dat volgens de borden ook een pizzeria is gaan we naar binnen en krijgen als buitenlanders een Duitstalige kaart, waar in geen velden of wegen pizza’s op te zien zijn. Maar dat geeft niet; soepje vooraf (vis en –uiteraard- tomaat) en dan een stuk gegrilde kip, drie soorten salade en frites. Drinken is een verhaal apart; eergisteren in de campingcafetaria was er geen wijn, ook nu blijkt dat er niet te zijn. Bier genoeg, in alle soorten en maten, maar geen wijn of andere spiritualiën. In de Polen-gids lezen we later dat dit niet ongebruikelijk is. Voor wijn moet je een echte bar of restaurant in. Je maakt wat mee….. Nico is niet solidair, want die zit in no time achter een 0,5 bier. Volgende keer beter. Maar het eten smaakt uitstekend. En voor in totaal 65 Zloty (nog geen € 14) is dit een prima maaltijd. Alleen jammer van die wijn…..

Het is nu 21.00 uur en we gaan maar eens naar het strand om te zien of we de zon kunnen zien ondergaan. En inderdaad; het mooiste van onze vakantie hebben we weer te pakken: 4x ‘Z’= de Zon in de Zee Zien Zinken.

Zaterdag 29 juni 2013 Jenny 0 / 1.110 km, Fiets 21,5 km
img_2589Het is 8.45 uur wanneer wij van de hitte ons bed uitdrijven. Het is dan buiten al 21 graden en de zon schijnt precies onder de luifel. Lekker om zó te ontbijten en de dag te beginnen.
Voor het ontbijt nog ‘boekt’ Nico er nog twee nachten aan vast, want we hebben het hier zo heerlijk dat we hier het weekend willen blijven. Ook regelt hij een wasmachine. Daarvoor hebben we een ‘poetsvrouw’ nodig. Gelukkig gaat dat heel makkelijk: de vrouw doet alleen de wasmachine aan en verder niets. Ondertussen doen we boodschappen. Twee uur later hangt ons kampement vol wapperende kleding. Wij nemen het er van en wachten tot de was bijna droog is. De zon is dan al weg en dreigende wolken doen naderende regen vermoeden. Omdat wij nog willen fietsen hangen wij alles onder de luifel en dat past maar net.
Tijdens de fietstocht merken we dat er wel een fietsroute op de gisteren gekochte kaart staat, maar geen fietspad. Het is net zo erg als gisteren, nee, veel erger nog. We besluiten al gauw om terug te gaan en langs de doorgaande autoroute te fietsen. We fietsen naar een klein dorp even verderop, maar op de terugweg gaat het mis. Terwijl Jenny wijst naar de huizen in de verte, van: “daar moeten we heen”, besluit Nico nu eens naar zijn ‘richtingsgevoel’ te luisteren. Heel leuk natuurlijk en we komen ook in het feestgedruis van het dorp. Maar ook dom, want als dat gevoel je precies de andere kant op laat fietsen terwijl er net een regenbui valt, heb je een probleem. Zeker wanneer je geen regenkleding hebt meegenomen. Ach, we zijn er wel uitgekomen en weer op de camping geland. Daar genieten we van de teruggekeerde zon en een glas koele wijn. In totaal hebben we 21 km gefietst. Niet veel misschien, maar wel knap als je de fietspaden hier kent.

’s Avonds is ook de laatste was droog en verleden tijd. We eten een maaltijd uit onze voorraad en genieten na van deze dag. Onze activiteiten van deze avond zijn: lezen, TV kijken, internetten en dit verslag schrijven. Genoeg te doen dus.

Zondag 30 juni 2013 Nico 0 /1.110 km
Een rust(-ige) dag. Geen wekker of afgesproken tijd om uit bed te klimmen. Nadat Nico broodjes heeft gekocht zitten we rond tienen aan het ontbijt. In de zon, dat nog wel, maar het is niet echt warm. Na een tijdje komt er bewolking en wordt het frisser. Voor in de middag gaat het regenen en waaien. Soms heel behoorlijk zelfs. Geen fiets- of wandelweer dus. Lekker lezen, op tijd douchen en dan weer lezen. De camping begint redelijk gevuld te worden. In Polen is nu de zomervakantie begonnen, al zou je dat aan het weer van vandaag niet direct zeggen.
Tegen half zeven gaan we te voet op zoek naar een restaurant. De “eerste links” is gelijk raak. Jenny spot andere-dan-bier-flessen achter de toog. De menukaart buiten is voor Poolse begrippen niet goedkoop, maar het is wèl een “echt” restaurant (met hotel). Dat we de eerste diner-gasten (überhaupt de eerste gasten) zijn, mag ons niet deren. We bestellen beiden een lekker stuk zalm en een fles witte wijn (niet afzonderlijk!). Later nog een heerlijk dessert en daarmee eindigt een verrukkelijke maaltijd. Kennelijk mogen “echte” restaurants wel wijn (en andere-drank-dan-bier) serveren. Weer wat geleerd dus.

Rond 20.00 uur zijn we terug op de camping en is het buiten inmiddels afgekoeld naar 11,5 graden. Zomervakantie? Hadden we tòch ons radiatorkacheltje mee moeten nemen en het ventilatortje kon gerust thuis blijven. Maar gelukkig doet onze diesel-standkachel het ook prima! We hebben nog steeds tijd over van de ingekochte 8 uur internet. Dus deze avond komen we vast wel door. En nu maar afwachten of het morgenochtend bij het opbreken een beetje droog wil zijn.

img_2588


Maandag 1 juli 2013 Jenny 119 /1.229 km, Fiets 8,3 km

Wij staan vanmorgen vroeg en droog op, want we willen vandaag van deze camping vertrekken richting Gnydia. Het lukt ons om 10.00 uur reisklaar te zijn en gelukkig is het al die tijd droog en zonnig gebleven. De luifel is nog wel een beetje nat, maar dat komt een volgende keer wel als we op een Zweedse camping staan. De overbuurman kwam nog even melden dat hij vannacht dacht “in een verkeerde film te zitten”, want het heeft echt gespookt wat het weer betreft. Gelukkig zijn wij wel wat gewend en hebben we gewoon doorheen geslapen. Deze camping kostte ons voor 4 nachten 363 Zlotty’s, omgerekend €76,00 en daarvoor hadden wij een plus-plaats” op een schitterende plek.

Via Weg 213, die vol kuilen zit en Weg 6 met minder kuilen gaan we naar Gdynia. In die buurt vinden we een groot shopcentrum, waar we bij C&A naar een zomerjasje voor Nico gaan kijken. We vinden er wel een, maar met veel te korte mouwen, dus einde zoektocht. Het winkelcentrum heeft een supermarkt ‘Auchan’ met wel 56 kassa’s. Daar kunnen we in Nederland nog wel wat van leren. Wij brengen er twee uur door en hebben dan nóg niet alles wat we op ons lijstje hebben staan. Dat betekent dat we elders nog naar een doosje wijn van 3 liter en ‘after mygspul’ moeten zoeken. Maar we vinden wel onze ansichtkaarten en postzegels. Die zullen we vandaag nog schrijven en op de post doen.
img_2607Nadat we op de parkeerplaats onze lunch hebben genoten (het is ondertussen erg warm geworden) gaan we richting Sopot nog bij twee supermarkten langs. Pas bij Reál lukt het een doos wijn te kopen, ook het muggenspul vinden we. Je zou werkelijk niet kunnen zeggen dat de Polen zulke drinkers zijn, hoewel we onderweg wel anders zien. We merken dat onze nieuwe Garmin af en toe behoorlijk van slag raakt, maar met de Poolse wegenatlas er bij lukt het ons goed onze weg te vinden. Uiteindelijk komen we om 16.50 uur aan op camping nr. 19 in Sopot, nu bekend als Camping Metropolis. Onze jongens zijn hier ook al eens geweest. Hier zullen we onze laatste Poolse nacht doorbrengen, want morgen gaan we met de boot naar Zweden.

’s Avonds gaan we nog een stukje fietsen, op zoek naar een brievenbus. We hebben op de camping bij de laatste zonnestralen onze vakantiekaarten geschreven en willen die nog in Polen versturen. Het duurt even, zo’n 4½ fietskilometers, voordat we een brievenbus bij een postkantoor vinden. Daarna fietsen we naar het strand en wandelen we over een lange houten pier met borden over de geschiedenis. Omdat dit in het Pools is, kunnen wij het niet lezen, maar we vermoeden dat dit een bijzonder bouwwerk is.
Deze avond gaan wij bijtijds naar bed, want morgen moeten we weer vroeg op.

 

Dinsdag 2 juli 2013 Nico 26 /1.255 km 10,5 uur varen
Net voordat de “wekker” afloopt klimmen we uit bed. Het is droog gebleven en er is al wat zon. We zijn snel aan het ontbijt en de stroom wordt op verzoek afgekoppeld. Voorlopig even de laatste camping waar een sleutelbosfiguur de stroomkast opent en afsluit. Dat zullen we zeker niet missen! Om vijf over half acht verlaten we Camping Sopot nr. 19, door iemand die je een zeker gevoel voor humor niet kunt ontzeggen voorzien van de subnaam “Camping Metropolis”. Je moet er maar opkomen! Een paar rechte veldjes met lantaarnpalen, een hoop stenen met golfdak erop voor het sanitair en dat is het dan wel. Maar ook hier zijn ze bezig met nieuwbouw. Wie weet hoe het er over een tijdje uitziet? Volgens Garmin moeten we om 7.59 uur aan de haven zijn, dus één minuut voor de verondersteld- verplichte inchecktijd. Dat worden twee minuten later.

Rond tien voor negen rijden we de Stena Spirit op. Dat was vroeger de Stena Scandinavica, die samen met de Stena Germanica tussen Kiel en Göteborg voer. We begrijpen de heimwee van de huidige Kiel- Göteborg- reizigers naar deze “oude” schepen; die zitten vele malen logischer in elkaar dan de opvolgers met halve passagiersdekken en speurtocht-trappenhuizen. Kompas en noodrantsoenen daar aanbevolen!

Om even over negenen vertrekken we uit Gdynia. We verlaten onze hut op dek 7 met hut-nummer 7107 en gaan -via logische (!) liften en trappenhuizen – naar het zonnedek. Die zon zit trouwens even achter de wolken en het sputtert een beetje. Aan de buitenkant en op de buitendekken van het schip zit wel ongebruikelijk veel roest. Misschien daarom dat het schip nu in Nassau op de Bahama’s geregistreerd is? In de hut hebben we “één streepje” Wi-Fi: internet@sea via de satelliet. Niet snel en de verbinding valt nogal eens weg. Video streamen en zo is geblokkeerd, anders zou het helemaal niet werken. Maar zo nu en dan hebben we internet en het is gratis. We gaan shoppen en kopen een allerliefst pak “dubbelwijn”; Eén kant met 1½ liter “rosé met een kraantje” en aan de andere kant dito met witte wijn. Best wel grappig. Jenny koopt een mooi armbandje en zo kabbelt de ochtend gezellig verder. Koffie-met-torte hebben we ook nog even genuttigd.

Na de maaltijd gaan we even lekker in het – weer teruggekeerde – zonnetje zitten, waarna we onze daghut weer opzoeken en gaan lezen en verslag bijwerken.

Om 18.00 uur krijgen we via de boordomroep het verzoek om (1,5 uur voor aankomst!!) de hut te verlaten voor de schoonmaak. De bagage kan tot een half uur voor aankomst in de hut blijven. Dat idee van achtergelaten bagage spreekt ons niet echt aan dus slepen we onze spullen naar Dek 9 en gaan we lekker in een restaurant zitten tot de aankomst. Daar is er trouwens prima Wifi. En snel ook.

img_2630Om 20.00 uur leggen we aan in Karlskrona. Omdat we helemaal achteraan staan op het vrachtwagendek rijden we als een van de laatsten rond half negen de boot af. We rijden rechtstreeks naar de jachthaven en gaan voor 160 Zweedse kronen op de camperparkeerplaats staan, als kleintje tussen de groten. Geen stroom, maar we kunnen wel de sanitaire havenvoorzieningen gebruiken. Best wel goed allemaal. Dit is overigens in al die jaren onze eerste camperparkeerplaats in Zweden. Wel grappig. Even later meldt zich een Nederlands echtpaar die hier met hun zeilboot liggen. De man is geïnteresseerd in T4- campers; hij wil zijn eigen verlengde T4 laten ombouwen. Een leuk gesprek met een goed glas witte wijn in een Zweedse haven. Een leuk einde van de eerste dag, nou ja: avond, in Zweden.
Woensdag 3 juli 2013 Jenny 71 /1.326 km Fiets 18,3 km.
Het is niet te geloven, maar om 7.00 uur worden wij gewekt met lawaai dat werklui veroorzaken die vlak voor onze camper een hoge geheel metalen steiger bouwen. Het is gedaan met de rust, lijkt het. Maar af en toe stoppen ze ook weer en sudderen we weer door. Het helpt ook om te denken: “Jullie moeten werken, maar wij hebben lekker vakantie”.
Het unieke van deze plaats is dat dit de eerste keer is dat wij in Zweden op een camperparkeerplaats staan. Zweden heeft er ook niet veel, want volgens het “Allemansrecht” mag je overal in Zweden overnachten in de natuur, mits je het net zo achter laat als je het hebt aangetroffen. Wij doen dat dan ook vaak en hebben al vele mooie plekjes op onze wegenatlas gemarkeerd.

Wanneer wij om 8.45 uur uit bed klauteren is het al erg warm en korte broekenweer. Na het ontbijt fietsen we naar het centrum om te pinnen en boodschappen te halen. Het eerste moet in twee keer, want ons gekozen bedrag is te hoog en het tweede doen we bij de Lidl, achter het station.

Terug bij de haven maken we ons op om te vertrekken. We gaan met een veerpont naar het eiland Aspö om te gaan fietsen. In Zweden zijn alle veerponten die de doorgaande weg met elkaar verbinden gratis en daarom gaan we ook met de camper. Het is een mooie tocht van een half uur tussen de scheren door. Deze eilanden staan vol met verdedigingsbouwwerken uit de tijd van na de Deense overheersing. Karlskrona is van oorsprong een marinestad en de eilanden voor de kust hadden daar een grote rol in.
Wij rijden het eiland rond en dat is zo’n 10 km.

img_2657

Onderweg komen we interessante dingen tegen als een legermuseum over kustartillerie die hier op alle eilanden aanwezig was en een fort dat in het water ligt. Dat was destijds met puntige hoeken gebouwd, omdat de vijand altijd van twee kanten zou kunnen komen en dan makkelijk te verslaan zou zijn.
Om 15.30 uur laden we de fietsen weer achterop de camper en gaan we met de veerpont terug naar Karlskrona.

Nog even een sanitaire stop bij de camperparkeerplaats en dan kiezen we voor de E22 en Weg 27 (in ons boek nog nr. 30) om een camping in Tingsryd te zoeken. Dat schijnt een mooie camping te zijn en om 17.10 uur komen we daar aan. Er moet een overdekt zwembad zijn, maar wij hebben het tot nu toe niet gevonden.

De camping is inderdaad mooi, maar ook duur. Per nacht sek 315 en dan is het douchen nog niet betaald.
We kijken morgen wel of we hier nog een nacht willen blijven.

Donderdag 4 juli 2013 Nico 0 /1.326 km Fiets 12 km.
Tegen tienen klimmen we maar eens uit een (inmiddels zeer warm) bed. Het is hier heel rustig en daarom sudderen we lang door. Gisteravond hebben we besloten om hier toch maar twee nachten te blijven. Niet omdat we zo graag op hele dure campings staan, maar het is wel zo praktisch. Of we nu in één of in twee keer naar onze laatste camper-overnachting vóór de “huisje-week” rijden maakt niet veel uit. Het zou vandaag regenen en dan kun je net zo goed in vol ornaat met luifel staan en lekker lezen. We maken van het ontbijt maar een brunch en doen daarna een rondje bedden luchten en verschonen. Vannacht heeft het best wel hard geregend, maar nu is het droog. Het is heel zonnig en warm, niet slecht voor een verondersteld regenachtige dag.

img_2665Nico koopt na de brunch voor 50 Kronen 24 uur internet. Gisteravond liep onze tweede weekpas af. En 100 Mb van zo’n weekpas jaag je er zo door. De 100 Mb van onze eerste weekpas was na drie of vier dagen al “op”. De tweede hebben we niet volledig gebruikt, omdat we op onze “vierdaagse- camping” in Polen voor 8 Zloty (€ 1,88 !!!!) vier dagen konden internetten. We hebben afgesproken dat we 25 Zloty of 50 Kronen acceptabel vinden voor een dag internet op de camping.

De eerste mail die we na deze investering vervolgens binnenhalen is van Casamundo, de firma bij wie we ons Zweedse vakantiehuisje-voor-een-week gehuurd hebben, waar we zaterdag intrekken. Die sturen per mail de weersverwachting voor die week. En die verwachting is niet slecht; droog, zonnig en temperaturen van 21 tot 26 graden. Maar het is altijd een verwachting. We zullen zien.
Voor volgende week woensdag, de dag waarop Nico en Mark naar Helsingborg gaan voor een concert van Gyllene Tider (de band waarmee Per Gesle van Roxette 34 jaar geleden begon) wordt droog weer en 21 graden voorspeld. Niet slecht voor een openluchtconcert in het Sofiero Slottsparken….
Na de boodschappen gaan we een stuk fietsen. Heuveltje op en heuveltje af. Elektrische fietsen? Dat idee spreekt steeds meer aan…
Tegen vijven zijn we terug en installeren ons in het zonnetje met een glas witte wijn. Onderweg zagen we een thermometer op 30 graden staan, maar dat lijkt een beetje te optimistisch. Maar lekker warm is het wel.

Bij de buurman schalt Cornelis Vreeswijk uit de speakers. Voor de jongeren onder ons: Cornelis Vreeswijk was een Nederlandse zanger / troubadour. Singer – songwriter zou je tegenwoordig zeggen. Zoek op YouTube maar eens op “De nozem en de non”. Kort na dat succes ging hij naar Zweden, waar hij in no-time razend populair werd. Met – uiteraard- Zweedse liedjes. En vervolgens al weer jaren geleden doodging. Maar zelfs nu staan er nog steeds rekken vol met Cornelis Vreeswijk CD ’s in de winkel.

Die buurman van ons is trouwens een verhaal apart. Een “Zweed-met-mega-bierbuik”, het type buik dat constant onder het T-shirt uithangt, tot de man zijn shirt uittrekt…… Dan is het tijd voor het spelletje “Zoek de broek”…….
Hij zal iets ernstigs met zijn keel hebben, want hij praat niet, maar hij “raspt”, alsof hij elk kwartier een vel schuurpapier (met grove korrel) naar binnen werkt. Hoest en rochelt met grote regelmaat. Je hóórt in gedachten de fluim neerkomen…. En toch gewoon lekker doorroken. Zijn ideale middag lijkt te bestaan uit een combinatie van Cornelis Vreeswijk en Jägermeister. Maar hij groet vriendelijk. Er is veel te zien op de camping…..

Na dit middagvermaak gaan we douchen in een prima toiletgebouw en vervolgens gaan we eten. Dit laatste onder de luifel, want het begint licht te regenen. Later, het is nu 20.45 uur, is het al weer droog en breekt de bewolking. Best wel een leuke dag.

De Zweedse buurman komt in een soort Engels al raspend met bloeddoorlopen ogen nog even melden dat het achterlicht van Jenny ’s fiets nog brandt. Zeker vanmiddag met het afhalen van de fietstas per ongeluk aangezet. Aardige man, dat wel…..

Vrijdag 5 juli 2013 Jenny 35 /1.976 km
Deze ochtend begint met iets wat we niet vaak meemaken en wat we ook het minst leuke in een vakantie vinden: koffie zetten, en dan…. is het gas op. Jenny zet gauw alles klaar en als Nico van het sanitair-gebouw terugkomt kan hij meteen aan het werk. Met deze gasfles hebben wij het ruim 6 weken gedaan en dat is best wel lang. Dat komt grotendeels doordat wij in Scandinavië vaak in de campingkeukens koken en afwassen. Dan heb je niet zoveel gas nodig. Door de gaswissel komt het dat we laat aan het ontbijt zitten en pas 11.10 uur klaar zijn om te vertrekken. Dit was een dure camping, zeker voor Zweedse begrippen en omgerekend in euro’s wel € 77,00 voor 2 nachten!

img_2675Jenny rijdt via Weg 120 naar Almhult waar de eerste Ikea ooit stond. Stond, want er is inmiddels een nieuwe gebouwd. Wij gaan daar wat inkopen doen en drinken een kopje koffie (gratis met Familypas) en torte.
In Almhult vinden we ook een grote supermarkt, een ICA Maxi, en doen we de noodzakelijke boodschappen. Daarna rijdt Nico en volgen we Weg 120 tot Tharyd. Daar kiezen we een ongenummerde weg uit onze wegenatlas naar Hinneryd. We zijn nog maar net op weg als we zien dat de weg versperd is door een ongevallen boom. Het lukt ons niet die te verplaatsen. Net als wij omkeren komen er meerdere auto’s aan die gezamenlijk de boom willen weghalen. Nou, daar willen wij ook wel bij helpen. Een automobilist haalt een zaag uit zijn auto en dan is de klus snel geklaard. Eén weghelft is vrijgemaakt en dat is voldoende om er langs te kunnen.

We komen aan in Torpa en willen daar de kerk bezoeken. Op de deur staat een bordje dat hij dagelijks is geopend, maar de deur is duidelijk op slot en er hangt ook geen sleutel op een verstopte plek, zoals wij eerder eens hebben gezien. Hier in de buurt willen wij overnachten, want in onze wegenatlas staan meerdere mooie plekjes aangetekend. Niet door ons, maar door Paul, dat heeft hij even later bevestigd. Bij een omcirkelde ‘badeplats’ waar ‘2010’ staat gaan we kijken en zien meteen dat het een zeer geschikte plek is om te overnachten. Geen verbodsbordje tegen kampeerders, volop in de zon, piepende zwemsteiger, omkleedruimte, grasveldje, zandstrandje en een wc-huisje. Dit laatste is niets anders dan een houten huisje met een houten plateau waar een bril op zit. Ziet er netjes uit, hoewel je wel je neus dicht moet knijpen.
Het is even na vieren als we hier neerstrijken en Nico de camper nota bene ook nog recht op de blokken kan krijgen. We staan pal aan de weg, maar er komt amper verkeer langs.
We genieten een paar uur van de zon (en wind) en schuiven steeds een stukje mee met de zon. We eten aan een picknicktafel en genieten van het uitzicht. Af en toe komen er mensen zwemmen en af en toe rijdt er een auto langs op weg naar de verderop gelegen roeiboten. Het is een rustige avond, onze laatste als kampeerders deze vakantie. Morgen gaan we naar ons huis dat we voor een week gehuurd hebben. Dan komen ook Mark, Paul en Kitty en gaan we er een heerlijke week van maken.

Zaterdag 6 juli 2013 Nico 892 / 2.868 km
Om 8 uur loopt de wekker af na een hele stille nacht. De eerste zwemmers zijn al te water. We ontbijten in alle rust en een uurtje later rijden we richting Halmstad om een berg inkopen te doen. Een klein eindje van onze overnachtingsplek van de afgelopen nacht bekijken we de plek waar we in 2003 tijdens onze tweede Noordkaapreis op de terugweg hebben overnacht. Ook leuk, ook uitzicht op een meer en zelfs een WC- gebouw, maar vlak bij een doorgaande weg. In Halmstad aangekomen zijn we “even” een tijdje bezig in een Mega- Coöp om de “gewone” boodschappen tot en met maandagmorgen te doen, maar dan voor vijf personen. Ook doen we inkopen voor de voor morgen geplande barbecue. Na lang winkelen gaan we uiteindelijk na het middaguur richting ons “huisje voor een week” in Drängsered. We lunchen onderweg en komen tien over half drie bij het huisje aan. De deur is open, de bij-gehuurde hottub wordt al gevuld, maar er is niemand.

img_2691
Na een tijdje komt de eigenaresse, die ons wegwijs maakt. Naast de hottub huren we ook de sauna “beneden bij het water” er bij. In no time draait de wasmachine, gevolgd daarna door nog twee. We slepen van alles naar binnen en als we rond half zeven aan de maaltijd zitten arriveren Mark, Paul & Kitty na een lange dagreis. Ook zij installeren zich. We zetten de satellietspullen op en hebben in no time beeld op de grote huis-TV. Maar door zenders inlezen op de Canal Digitaalkaart van Mark raken we meer zenders kwijt dan we er bij krijgen. Met de kaart van Nico er weer in blijft het helaas zo. Maar we hebben nog wel een paar Nederlandse zenders, dat nog wel….
Het strandje bij “ons” meertje wordt ook door de plaatselijke inboorlingen gebruikt, dus helemaal “privé” is dat ook weer niet. Hoe dat moet met die sauna met open raam zien we nog wel…….

Zondag 7 juli 2013 Jenny 0 / km, Fiets 7,4 km
Jenny heeft vanmorgen de taak om het ontbijt klaar te maken, maar wanneer zij beneden komt zijn Kitty en Paul er al. Paul heeft de hottub al aangestoken en de schoorsteen rookt goed. Na een uitgebreide brunch gaat iedereen te water. Eerst in de hottub die ruim 35 graden is en daarna in het meer. Hoewel het meer-water 20 graden is, is de overgang van hottub-water naar meer groot. Maar het zwemmen is heerlijk, ook Nico gaat zwemmen!

img_2692De rest van de dag luieren we tussen water en ligstoel. Het is heerlijk warm weer en we genieten. Later op de middag gaan Kitty en Paul roeien en vangen zowaar een paar visjes, die ze weer de vrijheid geven. Nico en Jenny fietsen naar de kerk in Drängsered, helaas is deze gesloten. De route heen en terug is 7,4 km en gaat meer omhoog dan omlaag. Een goede activiteit voor de komende bbq, waarbij wij onderweg de 100 fiets-kilometers van deze vakantie passeren. Vanaf 18.00 uur gaat de bbq aan en die bestaat uit een mix van Nederlandse en Zweedse producten. Het zonnetje schijnt nog steeds, hoewel hij in kracht afneemt. Daarna gaan de jongelui weer in de hottub, die met het deksel er op nog heel warm is gebleven. We maken plannen voor de komende week en verzekeren ons van een fijne tijd.

 

img_2698

 

Maandag 8 juli 2013 Nico 146 / 1.700 km
img_2703Rond de klok van achten rent Jenny het meer in voor een ochtendzwemrondje. Vertrouwd, zelfs vanuit een huisje dat voor een week gehuurd is. Normaal gebeurt dit vanuit de camper, maar vanuit een huisje is het ook wel indrukwekkend. Ergens tegen negenen zitten we allemaal aan het ontbijt. De zon schijnt al weer volop en het “dreigt” weer een warme dag te worden. Na het ontbijt stappen we in de blauwe bus/camper en rijden we naar Halmstad, om te gaan winkelen in winkelcentrum Eurostop. Er worden alvast cadeuautjes voor Kiity gekocht, die vrijdag jarig is. Daarna gaan we lunchen (en internetten) bij / in de Mac Donalds en rijden naar een ander winkelcentrum om te winkelen bij de Ö of B, de Zweedse mega-variant van de Action. We rijden daarna naar Torup, om de “werkplaats van de Kerstman” te bezoeken. Lijkt een stuk echter dan de varianten rond de Poolcirkel in Zweden en Finland. Kleiner, dat wel, maar de souvenirs worden hier op locatie gemaakt in plaats van in Hong Kong. Paul & Kitty en Jenny kopen souvenirs. Daarna verder naar een lokale “Glasbruk”. Wel een winkel, maar er wordt dit jaar geen glas geblazen, want de oven is kapot. Eigenlijk ook wel zo prettig, want het is al warm genoeg…. J.
Na de “glaswinkel” rijden we weer terug naar “ons huis”. Eerst lekker chillen in de zon met een glaasje, daarna gaat Mark aanstalten maken om het eten van vandaag klaar te maken: Pitty Panna met eieren en balletjes, gevolgd door chocopudding als dessert.
De hottub wordt weer bijgestookt, Paul & Kitty stoken de sauna op en duiken na een eerste test het koude meer in. Jenny volgt even later en zelfs Nico gaat ter sauna en stapt even later zonder klagen, uitstel en smoesjes zo maar het meer in. En duikt de sauna weer in en opnieuw het meer in. Daarna gaat het sauna-viertal de hottub in, vergezeld van een glas rosé en dan heeft Mark inmiddels de maaltijd klaar.

Na een heerlijke maaltijd gaan Mark, Paul & Kitty de sauna en het meer weer tegemoet, terwijl Jenny als een volleerde kapitein in haar eentje het meer over roeit. Hier kun je best wel aan wennen………………………

Dinsdag 9 juli 2013 Jenny en Nico 0 / 1.700 km
img_2752J: Om 9.00 uur zitten we aan het ontbijt. Het is dan nog wat nevelig en bewolkt. Daarna gaan ‘de mannen’ een dagje weg, naar het Saabmuseum in Trollhätten. Zie verslag van Nico. Kitty werkt een was weg en Jenny haalt een doek en stofzuiger door het huis. Daarna wordt het wat de dames betreft een dagje zonnen, baden in de hottub, zwemmen en roeien. Ze roeien het hele meer over en tonen zich een goed team aan de spanen.

Nico: Rond tien uur verlaten Mark, Paul en Nico het vakantieverblijf en gaan per Saab richting Trollhätten. Tijdens een tussenstop in Göteborg wordt de helemaal lege gastank van de Saab gevuld met LPG, wat hier slechts op een zéér beperkt aantal plaatsen te verkrijgen is. Daarna wordt de reis voortgezet en in Trollhätten aangekomen bezoeken we het Saab Bilmuseum. Daar zijn we jááren geleden als gezin ook al eens geweest, maar toen was er geen Saab-bezitter onder ons. Nu wel en dat is Mark. We bekijken alles, inclusief een film uit 1987.

Mark ’s model is wel als schaalmodel te koop, maar niet in de goede kleur. Mark laat het dus bij een sticker. Voor het vertrek zetten we de Mark-Saab voor de ingang van het museum voor een plaatje. Waarop het personeel gewapend met fototoestel vraagt of Mark bezwaar heeft om “Visitor of the day” te worden. Mark heeft geen bezwaar, dus gaan we met zijn drieën en de Zwarte Bolide op de foto. Daarna koopt Mark nog een kofferdeksel-logo bij de plaatselijke Saab onderdelen-leverancier en gaan we weer richting huisje. In Göteborg maken we nog een tussenstop naast de Ikea om bij de Coop Forum een Gyllinne Tider CD, DVD ’s (Mark) en ijs te kopen. Daarna weer verder naar “hem” (huis). We begonnen de dag grijs en met 16 graden, maar na een half uurtje rijden brak de zon door en we hebben onderweg ruim de 25 graden gehaald.

J: Voordat de mannen terug komen stoken de dames de hottub en sauna op en wordt de oven voorverwarmd voor de pizza’s, zodat alles klaar is wanneer Nico, Mark en Paul terug zijn. ’s Avonds wordt er weer flink getubt en gesaunaat, waarbij het meer de noodzakelijke afkoeling moet geven. Jenny zwemt het meer over, zoals ze had beloofd en neemt een dotterbloem als bewijs mee terug. Zij heeft daarmee een ‘Jap’ (de Zweedse Mars) verdiend.

Woensdag 10 juli 2013 Jenny en Nico 241 / 1.941 km
J: We staan bijtijds op, want vandaag gaan wij naar het elandenpark Smålandet bij Markaryd. Het is bewolkt en niet echt warm te noemen, dus de lange broeken gaan aan. Om 12.15 uur komen we daar aan en Paul koopt gauw de kaartjes voor de safari van 13.00 uur. We krijgen twijgen met bladeren mee om de dieren te voeren en Paul voert meteen een camouflage-act op waarbij wij niet de enigen zijn die in een lachstuip liggen. Die stemming blijft de hele rit met het safari-treintje en we hopen maar dat niemand last van ons heeft. De elanden komen dichtbij, zijn helemaal tam en steken zelfs hun kop in de wagon op zoek naar onze takken. Een eland maakt het wel erg bont en wil blijkbaar elke wagon van binnen zien. Zij heeft een jaar of vijf geleden haar moeder verloren, die verdronken is toen ze meende naar Denemarken te kunnen zwemmen. Er zijn ook buffels in het park, maar wat die in Zweden doen, is mij niet helemaal duidelijk. Halverwege de tour sprak de chauffeur alleen nog maar Zweeds, dus die uitleg hebben wij niet. Na drie kwartier is de rit voorbij; applaus voor de chauffeur en wij gaan ons te goed doen aan een broodje elandenworst, wafel met saus en de souvenirs-shop.

img_2786

Daarna gaan wij naar het centrum van Markaryd om boodschappen te doen bij de Systembolaget (drankenwinkel) en de Konsum. We doen meteen voor 2 dagen inkopen, want morgen is een rustdag en blijven we bij ons huis.
Hierna splitsen onze wegen: Mark en Nico gaan naar een concert van Gyllene Tider, zie verslag Nico.

Paul, Kitty en Jenny besluiten alternatief (= niet over de snelweg, maar via tussendoor-wegen ) terug te rijden naar het huis. Zij zien eerst nog een ICA supermarkt en kunnen de verleiding niet weerstaan daar de ontbrekende boodschappen te doen. Niet dat we niet zonder zouden kunnen…., maar toch…
In Hamneda weten we een visrestaurant waar ook ‘elandenkebab’ wordt geserveerd en we besluiten dat te gaan doen. Het ruikt er wel erg naar vis en als je daar niet van houdt is het even wennen.
Na de maaltijd –die maar 2 kronen boven ons budget gaat- rijden we over allerlei alternatieve wegen naar ons huis. Soms is er amper een weg, maar wel een mooie waterval, soms worden we omgeleid. In elk geval een route om van te genieten en omdat we ook nog leuke overnachtingsplekjes zien roept Kitty ineens: “ik wil volgend jaar ook gaan kamperen”, iets wat Paul natuurlijk erg leuk vindt.

img_2808We merken dat we zuid Zweden helemaal nog niet goed kennen, niet qua natuur en niet qua overnachtingsplekken in de natuur. Via Kinnered rijden we een onverharde weg naar ons huis en bij het ‘gele huis’ zwaaien we nog even naar de eigenaresse.

De avond sluiten we af met een vuur bij de steiger, met cider, witte wijn en elandenworst. Het verhaal van Nico en Mark volgt hier onder……

N: Na het afscheid van de rest van het reisgezelschap rijden we Markaryd uit (en zien nog net de camper de parkeerplaats van een héééle grote supermarkt oprijden. We rijden de E20 op, richting Helsingborg. Op naar het concert van Gyllene Tider, de allereerste band van Per Gessle (Roxette), die inmiddels al 34 jaar bestaat (de band, niet Per Gessle). Onderweg zoeken we naar een “gasboer” om de inmiddels weer lege gastank van de Saab te vullen. De tweede poging is raak: 7 kilometer van de snelweg en dan nog 2 kilometer zandpad. De “bediende” verwondert zich over een Zweedse auto uit het buitenland. Hij is nog verbaasder om te vernemen dat de broer van de Saab-eigenaar in een Volvo rijdt. Zó laat je nog eens goede indrukken achter….

Op de terugweg naar de snelweg shoppen we wat met het meegekregen “eetbudget” uit de algemene huishoudpot en kopen behalve een “toetje” ook nog een potje “Tomat Syl”, haring in tomatensaus. Dit jaar erg zeldzaam in Zweden, althans de tomaten-versie. Wanneer we dit kostbaar kleinood ’s nachts in de koelkast zetten, blijkt dat het andere deel van het gezelschap óók zo’n potje heeft gescoord. Maar ze komen wel op…
Na een welverdiende afspuitbeurt voor de Saab in een lokale wasbox rijden we verder en komen al snel in een file / langzaam rijdend verkeer die allemaal op weg zijn naar Sofiero Slott, waar in de kasteeltuin het concert zal plaatsvinden. We parkeren voor 40 Kronen in een weiland – en zijn daar dus het enige buitenlandse kenteken- en sluiten aan in één van de twee rijen toeschouwers die naar binnen willen. Die rij blijkt zo’n 500 meter lang te zijn (en 3 tot 4 man breed). Maar het gaat best wel snel en gemoedelijk, niemand dringt voor en het is allemaal reuze gezellig. Alle leeftijden, van 5 tot 70+. Het lijkt wel een regionale feestdag. De mededeling die Mark per mail kreeg om maar geen picknickspullen mee te nemen omdat het druk wordt, heeft de andere feestgangers kennelijk niet bereikt. De tassencontrole is waarschijnlijk alleen bedoeld voor vuurwapens en explosieven, want terwijl we een paar meter van het podium af staan, wordt links en rechts witte wijn uit flessen en Rosé uit 3-liter-pakken getapt. Een eindje van het podium af lijkt het wel Regionale Picknickdag. Nog nooit zo’n ongedwongen concert meegemaakt. Het blijft gelukkig droog en de temperatuur loopt op naar 17 graden. Dat valt allemaal wel mee, want het is vandaag in het “binnenland” wel wat frisser geweest. De zon komt er zelfs weer door en het blijft droog.

Even na half acht begint het voorprogramma: Linnea Hernriksson. Een Zweedse band met 2 keyboardspelers, een gitarist, een drummer en een zangeres die als een soort carnavalskip in felle kleuren verkleed over het podium beweegt. Een tikje mollig, dus het schudt allemaal best wel. Je moet er van houden, maar uit het feit dat velen meebrullen en swingen doen aardig wat mensen dat inderdaad. Bij de laatste “final jump” van de dame is de landing wat ongelukkig; patsboem op de linker bil, maar die kan wel een stootje hebben. De rechter ook wel….

Niet al te veel later begint de hoofdact, Gyllene Tider. De heren hebben er zin in en het wordt gewoon één groot feest. Tegen kwart voor elf is het allemaal klaar en gaan we naar de auto. Rond kwart over elf zijn we het parkeerweiland af en begint de terugreis naar Drängsered. Onderweg koelt het af van 17 naar 10 graden. Om tien voor één zijn we weer terug en na het nuttigen van een blikje “X-strong Cider” en wat elandenworst (“’s middags aaien, ’s avonds opsnaaien”) sluiten we een mooie dag af.

Donderdag 11 juli 2013 Jenny 0 / 1.941 km
Het is laat wanneer wij vandaag aan het ontbijt zitten, want wij slapen uit. Jenny duikt eerst het meer in voordat zij Nico helpt met de ontbijttafel dekken. Daarna wordt het een dag van luieren, roeien, etc. Het is weer zonnig en het wordt behoorlijk heet. Zó heet dat sommigen juist weer binnen gaan zitten, want in huis is het koel.

’s Middags gaan Kitty en Paul het meer over roeien en daarbij loopt Paul een soort zonneallergie op. De hottub is inmiddels zó vuil geworden dat besloten wordt om het water te verversen. Aanvankelijk met de tuinslang als hevel, maar als Jenny de stop in de bodem ontdekt gaat het veel sneller. De kuip daarna weer vullen duurt lang en wij helpen een beetje om met kokend water de temperatuur omhoog te krijgen.

De maaltijd vandaag is opnieuw bbq en we doen ons tegoed aan allerlei lekkers. Daarna wordt er gevist, gesaunaat en geluierd. Kitty leert ons vissen, iets wat eigenlijk helemaal niet zo moeilijk is als het lijkt. We zetten de tuin in kaarslicht; het belooft weer een mooie avond te worden.

Vrijdag 12 juli 2013 Nico 35 / 1.976 km
Deze laatste volle dag in Zweden is Kitty jarig. Aan de versierde tafel worden de cadeautjes uitgepakt. Daarna ontbijt. Dit alles bij geopende serredeuren. Nog wel iets frisjes, maar het wordt steeds warmer.

img_2820

Na het ontbijt klimmen Mark en Jenny op de fiets naar Kinnared, om bij de lokale ICA boodschappen te doen. Paul en Kitty volgen met de camper (en het fietsenrek voor de terugreis van Mark en Jenny). Nico bewaakt het fort. Daarna een verjaardag met lekker luieren, roeien, hottubben en zonnen. Het avondmaal is in handen van Paul en Kitty. Pannenkoeken, al werkt de grootste koekenpan niet echt mee. Na enige tijd duiken Jenny, Mark, Paul en Kitty de sauna respectievelijk het meer in. De hottub heeft zijn laatste hout verstookt en is meer een warmtub geworden.

Overdag zijn al heel wat spullen verhuisd van huis naar auto/camper. Nico ruimt ’s avonds de satellietspullen op. Daarna gaan we op elandensafari. In het gastenboek hadden wij van Nederlanders gelezen dat zij in een week tijd 23 elanden in de omgeving hadden gespot. Dat deden ze in een langzaam rijdende auto een half uur voor zonsondergang. Wij rijden ook een tijdje door de omgeving en hoewel de route mooi is, laat geen eland zich aan ons zien.

Na het douchen gaat het richting “kampvuur bij het meer” en worden er o.m. “broodjes op een stokje” gebakken. De muggen zijn niet voor Kitty’s verjaardag uitgenodigd, maar ze komen desondanks in grote aantallen. Die hebben ook feest…..
Tegen middernacht worden de verschillende bedden opgezocht. Morgenochtend is het vroeg dag. Om half zeven er uit, om 7 uur ontbijt.

Zaterdag 13 juli 20132 Nico 912 / 2.868 km
Wij zitten tegen zevenen aan het ontbijt. Het op- en inruimen gaat heel snel en om kwart over acht vertrekken we al. We spreken de eigenaresse nog even en gaan dan op pad.

Nico en Jenny tanken kort voor Halmstad. De camper heeft zuiniger dan 1 op 13 gereden en dat gebeurt niet vaak. Mark gaat in Malmö gas tanken en we willen elkaar ontmoeten bij “het grootste winkelcentrum van Noord Europa”. Door een foute instelling van Garmin (“de kortste route”) worden we dwars door Malmö geleid en komen uit bij de Arena. We zien de Saab (met inhoud) nergens en bellen met Paul. Na een mislukte poging om ze te vinden spreken we af dat wij maar doorrijden naar Denemarken en bij de brug bij Mön op de rest wachten.

img_2851Maar dan gaat het mis. Het “voorgloeilampje” van de camper begint te knipperen. Omdat wij in het boekje niet kunnen vinden wat dit betekent, belt Nico met de thuisgarage. Een monteur vertelt dat het een storingsmelding is, het kan van alles zijn. Hij vraagt of de motor ook inhoudt, maar dat is niet het geval. Doorrijden met een knipperend lampje is ook niet alles. We slingeren de laptop aan en zoeken een VW-garage in Malmö. Die blijkt 10 kilometer verder te zijn en we rijden die kant op. Helaas: de werkplaats is op zaterdag dicht en men vraagt of we mobiliteitsgarantie hebben. Diè hebben we dus, mede daarom zitten we al jaren bij de Volkswagengarage in Zwolle voor goed – maar best wel duur – onderhoud. Vervolgens krijgen we de vreemde tip om eerst maar een goed eind weg te rijden en dan de Mobiliteitsservice te bellen; “anders worden we hier weer naartoe verwezen of – in het ergste geval – gesleept”.

Eerst maar eens kijken of we zelf iets kunnen vinden; een van de eerste mogelijkheden die de Zwolse monteur per telefoon meldde blijkt gelijk raak; geen van de drie remlichten werkt. Nico belt opnieuw met VW-Zwolle en krijgt het advies om – als het niet lukt om zelf iets te doen – toch maar de hulptroepen in te schakelen, want zonder remlichten is het levensgevaarlijk, zo niet verboden, om de weg op te gaan. Nico belt met VW Mobiliteitsservice Nederland.
De man legt uit dat er geen hulpwagen komt omdat we nog kunnen rijden. Andere hulp lijkt moeilijk, omdat “in Zweden net de vakanties begonnen zijn”. Wachten tot maandagmorgen lijkt niet echt handig. We krijgen nog wel een telefoonnummer van een andere hulpdienst, maar “die zit ver weg en of die komen?” Lijkt dus ook niets.

Nico belt dan maar met de verzekering. Maar belt in plaats van met de reisverzekering per vergissing naar de alarmcentrale van de kampeerautoverzekering, maar die kunnen ook niets doen. Twee dagen wachttijd en dan zitten we weer op maandag.

Intussen zijn Mark, Paul en Kitty uit-gewinkeld en komen rond 13.00 uur ter plaatse. Mark gaat internetten en zoekt oplossingen op het VW-forum. De zekering is niet kapot, daar kan het niet aan liggen. Paul ziet kans om het remlichtrelais te demonteren met behulp van de informatie van Mark. Wanneer de draden rechtstreeks worden verbonden branden de remlichten. Dus is het relais stuk. Opnieuw de VW-garage waar we voor staan in, maar die hebben dit onderdeel niet. Een zusterbedrijf in Lund, een eindje verderop wordt gebeld, maar die hebben het ook niet. Je zult in Zweden maar VW-onderdelen nodig hebben…. Dat gaat beter in Noorwegen, dat weten we uit ervaring. Nadat Paul vervolgens het relais een aantal keren handmatig heeft bediend, wat moeilijk en knersend gaat, monteert hij het ding en zowaar: de remlichten werken weer en het waarschuwingslampje blijft uit.

We rijden gevolgd door een “controlerende Saab” naar de Burger King voor een “Whopper-, Wrap- en Cheesburger- lunch”. Daarna gaan we richting “Oresund-brug”, waar we om kwart over twee na betaling van 395 Kronen letterlijk en figuurlijk groen licht krijgen. We spreken af om in Rödby bij de boot naar Putgarden op elkaar te wachten. Onderweg belt Mark en waarschuwt voor een kinderwagen die midden op de weg ligt. Daar aangekomen is het inmiddels een zeer plat exemplaar geworden. Gelukkig zonder kind, dat wel. Tijdens de rit worden we drie keer gebeld door VW Mobiliteitsservice Nederland, “hoe het afgelopen is”. Jenny maakt onze mening over die “service” héél duidelijk. Ons incident is geregistreerd met als probleem “Motor verliest vermogen”. Hoe ze dáár nou zijn bijgekomen is ons volstrekt onduidelijk. Het klopt in ieder geval niet. Bovendien had men dan toch echt de hulptroepen moeten sturen.

img_2862

Om kwart voor vijf rijden we de boot naar Putgarden op, waar we een uur later aankomen. We gaan om 19.00 uur eten bij Raststätte Trave en rijden om 20.00 uur verder. Door de wegwerkzaamheden was er een korte uitvoegstrook. De invoegstrook is nòg korter en Jenny trekt met gillende banden op. We rijden apart, want Mark moet in Hamburg gas tanken. Jenny rijdt door tot Wildeshausen, waar we tanken, waarna Nico het stuur overneemt. Om vijf over elf rijden we Nederland binnen. Tussen Nieuwleusen en Zwolle zien we de Saab zowaar. Om tien voor twaalf zijn we dan na bijna 900 kilometer rijden op deze dag weer thuis, na een zeer gevarieerde maar heel leuke vakantie.

Tja, en na alleen de noodzakelijke dingen uit de camper te hebben gehaald, (de rest komt morgen wel) wacht ons het lekkerste bed van de hele vakantie: ons eigen!

Welterusten!

Klik HIER voor de foto’s!

2012: Zomervakantie – Noordkaap

Maandag 18 juni 2012 Nico 440 / 440 km
Vandaag doen we lekker rustig aan. Omdat we niet vroeg in Travemünde hoeven te zijn doen we alles heerlijk rustig en kalm. Boodschappen, auto wassen, water- en WC-tank vullen, fietsenrek op de auto, nog even het huis stofzuigen en een doek door de toiletten, alles op halve kracht. Heerlijk! Dat komt vooral vandaag goed uit, want de dag begint met zware regen en een paar gigantische donderklappen. Wanneer het droog is beginnen we op ons gemak met de laatste voorbereidingen.
Rond half drie verlaten we Zwolle. We krijgen een paar regenbuitjes over ons heen voor we Nederland verlaten hebben. Dat laatste gebeurt een klein uur na vertrek bij Zwarte Meer. Deze keer gaan we weer eens over Meppen en Cloppenburg. Uiteindelijk draaien we de A1 op. Door een misverstand over het met een bezoek te vereren winkelcentrum draait Nico de verkeerde afslag op en wordt na een paar honderd meter gelijk “afgestraft” met een steen(tje?) op de voorruit. Resultaat: Net zo’n ster als in de Carglass-reclame.
Het waait behoorlijk, maar het is 19 graden en lekker zonnig. Jenny rijdt verder, langs de talloze “Baustellen” tussen Bremen en Hamburg, waar de hele weg zesbaans moet worden. We ontdekken dat we onze parkeervergunning vergeten hebben voor Mark achter te laten aan d’Allee. Dom!!

Een eind voorbij Hamburg stoppen we voor een broodje, koffie, sanitair en weer een chauffeurswissel. We rijden daarna rustig verder en komen rond half negen bij de haventerminal aan, waar de “Finnlady” net aankomt. We checken in (in de opstelrij, pas na elven begint de echte “boarding”).
Nico checkt ons nieuwe vakantievriendje, dat hopen we tenminste: de “Droam”. Een gehuurd klein apparaatje, formaat driekwart van een kleine smartphone, die in de landen die we bezoeken per telefoon via providers waar de verhuurder afspraken mee heeft fungeert als wifi-punt voor maximaal 5 apparaten. Dat is wel zo makkelijk. Als er geen (gratis) wifi op de camping is of wanneer we in de natuur staan kunnen we als het goed gaat “gewoon” internetten met de laptop. Als het goed is via een 3G – netwerk. Hier aan de haven hebben we prima verbinding, alleen via 2G. “Aan de overkant” of aan boord maar eens kijken hoe dat allemaal gaat. Heel simpel gezegd: Als we ergens telefoonontvangst hebben, moeten ook kunnen internetten. Voor meer info: kijk op www.droam.nl

Om tien uur maken we een korte wandeling naar het havengebouw en de daar druk bezochte (drank-)winkel. Voorzien van een tweetal pakken witte wijn en een fles Zuid Afrikaanse witte wijn wandelen we weer terug naar de bus. Tegen elf uur begint het “beladen” van de auto’s. Dat gaat zo’n beetje per rij.

Voorop rijd een T5-busje met zwaailicht, voor het geval je de boot niet kunt vinden. Wij staan in de tweede rij. Rond kwart over elf staan we op een autodek. Naast ons in een hele dure witte Russische Mercedes kijkt oma wanhopig hoe ze uit moet stappen met op ongeveer 20 centimeter afstand die mooie blauwe Nederlandse VW- camper (onze).
Uiteindelijk schuift ze over de bestuurdersstoel “links uit de flank”. Wij blij dus, onze autolak nòg blijer. Bij het “boot oprijden” hebben we iets verloren; één uur aan tijd; aan boord geldt de Finse tijd en die zijn zo verhipte eigenwijs om een uur later de dag te beginnen. Dat halen we hopelijk t.z.t. bij de grens met Noorwegen weer in. De hut, nr. 8040, 16 m2 groot, lijkt voor een hut die in 2006 / 2007 is gebouwd ietwat gedateerd. De vloerbedekking is hier en daar niet schoon en de TV meldt vrolijk dat ‘ie geen digitaal signaal heeft. Dat zien we morgen wel. De huttemperatuur, met de regeling in de middenstand, is warm tot heet. We zetten hem op absoluut minimum, zodat we straks kunnen slapen. We verkennen het schip. En zijn dus snel klaar, want zo vreselijk groot is het hier ook weer niet. De grote campers staan na twaalven (Fins: enen) nog steeds op de kade te wachten. Soms is het leuk om een “kleintje” te zijn, zoals wij. Teruggekomen in de hut gaan we eerst de klokjes maar eens een uurtje later zetten. En daarna maar eens op stok.

Dinsdag 19 juni 2012 Jenny 0 / 440 km
Wij slapen best wel goed, maar worden wel een beetje vroeg gewekt door een berichtje op onze telefoons. Blijkbaar zijn we van netwerk veranderd en als ik op mijn telefoon het berichtje bekijk, zie ik tot mijn grote verbazing dat ik nu op T-Mobile IJsland zit. Ra, ra, hoe kan dat, want IJsland ligt toch echt heel ergens anders! Overigens hebben wij de meeste tijd hier aan boord telefoonverbinding met het “On-Waves” netwerk van het schip. Dat schijnt heel duur te zijn, € 2,80 per minuut en doen we dus maar niet.

Om 9.30 uur gaan we ontbijten. Wij krijgen tafel 93 en die zullen wij de hele reis houden, bij alle maaltijden. Thuis hebben wij deze maaltijden meteen bij de boeking geregeld, want het is wel heel goedkoop. Voor € 55,00 p.p. wordt ons twee keer een ontbijt, een lunch en een diner aangeboden, allemaal in buffetvorm en allemaal overheerlijk.
Daarna zoeken we de winkel op, die niks voorstelt en heel duur is. Nico meldt bij de receptie dat de TV het niet doet en even later komt er al iemand kijken. Het lukt deze mevrouw ook niet om de TV aan de praat te krijgen en zij vertrekt met de belofte iemand te sturen ‘die er verstand van heeft’. Tot nu toe nog niemand te zien. Wij luieren wat in onze ruime hut en gaan dan naar dek om in de zon verder te luieren. Het waait wel erg, maar met een zonnestoel op de juiste plek is het heerlijk toeven. De zee is rustig, aan bakboord zien wij alleen maar zee en aan stuurboord kunnen we nog net het vaste land van Europa ontdekken. Welk land? Polen? Letland? Litouwen? Wij weten het niet, want de kaarten liggen in de camper. Onze GSM geeft ineens T-Mobile Danmark aan……….?

noordkaapvakantie-2012-015Om 13.00 uur gaan we lunchen en dat ziet er zo lekker uit, dat we vergeten dat we maar “een klein hapje” zouden doen, om ruimte voor het avondeten over te houden. Daarna even naar de hut en dan weer aan dek in de zon liggen. Dit keer met een meegenomen kussen, want de dekstoelen zijn wel wat hard voor ons Hollandse kontje. Het is de bedoeling om vandaag een half uur te bewegen, maar de fitnessruimte is niet anders dan een muf ruikend hok met een paar hometrainers en de gangen tussen de hutten lopen dood, dus kun je er geen rondjes lopen. Dat wordt dus extra trappen lopen, in plaats van de lift nemen. Wij zullen toch ergens calorieën moeten verbranden. Aan dek is het inmiddels heet geworden en vele zonaanbidders zoeken de schaduw op. Later zien wij dat wij een ietwat andere kleur hebben gekregen.

Eind van de middag varen wij ter hoogte van Kalmar: of te wel het eiland Öland. En ’s avonds varen wij urenlang langs het eiland Gotland, waar wij zelfs de “rauken” aan de kust zien, zie vakantie 2009 op www.duijfathome.nl . Het schip vaart dus tussen de Zweedse eilanden en de Zweedse kust naar Finland. Om 19.30 uur gaan wij aan het dinerbuffet. Het eten is weer heerlijk en wij kopen er een wijntje en biertje bij om het nóg lekkerder te doen smaken. ‘s Avonds laat zien wij het mooiste wat wij ons in de vakantie kunnen wensen: de Zon in de Zee Zien Zinken! Wij drinken daar een passend biertje en wijntje bij en ontdekken dán pas dat het biertje redelijk goedkoop is met zijn € 3,00. Het wijntje (250 ml) van Jenny kost wel € 6,80, dus dat is pas echt genieten!

NB. Mijn GSM heeft behalve IJsland en Denemarken, ook al Zweden en Estland-ontvangst gehad. Nico heeft al urenlang helemaal geen verbinding en voelt zich moederziel alleen…… 🙂 🙂 🙂

Woensdag 20 juni 2012 Nico 16 / 456 km
Om kwart voor 7 blèrt Nico’s telefoon / wekker. In de afgelopen nacht zijn we via tarief- SMS- ‘en welkom geheten in Estland, nog een keer Estland en uiteindelijk in Finland. Na opstaan en aankleden ratelt de intercom-dame in 3 talen dat het ontbijt wordt geserveerd, dat we om 8 uur aanleggen in Helsinki en dat het autodek pas na het aanleggen open gaat. We ontbijten, terwijl we Helsinki naderen. Het schip meert buiten het centrum aan, in een vrachthaven, wat niet ongebruikelijk is voor een combi-carrier. Om vijf voor half negen rijden we als een van de eersten de boot af, weer achter een Transporter-met-zwaailicht aan, die ons naar de uitgang van het haventerrein leidt, waar de douane 3 man sterk staat te kijken, maar verder niemand aanhoudt.
We zien een verwijsbord naar de Rastila- camping en gaan als enige linksaf. Verderop geen borden meer, dus rijden we even verkeerd. Garmin heeft in Finland alleen de hoofdwegen er op staan, we hadden beter even Noord- Europa kunnen laden, maar “vroeger” reden we ook prima op de kaart. We keren om en met Jenny als kaartlezer zijn we om tien over negen na 16 kilometer al op de camping, waar we gelijk een plekje krijgen. Om half tien zijn we ons al aan het installeren. We doen dat lekker rustig. Jenny gaat even succesvol “Droamen” (lees: internetten) en na elven kopen we bij de campingreceptie 2 “Helsinki – Cards” , à € 36,- p.p.
Duur, maar wel makkelijk. Tegenwoordig is er direct naast de camping een metrostation en met één keer overstappen ben je in een half uurtje in het centrum, bij het Centraal Station.

Na een paar supermarkt-boodschapjes gaan we eerst wat meegenomen en wat gekocht brood en aanverwanten oppeuzelen. Daarna wandelen we naar de Dom van Helsinki, daar zijn we de vorige keer (1998) niet geweest. Mooie en grote kerk.
Na het Dom-bezoek stappen we in tram 3T, een tramlijn die in een soort achtvorm door het centrum van Helsinki rijdt. We stappen uit bij de Södra Hamnen, de zuidelijke haven en gaan met een bootje door de haven naar een museum-eiland, waar we met de jongens destijds ook zijn geweest. Eigenlijk doen we dit om wat van de haven te zien. Op het eiland nuttigen we een soft ijs en raken aan de praat met een Finse ex-marinier die in Afghanistan gediend heeft. Hij had er weinig goede woorden voor over….
Teruggekeerd aan de vaste wal loopt de markt bij de haven al op zijn eind. We nemen de tram naar de binnenstad, die wonderlijk dichtbij blijkt te zijn. Op zoek naar een zomerjasje voor Nico gaan we Stockmann binnen, een grote winkel met 8 verdiepingen. Wel leuke jasjes, maar € 490,- ligt toch wat boven het budget….

Alles in één dag zien, in ieder geval de dingen die wij willen zien, lukt niet en we besluiten om 2 nachten op de camping te blijven. Dat we Mark als OV-specialist missen, blijkt wanneer we vrolijk de metro in de verkeerde richting nemen. Alles heeft hier een Finse (onuitsprekelijke) naam en een Zweedse. Het metrostation waarop we onze fout bemerken heet in het Zweeds “Kampen”; zo ver weg en toch zo dichtbij. De volgende halte is tevens eindpunt, dus gaan we met de zelfde wagons weer terug. Om zes uur zijn we weer op het station bij de camping en zien een supermarkt vlakbij. Makkelijk voor morgen. We genieten van een Zuid-Afrikaanse witte “opzetwijn”. Vanmorgen om half tien was het daar nog iets te vroeg voor.

Donderdag 21 juni 2012 Jenny 0 / 456 km
Vandaag opnieuw een zonnige en warme dag, wij ontbijten half in de zon en half in de schaduw. Volgens mij gaat de zon hier al om 3.00 uur op en het wordt hier ook niet helemaal donker. Tegen 11.00 uur gaan wij met de Metro naar Östra Centrum om wat boodschappen te doen. Nico zoekt nog steeds een nieuwe zomerjas en Jenny wil graag een spijkerbroek. Winkels genoeg, maar het lukt niet om iets in onze maat te vinden.
Daarom gaan we verder met de Metro naar het centrum en vandaaruit nemen we de tram (3T) naar de rotskerk. Deze Temmeliaukio Kirkko is een van de meest ongewone kerken ter wereld. Hij is niet op heuvels, maar er in gebouwd. De architecten Timo en Tuomo Suomalainen mochten deze kerk gaan bouwen toen zij een architectuurwedstrijd wonnen. Een zeer indrukwekkend gebouw, waar we binnen genieten van een pianoconcertje. Buiten klimmen wij op de rotsen van de kerk en nuttigen een broodje.
noordkaapvakantie-2012-024Daarna gaan we per tram naar de Sibelius-monument, ook al weer zo’n bijzonder object. De kunstenares mocht een monument maken voor de componist Jean Sibelius, maar ondanks dat deze man nooit een stuk voor een orgel heeft geschreven, maakte zij wel iets dat op erg orgelpijpen leek. Daar kwam nogal kritiek op en daarom maakte zij er nog een kleine stalen buste bij die naast het “orgel” staat. Intussen is Finland toch wel trots op dit monument en trekt het veel toeristen.
Het openbaar vervoer in een grote stad is een uitdaging op zich. Of wij snappen er niets van en zoeken ons rot welke metro, trein of bus wij moeten nemen, of wij denken dat we het weten en gaan finaal de andere kant op. Nu is het OV van Helsinki vast niet moeilijk te noemen, maar wij hebben andere ervaringen……. Vroeger, toen onze kids nog mee gingen was het onze oudste zoon Mark die in een mum van tijd alles begreep van de metro, trein, bus en tram en hij leidde hij ons door Praag, Wenen, Kopenhagen, Oslo, Stockholm, Helsinki, etc. Nu moeten wij ons zelf zien te redden…..
Wij gaan naar het Nationaal Museum om de geschiedenis van dit land te leren kennen. Wij zijn niet zulke museum- mensen, maar dit hoort er bij. Daarna nemen wij een willekeurige bus die ons nota bene brengt waar we willen zijn: de haven met de marktkraampjes. Daar kopen een souvenir voor onze letterbak thuis en eten op een terrasje paella met gebakken zalm. Hoewel het niet echt meer warm is smaakt met name de zalm verrukkelijk. Nog even een bezoekje aan de oude vishal en dan vertrekken wij weer naar de camping. Daar kunnen wij nog een hele tijd in de zon zitten, dit verslag typen en verzenden.

Vrijdag 22 juni 2012 Nico 763 /1.219 km
Om 8 uur staan we op. Het is al weer volop zonnig en warm, dus doen we kalm aan. Om 10 uur verlaten we deze prima camping. Uitstekend sanitair en zelfs in de volautomatische ruimte om het chemisch toilet te legen is een wastafel met warm en koud water, een zeepautomaat en handdoekjes! De € 58,- die we uiteindelijk voor 2 dagen afrekenen vallen dan ook best wel mee. In tegenstelling tot Zweden en Noorwegen, waar je een soort all-in prijs betaalt, wordt in Helsinki de plaats gerekend en vervolgens het aantal personen.
We doen wat boodschappen bij de S-Marked, net buiten de camping en verlaten om half elf Helsinki. Omdat we zaterdag in Rovaniemi willen zijn en de afstand daar naartoe ca. 825 kilometer bedraagt, moeten we vandaag wel wat “kilometers vreten”. Omdat bij de laatste kaartupdate van Garmin Finland (en Zweden en Noorwegen!!) kennelijk niet zijn meegenomen, zitten we weer lekker ouderwets met de wegenatlas op schoot, althans de bijrijder… Gelukkig hebben we nog vóór deze vakantie een hele goede en recente Finse wegenatlas gekocht. Daar staat alles tot in detail op. De Finnen houden zich redelijk collectief aan de maximum snelheden. We rijden gewoon mee met de stroom en schieten best wel op.

Om 13.15 uur krijgen we toch wel trek maar hebben we nog steeds niet de ideale picknickplek aan een meer en in de zon gevonden. We stoppen daarom bij een grote Finse variant van een Raststätte en eten met smaak ons gekochte broodje. Daarna weer verder. Van kwart voor twee tot kwart voor drie verblijven we eerst aan en later bij een badstrandje, om wat te lezen en wat te “sudderen”. Na korte tijd gaan we maar in de schaduw in de auto zitten, want het is werkelijk bloedheet in de zon!
Na deze siësta vervolgen we onze weg. Het landschap lijkt erg op dat van midden Zweden, behoorlijk heuvelachtig waarbij je de weg vaak voor je uit over de heuvels ziet golven. Niet onlogisch, omdat we op de zelfde hoogte zijn als midden-Zweden. Zo af en toe proberen we de teksten op borden langs de weg te snappen, maar geven dit al gauw op. Apoteeki, Poliisi en Kiioskii lukken nog wel, maar voor de rest is het allemaal abracadabra.

Onderweg valt op dat het vrij rustig is op de weg. En vrachtwagens zie je bijna helemaal niet. Minder dan op een rustige Duitse Autobahn op zondag.
Onderweg stoppen we bij een wegcafetaria waar allemaal Duitse kerkklokken hangen. Geen idee waarom, maar ze hangen er, met in drie talen het verzoek de klokken te eerbiedigen en ze niet te luiden. Een rare snurker in Schotse kilt van legerstof, die h.w.s. alles behalve een Schot is, heeft daar weinig boodschap aan en begint diverse klepels heen en weer te hengsten. Rare mensen heb je overal. Tegen het eind van de middag wordt het landschap vlakker, om uiteindelijk helemaal vlak te worden. We naderen de kust. In de buurt van Oulu leidt Jenny ons met behulp van de wegenatlas naar een badstrandje, aan de kust. Hier gaan we rond zeven uur eten. We zien dan al wolken muggen in de zon dwarrelen. Land van duizend meren en miljarden muggen….. We willen proberen ergens een plekje voor de nacht te vinden, maar gaan eerst een stukje van het verslag typen, afwassen en een kopje koffie. Dan zijn we weer fit om verder te gaan. En dan begint het “grote zoeken”; we rijden een aantal zijweggetjes in, maar vinden nergens een plek. Het wordt later en later en de diesel heeft ook aanvulling nodig. Vlak voor Kemi tanken we bij Hepola. Automaat met de creditcard. Tanken lukt, kaart komt eruit, maar geen “Kvitto”.

We kruisen de snelweg en rijden het dorpje binnen. Veel water, maar ook veel bebouwing. Jenny vindt een plekje bij de “jachthaven”, maar Nico ziet dat niet zitten. Dan schuin er tegenover, ook aan het water bij een badstrandje, maar ook deze locatie wordt door Nico afgekeurd. De zoektocht brengt ons op vele plekjes, maar niet de “echte”. Een “Motelli” waar we om tien voor half elf aankomen is om tien uur dicht gegaan. Maar we zien ook geen gasten.

noordkaapvakantie-2012-056Uiteindelijk rijden we de weg naar Rovaniemi maar op. Dan maar een hotel of zo. We verlaten de weg, omdat we een verwijzing naar camping en hotel zien. We komen aan een mooi meer, geen idee waar dat zich bevindt, want Garmin geeft alleen hoofdwegen. Het hotel lijkt dicht, dus rijden we om 22.50 uur (!!!) de camping op waar alles dicht is en iedereen lijkt te pitten. We zetten de bus op een mooi plekje aan het water en daar komt de eigenaar al aan op de fiets. Bloot bovenlijf met een hesje, wat in dit muggenland gelijk staat aan zelfmoord. Eén nacht € 23,-, stroom maar liefst € 5,-. Dus € 28,- totaal. De man spreekt geen woord over de grens, maar bij een poging gepast te betalen is € 25,- ook goed. We staan daarna snel en terwijl Nico dit verslag verder tikt komen er ineens 2 Finse “camper-overburen” aangelopen met een bord met 4 crackers met Finse worst, vier plastic bekers en een fles Jägermeister. We worden vriendelijk naar buiten genood, alwaar zich een legioen muggen op onze arme lijven stort. Afijn, dan ben je in één keer resistent, zullen we maar zeggen. De drank wordt ingeschonken, er wordt geproost en de vier crackers zijn allemaal voor ons. Bijkomend – maar in het verdere verloop geheel overkomelijk bezwaar – is dat het Finse echtpaar – net als de campingbaas – geen woord over de grens spreekt. Maar met handen en voeten kom je ook wel ergens. En de stickers op onze zijruit zijn een dankbaar gespreksonderwerp. Na het eerste glas volgt een tweede (“Skol!!”) en weer evenzovele muggen. Wat een manier om welkom geheten te worden! Enorm leuk en dan neem je de muggen maar op de koop toe. Na het tweede glas gaan de overburen weer naar hun eigen camper en wij volledig lek gestoken naar binnen. Inmiddels loopt het tegen middernacht, al is het in Nederland nog maar kwart voor elf, en wordt het tijd dit dag-verslag af te ronden. Samengevat: wat eigenlijk niet helemaal goed liep, het zoeken naar een “natuurplek” in
Finland, heeft uiteindelijk toch een heel leuk staartje gekregen: een prachtige plek aan een heel mooi Fins meer en een “warm” welkom in het Fins. Buiten is het inmiddels 9,5 graden…….

Zaterdag 23 juni 2012 Jenny 110 /1.329km
Het is vannacht helemaal licht gebleven, wat een wonderlijke ervaring is dat toch. Wij ontbijten bij een temperatuur van 15,5 graden buiten, maar omdat de zon schijnt voelt het erg warm aan. Terwijl wij lekker eten komt de campingbaas een fles ‘wijn van het huis’ aanbieden. Wij worden nog eens alcoholist van die Finnen. Natuurlijk bedanken wij hem hartelijk. Tegen half elf gaan wij weg van deze gastvrije camping, waar je behalve kamperen in je camper, caravan of tent, ook kunt overnachten in een hut, het hotel en ja, zelfs in een hut op een vlot met motor. Daarmee kun je op de Kemijoki varen, de rivier tussen Kemi en Rovaniemi. Voor de geïnteresseerden: deze goedverzorgde camping “Pohjanranta” ligt in het dorp Liedakkala net ten noorden van Kemi.

Onderweg willen wij boodschappen doen voor het weekend, liefs bij een Citymarket, waarvan wij er gisteren onderweg zoveel van hebben gezien. Maar nergens zien wij er een en daarom rijden wij door naar Rovaniemi, een grote stad die op de Finse poolcirkel ligt. Tot onze grote verbazing zien wij dat alle winkels op deze zaterdag dicht zijn en dan realiseren wij ons dat het dit weekend “Mid-sommar” is en dat wordt in alle Scandinavische landen groots gevierd. Alleen kennen wij van Noorwegen en Zweden niet dat de grote winkelcentra dan gesloten zijn. Dus pech wat de boodschappen betreft, we moeten het dit weekend doen met wat er in onze voorraad zit…
Rond 12.00 uur komen wij op de camping Ounaskoski vlak bij het centrum en aan het water aan. Het is nog steeds zonnig en erg warm en daarom vinden wij het helemaal niet erg dat wij een plaats met wat bomen krijgen toegewezen. Wij nemen ook internettoegang voor dit weekend, maar deze werkt niet zo goed als onze ‘Droam’.
Deze camping heeft gelukkig wel dagelijks verse broodjes en ook kopen wij anti-muggenspul. Dat is hier echt nodig, want ondanks dat het nog maar juni is, is het vergeven van de muggen en pluisjes. Nico probeert TV ontvangst te krijgen, maar de bomen staan in de weg of wij zitten te ver van de evenaar, want wij krijgen geen beeld. Wat een verschil met vroeger is het kamperen van nu: met mobiele telefoon, satelliettelevisie en Droam-internet op pad lijkt het niets meer op het ‘creperen’ van toen, zoals anderen dat soms smalend konden zeggen.

Later op de middag stappen wij op de fiets om het dorp van Santa Claus te bezoeken. Het blijkt 9 km fietsen te zijn en niet alleen op vlakke paden, want een heel stuk moeten wij lopen omdat het te steil is. Het dorp is een stuk groter dan toen wij er met de kids waren en wij profiteren van het feit dat het Midsommar is en dus heel rustig. De Kerstman zelf is gelukkig wel thuis en de Finnen hebben iets heel slims bedacht om te zaak draaiende te houden. Je kunt door zijn huis lopen en om bij de uitgang te komen moet je eerst met de goede ziel op de foto. Nou, dat doen Nico en ik dan maar en ik moet zeggen dat de man erg vriendelijk is en ook nog een mondje Nederlands spreekt. Daarna mogen we kiezen welke foto wij willen hebben, maar wij willen geen € 25,00 betalen voor één foto en gaan gauw naar de uitgang. Wij shoppen nog even, versturen wat kaarten en nuttigen wat in het restaurant, alvorens wij de terugweg aanvangen. Die gaat veel sneller dan heen, want het merendeel gaat bergafwaarts en in een mum van tijd staan wij weer op de camping.

Daar bespreken we de wasmachine en droger voor morgenochtend en trakteren ons op een welverdiend glas witte wijn uit onze eigen camperkoelkast.
Daarna douchen, eten (hutspot uit een pot met gehaktballen uit blik en een portie gezonde sla), koffiedrinken en van de zon genieten. Die laatste blijft maar schijnen!

Zondag 24 juni 2012 Nico 0 / 1329 km
Na middernacht hebben we onze eerste middernachtzon van deze vakantie gezien. We hopen dat er nog vele zullen volgen. Het filmpje is te zien via de volgende link:
Middernachtzon Rovaniemi.

Zondag, rustdag. We staan tegen tienen op. Ontbijten in het zonnetje, zoals eigenlijk elke ochtend sinds we in Finland zijn aangekomen. Volgens de voorspellingen gaan we een paar koude en natte dagen tegemoet, maar dat zien we dan wel en dit mooie weer hebben we vast gehad! We hebben de wasmachine en droger vanaf 11.00 uur gereserveerd. Ondertussen luchten we ons beddengoed. Wanneer je ’s morgens de boel na het opstaan direct dichtslaat om weer een “gewone” zitbank te hebben is regelmatig luchten niet verkeerd.

Tegen tweeën gaan we op de fiets naar Rovaniemi. Helmpjes op en karren maar!
We gaan naar het “Arktikum”, een “Museum and arctic science centre”. Een museum over alles boven de Poolcirkel, Antartcia en meer dus. Naast een vaste “Arctische” tentoonstelling en veel over het Noorderlicht, inclusief een simulatie die we liggend kunnen volgen, is er ook het Provinciaal Laplands Museum gevestigd. We bekijken 2 keer een mooie “film”, een grootbeeld- fotopresentatie met regionale muziek en komen ook het een en ander te weten over Finland in de Tweede Wereldoorlog. Daar wisten we eigenlijk het fijne niet van. We besluiten het museumbezoek in het Museum- café, met koffie en gebak. Omdat gisteren wegens Midsommar werkelijk alle winkels gesloten waren, gaan we na het museum even snel naar een supermarkt. Alle grote shops zijn van 12 tot 18.00 uur open. Teruggekeerd op de camping komt de zon er ook weer lekker door. ’s Morgens heeft Nico de foto’s tot nu toe op de laptop gezet. Jenny heeft een selectie naar Picasa ge-upload.

noordkaapvakantie-2012-070


Maandag 25 juni 2012 Jenny 338 /1667 km

Wij staan om 8.00 uur (Nederlandse tijd is 7.00 uur) op en kunnen warempel alweer in de zon ontbijten, want de zon schijnt al weer volop. Het is 15 graden, maar in ze zon voelt het veel warmer. Om 9.30 uur verlaten wij deze camping, na voor elke nacht € 30,50 te hebben betaald. We doen boodschappen in het winkelcentrum waar we gisten ook even waren. In de drankwinkel ‘Alko’ kopen we wijn voor een gigabedrag, maar in de supermarkt ‘K-Market’ valt juist de kaas weer heel erg mee. In alle Scandinavische landen zijn de alcoholische dranken alleen in speciale winkels te krijgen. Soms is er wel gewoon bier in de supermarkt te verkrijgen.

Om 10.30 uur vertrekken we weer verder naar het noorden, weer over de E75. Wij passeren de poolcirkel en rijden richting Ivalo.
Om 11.00 zien wij het eerste levende rendier van deze vakantie, maar er zullen deze dag nog veel meer volgen. Toch verblijven de meeste rendieren in de zomerperiode aan de kust, aan grazige weiden dus. Om 12.20 uur houden we een koffiestop, want we kunnen geen van beiden ophouden met gapen. Dat is bij een café met souvenirs langs de E75, met de naam Harianna. Jenny scoort een leuk elandje dat ze nog niet heeft in haar verzameling. Trouwens, zij koopt wel heel veel souvenirtjes deze vakantie; dan weer voor de letterbak, dan weer voor de elandenverzameling.

Een lunchpauze en siësta houden we een eind verder, op een picknickplaats een eindje van de weg af. Ook hier kunnen we internet ontvangen met het wonderlijke apparaatje van Droam. Het blijkt dat die nu nodig opgeladen moet worden en dat doen we via de camperaccu. Het is nog steeds zonnig en warm, zo’n 22 graden en naarmate wij noordelijker komen lijkt het weer mooier te worden. In Inari kiezen wij voor een kampeerhut met douche en toilet, dit om allebei weer eens lekker ruim te kunnen slapen. Ons camperbedje van Duva Kampa is slechts 118 cm breed en dat is wel heel erg smal. Zeker voor de geopereerde schouder van Jenny. Zij mag het hutnummer uitkiezen en kiest voor nummer 23, vanwege mooie de Psalm 23: “de Heer is mijn herder/hutje, het ontbreekt mij aan niets”. En dat laatste is ook zo, wij voelen ons bevoorrechte mensen dat wij zo’n mooie reis mogen maken.
In de hut is het erg warm en daarom koken we gewoon in de camper, die naast de hut staat. Daarna wordt dit verslag geschreven, gaan we nog even fietsen en verder genieten van de avond.

Dinsdag 26 juni 2012 Nico 285 / 1.952 km
Om 9 uur loopt de wekker af. Vannacht was het – dankzij de voor de ramen bevestigde vuilniszakken (nieuwe!), badhanddoeken en stoelhoezen – donker in de hut. Ook wel wat muf. De bedden vielen ietsjes tegen; de matrassen waren zo dun dat alleen iemand van minder dan 40 kilo de lattenbodem (lees: planken) onder de matras niet zou voelen. Zelfs Jenny die op 2 toppers op de matras sliep had daar last van. De hut gaf een beetje het idee van een scheepshut, waarschijnlijk omdat ‘ie scheef stond (de hele hut dus). Zelfs op de toiletpot val je nog schuin achterover….
Maar deze ervaring hebben we dan weer, het was fijn om eens wat ruimte om je heen te hebben. Om kwart over tien vertrekken we en doen in Inari boodschappen in een “ietwat gedateerde supermarkt”, een soort buurtsuper met de naam “Siwa”. In de Oekraïne zou die zeker niet opvallen.

noordkaapvakantie-2012-106We verlaten na volgetankt te hebben Inari en rijden noordoostwaarts. Bijna 30 kilometer over Weg 4 / E 75, daarna slaan we af op Weg 971. Bij ons vertrek was het nog 17 graden, in de loop van de dag zakt de temperatuur steeds een beetje. Er komt ook meer bewolking opzetten maar het blijft nog droog, in tegenstelling tot de voorspellingen. Onderweg zien we steeds meer rendieren. Om half één bezoeken we een klein Sami-(Lappen-) museum. Een Fins meisje dat binnen zat loopt ons na en vraagt in redelijk Nederlands of we misschien Nederlanders zijn. Haar moeder is Nederlandse, maar woont al weer twintig jaar in het noorden van Finland. Op een paar meter afstand van de Fins – Noorse grens stoppen we bij een paar winkels, waaronder een Finse variant op onze kringloopwinkel. Bij een soort supermarkt koopt Nico een (zomer-) jas, beetje type Outdoor, erg leuk. Zit ook een broek bij. Zo komt een wekenlange zoektocht naar een fatsoenlijk zomerjasje, die zich zelfs tot in Helsinki en Rovaniemi uitstrekte, tot een goede afloop op een steenworp afstand van Noorwegen. Het kan verkeren…..

Om half drie Finse tijd, half twee Noorse tijd, rijden we Noorwegen binnen. Vandaag “krijgen we er dus een uurtje bij”. Zodra we de grens over zijn wordt Weg 971 ineens Weg 893 en wordt het wegdek meteen een stuk slechter. Na een paar kilometer komen we terecht op de gouwe ouwe E6 van eerdere vakanties en slaan we rechtsaf richting Kirkenes. Daar aangekomen legen we met twee pasjes één geldautomaat en spoeden we ons naar de Tourist Inform. We krijgen info over de boottocht langs de Russische grens. Die duurt 3 uur en je krijgt naast warme kleding ook nog eens Koningskrab voorgeschoteld. Vandaag zouden we nog met een tocht meekunnen, maar we twijfelen. Morgen kan ook nog, maar de weersverwachting is nou niet direct één die aan een ’s zomers boottochtje doet denken. Volgens het Nederlands sprekende Finse meisje was er zelfs natte sneeuw voorspeld voor donderdag. Dat belooft!!

De z.g. camperparkeerplaats in Kirkenes is drie keer niks. Uiteindelijk besluiten we om eerst nog maar een stukje door te rijden. We volgen de E105 richting Murmansk en stoppen netjes vlak voor de grens. We rijden daarna net voor de grensovergang linksaf op Weg 886, die 40 kilometer door- en doodloopt bij het uiterste puntje van Noorwegen, in een gehucht genaamd Grense-Jakobselv. We rijden stukken langs de rivier die de grens met Rusland vormt en staan dus een paar meter van Rusland af. Jenny neemt een rode steen uit de grensrivier mee voor thuis in de tuin. Daar liggen er volgens haar nog niet genoeg. De weg gaat de laatste 10 kilometer over in een onverharde variant en eindigt uiteindelijk in Grense-Jacobselv, een paar losse hutten aan de Barentsz- zee. Bij een toiletgebouwtje vormen een aantal campers een mooie lijn, maar er zijn geen vrije plekjes meer. Ietsjes terug is ook zo’n gebouwtje, maar daar zijn alle deuren op slot.

We bekijken vanaf de weg de Jacobskerk, daar in de 19e eeuw gebouwd. Na de grensbepaling waren er ruzies tussen de Noorse en Russische vissers. De regionale bestuurder vroeg om een kanonneerboot in de riviermonding, een marineofficier leek het beter om maar een kerk te bouwen als “culturele barrière. De koning vond dat prima, tenminste wanneer de kerk zijn naam kreeg. De toren is nog een tijdje vuurtoren geweest, maar is in 1996 weer in de oude glorie hersteld. De rotsen naar de kerk zijn spekglad van de regen, we houden het dus bij “kijken op gepaste afstand”. We rijden vervolgens een kleine tien kilometer terug naar een afgraving bij een meertje, waar we behalve een giga-grote camper ook een WC- hutje hadden gezien. Het motregent nu gestaag en de temperatuur is tot ca. 7 graden gedaald. Onderweg worden we vriendelijk toegezwaaid door 2 Noorse grenssoldaten. Het eerder ontdekte huuske blijkt open en nog meer zelfs: het is zo’n alleraardigste “duo-poepdoos”, met 2 “zitplekken” naast elkaar. Gedeelde sanitaire smart…… Maar het ding is ook nog eens brandschoon. Er hangt zelfs een vandaag afgetekende schoonmaaklijst. Lijkt bijna een supermarkt-toilet, maar dan zonder spoeling.

We vinden uiteindelijk een plekje waar we recht staan, een redelijk eind van de megagrote (Duitse) camper af. Al snel komt er een vos kijken wat we allemaal uitspoken. Na ons gaat ‘ie bij de Duitse buren op bezoek en krijgt volgens ons wat eten toegeworpen. Altijd leuk om te filmen voor “zu Hause”, maar verder natuurlijk oer-stom, want nou gaat dat beest natuurlijk nooit meer weg. We zullen ons best doen om niet vriendelijk te zijn… Hadden we vanmiddag nog “gewoon” 3G – internet in Kirkenes, op deze plek zijn we echt van de digitale snelweg afgereden. Onze telefoons hebben totaal geen ontvangst, dus onze “Droam” laat het dan ook afweten. Lekker primitief….. en eigenlijk zeer bekend.
Bij het noteren van de kilometers heeft ons busje een leuke stand gekregen: 210.012.

Woensdag 27 juni 2012 Jenny 60 / 2.012 km
Wij worden laat wakker deze morgen, waarschijnlijk omdat dit een heel stille overnachtingsplek is. Wanneer wij de gordijnen open doen zien wij de Duitse camperburen net wegrijden. De vos is nergens meer te zien, dat verwachten wij overdag ook niet. Toch vragen wij ons af hoe die vos nu weet wat dag en nacht is, want het is nu net zo licht als vannacht. Wij doen gauw de camperkachel aan en in een mum van tijd is Duva Kampa warm van binnen, dus kunnen we uitgebreid ontbijten.
Wij vertrekken om 10.30 uur van deze natuurplek, nadat we eerst een foto hebben gemaakt van het duo-toilet, anders gelooft het thuisfront ons nooit.

Bij de grensovergang met Rusland, genaamd Storskog, zien we dat het souvenirkraampje open is en kopen een “Matrushka” – poppetje voor de letterbak, een ansichtkaart voor het plakboek en een sticker voor onze camperruit. Er stopt ook een bus met toeristen en dan is zo’n winkeltje al gauw te klein. Wonderlijk hoeveel talen die Russische koopman mondjesmaat spreekt; hij vaart er wel bij vermoeden wij. Daarna rijden we naar Kirkenes en zoeken informatie over de Hurtigruten-boot. Wij willen graag een stukje meevaren, maar het schip wat er nu ligt kan geen auto’s meenemen. Aanvankelijk wilden wij vanaf de Noordkaap een stuk meevaren naar Tromsö, maar vanwege het koude en natte weer kunnen wij hier in Kirkenes niet veel doen en zou een bootreis vanaf hier met een (post-)boot van Hurtigruten erg leuk zijn. Via internet aan de haven (met dank aan Droam) vinden wij een telefoonnummer en Nico boekt per GSM de overtocht voor morgen. Wij varen met het schip de “Midnatsol” om 12.45 uur van Kirkenes naar Båtsfjord, waar we 20.30 uur denken aan te komen.

Daarna rijden we naar de supermarkt om de hoek, om boodschappen te doen. Jenny scoort een mooi, warm shirt met lange mouwen voor € 7,00. Niet dat zij onvoldoende kleding bij zich heeft, maar nieuw is altijd leuker. Gisteren al heeft zij de kleding in haar kast omgewisseld: de zomerkleding onderop en de warme kleding voor het grijpen. Het lijkt al weer lang geleden dat wij het zo warm hadden, toch is het maar enkele dagen geleden. Aan de haven eten we een broodje, en daarna rijden we naar een VW garage om door een deskundige naar de ster in onze voorruit te laten kijken. De werkplaatschef die de ster inspecteert vertelt dat we hier zonder problemen mee door kunnen rijden. De ster kan nog wel wat groter worden zegt hij, maar omdat het gelaagd glas is kan het geen kwaad. Dat is een hele opluchting!

Het is nog vroeg op de middag en daarom besluiten wij om niet alvast naar een camping te gaan, maar naar het zwembad. Lekker zwemmen èn Jenny kan dan oefeningen doen voor haar schouder. Het zwembad kost maar liefst NOK 100,00 pp, dit is omgerekend € 13,00. Beetje duur, maar ja, het is Noorwegen en het belet ons niet om heerlijk baantjes te trekken en in het bubbelbad te ontspannen. We zijn natuurlijk meteen gedoucht voor vandaag. Het zwembad draagt de naam ‘Barentsbad’ naar de Barentszzee natuurlijk. De Nederlander Willem Barentsz heeft zijn naam gegeven aan deze zee, toen hij noodgedwongen moest overwinteren op Nova Zembla.

Na het zwembad rijden wij naar een camping even buiten Kirkenes met de naam “Maggadalen”. Voor NOK 220 staan we op een stuk grind aan de stroom. Meteen hangen we de dakisolatie er in en gaat het elektrische kacheltje aan. Die dakisolatie is destijds door Jenny zelf gemaakt en houdt niet alleen het licht, maar ook heel wat kou en wind tegen. Het is een eenvoudige camping, maar ook de enige in de wijde omgeving. De avond brengen we door met verslag typen, lezen (wij hebben allebei een E-reader) en op tijd naar bed gaan.

Donderdag 28 juni 2012 Nico 392 / 2.404 km
Het heeft de hele nacht geregend. Ook bij het opstaan om 8.30 uur regent het nog steeds, is het koud (de temperatuur varieert van 3 tot 5 graden) en het waait heel hard.
We breken op in de regen. Kou is niet erg, regen ook niet, maar een combinatie daarvan is absoluut geen pretje, vooral niet in de zomervakantie……
Een eindje na tienen breken we op, gooien veiligheidshalve de water- en de dieseltank vol en rijden vervolgens naar Kirkenes. We zien het schip, de “Midnatsol” al liggen. Mooi en groot. Eerst nog wat boodschappen en stipt om 11.30 rijden we het haventerrein op, waar al veel auto’s in de rij staan. Iemand komt even langs en we vertellen dat we gisteren hebben gebeld en meegaan tot Båtsfjord. De man zegt “OK” en gaat weer verder. We wachten een tijdje in regen en wind. Uiteindelijk bedenken we dat het toch een goed idee is wanneer Nico maar eens even bij de receptie op het schip gaat informeren wat nou de bedoeling is. De “dorpelwachter” verwijst naar de receptie, maar eerst moet Nico, net als alle aan boord komende passagiers, zijn handen desinfecteren. Er zal wel iets heersen aan de wal. De receptioniste heeft een minder leuke mededeling: Door de harde wind is het onzeker of de Midnatsol in Båtsfjord of een andere kleine haven afmeert. Meegaan geschiedt dus geheel “at your own risk”. Vrij vertaald: Meevaren betekent afwachten waar je er af kunt en dan de reis afrekenen. Dat kan – gezien het “Hurtigruten- prijsniveau” – wel eens een hele dure grap worden. Wij besluiten om gewoon te gaan rijden en verlaten ergens rond half een Kirkenes. Regen en wind begeleiden ons nog steeds.

Op een hoogvlakte – waar het gelukkig steeds minder gaat regenen – zakt de thermometer zelfs even tot 2,5 graad! Was dit geen zomervakantie? Aan de andere kant: zo hoog in het noorden weet je dat het best wel eens koud kan zijn. Ook heel warm overigens, maar dat lukt ons deze keer helaas niet. De combinatie met regen maakt deze kou onaangenaam.
We gaan lunchen bij een P + WC met uitzicht op een schuimkoppen- fjord. Omdat de afgelopen nacht niet helemaal optimaal verliep qua nachtrust knopen we er ook nog een korte siësta aan vast.

Na een welverdiende pauze rijden we weer verder. We komen aan bij Tana Bru. Daar kunnen we kiezen uit 2 routes:
1. De “Noordelijke route”: we verlaten dan de E6 een tijdje, om Weg 98 te volgen. Die gaat eerst naar Ifjord, waar ook een camping moet zijn en daarna als “mooi aangegeven” weg verder naar Lakselv. Daar weer de E6 richting de Noordkaap. Deze route gaat eerst “omhoog”, om langs een fjord weer een stuk naar het Zuiden te gaan tot Lakselv. Het gedeelte vanaf Ifjord hebben we in 2003 met Duva Kampa 2 al gereden, toen we na een korte tocht met de Hurtigrute van Honnigsvåg naar Mehamn zijn gevaren. De bedoeling was om vanavond met de Hurtigrute aan te komen in Båtsfjord, dat een stukje oostelijker ligt dan Mehamn. Dan zouden we ook weer dat zelfde gedeelte rijden.
2. De “Zuidelijke route”: We volgen dan de E6, die eerst een stuk naar het Zuiden afbuigt, om in de buurt van Karasjok weer als “mooie weg” naar het noorden te gaan.

We kiezen voor de eerste route en rijden Weg 98 omhoog, langs de rivier de Tana. Na 20 kilometer gaat de weg naar links, om na een paar kilometer te veranderen in wat in Zweden een “Grussvåg” heet: een onverharde – met olie o.i.d. doordrenkte – weg, die zich kenmerkt door nogal wat kuilen. Dat remt de snelheid behoorlijk af en je wordt nogal door elkaar geschud.

Een Duitse camper voor ons maakt gelijk rechtsomkeert, wij geven het na een paar kilometer op. Een stuk van 60 kilometer naar Ifjord met een slakkengangetje is met dit weer op deze weg geen pretje. We keren dan ook om en rijden ca. 23 kilometer terug naar Tana Bru, om daar weer de E6 op te draaien. Jenny neemt het stuur over en rijdt ruim 2 uur over de E6. Aanvankelijk achter de Duitse camper die we zagen omdraaien. Die rijdt niet echt hard en remt op de gekste momenten af. Jenny doet op deze smalle E6 zonder middenstreep uiteindelijk een geslaagde inhaalpoging en zet er fiks de sokken in. We hebben er voor gekozen om vanavond in Karasjok op een camping te overnachten. Wanneer we daar rond zeven uur kunnen zijn, is het handig om een was te draaien en te drogen. Wanneer we morgen na nog eens ca. 280 kilometer op het Noordkaapplateau aankomen hebben we alles weer mooi schoon. Goed plan, na een tijdje komen we achter een Finse camper, die ook niet te hard rijdt, maar wel constant. Na een tijdje wordt deze ook door Jenny voorbij gescheurd.

Ondertussen komt de zon er af en toe door en blijft het steeds langer droog. Na zevenen komen we op Camping Karasjok aan. We checken in en zetten eerst de wasmachine aan het werk. Na het opzetten een snel “magnetronbordje” in de keuken annex eetruimte en daarna douchen, was opruimen en ontspannen. We hebben na het opzetten zelfs nog even buiten een “opzetwijntje” kunnen nuttigen, voordat er weer wat spatjes vielen. Het is nu na tienen, de zon schijnt nog en het is al weer een tijd droog gebleven. De temperatuur – die vanavond even bij 13 graden piekte – is inmiddels weer op het vertrouwde niveau van 5,5 graden aangeland. Geheel volgens de verwachtingen. Als die ook voor de komende dagen ook kloppen, moet het morgen al weer wat beter zijn, misschien zelfs helder op de Noordkaap rond middernacht. We gaan het zien.

Vrijdag 29 juni 2012 Jenny 281 / 2.685 km
De zon schijnt de hele nacht en daardoor zijn wij vaak wakker van het licht. Om 8.30 uur staan we op en om 10.30 uur zijn wij –na alle camper-opbreekactiviteiten- gereed om deze camping te verlaten. Bij de Coop-Prix in Karasjok doen we boodschappen en nemen zoveel mogelijk voor het weekend. Karasjok is eigenlijk de hoofdstad/centrum van Lapland. Lapland kent geen grenzen met Scandinavische landen, maar strekt zich uit over zowel in Noorwegen, Zweden, Finland en Rusland. Om 12.20 uur tanken we diesel in Lakselv en om 13.30 uur stoppen we op een zijweg van de E6. Hier gaan we picknicken, een tukje doen en een stukje wandelen. Een kleine kudde rendieren met jongen vinden dat maar niks en houdt ons in de gaten.

Bij Oldefjord buigt de E6 richting Hammerfest en Alta, maar wij gaan verder noordwaarts, via de E69 naar de Noordkaap. Nico rijdt ook de twee tunnels en de 6.870 meter tunnel naar het eiland Magerøya, waar het Noordkaap- plateau zich bevindt. Deze tunnel daalt met 9 % naar beneden onder het zeeniveau.
Aanvankelijk zouden wij volgens planning zondag pas hier aan komen, want dan zou de tunnel hier naartoe na 13 jaar tolvrij zijn. Maar vanwege het slechte weer in Kirkenes besloten wij eerder te gaan en toen wij op internet zagen dat wij vannacht wellicht de middernachtzon zouden zien hebben wij het gaspedaal even wat dieper ingedrukt, zodat we twee dagen eerder hier kunnen zijn. Die tolprijs hebben wij er wel voor over.

Het hilarische is dat wij net om 16.44 uur de tol van € 24,95 betalen en ons afvragen waarom het zo druk is aan de andere kant. Het is daar heel spektakel met fotograaf en vlaggen en iemand roept “de tunnel is om 17.00 uur tolvrij!” Wanneer wij snappen dat wij één van de laatste betalers waren en dat van de andere kant rijen auto’s wachten tot het 17.00 uur is, moeten wij toch wel erg lachen. Wij zullen het kassabonnetje als aandenken in ons plakboek doen.

Om 18.30 uur komen wij aan op het Noordkaap- plateau en vinden een mooi plekje op de eerste rij, aan de rand van het parkeerterrein. Vele campers, caravans en ook een aantal “die-hards” met tentjes blijven hier overnachten en ook wij zijn dat van plan. Met een paar stenen en oprijblokken staan we zo recht mogelijk. Dan volgt de wandeling naar “de wereldbol” waar iedereen natuurlijk op de foto moet. Wij gaan ook even naar het terras van de Panoramahal om te kijken of wij Paul zijn naam (in 1996 in de leuning gekrast en in 2003 nog goed leesbaar) kunnen vinden. Het kost ons wat moeite, want de leuning is intussen een keer geschilderd, maar uiteindelijk vinden wij toch nog zijn naam van lang geleden! In de winkel doen wij wat men daar graag heeft en kopen ons suf aan souvenirs en kaarten. De kaarten doen wij hier op de post en die krijgen dan een speciaal stempel. Daarna eten we een zelfgemaakte maaltijd en tikken dit verslag en is het wachten op wat komen gaat. En dat alles op 71° 10’ 21” !

noordkaapvakantie-2012-171

We zien een “volle” middernachtszon. Kijk een stukje mee op: Middernachtzon Noordkaap
01.15 uur: wij hebben de Middernachtzon gezien en de zon zien dalen (niet in de zee zien zinken, want dat gebeurt nu niet…..) en weer zien op gaan. Een onvergetelijke ervaring, fantastisch om mee te maken, hiervoor zijn wij gekomen! Het is altijd een gok of de zon ook daadwerkelijk schijnt rond middernacht, maar wij zijn bofkonten. Nu gaan we slapen terwijl het helemaal dag is en zonnig om ons heen. De camperisolatie is niet voldoende; wij gaan de ramen afplakken met vuilniszakken. Welterusten………..!

Zaterdag 30 juni 2012 Nico 15 / 2.700 km
Weer een nacht waarin het licht niet uitgaat. De zon gaat niet onder en ondanks alle verduisteringsmaatregelen die we standaard al nemen en alle extra voor deze nacht kunnen we in bed gewoon lezen, zo licht is het. Wanneer we na een korte nachtrust om half tien uit bed klimmen (kort in de zin van rond 3 uur naar bed…) is de zon weer achter de wolken en is de wind zó gedraaid dat ‘ie nu recht van voren tegen de bus (en het tentdak) aan beukt. Reden om tijdens de brunch het dak maar naar beneden te doen. We schrijven ansichtkaarten, maken nog een wandeling door de Noordkaap-opstallen en kijken in de filmzaal (met drie schermen) naar de nieuwste Noordkaapfilm. Die hebben we waarschijnlijk gisteren ook al in de souvenirschop gekocht, maar dat weten we thuis pas, want op de laptop kunnen we geen Blue-ray afspelen.

We kijken nog even naar mogelijkheden om alsnog met de Hurtigruten mee te varen. Het oorspronkelijke idee om vanaf hier een stuk mee te varen lijkt minder aantrekkelijk, omdat je dan wel héél erg vroeg aan de haven moet zijn, zelfs wanneer we in de nabij de haven gelegen jeugdherberg zouden overnachten. We bekijken andere “opstapplaatsen”, maar zien niet iets dat echt aanspreekt of logisch lijkt. We besluiten daarom om dan maar niet met de Hurtigruten mee te gaan en een substantieel deel van het daarvoor begrote bedrag om te zetten in “buiten de deur eten”.

Voor in de middag verlaten we het Noordkaap- plateau, om 15 kilometer te rijden naar de Kirkeporten- camping, Europa’s Noordelijkste Camping”, waar we in 2003 ook stonden. We besluiten om maar eens te kijken naar een hutje of zoiets voor 2 nachten. We krijgen de sleutels mee om 3 mogelijkheden te bekijken. 1. Een eenvoudige campinghut met kookplaat en koelkast. Toilet en koken in het servicegebouw. Alle exemplaren met douche en toilet zijn al bezet; 2. In een verbouwde voormalige stal zijn 2 kamer-units gebouwd: Een groep van twee en een groep van drie kamers, elke groep met een gezamenlijke douche en toilet. Die met 2 kamers heeft relatief kleine kamers. Die met drie heeft kamer A nog vrij en dat is een knap grote met kookgelegenheid, koelkast en naast de eettafel met 2 banken ook een leefhoek en 2 fauteuils, vermoedelijk nog afkomstig uit oma ’s nalatenschap, maar dat mag de pret niet drukken. Is ook de duurste ( 600 Kronen per nacht), maar we nemen hem toch maar voor twee nachten. Mooie uitvalsbasis voor onze voorgenomen wandeling van zondag.

noordkaapvakantie-2012-201Het vriendelijke meisje aan de receptie deelt mee dat er gratis internet is, maar dat het niet tot de huisjes en kamers reikt. Nou dat valt mee! Zelfs met 1 streepje ontvangst nog snel internet, maar met onze externe USB- WLAN – adapter krijgen we zelfs 4 tot 5 streepjes. Ideaal om foto ’s e.d. te uploaden, dan hebben we nog genoeg data “over” voor onze ‘Droam’.
We wassen wat favoriete kleren weg en gaan uit eten in het campingrestaurant. Het is in tegenstelling tot gisteravond wel bewolkt.

We nuttigen een smakelijke maaltijd in het campingrestaurant: rendiergoulash met aardappelpuree, spruiten, wortelen en cranberry compote. Vergezeld van een glas wijn en een koel blik bier van (jawel!!) “de Noordelijkste brouwerij van de wereld”… Misschien niet zo snugger, maar na de maaltijd maken we een wandeling naar de Kirkeporten, over 2 bergen (bergjes) heen, ca. 2,5 kilometer heen en ook weer terug. Kirkeporten is een uitgesleten rots waar je doorheen kunt kijken naar een uitstekende punt aan een andere rots, de Horn-vika. De conditie van ons laat wel wat te wensen over; we hebben ook niet echt geoefend, maar we komen heelhuids weer terug. De lucht begint nu (half tien) steeds meer open te breken.
Maar op de Noordkaap is het nog overwegend bewolkt (handig, zo’n live-cam!).

Zondag 1 juli 2012 Jenny 98 /2.798 km
Gisteravond laat ging de zon weer vrolijk schijnen en vanmorgen bij het ontwaken schijnt hij ook volop. Om te slapen hebben we alle ramen van onze kamer geblindeerd met badlakens, een zwarte plaid en een vuilniszak. Wij hebben lekker geslapen, de bedden zijn prima, op het kraken van de beddenplanken na………. )
Na het ontbijt gaan we met de camper op pad om het eiland te verkennen. Omdat met name Nico nogal spierpijn heeft van de Kirkeporten-wandeling van gisteravond besluiten we om niet de klim/wandeling van 9 km heen en 9 km terug naar Knivskjelodden te doen. Deze wandeling hadden wij op ons wensenlijstje staan, omdat de eindpunt –met zicht op de Noordkaap- net ietsje noordelijker ligt dan de Noordkaap zelf. Echter, je kunt er alleen met de benenwagen naar toe en dat zou in dit gebied een dagtocht worden en dat kunnen onze benen niet na gisteren.

Daarom gaan we naar Honningsväg en zien daar in de haven 3 grote cruiseschepen liggen, waarvan die van de Hurtigrute de kleinste is. Jenny heeft gisteren een foldertje gevonden met bezienswaardigheden en een daarvan, de “Icebar” gaan we doen. Omdat het daar nogal druk is gaan we eerst in Kamoyvaer “The Gallery, east of the sun” bezoeken met schitterende papiercollages en natuurlijk kunnen wij het niet laten om er iets te kopen. Nico en ik hadden eigenlijk nooit een echte “kunstsmaak”, maar tijdens onze recente verbouwing ontwikkelden wij een smaak voor kleurrijk, het moet iets voorstellen en apart zijn. De prentjes die wij kopen hebben allemaal de Noordkaap als thema en wij gaan er zelf een lijst om heen maken.

Na de galerie rijden we weer naar Honningsväg en nu is de wachtrij bij de “Icebar” minder lang. Het is een hele leuke ervaring om in de zomer bij min 5 graden aan een bar van ijs een glaasje (ook van ijs!!) te nuttigen. Wij maken een filmpje voor YouTube en foto’s voor het online album. Daarna rijden wij opnieuw naar de Noordkaaphallen, naar het plateau om de laatste kiekjes te schieten. We maken daar ook een lange wandeling en dat gaat prima, want het gebied is veel vlakker dan dat bij Kirkeporten. Daarna is het echt afscheid nemen van de Noordkaap, want morgen gaan wij weg van het eiland Mageroya.

Dit is de derde keer dat wij hier zijn. In 1996 met de kinderen, toen het erg mistig was en toen die mist de volgende avond helemaal wegtrok en wij een prachtige Middernachtzon hebben gezien. In 2003 met z’n tweetjes, toen het nat, koud en winderig was en wij geen zon zagen schijnen midden in de nacht. Deze keer wel een schitterende Middernachtzon beleefd en de dagen er om heen zijn ook echt zonnige dagen met een gouden randje. Zulk mooi weer hebben wij niet verwacht, het is ruim 20 graden en een jas is niet nodig.

Wij eten deze avond opnieuw in het campingrestaurant en bestellen een pizza, een bier en een rode wijn. Deze avond kunnen de campinggasten ook naar de finale van het EK kijken, maar wij komen daar niet voor. Ons toilet en douche moeten we inmiddels delen met andere gasten die in de beide andere (kleine) kamertjes zijn gekomen.

Een klein stukje uitleg en Noordkaapgeschiedenis (bron Wikipedia)

De Noordkaap (Noors: Nordkapp) aan de Barentszzee wordt traditioneel beschouwd als het noordelijkste puntje van het Europese continent. De Noordkaap ligt op het eiland Magerøya, dat met een tunnel vanaf het vasteland te bereiken is. Het is gelegen op 71° 10′ 21″ NB, in de gemeente Nordkapp nabij Hammerfest, in de provincie Finnmark in Noorwegen. De kaap ligt op 2080 km van de Noordpool.

Het was de Engelse zeevaarder Richard Chancellor die de kaap haar naam gaf. Hij was in 1553 op zoek naar de Noordoostelijke Doorvaart naar Indië. Een drukke handel tussen Engeland en Moermansk was hiervan het resultaat. Op 25 december 1943 vond er in de nabijheid van de Noordkaap een zeeslag plaats waarbij het slagschip de Scharnhorst tot zinken werd gebracht. Van de 1934 opvarenden overleefden slechts 36 man de catastrofe.


Maandag 2 juli 2012 Nico 383 / 3.182 km

We staan om 8 uur op. Gebruik van douche en toilet is duidelijk medegebruik geworden, omdat er inclusief onszelf nu 6 bewoners in de drie kamers huizen. Wij krijgen amper gelegenheid het toilet te gebruiken. Weer wat geleerd, liever dus een eigen badkamer met toilet. In de beide andere hokjes (stapelbed + tafel + bankjes) zitten resp. de chauffeurs en het reisleidersechtpaar van een bus vol met Polen, die verder allemaal over de kleine hutjes verdeeld zijn. We kopen wat vers(e) (afgebakken) broodjes en na het ontbijt brengen we onze spullen weer over naar de bus, die weer helemaal kampeer-gereed wordt gemaakt. We vertrekken rond tien voor tien. Inmiddels schijnt de zon volop en is het rond de 20 graden. Deze derde keer op het Noordkaap-eiland hebben we duidelijk het warmste en mooiste weer gehad. We rijden een laatste keer over dit mooie maar wel kale eiland. Er is op het hele eiland geen boom te zien, alleen korstmos, bloemetjes en bessen. Rendier- food dus. In Honnigsvåg gaan we eerst proberen Jenny’s horloge te laten herstellen. Zaterdag bij het uitpakken van “gevacumeerd” schoon beddengoed door een heel klein kastvakje bleef haar horloge haken en brak een veerpennetje af. Helaas zijn die hier niet op voorraad en zou het moeten worden besteld. Dat duurt helaas te lang.

Bij de “Vinmonopolet” (de Noorse “staats- drankwinkel”) sneuvelt de illusie dat Finland het duurste Scandinavische land is wat wijn betreft. Een “drie-liter-pak” wijn dat in Finland nog rond de € 25 kost, “doet” het hier over de € 40,-! We doen boodschappen in de nieuwe Rema 1000 en daarna rijden we richting Noordkaaptunnel. We passeren het tolhok, waar we drie dagen geleden als één van de laatsten onze tunnelbijdrage aan de Noorse staat hebben geleverd. Jenny rijdt deze keer, en heeft er zo veel schik van dat ze ook het hele stuk E69 tot de E6 rijdt, met heel veel smalle stukken en nog twee keer een tunnel. Bij Oldefjord, waar we de E6 gaan volgen, neemt Nico het stuur over. Eerst nog een kop koffie met “Wiener Bröt” en dan weer verder. Een eind verder houden we een picknickstop met siësta. We worden aangesproken door 2 Nederlanders die een tweeweekse vlieg-/autoreis doen. Zij zaten wél op de boot die wij uit Kirkenes wilden nemen en gingen wél in Båtsfjord van boord, maar hebben door de storm niets aan de hele reis gehad, alleen maar zeeziekte. Daar zijn we dus mooi aan ontsnapt!

In Alta aangekomen kopen we een nieuw horloge voor Jenny. Zit iets te groot, werd zo klein mogelijk afgesteld door de lokale “technische winkel-oma” die overigens geen woord over de grens spreekt, maar het is nog altijd beter dan om de vijf minuten aan Nico te vragen hoe laat het nou is (bij wijze van spreken dan).
We tanken, wassen de auto (een beetje voor veel kronen en later wordt ‘ie onderweg nóg smeriger) en jagen er ook nog een stofzuiger door. Daarna gaat het verder over de E6. We willen morgen of overmorgen op de Lofoten uitkomen, maar zijn nog druk doende met de vraag hoe en langs welke weg daar te komen. Belangrijkste gegeven is dat er in de vakantie geen omwegen bestaan, alleen maar nieuwe indrukken!.

Tegen half acht stoppen we op een hoogvlakte tussen twee fjorden in om te gaan koken en eten. Het heeft even fors geregend, maar nu is het weer droog en de regenboog laat zien dat de zon er weer is. Het breekt weer helemaal open. Tegen half negen rijden we verder. We nemen een zijweggetje op zoek naar een overnachtingsplek maar vinden niks. We geven onszelf tot half tien om iets te vinden, anders stoppen we op de eerste de beste (of slechtste) camping. Na negenen zien we bijna gelijktijdig een leuk plekje langs de E6, dat heel moeilijk vanaf de weg te zien is. Zo moeilijk zelfs dat we na iets verder omgedraaid te zijn het hele plekje niet meer kunnen vinden. Na weer een keer omgedraaid te zijn zien we het opnieuw en kijken even of we daar überhaupt wel in – en dus ook weer uit – kunnen komen. Het kan net, het korte paadje naar beneden is zó steil dat de bodem van de bus nèt niet de wegkant raakt. We staan er helemaal waterpas, met uitzicht op het Kvænangen- fjord, vlak voor Sandnes. Wel veel muggen, dus goed gekleed naar buiten, maar wel héél erg mooi. Het zal afwachten zijn hoe veel last we vannacht hebben van het E6-verkeer dat schuin boven ons hoofd voorbij rijdt. In het ergste geval kan het hefdak naar beneden, maar liever niet.

Dinsdag 3 juli 2012 Jenny ca. 300 /3.483 km
noordkaapvakantie-2012-248Om half acht besluiten we nog een half uurtje door te sudderen en Jenny doet alvast de camperkachel aan. Om half tien worden wij wakker. Ra ra, waar is de tijd gebleven? Verslapen? Binnen anderhalf uur zijn we weer op weg, op de E6. Nico moet daarvoor met een flinke vaart vanaf ons overnachtingsplekje omhoog de weg op. Jenny staat midden op de weg om eventuele andere weggebruikers tegen te houden; ze heeft daarvoor het fluorescerende hesje aangetrokken. Het regent en waait en het voelt niet lekker aan dit weer. Op dit deel van de weg ligt nog veel sneeuw langs de kant en op de bergen. In Storslett doen we boodschappen bij de Coop/Prix en even verder kopen we een voorraadje wijn voor een onhollandse prijs. Wie wil weten wat een 3 literdoos in Finland, Noorwegen en Zweden kost, mag ons privé mailen.

We rijden vandaag een slingerende E6 zuidwaarts, langs veel fjorden en door tunnels. Bij Skiboth komt de E8 er een tijdje bij tot Nordhjosboth, dan buigt hij af naar Tromsö.
Om 16.00 uur houden we een stop bij Heia en kopen bij een ‘Samenshop’ een leuke muismat van de Noordkaap. Alle souvenirs van de Noordkaap zijn hier een stuk goedkoper, maar ja, dat weet je natuurlijk niet van tevoren. Ongeveer 50 km boven Narvik vinden we om 17.30 uur een camping. We draaien en drogen een (gratis) was en maken –bij gebrek aan een leuk weggetje- een wandelingetje langs de doorgaande weg voor de nodige beweging. Er staat bij de camping een monument voor de gevallenden in 1940, zeer indrukwekkend.

Woensdag 4 juli 2012 Nico ca.315 / 3.797 km
We worden wakker in de stralende zon. Om half elf laden we vers drinkwater en verlaten deze aardige camping. Eerst kijken we nog even op internet naar het weer en de mogelijkheden voor een walvissafari vanuit Andanes op de kop van Vesterålen. We besluiten dat te gaan doen. We volgen de E6 tot een eindje boven Narvik en slaan bij Bjervik rechtsaf de E10 op. In Bjerkvik doen we eerst boodschappen en plunderen we een flappentap bij een bank. De Kronen jagen er dit jaar in Noorwegen best wel rap door. Desondanks kopen we voor een niet gering bedrag een zakje “Sea Gold, proteïnsnacks from haddock”. Het zijn stukjes gedroogde stokvis. We hebben een stuk van zo’n beest in een supermarkt zien liggen voor een bedrag waar je in Nederland een halve koe voor koopt, maar vonden het er wat eng uit zien. Zo’n zakje “stokvisdeeltjes” is weliswaar ook bereduur, maar ziet er minder eng uit en is ook minder erg om weg te gooien wanneer het niet smaakt. Dat blijkt later best wel mee te vallen. Overigens is de stokvis hier in het noorden van Noorwegen de nationale kost; overal langs de viswateren staan droogrekken voor de vis, die oorspronkelijk bedoeld was om ook tijdens de winter gezond voedsel te hebben.

We volgen de E10, waarvan een stuk Kong Olavs Veg” heet in de richting van Sortland, picknicken bij een mooi fjord en doen dit voor het eerst sinds tijden buiten aan een picknicktafel, eentje met “meedraaiende rugleuningen” (die geven steeds het idee dat je achterover valt). Buiten in het zonnetje eten is na zo’n lange tijd best wel weer speciaal.
In de loop van de middag komen we aan bij de brug naar Sortland. Wanneer je die oversteekt ben je op de Lofoten, maar dat doen we (nog) niet. We draaien Vesterålen op, een eilandgroep boven de Lofoten en rijden door naar het Noordelijkste puntje, Andenes, waar we in 1996 met een verschrikkelijk rollende en steigerende tobbeboot (moest een veerboot voorstellen) naar het schiereiland Senja overstaken. We durfden het niet aan om dat gisteren in tegenovergestelde volgorde te doen, want het waaide toen ook best nog vrij hard. Wie weet later nog eens….?

Om kwart over vier komen we aan bij de burelen van de “Whale – Safari”. Van de vier trips die in de “dienstregeling” staan wordt er morgen maar één (de eerste) gedaan. We boeken voor die tocht en doen een aanbetaling. We worden om kwart voor negen bij het loket verwacht. Normaal ga je eerst het museum in en daarna met de boot buitengaats, morgenochtend is dat omgedraaid en vaart de boot om tien uur uit voor 3 tot 4 uur en volgt daarna een museumbezoek. Misschien omdat er vanaf de middag slecht weer verwacht wordt? We gaan het zien.

We zoeken een plaatsje op de camping van Andenes, een grote open vlakte en gaan “met de kont naar de wind” staan, om te voorkomen dat ons hefdak er af waait. De receptie gaat pas later open en misschien brengt ons hefdak de dame in de war, maar we betalen het tarief voor “tent en stroom”….. Wanneer het zo blijft waaien doen we voor de nacht het dak wel naar beneden, want anders is het erg onrustig slapen, met het idee dat je dak er af waait. Maar ook nu (19.10 uur) is het ondanks de harde wind nog steeds heel zonnig weer. Bij het aanzetten van de laptop maakt het apparaat al gelijk verbinding met gratis internet. Dat lijkt steeds gewoner te worden.

Donderdag 5 juli 2012 Jenny 149 /3946 km
noordkaapvakantie-2012-277Het is akelig vroeg als wij vanmorgen opstaan, namelijk 7.00 uur. Wij hebben voor vandaag een walvissafari geboekt en moeten ons al vroeg melden. Het is zonnig en warm, de legging onder mijn trainingsbroek lijkt overbodig. Maar wanneer de boot om 10.00 uur vertrekt begint hij buiten de haven meteen te slingeren op de golven en is dit kledingstuk meer dan welkom. Er worden slechts een paar mensen zeeziek, de anderen schijnen baat te hebben bij het pilletje dat we kregen. Nico en ik hebben nooit last van zeeziekte, maar hebben wel een eigen reistabletje geslikt om dat te voorkomen. Wij houden niet zo van vreemde pillen waar de naam van af is geknipt. Ik heb mijn gekregen pilletje aan boord aan een kotsende vrouw gegeven, in de hoop dat het wat beter met haar zou gaan. Tijdens de reis van ongeveer 6 zeemijlen (ruim 11 km) en met windkracht 4 spotten we 4 walvissen. De dieren worden met sonar opgespoord, dat is een tikkend geluid dat wij via de luidsprekers kunnen horen. De tweede walvis is het dichtst te benaderen, heeft de naam Glenn gekregen en is wel 18 meter lang. Het is een geweldige belevenis deze kolossale zeedieren te zien, met name als ze duiken en de enorme staartvin te zien is. Walvissen zijn zoogdieren, dat betekent dat ze hun jongen werpen én zogen.
Na afloop van dit schouwspel krijgen we soep met brood en om 13.00 uur varen we de haven weer binnen. Wij mogen het museum ook nog bekijken, maar daar zijn Nico en Jenny snel mee klaar.

Wij doen boodschappen bij de Bunnpris en het is zó warm dat wij onszelf op een ijsje trakteren.
Via de weg aan de andere kant van dit schiereiland Andoy rijden we naar Strand. Onderweg houden we siësta, want Jenny kan haar ogen niet meer open houden. Zou het pilletje nu pas gaan werken? Bij Strand gaan de heel hoge brug over naar Sortland en via Weg 82 richting Stokmarknes en Melbu. Halverwege de brug naar Stokmarknes ziet Nico een camping op het eilandje Børøya en duiken we de weg af. Dat is om 17.00 uur, lekker vroeg om nog een tijd in de zon te zitten. Wij hebben inmiddels de korte broek aan en missen onze thuisgelaten parasol.

Vrijdag 6 juli 2012 Nico 173 /4.119 km
Deze dag begint ongewild (en ongewenst!) heel vroeg, om vier uur al. Jenny denkt dat er een beest op haar gezicht zit, maar dat blijken waterdruppels te zijn; lekkage!! Dàt hebben we sinds ons eerste VW –campertje niet meer gehad. Jenny ’s kussen en een stukje matras zijn al nat, Jenny dus ook. Nico denkt aan lichtisolatie en / of gordijn die uit de achterklep steekt, maar kan niks vinden, ook niet op sandalen en in pyjama in de stromende regen aan de buitenkant. Jenny heeft wel toen we gingen slapen één van de “zijramen” in het tenthefdak achter de lichtisolatie open gezet, omdat het zo warm was (uniek!!!). Maar later lijkt het wel vergezocht dat het water, toen het begon te regenen, helemaal tot achter in de hoek is verdergelopen om vervolgens op Jenny ’s hoofdje te druppelen. We drogen de boel, leggen handdoeken in de hoek van het dak en daaronder en hopen er verder maar het beste van.
Om half negen loopt de wekker (véél te vroeg!!) af. Het is binnen verder droog gebleven, maar de “hoekhanddoeken” waren wel aardig nat. Het weer is heel anders dan gisteren: regenachtig, bewolkt en nergens een sprankje zon of blauwe lucht te zien. Temperatuur rond de tien graden. ZOMER- vakantie? Maar het is hier overal heel mooi, dat maakt veel goed. Om half elf gaan we op pad en doen in het tegenover de camping gelegen Stokmarknes boodschappen bij de COOP PRIX. We kunnen geen “waterproof-spray” vinden, maar een kassière vertelt – door Jenny gevraagd- waar we vlakbij een sportwinkel kunnen vinden. Daar aangekomen kopen we voor NOK 150,- (ca. € 20,-) een bus spray, die we vanavond maar op de “verdachte” tentdoekhoek zullen spuiten.

We komen rond half twaalf aan in Melbu, waar we de veerpont naar Fiskeboi op de Lofoten willen nemen. Voor de boot zijn we veel te vroeg; die vertrekt pas om 14.00 uur. We gaan een eindje rijden langs een heel smalle kustweg en stoppen zo’n 10 kilometer verderop om een stukje te wandelen. Tijdens die wandeling ontdekken we een “Friluftomräde” (natuurgebied-je) waar je best wel leuk met een camper kunt overnachten. We tekenen de plek aan op onze wegenatlas; wie weet komen we nog eens in de buurt?
Na de wandeling volgt de lunch en tegen half twee rijden we weer richting Melbu, waar inmiddels een aantal rijen wachtenden voor de boot staat opgesteld. Die komt al snel en na NOK 135,- betaald te hebben maken we de overtocht naar de Lofoten in een half uur. Het is nog steeds frisjes (10 graden is na Kirkenes warm, maar nog steeds niet echt een zomertemperatuur). We hebben gisteravond op basis van de weersvoorspellingen besloten om maar één nacht op de Lofoten te verblijven en op zaterdag te proberen de boot van Moskenes naar Bodø te nemen. Die doet er 3½ tot vier uur over en kost rond de duizend Kronen. Aanvankelijk dachten we dat er maar drie afvaarten op een dag waren, omdat daar “Bodø” boven staat, maar Nico wordt vanmiddag (eindelijk!) wakker en ziet op het thuis gemaakte printje met dienstregeling dat het niet de bestemming is, maar de naam van een schip. Er blijken dus 2 schepen te varen en dus ook ruim twee keer zo veel afvaarten te zijn; 8 in plaats van 3.

Volgens de weerprofeten blijft het hier zaterdag en zondag droog (maar dat zou het vandaag ook zijn en dat was het niet) en hangt de temperatuur rond de 12 graden. Direct aan de “overkant” op het vasteland moet het dan rond de 20 graden zijn. En dat is best wel aanlokkelijk, vooral omdat het volgens die zelfde weerprofeten het in de komende week zowel in Noorwegen als in Zweden huilen met de paraplu op zal zijn. Maar dat zien we dan wel weer. Onderweg willen we een als “Lofoten -Kathedral” aangekondigd bouwwerk bezoeken, maar dat blijkt gewoon een grote houten kerk te zijn, waar ze ook nog entree voor vragen. We doen dus een oudhollands “rondje om de kerk” en rijden verder.
Ondanks dat het al wat later op de middag is, stoppen we in Borg (niet die van “You will be assimilated”, maar een plaats op de Lofoten) bij het “Lofotr-Vikingmuseet” (www.lofotr.no ) , een museum dat –zoals de naam al doet vermoeden – over de Vikingen gaat. Niet alleen dat, maar ze hebben op schaal 1:1 een langwerpig Vikinghuis compleet nagebouwd. Zo’n slordige 83 meter lang. In het museumgedeelte veel info en een film die op deze locatie is gemaakt over hoe het vroeger hier kan zijn geweest. Er is veel meer te zien, maar wij beperken ons tot een ook op schaal 1:1 nagemaakt Vikingschip, dat op anderhalve kilometer afstand (wandelen, steile stukken naar beneden EN ook weer omhoog!) in het water ligt. Ziet er heel authentiek uit, alleen hadden ze in die tijd vermoedelijk geen brandblusser en reddingesboeien aan boord. Maar alles bij elkaar heel interessant en leuk.

Om half zeven rijden we weer verder, richting Ramberg, waar we in de campinggids een aardige camping menen te hebben ontdekt. Vlak voor de camping zien we op een parkeerplaats (mèt WC!!) een hele serie campers staan met een schitterend uitzicht op zee. Hadden we achteraf bij moeten gaan staan, want eenmaal op de camping aankomen blijkt dat de boel aardig vol staat. En we uiteindelijk met een zéér beperkt uitzicht (grotendeels gevuld door de zijkant een Duitse Dethleffs Advantage – camper) genoegen moeten nemen. Voor het echte uitzicht moeten we een paar meter lopen….
Nico spuit de verdachte tentdoek- hoek twee keer in met waterafstotende spray en Jenny tovert binnen een uur na aankomst een lekkere maaltijd op tafel.
Zoals altijd eindigen we de maaltijd met een korte Schriftlezing en gemakshalve “pakken” we in de vakantie elke dag een psalm, al even gemakshalve de psalm die met de datum overeenkomt. Veel verder dan Psalm 31 zullen we in de vakantie dus nooit komen. Maar vandaag is dat best wel “lachen”; een deel van Psalm 6 in de nieuwe Bijbelvertaling luidt heel toepasselijk op deze dag: “Moe ben ik van zuchten, elke nacht is mijn kussen nat, mijn bed doorweekt (van tranen)”……………. Zó begon deze dag: met een nat kussen!

Zaterdag 7 juli 2012 Jenny 78 / 4.197 km
Wij staan op in een stralende zon, maar het is nog net iets te koud om buiten te ontbijten. Gelukkig hebben we het vannacht drooggehouden, dus de lekkage is waarschijnlijk verleden tijd. Om 9.45 uur verlaten wij deze camping met slechte voorzieningen en te veel kampeerders en geven de camping het cijfer 4,5. De weg, de E10 gaat slingerend en over vele smalle en hoge bruggen naar Moskenes. De weg wordt verbeterd en dat zal een grote vooruitgang zijn. Wij komen om 10.25 uur bij de haven aan, maar de boot van half elf is vol, dat wil zeggen dat er alleen nog een kleine Mini of een Eend mee zou kunnen en dat zijn wij niet. De boot van 12.15 uur blijkt niet op zaterdag te gaan. Een aardige jongeman legt ons uit dat dat wanneer wij zeker willen zijn van een plaatsje op de boot van 15.00 uur naar Bodø, wij nu alvast in de wachtrij moeten gaan staan. Er kunnen naast de gereserveerde auto’s nog twee wachtrijen mee. Aangezien wij echt vandaag over willen, gaan wij in die rij staan, er staat al iemand voor ons.

noordkaapvakantie-2012-313Daarna haalt Nico de fietsen er af en fietsen wij 2,5 km verder, naar een supermarktje. Dat fietsen hier in Noorwegen is een hele klus, want het gaat in onze beleving meer omhoog dan naar beneden. Die supermarkt vaart er wel bij, want het is de enige in de omgeving en wij willen er onze weekendboodschappen doen. Dat lukt maar gedeeltelijk en met een volle fietstas rijden we weer naar de haven. Daar gaan we lekker ontspannen wachten op de boot en eten een heerlijk vers pistoletje met kaas. Ik noem dit expliciet even, want wij kopen ook geregeld “houdbaar” brood, dat meer dan een week eetbaar blijft. Het ‘versgebakken’ brood is doorgaans de volgende dag niet lekker meer.

De boot vertrekt precies op tijd, om 15.00 uur en voor NOK 772,00 gaan wij mee. Nico spurt meteen naar het dek om twee zonnestoelen te bemachtigen. Heerlijk liggen wij in de zon –weliswaar met een jas aan- en doezelen wat weg. Later lezen we wat en kiezen een maaltijd uit de snackbar. Het is lang geleden dat wij frietjes hebben gegeten en oei, wat zijn die zout!
Om precies 18.15 uur legt de boot aan in Bodø en rijden wij als een van de eersten deze zonnige stad in. Hier zoeken wij een camping voor het weekend, maar wanneer wij hem gevonden hebben, vinden we het maar niks. Met de ervaring van vanmorgen in ons hoofd mag het wel iets beter zijn, vinden wij en we rijden door naar Straumen. Hier is ook de sterkste getijstroom van de wereld, Saltstraumen genoemd. Vanaf de toeristische route over Weg 17 kom je er. Je schijnt er nu automatisch tol te moeten betalen, maar dat merken we thuis pas. Van de tol in Oslo vorig jaar hebben wij nooit een rekening ontvangen. Tegen 20.00 uur komen wij aan op een aardige camping en zetten vlot ons kampementje op. Voor het eerst sinds Rovaniemi komt de luifel er ook weer aan, zodat onze stoelen ’s nachts buiten kunnen blijven. Wij genieten deze avond nog lange tijd van de zon.

Zondag 8 juli 2012 Nico 0 / 4.197 km
“Uitslapen”, hoewel dat na de zoveelste Middernachtzon van vannacht wel wat relatief is.
Na tienen drijven we ons bed uit van de hitte. Wassen op deze camping blijkt een onmogelijke opgave, tenzij je meer dan een uur bij de machine blijft zitten. Zowel wasmachine als droger zijn “gewone” machines en doen lang over een was- of droogbeurt. En iedereen is ons steeds net voor en kiepert de was van de voorganger er uit. Dan maar wat dingen op de hand wassen en meer geluk op een volgende camping. Het is lekker zonnig en na de brunch klimmen we ’s middags op de fiets om de stroming bij Saltstraumen te gaan bekijken. Door een getijdentabel weten we wanneer het effect het grootst is. We fietsen / lopen over de enorme brug over de stroom en gaan aan de andere kant kijken. Best indrukwekkend. Daarna proberen we een kerkbezoek, maar de kerk in Straumen is op zondag dicht. Net daarvoor loopt de ketting van Nico ’s fiets, maar die zit er gelukkig snel weer op. Terug op de camping doen we nog een paar was- pogingen, maar geven uiteindelijk op. Lekker in het zonnetje zitten (nu kan het nog!), douchen, mini- barbecue en pannenkoeken en dan weer ontspannen.
Gisteravond is de tweede poging in deze vakantie om de satellietschotel op te zetten (en goed te richten!) uiteindelijk gelukt. Toch een keer journaal.

NB. Wij hebben eerder al eens geschreven over een duo-toilet wat wij tegen kwamen. Op deze camping hebben ze duo-douches: twee deuren, twee douches, gescheiden door een (helder) glaswandje!

YouTube-filmpje Saltstraumen (niet van ons)

Maandag 9 juli 2012 Jenny 344 / 4.541 km
Om 8.30 uur gaat de wekker, maar na een slaperig overlegje laten wij hem om 9.00 uur nogmaals afgaan. Het is zonnig maar net iets te koud en te winderig om buiten te ontbijten. Om 10.30 uur zijn wij klaar om te vertrekken van deze weekendcamping. Wanneer wij de verharde weg op rijden ziet Nico in de spiegel een spoor op de weg ons volgen. “Dat zijn wij toch niet?”, roept hij; maar dat zijn wij dus wel. In de display knippert een lampje en dat betekent dat onze afvalwatertank helemaal vol is. Hadden we op en camping moeten legen natuurlijk, nu zoeken we een plekje waar wij netjes kunnen ‘lozen’. We gaan via Weg 812 richting E6 zuidwaarts. De E6 is een belangrijke weg van zuid Zweden tot in noord Noorwegen. In het zuiden vaak een snelweg met 3-4 rijstroken, in het noorden tweebaansweg en soms zo smal dat er ook geen middenstreep is.
Vandaag beginnen we met een mooie route door bergen en dalen en langs vele fjorden. Onderweg stoppen we om koffie te drinken en om van het uitzicht te genieten.

Om 12.15 uur draaien we de E6 weer op en even later komen we bij het hoogste punt van deze weg, namelijk 692 m. In Scandinavië vindt men het heel belangrijk om deze bijzonderheden te melden, ze staan ook op onze wegenatlassen. Even daar voorbij passeren wij de Poolcirkel en bezoeken het Poolcirkelcentrum. Daarna neemt Jenny het stuur over tot Mo I Rana, waar we gaan tanken. Duva Kampa heeft 1:14 gereden, een heel goede prestatie voor het 13 jaar oude campertje.
Nico rijdt verder naar een supermarkt, want we hebben voor vandaag nog geen boodschappen gehaald. Bij de Vinmonopolet, een speciale winkel voor alcoholische dranken vullen wij onze wijnvoorraad aan. Volgende keer naar het noorden maar wat meer van huis meesmokkelen. J

noordkaapvakantie-2012-335Ook gaan we voor informatie over de gletsjer Svartisen naar de Touristinformatie. Niet dat we tijd hebben om Svartisen te bezoeken, maar we lazen steeds andere verhalen over hoe je er moet komen. Nu weten we dat je er een paar keer per dag met een boot naar toe kunt gaan, dat het dan nog 3 km lopen is en dat de laatste boot terug om 17.00 uur vertrekt en dat het NOK 150 p.p. kost. Ooit zijn wij er met de kinderen geweest, in onze herinnering was dat toen een hele dagtocht.

Het is inmiddels heet geworden, meer dan 25 graden. Wij zetten de airco maar eens aan om het aangenaam te krijgen in de auto. Het is net alsof de zon hier veel directer schijnt en dat je bij b.v. 15 graden al in je korte broek kunt lopen. Een in Oslo wonende Nederlander die ik sprak had eenzelfde ervaring. Vanaf Mo I Rana (wij zeggen al jaren “mooie-rana”) laten wij de E6 voor wat het is en volgen de E12 richting Zweden. Maar eerst even de auto wassen, want die ziet er niet meer uit. Om 17.30 uur rijden wij Zweden in, maar van een echte grensovergang is geen sprake meer. Deze E12 heet de “Blåvagen”, de “Blauwe Weg”. Een eindje verderop in Hemavat kunnen wij bij een Statoiltankstation onze BTW van de Noordkaapinkopen terugvragen. Dit kan bij een aantal punten waar je Noorwegen verlaat. Deze dingen hebben wij altijd wel geweten, maar nooit gedaan omdat we er geen moeite voor wilden doen. Nu komen we er praktisch langs en omdat het toch wel om een aantal euro’s doen we het. Het schijnt de normaalste zaak van de wereld te zijn. En inderdaad: van het bedrag NOK 1.935 krijgen wij SEK 248 terug, da ’s mooi meegenomen, niet waar?
Omdat we graag in de natuur willen overnachten gaan we van de weg af om een leuk plekje aan het water te zoeken. Dit lukt niet en omdat het nog steeds zo warm is, lokt ons een camping met een zonnig plekje steeds meer. Tärnaby heeft een eenvoudige camping, maar het waterpas zetten van Duva Kampa is een hele klus. Uiteindelijk zitten wij in de allerlaatste zonnestralen aan ons wijntje. Voor ons een stroomversnelling, bij dat bruisende water zullen we vast lekker slapen. We draaien nog snel even de was van afgelopen weekend. De droger is een apart verhaal: elke 10 minuten moet je er een nieuwe munt van SEK 5 ingooien! Ik vermoed dat de campingeigenaar niet getrouwd is……, een vrouw had dit systeem meteen veranderd.

Dinsdag 10 juli 2012 Nico 523 / 5.064 km
Net voor om negen uur de wekker af wil lopen worden we “spontaan” wakker.
Het is al zonnig en ruim 14 graden. Later wordt het nog warmer. Om kwart over tien verlaten we deze camping om vandaag aardig wat kilometers te maken. Vanwege het verwachte slechte weer is het idee ontstaan om vrijdag met de boot van Göteborg naar Kiel te gaan. Maar eerst zien hoe ver “zuidelijk” we vandaag kunnen komen. Dan kunnen we misschien vanavond online reserveren. In Storuman pinnen we een zak vol Zweedse kronen en wisselen we bij de tweede bank de overgebleven Noorse kronen om in Zweedse collega’s en doen daarna boodschappen bij de ICA. Het valt onmiddellijk op dat het leven hier toch wel aardig goedkoper is dan in buurland Noorwegen. In Storuman verlaten we daarna de “Blauwe Weg” en draaien Weg 45 op, de “Inlands vagen”. Die hebben we al veel vaker gereden. Na een tijdje valt het op dat de weg stukken beter rijdt dan voorheen. Toen was het vaak een gatenkaas, waar je alle kanten op werd geslingerd en nooit de maximum snelheid kon halen zonder ernstige risico’s op het verliezen van bouten, moeren en wat er zo al meer aan een auto vast zit….

De naam betekent: “Binnenlandweg” en die spreekt voor zich. De weg wordt ook wel “Via Lappia” genoemd, omdat hij noordwaarts rijdend in Lapland uitkomt. Hele stukken weg zijn opnieuw geasfalteerd; in het bekende “Zweeds rood”, maar ook in “gewoon zwart”. De rest is nog goed en we schieten lekker op. In de loop van de dag valt het op dat de oude wegbordjes, witte vierkante bordjes met het zwarte Zweedse wegnummer “45” erop, allemaal zijn vervangen door rechthoekige groene bordjes met in witte letters ”E 45”. Ook alle bewegwijzering boven en langs de weg is veranderd in “E 45”. Een nationale weg die een gelijkluidend E- nummer krijgt. Zijn onze kaarten en wegenatlassen in één keer verouderd…… Tijdens de morgenrit, wanneer Jenny rijdt en Nico een uiltje knapt moet Jenny vol in de remmen voor een paar rendieren. Later op de dag zien we een heel grote kudde langs de weg grazen en moet Nico remmen.

We lunchen ergens tegen tweeën vlak voor Vilhelmina en knopen er gelijk een siësta aan vast. Daarna vervolgen we deze dag-etappe.
Rond 19.00 uur stoppen we om te tanken bij Brunflo, een eindje onder Östersund. Daar krijgen we een sms’je van Mark over wateroverlast in Midden Zweden en Småland, door hevige regenval. Voor ons onbegrijpelijk. We hadden voor vandaag al regen verwacht, maar hebben de hele dag ondanks de toegenomen bewolking veel zon gehad en behoorlijke temperaturen.

Op de wegenatlas hebben we een overnachtingsplekje van vorig jaar gezien, vlak bij Rätan aan het Rätansjön. Daar stonden we toen op een “natuurcamping” aan een heel mooi meer. Toen 40 Kronen in een envelopje doen, maar Jenny ’s voorspelling komt uit: Over de 4 is een 5 geplakt; 25% inflatie in een jaar, die Zweden kunnen er wat van. Maar mooi is en blijft deze zogenaamde natuurcamping. We strijken neer op precies het zelfde plekje als vorig jaar, direct aan het meer. De zon schijnt volop en later op de avond genieten wij van een prachtige zonsondergang, mooier zelfs dan vorig jaar. Ja, jullie lezen het goed: de zon gaat hier weer onder! Het wordt ook weer wat donker, de dakisolatie hoeft er vanwege het licht én de warmte niet in. Tijdens de zonsondergang neemt Jenny een bad in het meer. Deze overnachtingsplek heeft geen voorzieningen, alleen een poepdoos in een houten hokje. Deze avond boeken we definitief de overtocht met Stena van Gotenborg naar Kiel voor komende vrijdag.

Woensdag 11 juli 2012 Jenny 304 / 5.368 km
Het regent wanneer wij uit bed kruipen. Kruipen is het juiste woord, want met ons 118 cm brede bed kun je niet zomaar je benen buiten bed slingeren. Je moet eerst naar het voeteneind kruipen. Wij hebben overigens heerlijk geslapen deze nacht, het werd weer donker en het was helemaal niet koud. Om 10.15 uur verlaten wij deze mooie plek, nadat wij allebei gebruik hebben gemaakt van de poepdoos. Wanneer je niet door de bril naar beneden kijkt en een papieren wc-brilletje gebruikt, is het helemaal niet erg om zo’n ding te gebruiken.
We rijden nog steeds op de E45 en onderweg bezichtigen we de Ålderd Kyrkby (het oude kerkdorp) in Älvros. De kerk is uit het eind van de 16e eeuw en de muren en het plafond zijn rijk beschilderd. Genoeg om naar te kijken wanneer de preek van de dominee niet interessant is. Overigens zijn de meeste kerken in Zweden van de Lutheranen, de katholieken komen er hier bekaaid af. Het is warmer geworden en Jenny trekt haar zomerkleding aan. Wanneer we langs de weg een “Dollar-$tore” zien, gaan we even funshoppen. Oh, wat is hier alles aantrekkelijk goedkoop! In Sveg doen we boodschappen, eerst bij de Systembolaget (staats- drankwinkel) om wijn en bier te kopen, daarna bij de ICA-supermarkt. Wat de alcoholische dranken betreft: Zweden is daarin helemaal niet duur meer. Een halve liter bier voor SEK 11 (€ 1,00) en een fles rode wijn voor SEK 49 (€ 5,40). Dat is in Finland en Noorwegen 2-3 keer zo duur.
Even later picknicken we bij ‘Kaivoslampi’ , een eenvoudige parkeerplaats zonder voorzieningen.

Opeens rijden we een enorme regenbui in en die blijft ons een beetje volgen tot Mora. Wij zien daar een camping van Nederlandse eigenaren, maar het terrein is zó nat en overstroomd, dat wij er niet willen staan. Het klopt dus wat de berichten melden: midden Zweden heeft last van overstromingen. Wij rijden door naar Malung, daar weten we een camping met zwembad. Zwemmen lijkt met 15 graden wat aan de koude kant, maar met al dat autorijden hebben we wel wat beweging nodig. Aangekomen op de camping zien we het pad aan het meer onder water staan. Het grasveld is sompig nat. Jenny spurt naar het zwembad, want het zal binnen het uur dicht gaan. Helaas, het bad is net gesloten…….
Daarom pakken wij de fiets en gaan een stukje fietsen. Het is inmiddels droog en af en toe zonnig. De zon laat zich zelfs ’s avonds van haar mooiste kant zien door onder de wolken door te stralen. En wij, wij zitten eerste rang!


Donderdag 12 juli 2012 Nico 298 /5.666 km

Vandaag sudderen we door tot de “wekker” om half tien begint te trillen en te rinkelen. Haast hebben we niet, want we zitten comfortabel dicht bij Götenborg. Het heeft vannacht geregend en het regent bij het opstaan nog zachtjes, maar onze eerdere “lek- hoek” is mooi droog gebleven. Het waterpeil van de rivier is niet gestegen, het pad voor onze camper is nog net zo veel ondergelopen als gisteren. Probleem met deze “waterplek”, behalve de blubber, is dat iemand op het lumineuze idee is gekomen om het gras te maaien, waarna zijn verstand hem verliet en er geen maaisel is geruimd, zodat we in deze natte omstandigheden kubieke meters gras mee naar binnen sjouwen. Tuinklompen uit voor het naar binnengaan, maar zelfs dan komt er nog legio gras mee naar binnen. We lozen ons afvalwater, nemen nog wat fris water in en verlaten om half twaalf de camping in Malung. We doen boodschappen in het (ietwat lege en verlaten) dorp bij de Hemköp en vervolgen onze reis over Weg 45, tegenwoordig dus E 45. Bij Stöllet steken we de Klarälven over en zien vanaf de weg het vlotbouwen op de camping. Lijkt nog steeds een leuk idee om een dagje op zo’n vlot de rivier af te zakken. Eén dag dan wel, want voor een meerdaagse trip-met-tent zijn we wat te oud geworden…..

Tijdens een koffiestop op een Rastplats zien we ons tweelingbroertje California Blue, maar dan met Duits kenteken, staan. Na een sanitaire stop raakt Jenny even aan de praat. Deze camper-uitvoering werd destijds maar één jaar gemaakt. Later stoppen we rond 14.00 uur bij de kerk van Frykerud (die overigens op slot is) voor een lunch en siësta.

We vervolgen daarna de reis over Weg 45 en draaien vlak voor Animskog de weg af, een “secundaire” weg (= onverhard pad) op naar het oude kerkje van Animskog, vlak aan het meer waar we vroeger met de eerste camper op een gemotoriseerd vlot hebben gevaren (en aan de grond zijn gelopen..). Omdat het de geboortedag is van Rineke, Jenny ’s overleden oudste zus, steken we een kaars aan in de kerk (die dus wel open is). Tegenover de kerk vinden we het plekje waar we in 2000 met Paul in onze tweede camper – tevergeefs- steil naar beneden zijn gereden om een overnachtingsplekje te zoeken. Die dag haalden we Mark en Gerwin op van de Euroline- bus, waarmee ze naar Zweden waren gekomen. We rijden verder langs het meer, in de stellige overtuiging het overnachtingsplekje van 2000 te vinden waar we toen met ons vijven (incl. een tent) hebben geslapen. We passeren wel een afslag naar een plek waar boten te water kunnen worden gelaten, maar die is afgesloten. Ineens staan we weer aan de E 45 en rijden iets verder. We denken nog dat de volgende Rastplats misschien de gezochte plek is, maar dat is ook niet zo. Kennelijk is er in twaalf jaar hier veel veranderd. We kijken dan nog even bij de sluis van Snäcke, “Snäcke-sluss”, waar we 12 jaar geleden 2 keer zijn doorgevaren met onze camper op een vlot en slaan af naar het kleine “Naturreservat Ryr”, via een smal weggetje. Vanaf de parkeerplaats wandelen we langs de weg naar de plek waar volgens een verwijsbordje een “Kaserne” moet zijn, maar die vinden we niet. Kennelijk verdwijnt er veel in deze buurt.

Na een inspannende wandeling rijden we weer verder en slaan af naar Haverud, waar het grote aquaduct en sluizen te vinden zijn. Behalve een autoweg loopt er ook een spoorbaan over deze sluizen. Hier huurden we twaalf jaar geleden ons gemotoriseerde vlot voor een avontuurlijke tocht. We strijken neer op de eenvoudige maar goede camping bij de sluizen. Ga maar staan en morgen SEK 200,- afrekenen. Makkelijk. We genieten nog even van het mooie weer en gaan niet alleen ons glaasje wijn in de zon nuttigen, maar eten zelfs na achten nog buiten. Het lijkt wel of het mooie weer ons vanaf de Noordkaap heeft achtervolgd. Grote delen van zuidoost Zweden hebben wateroverlast gehad, maar wij hebben sinds de Noordkaap overwegend droog en zonnig weer gehad. Zelfs vandaag toen de dag met regen begon en het zelfs nog even onweerde, kwam regelmatig de zon door en reden we een groot deel van de middag onder een blauwe lucht. Onbegrijpelijk, maar wel zo fijn. Eigenlijk hebben we alleen de dag dat we in Kirkenes overnachtten (bij 3 graden!!) veel regen en wind gehad, maar daarvoor en daarna eigenlijk amper, ondanks alle soms best wel sombere weervoorspellingen. Het is nu tegen half tien en we zitten nog buiten. Luxe, dat wel.

Vrijdag 13 juli 2012 Jenny 160 /5826 km
Deze laatste Zweedse morgen kunnen wij weer eens buiten in de zon ontbijten, heerlijk is dat! Na het ontbijt gaan we bij de sluizen kijken, waar net de eerste scheepjes geschut worden. Het aquaduct van Håverud is in 1868 gebouwd en totaal 32,5 mt lang. Een imposant bouwwerk, wat veel toeristen trekt, maar waarvan wij vinden dat er nu wel een beetje stil is. De “camping”blijkt SEK 250 te kosten. De SEK 200 is de prijs zonder stroom.
Jenny zoekt bij de ‘Touristinform’ wat informatie voor Mieke en Marcel bij elkaar. Zij willen over enkele weken dit mooie land bezoeken. Ook koopt Jenny een kleedje met elandenprint om als tweede tafelkleedje dienst te laten doen. Om 10.45 uur vertrekken we uit Håverud om via de E45 en de E6 naar Gotenborg te rijden. Onderweg ontdekken we in Trollhätten een enorm Köpcenter, met alle winkels uit het hele land bij elkaar. Dáár gaan we winkelen, terwijl we niets nodig hebben, ha, ha! Jenny scoort een leuk jurkje wat mooi past bij haar zwarte legging die ze in noord Noorwegen tegen de kou kocht. Dat gaat straks aan op de boot wanneer we aan het Smörgäsbord-buffet gaan.

Weg 45/E45 is vanaf Trollhätten tot Kungalv in onderhoud, hij wordt verbreed en opgeknapt. Het gevolg is dat wij steeds moeten wisselen van rijbaan en dat het niet echt opschiet. Om 15.30 uur komen wij bij de ‘hamn’ in Gotenborg, waar de Stena Germanica al klaar ligt. Tegen vijf uur mogen wij aan boord. Dit schip hebben wij nog niet eerder gehad, vermoeden wij. De indeling is –net als de Scandinavica die we vorig jaar hadden- niet altijd even logisch. Zo blijkt het een hele “reis” van autodek 3 naar onze hut op dek 8 te zijn. Omdat we ooit een keer de volgende morgen op een verkeerd autodek uitkwamen, schrijft Jenny tegenwoordig altijd op haar hand welk trappenhuis we moeten hebben.

Aanvankelijk zouden wij maandag pas thuiskomen, waarom dan nu zaterdag? Wij willen het slechtere weer dat er aan komt voorblijven, juist omdat wij zulk mooi weer hebben gehad. Wij vinden het mooi geweest, hebben alles gezien en gedaan wat we wilden en voelen ons zeer voldaan van deze geslaagde reis. Om dan wat eerder thuis te komen is juist goed, het geeft ons de tijd alles op de rit te hebben voordat wij weer aan het werk gaan.
Voor het slapen gaan kijken we nog even aan dek. Daar wacht ons een verrassing: een prachtige zonondergang midden op zee!
Zó begon onze vakantie en zó sluiten we hem af. Amen!

Zaterdag 14 juli 2012 Nico 475 / 6.301 km
Om kwart over zeven, een kwartier voordat onze wekker zal aflopen wordt er in drie talen door de plafondluidspreker èn door de telefoonluidspreker het verhaal verteld over aanlegtijd, ontbijtbuffet en winkelopeningstijden. Sàààài……..
Na ontbijt en het ophalen van de bestelde lunchpakketten sjouwen we 5 verdiepingen door het trappenhuis naar autodek 3 en lopen daar nog een halve avondvierdaagse om de auto te bereiken. Om tien voor half tien rijden we van boord en Kiel uit. Een uur later zijn we bij de Elbetunnel en maken een koffiestop bij Raststätte Hollenstedt. Twee maal “Coffee-to-go”, het wordt steeds decadenter. Jenny doet dappere pogingen om het laatste stuk vakantieverslag te verzenden; gisteravond bleek tot onze stomme verbazing “Droam” leeg, nadat het ding de avond ervoor helemaal geladen was. De laadspullen lagen in de auto op het afgesloten autodek. Balen dus. Het gratis internet aan boord had beperkt bereik en dappere Jenny zat zo’n beetje naast de zanger- pianist, hetgeen de gehoororganen niet direct positief beïnvloedde. Vanmorgen binnen Duits telefoonbereik kregen we Droam al helemaal niet meer aan de praat, dus bij het binnenkomen van de auto het ding gelijk aan de lading. Maar ook opgeladen weinig soelaas. Alleen een 2G – netwerk (en dat op een paar kilometer afstand van Hamburg!) en slechts een paar geadresseerden kunnen worden gemaild. Daarna lukt niets meer en doen we de rest maar thuis. We zijn dus even “uitgedroamd”.

We rijden daarna door tot de afslag naar Oldenburg, net voorbij Bremen en doen daar boodschappen bij de Reaal. Daarna gaat het weer verder. Onderweg hebben we veel regen, soms hele harde en de zon zien we deze keer nauwelijks. Bij de afslag naar Groningen vervolgen we de A 31 tot de afslag Meppen en slaan rechtsaf richting Hoogeveen. Voordelen: nog een extra stukje Duitse snelheid en in Nederland een stuk “130 – weg”. Dat schiet lekker op.
Om 15.20 uur daveren we bij Zware Meer ons eigen landje binnen en om 16.00 uur zijn we in Zwolle. Een kleine vier weken en 6.400 kilometer na ons vertrek. Een vakantie om nooit meer te vergeten!

2012-route

 

 

 

De route met de pijltjes hebben wij gevaren en gereden. Met de nachtboot van Travemunde naar Helsinki en door Finland omhoog naar het noorden. Vanaf de Noordkaap door Noorwegen en Zweden weer omlaag naar het zuiden. Met een uitstapje naar de Lofoten en met de boot van Göteborg naar Kiel weer naar huis.

 

 

 

Klik HIER voor de foto’s!

2011: Zomervakantie – Scandinavië

Maandag 16 mei 2011 Nico 488 / 450 km
zomervakantie-2011-007We zijn al vroeg klaar om af te reizen, daarom vertrekken we om 9.20 uur. Het is geen zomervakantieweer, met amper 12 graden. Via Groningen komen we om 10.50 uur Duitsland binnen. Een uur later, om 11.50 uur passeren we Oldenburg. Bij Raststätte Grundbergsee lunchen we van 12.40 tot ca. 13.00 uur. Het regent inmiddels behoorlijk. De Elbetunnel zien we om even na tweeën en om drie uur zijn we in Kiel bij de Schwedenkai aangekomen. We gaan even shoppen en wachten daarna tot het inchecken begint. Stipt om 17.00 uur begint het inchecken. Onze hut blijkt op dek 11 te liggen, het hoogste dek. Het is wel even zoeken op deze nieuwe Stena Scandinavica; een wat ongewoon model met enorm veel autodekken en zelfs een open autodek achter op het schip. Wanneer je denkt vanaf ons autodek 3 met de trap in één keer naar dek 11 te kunnen valt dat even tegen. De dekken 10 en 11 zijn met elkaar door trappen verbonden en vanaf dek 9 kun je met één lift naar dek 11, maar voor de rest moet je – om bij voorbeeld bij de restaurant- en winkeldekken te komen – via een ander trappenhuis en een andere lift. Best wel even zoeken, want de plattegronden en aanwijzingen zijn ook niet altijd even duidelijk. Er is draadloos internet (via de satelliet), maar dat is zó traag dat je het journaal met lange tussenpozen in blokjes van 7 seconden moet zien te volgen. Dat gaat ‘m niet worden. Internetradio lukt ook al niet, alleen de Teletekstbrowser doet het enigszins. Klink goed, gratis internet aan boord, maar breedband is het dus niet.

We hebben de eerste dinerbuffet- gang vanaf 18.00 uur geboekt. Ander restaurant, andere opstelling. Wel ruime zitplekken, maar vooral het warme deel van het buffet is vergeleken met andere keren wat aan de magere kant. Maar het smaakt allemaal prima. Na het eten even Zweedse Kronen kopen bij de Wechselstube en daarna de winkel in en aansluitend een frisse neus halen; een paar meter van onze hut af kom je op het zonnedek. Die “frisse” neus is letterlijk en figuurlijk: het is best wel frisjes buiten. Op ons dek zijn ook de super-de-luxe hutten met eigen balkon. Misschien daarom dat op de gang Nespresso-automaten staan met “cup-pasjes” ernaast. Na een verse bak koffie gaan we nog even lezen en ergens na middernacht gaan we maar eens slapen.

Dinsdag 17 mei 2011 Nico 338 / 826 km
zomervakantie-2011-019Om 7 uur loopt de telefoonwekker af. Even later komt de boordradio er achteraan. Om half 8 zitten we aan het ontbijtbuffet en ergens tegen tien voor negen begeven we ons richting autodek. We staan bijna vooraan. De klep gaat in plaats van om 9.00 uur pas ruim een kwartier later open. Via de hoge brug van Göteborg gaan we buitenom richting de E6 naar het noorden. In Kungälv even de weg af voor een beperkte hoeveelheid boodschappen in een héééle grote supermarkt (ICA Stormarknad). We vervolgen daarna de E6 tot Uddevalla, waar we Weg 172 inslaan. Tegen het middaguur stoppen we in Hogsäter voor een korte siësta en een lunch. Voorbij Gustavsfors maken we een omweg via een onverharde weg naar Blomskog. Daar stoppen we bij een kerkje aan een meer. Het is inmiddels even zonnig geworden, dat voelt best wel prettig. Via een echte asfaltweg rijden we weer naar Weg172 en vervolgen die tot Årjäng. De Sommarvik- camping ligt buiten de stad en de plaatsen zij nogal open.

Omdat het begint te onweren en te hagelen besluiten we door te rijden naar Glaskogen, om midden in het natuurgebied op de camping van Lenungshammar een plekje te zoeken; dat is wat meer beschut. Het wordt ondertussen weer droog. Na een lange rit over onverharde modderwegen komen we met een deels blauwe, deels modderzwarte camper na vijven bij de camping aan, die dus van 10.00 tot 14.00 uur open is. De caravanplekken verderop in het bos hebben afgesloten stroomkastjes, dus is er geen stroom voor onze kachel. We rijden via een “normale” weg richting Glava en proberen daar een natuurplekje van vroeger te vinden, wat niet lukt. Dan maar door naar Arvika, waar we uiteindelijk na zessen op de camping belanden. Kantoor is dicht, maar je kunt zelf een plekje zoeken en de volgende dag afrekenen. Hier zijn de stroomaansluitingen wel bereikvaar. Er is één servicehus open, dus gaan we daar vlak bij staan. Koken en dit verslag typen doen we in het Sevicehus. Buiten regent het weer. Het weerbericht op de TV belooft voor morgen niet veel beter. Afwachten maar. Vanavond gaan we maar gewoon lekker lezen (“E-readen”) en morgen zien en rijden we weer verder.

Woensdag 18 mei 2011 Jenny 162 / 988 km
Wanneer wij gisteren even rond hadden gekeken hadden wij nu prachtig uitzicht op het meer gehad. Het veld waar wij ooit met de kids in de Grote Bevertent stonden is helemaal opgeknapt, met prachtige plaatsen aan het water. Maar goed.
We staan zonder wekker om 8.30 uur op in een stralende zon. Die schijnt al uren en heeft de camper flink opgewarmd. Buiten is het nog wel fris, dus ontbijten wij met de schuifdeur open. Nadat we 200 kronen hebben betaald rijden we naar Arvika om boodschappen te halen. Tevens kopen we een sticker voor onze camperruit en nemen een Zweedse campinggids mee. In de laatste staan net iets meer campings als in de Duitse en Engelse versie.
Ook zoeken we in Arvika een autowasbox om Duva Kampa te ontdoen van een dikke
‘Glaskogense” modderlaag. Dat lukt ons pas later op Weg 45, de “Inlandsvägen”.

zomervakantie-2011-033Via Weg 45 rijden we naar Stöllet en onderweg eten we een broodje we bij een schitterende picknickplaats. Helaas kunnen we niet buiten zitten, want de zon is verdwenen en daarmee de warmte ook. We rijden een stukje om via Stöllet, want 18 kilometer bezuiden die plaats is een camping met Nederlandse eigenaren. De camping heet “Alevi” en ligt in Fastnäs /Åstrand. Wij worden hartelijk ontvangen en binnen ruim 3 kwartier weten we alles wat we in een week kunnen gaan doen. Wij blijven echter maar één of twee nachten. We zoeken een plekje aan het water en zetten de luifel op. Dat blijkt een goed idee, want daarna gaat het regenen.
We eten de macaroni van thuis en vermaken ons met lezen. Internetten op de camping lukt niet, er is iets met het campingmodem. Ach, wij komen de avond wel door.

Donderdag 19 mei 2011 Nico 0 / 988 km
We willen deze vakantie “ontspannen”, zoals onze oudste zoon dat placht uit te drukken. Vanmorgen lukt dat aardig, want we worden pas om half elf een keer wakker. Het ontbijt wordt daarmee automatisch de brunch. Na een avond en nacht doorlopend regen en harde wind blijkt het nu zonnig en droog. Warm is anders, maar na gisteren neem je overal genoegen mee. De “campingdame” komt vertellen dat na lang sleutelwerk en het opnieuw installeren van een oud modem er nu wel verbinding is met het wereldwijde web. Jenny huppelt derhalve na de brunch voorzien van laptop richting kantoor / kantine. Maar: ook nu lukt het niet om in te voegen op de digitale snelweg. De “campingheer” doorvorst onze laptop en kennelijk is er iets (lan) uitgeschakeld, waardoor de “gewone” kabelverbinding het niet deed. Zal wel gebeurd zijn tijdens de installatie van onze / Paul ’s externe “antenne voor zwakke wifi” die we nu bij ons hebben. Nadat dit verholpen is surft Jenny er op los en doet zelfs nog een BB- boeking. Business as usual….

zomervakantie-2011-027Later dan gepland, in de loop van de middag, vertrekken we op de fiets naar Ekshärad, een ruim 14 kilometer zuidwaarts gelegen dorp waar de enige fatsoenlijke supermarkten in de omgeving zijn. Fietsen over doorgaande wegen in Zweden is niet gevaarlijk; automobilisten passeren je keurig half of geheel op de linker rijbaan en als er tegenliggers komen wachten ze vaak netjes achter je tot die voorbij zijn. Maar je moet dan wel achter elkaar fietsen en dat is minder gezellig. We ontdekken na enige tijd de “oude” Weg 62 die slingerend naast zijn nieuwe broertje loopt en als toegangsweg voor een paar huizen wordt gebruikt. Dat fietst een stuk gezelliger. Soms houdt ‘ie even op en moeten we de “snelle” weg gebruiken. Een paar kilometer voor het einddoel voelt Nico ineens de oneffenheden in het wegdek wel èrg duidelijk via zijn zadel (dat zelfs nog geveerd is). Ja hoor: een lekke band! De eerste in al onze vakantie(s). Beetje eigen schuld, want vóór de vakantie vertoonde de achterband al een vreemd uitstulping, die thuis na leeglopen en weer oppompen van de binnenband bijna verdwenen was, maar nu toch weer “de kop op stak”. Precies op die plek is er nu dus een lek. Het eerste gaatje in de nog de originele binnenband van 9 jaar geleden met Frans ventiel. Lastiger is het dat je een remblok moet demonteren om de binnenband fatsoenlijk te kunnen nakijken. Uiteindelijk is het lek geplakt, de band weer gemonteerd en zelfs het remblok weer op zijn plek teruggeplaatst, waarna de laatste kilometers naar Ekshärad worden afgelegd. Na de boodschappen in de plaatselijke ICA laven we onze dorst op een bankje bij de kerk en begint de terugtocht. We zien donkere wolken samentrekken boven de plek waar we heen moeten en de laatste kilometers worden dan ook in een regen- en hagelbui afgelegd. Op één dag zon, regen, hagel en storm; zoiets heet een gevarieerd weerbeeld. Van ons had het best saai mogen zijn: met zonnig, 20 graden en droog waren we ook tevreden geweest. Na terugkeer bij de camper krijgen we in korte tijd weer alle weerbeelden achter elkaar, inclusief regenboog en rond half negen zitten we uiteindelijk even buiten aan de koffie in een laagstaand zonnetje onder een strakblauwe hemel, terwijl om ons heen de “Witte Wieven” verschijnen. Bij elke ademtocht stoten we wolkjes uit, zo fris is het, maar: we zitten in de zon!
Tijdens onze tijdelijke verbinding met de digitale buitenwereld vanmiddag zagen we dat het morgen vermoedelijk wel droog zal zijn. Afwachten maar. We breken in ieder geval morgen op om verder Noordwaarts te gaan. Op dit moment (21.50 u.) is het buiten 8 graden; Zomervakantie………. J. Deze dag hebben we 32 kilometer gefietst.

Vrijdag 20 mei 2011 Jenny 369 /1.357 km
Deze morgen worden we wakker van de wekker en we staan om 8.30 uur op. Tegen tienen zijn wij al klaar om te vertrekken, maar Jenny zit achter de laptop en moet nog even een aanvraag voor een B&B boeking beantwoorden en één andere annuleren. Wij laten in deze vakantie de boekingen gewoon doorgaan, maar laten niet weten dat wij op vakantie zijn. Inmiddels krijgen we wel elke dag een paar telefoontjes en dat is best wel lastig als je op vakantie bent. Daarom gaat Jenny vanavond Paul en Mark bellen om te vertellen dat haar telefoon tot nader order wordt uitgezet. Via de mail zullen we de boekingen wel regelen.

Het is dus tegen half elf dat we van deze camping met Nederlandse eigenaren vertrekken. Het zijn zeer gastvrije mensen die er alles voor over hebben om het hun gasten naar de zin te maken. Wij krijgen nog een folder mee over “Rondje Zweden” waar alle Zweedse campings met Nederlandse eigenaren in vermeld worden.
In Malung doen we boodschappen en hoewel we deze plaats vaker bezocht hebben is het even zoeken naar een supermarkt. Uiteindelijk vinden we een Hemköp.

We vervolgen Weg 45 naar Mora, waar we lunchen aan het water. Ook deze plaats kennen we aardig goed: we hebben er eens geslapen in de buurt van het station en een keer gekookt bij een rozebottelstruik met veel wespen. Ook hebben wij daar eens een vlot gezien met een caravan er op. We besluiten even te shoppen, want er zijn leuke winkels en Jenny heeft een vest nodig. Dat vinden we niet, maar wel een leuk shirt voor Nico. Zo’n Hawaï-achtig shirt wat we ooit bij het “Hoge Duin” in Frankrijk hebben gekocht, maar dan nu met oude auto’s en VW-T2’s. Heel leuk en Nico krijgt hem van mij alvast voor zijn verjaardag. Inmiddels is het erg warm en zeer zonnig geworden en daar genieten wij van.

We vervolgen Weg 45 alsmaar noordwaarts, Östersund is uiteindelijk ons doel voor morgen. Onderweg zien we tweemaal een vos: één doodgereden en één wandelend langs de weg. Bij Ytterhögdal pauzeren we even en overwegen of dit onze nachtplek wordt. Wij hebben hier al eens eerder geslapen met Paul, die toen zo’n mooie duik van de hoge steiger nam, net op het moment dat ik de camera afdrukte. Die steiger ligt er nu (nog) niet en het overnachting kost Sek 50,00. Dat vinden we niet erg, maar we moeten het bij de Turistbyra voldoen en dat zien we nergens. Dus na een korte pauze in de zon rijden we verder over Weg 45, de Inlandsvägen.
Net voorbij Rätan zien we een natuurcamping. Het blijkt een vrije kampeerplaats met (pomp-) water en “poepdoos” te zijn, waar je voor Sek 40,00 een nachtje mag verblijven. Gewoon formuliertje invullen, geld in het envelopje doen en dan in de brievenbus. Wij kenden het wel, maar hebben het lang niet meer meegemaakt. Er staan meer kampeerders: twee caravans een camper en een tentje. In de laatste nota bene een gezin met 3 kleine kinderen. Voor wie deze plaats ook eens wil bezoeken: N62.49000 O014.48579

We staan in een mum van tijd in de kampeerstand en Nico kookt/bakt een heerlijke maaltijd, terwijl Jenny in het zonnetje dit epistel schrijft. Nog even en wij kunnen het bekende deuntje (van Grieg) neuriën, want wij zullen straks waarschijnlijk ‘de zon in de zee / het meer zien zinken’. Een ultiem vakantiegevoel!

zomervakantie-2011-040


Zaterdag 21 mei 2011 Nico 101 / 1.458 km

Om tien over half negen worden we “wekkerloos” wakker. De zon schijnt al weer, maar buiten is het nog frisjes. Ontbijten en opbreken gaat in een rustig vakantietempo maar wel binnen en even na tienen verlaten we deze “Naturcamping”. Leuk om nog een keer terug te komen.
We rijden rustig noordwaarts; vandaag is er minder dan 100 kilometer te rijden. Bij de afslag naar Sventstavik stoppen we om 10.40 uur voor een half uurtje funshoppen bij de z.g. “Dollarshopper”, een soort Eurowinkel; alles kost 10 Kronen (ca. 1 $) of een veelvoud daarvan. Om 10 over elf rijden we door en krijgen een paar buitjes regen over ons heen. Maar de zon komt steeds terug. Eigenlijk wilden we in Östersund eerst boodschappen doen bij de “ICA Piraten”, een ICA-winkel in een voormalig treinloods, maar aan de rand van de stad is een groot “Köpcentrum” uit de grond gestampt (waar niet?…), dus bezoeken we eerst de Sÿstembolaget (staatsdrankwinkel) om onze wijnvoorraad op peil te brengen en duiken daarna de ICA Forum in, een knaap van een supermarkt.

zomervakantie-2011-042We besluiten om eerst naar de camping te gaan en daarna te lunchen. Rond enen komen we aan op “Östersund’s Camping”. Er is draadloos internet, maar dan wel via een hotspot voor 40 kronen voor een uurtje of 80 Kronen voor vier uur. Dat laatste klinkt duur, maar goed, het is weekend. We kiezen in eerste instantie voor een kleine plaats, zonder water en afvoer, maar bij de lunch (onder de bomen in de schaduw!) drijven er zó veel muggenwolken voorbij dat we besluiten te verkassen naar een “luxe” plaats die we iets verderop spotten. Nico betaalt snel 140 Kronen voor de 2 nachten er bij en we rijden een paar meter verder naar een grote plek met genoeg grasveld, water en afvoer en –niet geheel onbelangrijk: – in de zon. We hebben inmiddels door waar de grote temperatuurverschillen in de weersvooruitzichten door veroorzaakt worden; zonder zon is het tien tot veertien graden, maar met de zon erbij jaagt de temperatuur omhoog en trekt half Zweden de korte broek aan. Gelukkig is er op ons nieuwe plekje veel zon.

De internetverbinding is lekker vlot en Nico begint maar eens de satellietspullen in elkaar te schroeven en op te zetten en na een paar minuten richten is er voldoende signaal. Dat is hier wel eens anders gegaan, maar toen was er ook geen vrij zicht naar het Zuiden. Anders was er wel kabeltelevisie, want elke plaats heeft hier een radio- en TV-aansluiting. De vorige keer hebben we hier in Östersund maar gelijk 30 meter coaxkabel gekocht om toch nog wat TV te kunnen bekijken, maar dan zonder Nederlandse ondertiteling. Ondanks de schandalige tariefstijgingen van de laatste jaren van Canal Digitaal is zo’n “recreatiepakket” toch wel handig.
Na de avondmaaltijd maakt Jenny een wandeling over de (uitgestrekte) camping en Nico een verslag. Het is nu kwart voor acht en 15,5 graden. Eigenlijk best wel lekker.

Zondag 22 mei 2011 Jenny 0 / 1.458 km
Vandaag slapen wij eens lekker uit. Daarna aan een brunch buiten in de zon. Heerlijk om zó de dag te beginnen. Daarna luchten en verschonen we ons beddengoed en maken ons campertje een beetje schoon.
Een echte rustdag deze zondag. ’s Middags maken we een fietstocht naar het centrum van Östersund, maar alles is dicht, maar de supermarkt vlakbij de camping is open. Wij zijn namelijk vergeten om ansichtkaarten en postzegels te kopen en te versturen. De reden is de korte vakantie, dan denk je daar nog niet zo gauw aan, vooral niet in het eerste weekend. Wanneer wij morgen/maandag kaarten versturen, zijn ze er pas als wij al hoog en breed thuis zitten. Dus we denken er over om het maar eens over te slaan.
De totale fietstocht is ongeveer 10 km, ook niet echt veel. Maar omdat we heuvel op heuvel af moeten wel van een zwaardere categorie. Jenny blijkt met haar arm niet goed te kunnen fietsen. Niet alleen doet die arm pijn, ook de spierkracht is afgenomen. En spierkracht heb je wel nodig bij een stijging.

Bij ons kampement internetten we nog wat, onze uren zijn nog niet op. Er staan nu 3 Nederlanders op de camping, van de 9 kampeerders totaal. We gaan straks lekker uit eten bij een Pizzeria, we hebben er onderweg verscheidene gezien. Voor wie het weten wil: uit eten in Zweden is helemaal niet meer duur. Een standaard pizza kost hier 63 Sek, omgerekend € 6,50.

zomervakantie-2011-046


Maandag 23 mei 2011 Nico 276 / 1.734 km

De wekker loopt om 8 uur af. Vannacht heeft het nogal vaak geregend, maar nu is het droog. De luifel is nog een beetje nat, die gaat deze keer dus niet droog mee. Om kwart voor tien verlaten we Camping Östersund en volgen de borden richting E14. We komen prompt weer bij de rotonde waar we zaterdag de E14 verlieten en dus ook weer bij het mega- grote winkelcentrum. Ook nu doen we boodschappen met een zo klein mogelijke winkelwagen, want echt veel hebben we niet nodig. In navolging van zaterdag kopen we nu het “dure” brood, dus niet de “Langfranska” of de “Barkis” van 10 Kronen, maar brood dat 2 keer zo duur is. Dat blijkt namelijk veel langer vers en lekker te blijven, dus gooi je ook minder weg.
Na gedane inkopen verlaten we dan uiteindelijk Östersund en rijden richting Trondheim.

zomervakantie-2011-052Een eindje buiten Östersund verlaten we de E1 bij Vaplan en rijden en stuk noordwestelijk over binnenwegen naar een plek waar volgens de kaart rotstekeningen (“Hällristningar”) moeten zijn. Na verloop van tijd komen we bij de parkeerplaats en lopen een pad naar een beekje waar de rotstekeningen zijn. Onderweg passeren we een plek waar kennis over de omgeving kan worden opgedaan, want een grote groep kinderen van alle leeftijden en volwassenen (die het grote aantal auto’s op de parkeerplaats verklaren) zijn op een weide druk met allerlei dingen bezig. We lopen nog even een hut binnen waar het vergeven is van de elanden- en rendierhoeven met bijbehorende pootdelen. We bekijken daarna de rotstekeningen en proberen een stukje wandelpad te volgen, maar onze conditie is kennelijk een stuk minder dan tijdens de beklimming van de Preikestolen” twee jaar geleden. We keren dus maar weer terug naar de beschaving en komen via mooie binnenwegen weer op de E14 terug.

Het is inmiddels zonnig geworden met zo nu en dan een wolk voor de zon, maar we zijn deze vakantie al met weinig tevreden. Zo lang het maar droog is! In Järpe gaan we tanken en ons rustige rijden wordt beloond met een verbruik van 1: 13,85, bijna 1:14 dus. En dat is best wel handig met de Scandinavische dieselprijzen.
In het wintersportdorp Åre stoppen we bij de een kerkje uit de 12e eeuw. Na het traditionele rammelen aan de gesloten deur en het obligate rondje om de kerk (“waar zit toch die ingang?”) komen we weer bij de enige deur en zien op een bordje met openingstijden van 8.00 tot 20.00 uur een grote smeedijzeren sleutel hangen, waarmee je de deur kunt openmaken. Mooi interieur!
We lunchen bij de kerk en gaan daarna verder richting Noorwegen. Vlak voor de grens zien we rendieren langs de weg lopen. Om drie uur rijden we met 15 graden en een lekker zonnetje de grens met Noorwegen over. Bij de eerste de beste bank-met-flappentap pinnen we Noorse Kronen. (anno 2012 is dit bedrag nog steeds niet van onze rekening af) We proberen even later ook nog wat Noorse rotstekeningen te bezoeken, maar nemen een afslag te vroeg en komen bij een één of andere gedenksteen uit. “Bauta” heet dat ding en het zal vast niet over Desi Bouterse gaan, maar het heeft in ieder geval weinig om het lijf.

zomervakantie-2011-058Dan wordt het tijd om de vraag te beantwoorden waar we heen gaan. Jenny wil graag in de natuur staan, Nico heeft meer voorkeur voor een camping. We willen of in de namiddag of morgenochtend een groot winkelcentrum onder Trondheim aandoen, al is het alleen maar om een keer een nieuwe Noorse wegenatlas te kopen. De onze is van 1997. In Zweden hebben we nog net de aandrang kunnen weerstaan om onze derde “Sverige wägatlas” te kopen, want het zal echt dagen duren om al onze aangegeven plekjes in de nieuwe over te nemen. Maar onze Noorse vriend is nu wel aan vervanging toe.
We proberen min of meer traditiegetrouw de tol bij Trondheim te omzeilen en volgen daartoe een secundaire kustweg. Plotsklaps rijden we langs “Störsand Camping” waar we al menige regenbui en was- / centrifugeeravontuur meegemaakt hebben. We besluiten eensgezind om hier de nacht door te brengen, ook al is 290 Nok vóór één nacht (excl. douchen!) best wel aan de prijs. Maar we vinden een mooi plekje helemaal “beneden” direct aan het fjord. Dat betekent wel dat een wandeling naar het toiletgebouw bijna op een vierdaagse- etappe lijkt….. Maar het uitzicht wil ook wat. We zitten nog even lekker in de zon, maar die verdwijnt helaas achter de wolken. Een mooie zonsondergang zit er dus niet in, ach, je kunt ook niet alles hebben.

Dinsdag 24 mei 2011 Jenny 252 / 1.986 km
Het is 8.40 uur wanneer wij uit ons bedje stappen. We ontbijten binnen, want de zon laat zich niet zien. Om 10.20 uur rijden we van deze bekende camping en we besluiten om boven Trondheim langs dat grote winkelcentrum te vinden. Het is een schitterende route die we deels met Garmin en deels met onze wegenatlas rijden.
We worden op mooie uitzichten getrakteerd en om half twaalf vinden wij het “City Syd” winkelcentrum. Het duurt even voordat wij uitgewinkeld zijn en ook dan hebben wij nog steeds geen wegenatlas van Noorwegen gevonden. Komt nog wel, denken we.
Wij zoeken de E6 weer op, de weg die van noord naar zuid en vv door Noorwegen loopt en picknicken vlak voor Stören. Deze plaats noemt men de hoofdstad van de Noorse zalm. Het waait vreselijk, maar omdat de zon schijnt eten we met de jas aan aan een grote picknicktafel. De rivier die naast ons het smeltwater van de winter naar beneden laat razen heet de Gaula.

Daarna weer verder over de zeer rustige E6, waar we even later bij Berhårk in een heuse file belanden. Geen idee wat er aan de hand is, maar de rij vrachtauto’s voor ons is eindeloos. Na tien minuten besluiten wij te keren en via een andere weg de file te omzeilen. Als er één schaap over de dam is volgen er meer, zegt het spreekwoord en het is vreemd dat wij met een Nederland kenteken voorop rijden. Via Weg 700 en Weg 502 én de samenwerking tussen Garmin en de wegenkaart komen wij weer op de E6. Daar rijdt nog helemaal niets, dus de file is nog niet van de baan.

zomervakantie-2011-077We komen in het Dovre Fjell, het droogste gebied van Noorwegen. Ook nu valt er geen spat regen, maar de donkere wolk boven ons doet vermoeden dat het niet lang meer droog blijft. Wij maken een korte wandeling op een van de gemarkeerde wandelpaden. Het moet een Walhalla zijn voor wandelliefhebbers, zoveel wandelroutes zijn er. Vandaag is het er koud, omdat er een sterke wind staat. Het is volgens Duva Kampa 6,5 graden buiten.

In Dombas zijn alleen de supermarkten open, maar die hebben wij niet nodig en dus rijden wij verder. Vanwege de kou besluiten wij niet in de vrije natuur te gaan overnachten maar op een camping, zodat wij on elektrische kacheltje lekker aan kunnen laten vannacht. Wij vinden een camping een klein eindje van de E6 af in Dovre. De camping heet Toftemo Turiststasjon ( www.toftemo.no ) en na een beetje prutsen met de laptop en de extra ontvanger van Paul blijken wij ook het internetsignaal van het hotel/camping te kunnen ontvangen. Mooi even alle mail wegwerken.

Woensdag 25 mei 2011 Nico 184 / 2.170 km
zomervakantie-2011-082We slapen een beetje uit en breken rustig op. We verlaten deze leuke camping om 10.45 uur. Om 11.30 uur doen we boodschappen bij de “Kiwi” in Otta.
We rijden verder naar “beneden” over de E6 en besluiten even later om een omweg naar Lillehammer te maken over de “Peer Gyntvegen”, een mooie tolweg die we jaren geleden in noordelijke richting hebben gereden. Nu dus andersom, maar het kost wel even moeite om de goede te vinden. Na verloop van tijd komen we, nog steeds op weg naar de Peer Gyntvegen, twee verwijsboren naar de zelfde weg tegen, met beide een andere plaatsnaam. Zijn er dan 2 van die wegen? Daar weten we eigenlijk niets van. De (oude) wegenatlas biedt geen uitkomst en de overzichtskaart ligt in Zwolle…We kiezen de rechtse en komen even later bij de tolpost, waar je zelf weer geld in een envelopje moet doen en dat in een bus deponeren. Op het papier met handleiding heeft een paar dagen geleden een Nederlander geschreven dat 11 kilometer verderop de weg is “weggespoeld” en verder rijden onmogelijk is. Een Noorse tekst geeft de zelfde informatie, maar dan een dag later; die kon dus geen Nederlands lezen….. !!! Dan maar terug naar de andere verwijzing, die uiteindelijk ook de goede blijkt te zijn. Alleen heeft hier inmiddels de beschaving toegeslagen; het schattige envelopje is vervangen door automatische slagbomen met een betaalautomaat. We kunnen gewoon de creditcard gebruiken. Wel is het tarief ook mee omhoog gestuwd in de vaart der volkeren. “Vroeger” kostte deze tolweg iets van 30 of 40 Kronen, de in de betaalautomaat gegrifte 50 Kronen zijn ook doorgekrast en het scherm vertelt dat het apparaat toch echt 70 Kronen wil slikken voordat de slagboom omhoog gaat. We worden dankzij Master Card toegelaten en rijden de Peer Gyntwegen in zuidelijke richting op.

Het is bewolkt en warm is bepaald anders, maar de uitzichten blijven mooi. We stoppen op het hoogste punt om te lunchen en zien maar heel af en toe een andere auto. Rustig dus. We bereiken het punt aan Weg 255 bij Helleberg waar we zo veel jaren geleden deze weg in de andere richting insloegen. Veel is nog herkenbaar, maar er is ook ongelofelijk veel bijgebouwd, want dit is kennelijk ook een wintersportgebied. Via Weg 255 dalen we af richting Lillehammer en komen net boven Lillehammer (en onder de plek waar de beoogde overnachtingscamping ligt) op de E6 uit. We gaan eerst shoppen in een Lillehammer-winkelcentrum aan de E6. Daar slagen we zowaar in de aanschaf van drie op de verlanglijstjes staande artikelen:
1. Een nieuw vest met lange mouw voor Jenny;
2. Een nieuwe opbergtas voor onze wegenkaarten, landeninformatie et cetera die we altijd meeslepen;
3. Een nieuwe Noorse wegenatlas. Onze 1997 – editie was wat gedateerd en miste overzichtskaarten en stadsplattegronden. De nieuwe (editie 2009, dus 12 jaar winst) heeft al die zaken wel. Wel weer het zelfde merk, Capellens Kart en de kaartindeling is precies gelijk aan de oude, dus met de zelfde bladnummers, maar de schaal is kleiner, dus de kaarten groter en duidelijker. De nieuwe wegenatlas zelf is daardoor ook wel even wat groter geworden en past dus niet meer in het kaartenvak in de voordeur. Moeten we nog iets slims op bedenken.

zomervakantie-2011-085In een gestadige regenbui gaan we daarna weer wat noordwaarts de E6 op, om na een paar kilometer bij Øyen de rivier over te steken naar de beoogde Acsi- korting- camping. Dat blijkt inderdaad te kloppen: Voor slechts 120 Kronen kunnen we de camping op, met een keycard voor de slagbomen en het toiletgebouw, alsmede 2 keer douchen. Niet duur dus. In het Acsi-boekje was sprake van een 80% wifi-dekking. Die blijkt 0% te zijn. Maar we mogen desgewenst in het hotel van dit familiecomplex internetten. De camping is vrijwel leeg, uiteindelijk staan er 1 Zwitsers en 3 Nederlandse vakantieverblijven op wielen. Het herentoiletgebouw is daarom afgesloten, maar dat maakt niets uit. We staan schuin naast Nederlanders met een zelfbouwcamper – inclusief – garage- met- fiets – brommer – wasmachine – centrifuge en aggregaat. Dat levert een gesprekje van behoorlijke lengte op. Is ook wel weer gezellig. De regen is opgehouden, er komt zelfs weer een zonnetje door en op dit moment (20.40 uur) is het buiten nog 14 graden. Je zou het bijna zomervakantie noemen! Maar door onze vroege vakantie is het wel erg rustig op de campings.

Donderdag 26 mei 2011 Jenny 240 / 2.410 km
Het is 8 uur als wij vanmorgen opstaan. De zon schijnt, maar het is te koud om buiten te ontbijten. Tegen half tien vertrekken we en terwijl wij de camping afrijden zien wij onze Nederlandse mede-kampeerders lopen. Navraag leert ons dat zij naar de bushalte lopen om naar het Maihaugen, het openluchtmuseum in Lillihammar te gaan.
Zij nemen de uitnodiging om mee te rijden maar al te graag aan en onderweg wisselen we ervaringen uit. Het is hun eerste keer in Scandinavië.
Wij gaan internetten bij de Mc Donalds. Een paar dagen eerder was ons dat niet gelukt, maar nu zitten we zo op de hotspot van Mc Donalds. Er is heel wat mail te verwerken, vooral van onze Bed and Breakfast. Fijn dat internetten zo makkelijk kan, wij hebben het nog niet eerder zo gedaan bij de Mc D., maar gaan er zeker vaker gebruik van maken.

Wij rijden over de E6 en Weg 4 naar Gjøvik, want daar weten we een heel erg groot winkelcentrum. In onze herinnering was het al groot, maar in werkelijkheid blijkt het nog veel groter te zijn. We trekken er enige tijd voor uit en eindelijk scoort Jenny een aantal kledingstukken die ze straks na haar schouderoperatie nodig heeft. De hele vakantie hebben we er naar gezocht en zowaar: hier hangen allerlei broeken in alle soorten en maten. Zij kiest een zwarte korte broek, een beige half lange broek en een witte lange broek. Allemaal van katoen en met elastisch tailleband, zodat zij zich straks met één hand kan redden. Helemaal gelukkig winkelen wij verder en kopen ook nog iets leuks voor onze zonen thuis.

Daarna rijden wij over Weg 4 verder zuidwaarts, naar ons doel: Oslo. Morgen gaan wij op de boot van Color Line. Onderweg eten we een broodje terwijl het buiten is gaan regenen. Vanaf Weg 4 kijken we naar een camping in Harestua, zo’n 44 km van Oslo. Het is een boerencamping van niks en het pad er naar toe is al helemaal niks.
Om 16.20 uur komen wij in Oslo aan.
zomervakantie-2011-090Onze Nederlandse lifters vertelden ons vanmorgen dat camping Bogstad in Oslo wel € 37,00 kost en dan nog zonder stroom. Wij besluiten een andere camping te proberen, iets ten zuiden van de haven, maar deze camping blijkt nog gesloten. Het is heel druk in de stad, de wegen zitten vol en vast met auto’s. Wij proberen vanaf de haven met onze navigatie de camping te vinden en dat lukt in ruim 20 minuten. Onze laatste nacht in Noorwegen blijkt ons NOK 310 te kosten, omgerekend zo’n € 33,00, inclusief stroom. Camping Bogstad kennen wij nog wel van een paar keer eerder. De eerste keer stonden wij met onze kleine kinderen en een klein tentje pal aan de speeltuin. Lekker makkelijk, wij konden vanaf onze stoel onze kids in de gaten houden. Echter, toen de kleine kinderen eindelijk uit de speeltuin verdwenen waren om te slapen (en de onze lagen met hun oortjes tegen de speeltuin aan) kwam de jeugd bezit nemen van de speeltoestellen. Tja, en dat gaat in de kleine uurtjes door……… , dus dat doen wij nooit meer. Wij hebben hier ook eens in een hut geslapen met ons gezin en met mijn moeder. Maar welke hut dat was weten we niet meer, slechts de speeltuin is onveranderd.

Wij zoeken een plekje wat niet al te scheef is, koken een maaltijd, typen dit verslag en gaan lekker lezen. Dit jaar hebben wij allebei een e-reader op onze verjaardag gekregen en we hebben daarop veel leesvoer meegenomen. Wat een uitkomst is zo’n ding! En wat een ruimte aan boeken scheelt dat in ons kleine campertje!

Vrijdag 27 mei 2011 Nico 13 / 2.433 km
We zijn al om 6 uur wakker, maar slapen gelukkig toch door tot een uur of negen. Het heeft de hele nacht geregend en nu motregent het nog. Somber weer en met een graad of tien lijkt het niet echt een zomervakantie. Maar we hebben het tot nu toe gelukkig meer droog dan nat gehad, alleen niet zo warm als we de laatste jaren in Scandinavië gewend zijn. We ontbijten op ons gemak en breken ook heel rustig op. We zitten maar een eindje van de haven af. Bij het vertrek omstreeks kwart over tien legen we de afvaltank gelijk maar even, dat gaat hier gemakkelijk. Onderweg naar de haven doen we nog een paar inkopen in een kleine supermarkt en rijden daarna in een ommezien naar de haven, waar we ruim op tijd aankomen. We krijgen onze boardingcards en onze hut bevindt zich op dek 10. De tijd die we moeten wachten voordat we het schip op kunnen rijden brengen we lezend door. Op de laptop hebben we een digitale bibliotheek met 876 schrijvers, dus kunnen we nog wel even vooruit. Om kwart voor één begint het oprijden, eerst de “gewone” auto’s voor het hoge autodek en daarna zijn wij met de busjes en de campers aan de beurt. Caravans zien we overigens niet. We hebben weer een tweepersoons buitenhut met gróóot raam en tweepersoons bed. Ook weer een grote TV met behalve een hoop TV- en radiozenders weer een kanaal met de “frontcam” van het schip zodat we kunnen zien wat er zich voor het schip afspeelt en een kanaal met de positie van het schip op een nautische kaart. Het enige dat ons –in vergelijking met Stena- tegenvalt is het internet, of beter: het ontbreken daarvan. Er is geen draadloos internet, alleen de hele dure hutten hebben een (draad-) internetaansluiting, waarvoor je nog tijd moet inkopen. Op dek 7 zijn 2 van die stalen internetzuilen, waar je à raison van 2 kronen per minuut kunt internetten. Vergeleken met het draadloze – en gratis! – internet op de Stena- schepen is dat wel een minpuntje.

zomervakantie-2011-091Maar verder is het prima aan boord. We reserveren eerst plaatsen voor het avondbuffet, naar keuze om half zes of half negen. Dan maar de eerste en we kunnen nog een plekje aan het raam serveren. Aan dek zien we het wegvaren uit de haven en daarna zoeken we een plekje in de “Observation Lounge” aan de voorkant op het hoogste dek, een rond café- restaurant dat aan de zijkanten ver buiten het schip is gebouwd. Het draait alleen niet, maar geeft wel een prachtig uitzicht. We vinden een plekje aan de bakboordkant en kunnen vandaar de zijkant van het schip zien. Best wel imposant. Jenny trakteert op een “Color Dream”, een cocktail met Baccardi, Cranberryliquor en nog een hoop andere dingen erin. De ober wenst ons “sweet dreams” en dat lukt best wel. Daarna gaan we winkelen op de grote promenade en wandelen de taxfreeshop in, maar daar is het zo druk dat we weer snel via de ingang weggaan.
Om half 6 gaan we richting buffet en krijgen inderdaad een tafeltje aan het raam. Nico tenminste, want Jenny loopt achter de verkeerde kelnerin aan….. Na een eerste bescheiden bordje te hebben gevuld bestellen we een fles wijn en een fles aqua (no gas) en kan de maaltijd beginnen. Het buffet is beduidend uitgebreider dan dat van Stena, maar daar staat tegenover dat je de drankjes apart moet bestellen. Vandaar de fles wijn, da ’s maar één keer bestellen.

We vroegen ons al eerder af wat nu voordeliger was: betalen in (Noorse) kronen of Euro’s. Betalen in kronen lijkt inderdaad goedkoper dan in Euro’s: Het totale bedrag in kronen is Nok 848, dit is ruim 100 euro. In Euro’s zou het eten ons € 113,35 gekost hebben. Betalen met card lijkt nog voordeliger, maar net als ‘s middags in de Observation- bar lukt de mobile pin niet, dus schiet Nico even naar de flappentap. Vraag is alleen of de opnamekosten en koers samen niet op of in de buurt van het Eurobedrag komen. Dat moeten we dan nog maar zien.
Even een frisse neus halen na het eten lukt maar matig. Je waait bijna van het schip af en achter de beschermende glaswand staan we tussen drie Nederlandse sigaretten en één sigaar, dus dat frisse neus halen gaat letterlijk in rook op….
Na een hééél korte tussenstop in het casino (de automaten zijn door de sigarettenrook amper te vinden) en de nachtclub waar overdag (nou ja: om 19.30 uur) ook al live opgetreden wordt komen we weer terug in onze hut om eens even lekker op adem te komen.
“De zon in de zee zien zakken” lukt vanavond niet. Wel zien we de zon onder een wolk uit tevoorschijn komen en na een korte tijd duikt hij definitief onder een andere wolk. Toch wel mooi!

zomervakantie-2011-106


Zaterdag 28 mei 2011 Jenny 488 / 2.911 km

Vannacht nogal schommelend geslapen. Deze morgen worden wij gewekt door de TV-radio. Er verschijnt een heuse klok in beeld en het geluid wordt gaandeweg harder. Maar dan zijn wij allang uit bed. Om 8.30 uur zitten wij aan een uitgebreid en smakelijk ontbijt. Het is best druk op deze boot en dat maakt het gezellig, maar ook lawaaierig. Tegen kwart voor tien zoeken wij het autodek op en we kunnen dat zowaar met de lift bereiken. Op de heenreis met Stena zat de lift zo vol dat wij bepakt 11 verdiepingen met de trap hebben gedaan. Om 10.05 uur rijden wij als een van de eerste personenauto’s achter de vrachtwagens de “Magic” af, een zonnig Kiel in.

We kiezen er voor om meteen de snelweg op te gaan en onderweg wel eens te tanken.
Om 11.00 uur rijden we de Elbetunnel in en passeren probleemloos Hamburg. De weg tussen Hamburg en Bremen zit vol wegwerkzaamheden, dus af en toe gaat het wat langzamer. Toch zijn we vlot in Bremen, 12.10 uur en even later parkeren we bij een supergroot Winkelcentrum net voorbij Bremen, bij Stuhr. Eerst gaan we tanken, daarna een nieuw TV kastje kopen bij Roller en tot slot uitgebreid boodschappen doen bij een grote supermarkt Real,-. Aangezien het zaterdag is en Nico morgen jarig is, is het goed wat in huis te hebben. Het is 15.10 uur voordat wij onze weg naar huis weer vervolgen. Het schiet lekker op, de A28 in Duitsland is niet druk.
Om 16.15 uur passeren wij de grens bij de “Poort van Groningen”. Wij vinden het daar altijd een beetje uitgestorven boel, maar dat is tevens de reden dat we voor de ze route kiezen: geen oponthoud en je bent met ruim een uur thuis. En inderdaad, om 18.00 uur rijden wij onze straat binnen. En dat is dan tevens het einde van deze “zomervakantie” 2011.

Klik HIER voor de foto’s!

2010: Zomervakantie – Corsica

Vrijdag 18 juni 2010 Jenny 970 / 970 km
Om 8.30 uur vertrekken wij van huis. Nico rijdt bijna de verkeerde oprit van de snelweg op. Hij ging automatisch richting noorden……………….!
Een uurtje later zijn wij aan de grens met Duitsland en daar is het lekker doorrijden. Wij kiezen net als twee jaar geleden de route aan de oostkant van de Rijn, want daar hadden wij goede ervaringen mee. Onze navigator “Garmin “ raakt daarvan aardig van slag, maar wij trekken ons daar niets van aan.
Om 11.00 uur drinken we koffie net voorbij Keulen en de jassen moeten aan, want het is behoorlijk koud. Ruim een uur later, om 12.15 uur eten we een broodje in de stralende zon en is het warm! Gek weer! We rijden dus via de A3 en de A 67 naar Weg 5 die zuidwaarts loopt en ook de Rijn volgt.

Bij Baden Baden een sanitaire stop, daar staat ook een prachtige wegkerk. Pas om 17.00 uur komen we bij Basel Zwitserland binnen, dit omdat er zoveel wegwerkzaamheden aan de A5 worden gedaan. We tanken net over de grens en rijden direct door naar Raststätte Pratteln Süd voor een kop warme goulashsoep en geld wisselen. Ons voorraadje Zwitserse franken zijn we vergeten en zit nog thuis in het valutablikje.

002Om 18.30 uur belanden we bij Luzern in een langdurige file en het is dan ook al 20.00 uur als wij bij Raststätte “Gotthard Süd” staan. Jenny besluit de traditionele prak voor de eerste dag (=macaroni) niet op te warmen, maar te bewaren voor zaterdag. We eten een boterham en gaan vlug weer verder. Het nog een eindje verder naar de tunnel toe en daar worden auto’s in groepjes toegelaten. Vreemd, dat zo’n lange tunnel van 17 km maar één buis heeft, er moet heel wat verkeer door heen.

Om 22.30 uur komen wij aan op de camperparkeerplaats in Locarno. Alles is nog hetzelfde als twee jaar geleden en al snel staan wij waterpas op het stuk veld dat voor campers bedoeld is. Er gaat 8 euro in de automaat (ja, je kunt hier in Zwitserland ook met euro’s betalen!) voor een nachtje slapen. Verderop, bij het haventje is een toilethuisje met stromend water. Er is geen stroom, maar dat hebben ook nog niet nodig. Het is inmiddels donker geworden en we gaan niet meer buiten zitten. Beetje lezen, wijntje erbij en dan bijtijds slapen. We hebben er vandaag bijna 1000 km op zitten.

Zaterdag 19 juni 2010 Jenny 268 / 1.238 km
We zijn al vroeg wakker van de vogels en de vertrekkende campers. Geeft niets, het is mooi zonnig weer en de temperatuur stijgt per half uur een graadje. Het is dan ook al ruim 20 graden wanneer wij om 9.30 uur uit Locarno vertrekken. Eerst nog even aan de haven een sticker voor onze camperruit gekocht, dat mag wel eens na 3 keer een overnachting hier.
De weg gaat steil omhoog naar de E35/A2, de snelweg naar Milaan. Bij Como gaan we om 10.30 uur de grens over en gaan we uitgebreid shoppen. Hier zijn we in 2008 ook geweest. Jenny koopt een lief zomerjurkje met de tekst “Summery California Dream”. Het is waarschijnlijk ‘honderd jaar geleden’ dat zij een jurk heeft gekocht………….
Ondertussen heeft zij er nog geen weet van wat er die dag uit de lucht zal vallen.

Vanaf Milano gaan we een stukje via Weg 66 naar Weg 62, die naar Genova gaat. Onderweg lunchen we bij een ‘Aria’ (=wegrestaurant) waar we toevallig nu voor de derde keer lunchen. In 2007 en 2008 zijn wij hier ook geweest.
We krijgen een geweldige onweersbui met overvloedige regen, zóveel dat we even de weg af gaan om de bui even af te wachten.
Het laatste deel van de weg daalt af naar Genova en verrast ons met 28 tunnels. In een van die tunnels is een groot ongeluk gebeurd en dat geeft een geweldig file. Toch heeft de Italiaanse politie het allemaal snel geregeld en opgeruimd.

Om 15.30 komen wij aan op de camping “Villa Doria”. Daarvoor moeten we een flink eind de berg oprijden, door allerlei kronkelend weggetjes. Jenny vraag of er misschien ook draadloos internet is en krijgt een bevestigend antwoord. Het leuke is dat de WiFi sinds vandaag operationeel is en omdat wij de eerste gasten zijn die er gebruik van maken krijgen wij gratis de code. Even later staan wij op een redelijk vlak stuk en kunnen “het net” op. ’s Avonds eten wij onze macaroni en net wanneer Nico de afwas wil doen valt er een geweldige bak water uit de lucht: de hemelsluizen staan wagenwijd open en de donder doet een potje mee. Ach, wij zitten hoog en droog in ons campertje en later op de avond zal het heus wel droog worden.

Zondag 20 juni 2010 Nico 33 / 1.271 km
Om kwart over zes beginnen de wekker en één mobiele telefoon hun best te doen ons wakker te maken. We staan vroeg op omdat we –volgens de regels – al om half acht ons aan de haven in Genua moeten melden voor het vertrek om 9.00 uur.
We ontbijten en breken in rap tempo op. Het is droog en de grond is al niet zo modderig meer. Rond kwart over zeven verlaten we de camping en rijden via supersmalle straatjes weer naar beneden naar de zee. Via een klein omwegje komen we bij de terminal aan en staan na het inchecken braaf een tijdje te wachten om aan boord te rijden. Voor ons de tweede keer naar Corsica met Moby Lines, ook nu met de “Moby Freedom”, een soort drijvende Luny Tune. De eerste keer jaren geleden was in september naseizoen en was het erg rustig op dit zelfde schip. Nu is het voorseizoen, maar het schip zit tjokvol met schreeuwende Italianen. Na een kwartiertje bij het selfservice- restaurant achter in het schip gezeten te hebben zijn we helemaal suf gekwetterd. Jenny ontdekt tijdens een wandeling een rustiger plek helemaal voorin het schip in de bar- / dancing.

006Zodra we buitengaats zijn begint het schip nogal te rollen en te stampen, terwijl de zee toch vrij rustig lijkt. Wel is er veel wind. We blijven rustig zitten, lezen wat, strekken af en toe de benen en besluiten vanwege de “bewogen” overtocht om niet in een restaurant te gaan eten; dat kan wel eens slecht vallen. Twee sandwichachtige broodjes houden ons wel op de been. Zodra we in de luwte van Corsica komen is het rollen en stampen gelijk over. Zo tegen half twee gaan we op ons gemak naar het onderste autodek. Een Nederlands- sprekende man vraagt om “starthulp” voor zijn Ford Galaxy, maar wanneer we bij het wegrijden willen stoppen blijkt er al scheepsbemanning met een mobiele starthulp te zijn. We geven dan ook gehoor aan het “vriendelijke” verzoek van een schreeuwende en gebarende Italiaan om door te rijden. Dat moeten ze op het vasteland ook gehoord hebben. We zijn vrij snel van boord en verlaten Bastia in noordelijke richting over de D80, richting Cap Corse. Dit bovenste stukje Corsica doen we tegen de planning in maar “linksom” in plaats van “rechtsom”. Bij Pietracorbara stoppen we bij Camping La Pietra, een “Acsi – kortingscamping”. Het huidige gereduceerde tarief is trouwens nagenoeg gelijk aan de € 15,- per nacht van Acsi. Omdat we graag wat TV-ontvangst willen, gaan we op het (open) “park” staan in plaats van onder de beschutte bomen. Het waait nog behoorlijk, dus de luifel laten we in de bank. Er is al snel satellietontvangst en we gaan maar eens lekker buiten zitten, eindelijk in de korte broek, want ondanks de bewolking is er soms wat zon. We fietsen naar het strand en daarna weer terug, bestellen een maaltijdsalade in het campingrestaurantje (bestellen om half zeven, ophalen om half acht) en nuttigen alvast een gebakken ei, een Oudhollandse “bal” en brood. Inmiddels in de lange broek, want op zee hangt een zwarte lucht en onweert het nogal, terwijl we ook een regenboog zien. Op onze plek aan land blijft het (vooralsnog?) droog. Hopelijk kunnen we de salade nog droog binnenhalen. Er is gratis internet, maar alleen rond de receptie, niet op onze plek. Dat wordt dus straks even “overdekt terras- internetten”.

Maandag 21 juni 2010 Jenny 121 / 1.392 km
Aanvankelijk waren wij van plan om twee nachten op deze camping te blijven. Maar behalve het aardige zwembad is er hier niets voor ons om te doen. Fietsen kan slechts een klein stukje, daarna gaat de weg steil omhoog langs de kust. Wandelpaden hebben wij niet gezien. En om nu een dag te luieren, terwijl er regen is voorspeld, willen we ook niet. Wij gaan vandaag dus weer verder trekken. De dag begint goed: ontbijt in de volle zon! Het is al lekker warm wanneer wij om 10.00 uur vertrekken. We gaan vandaag een rondje kust doen en cap Corse bewonderen. Dit is het uiterste noordelijke puntje van Corsica en hebben wij de vorige keer overgeslagen. Weg D80 langs de kust is smal en hoog en we moeten geregeld uitwijken voor andere weggebruikers. In Luri doen we boodschappen bij de Spar. Het is niet zo’n megawinkel, maar we kunnen er alles krijgen, ook ansichtkaarten en postzegels. We vervolgen de D80 nog een eindje en slaan dan via Weg 253 af naar de kust. In Barcaggio lunchen we aan de haven en het is dan echt warm te noemen. Dezelfde weg voert ons al slingerend weer naar boven, naar de D80, richting St. Florent.

010Op het smalste stuk zien we de molen van Cap Corse liggen. Hierboven kun je alle kanten van het eiland Corsica zien. Het is zelfs zo helder dat we het vasteland met de bergen van Italië zien liggen. We gaan verder over de een smalle weg met hier en daar het ontbreken van de vangrail (lees: muurtje stenen). We zien diepe afgronden, schitterende stranden met azuurblauw water en mooie uitzichten. De weg lijkt eindeloos te zijn en onderweg kopen we een ijsje. Dat ijsje blijkt van vorig jaar te zijn en diverse keren opnieuw ingevroren te zijn. Bah! Nico heeft ondertussen zere armen van het bochtjes sturen.

Om 16.30 uur komen we in St. Florent aan en het eerst wat wij doen is de tank volgooien. We zijn stomverbaasd als blijkt dat wij –ondanks die slingerende kustweg- zuinig hebben gereden, namelijk: 1:13,4. Even later zoeken we de camperparkeerplaats die eigenlijk een gewone camping is. De camping is erg vol en we moeten moeite doen om een plekje met stroom te vinden. Dat lukt ons niet en we besluiten om bij de receptie door te geven dat we een plaats zonder stroom nemen, want die zijn er nog genoeg. De dames bij de receptie spreken geen Engels en snappen niet wat wij bedoelen. Uiteindelijk vraagt iemand “no(n) strom?” en knikken wij snel “ja”. De dames liggen in een deuk dat ze het eindelijk snappen en op ons bonnetje de elektriciteit kunnen doorstrepen. Wij lachen natuurlijk braaf mee.

We vinden een vlak stukje om Duva Kampa neer te zetten. Jenny neemt meteen een duik in zee. Het schitterende zandstrand ligt op loopafstand van de camping. Het water is al heerlijk warm en het verschil in temperatuur lang niet zo groot als bij een buitentemperatuur van 38 graden. We genieten nog een paar uurtjes van de warme zon. De weersvoorspellingen zijn niet uitgekomen, gelukkig. Vandaag en de komende dagen zou het regenen, bewolkt zijn en niet warmer worden dan 16 graden. Wij hebben in elke geval vandaag een heerlijk zonnige en warme dag gehad.

Dinsdag 22 juni 2010 Nico 90 / 1.482 km
We hebben geen wekker gezet, maar zijn rond half negen wakker. Het is een beetje bewolkt en rond de 18 graden, maar de temperatuur loopt langzaam maar gestadig op. We vertrekken nog in “lange outfit”, maar dat blijkt later niet nodig te zijn. We breken na het ontbijt rustig op en voor we de camping ergens na tienen verlaten maken we gebruik van de loos- plek voor afvalwater. Dat voorkomt onaangename verrassingen. “Winkelcentrum” was gisteravond in Garmin ingetypt en dat zou op 1,8 kilometer afstand van de camping liggen. Wel een reclamebord op die plek, maar dus geen winkelcentrum. De Spar in St. Florent heeft één parkeerplaats, gelegen tussen twee (kleine) Sparren. Omdat iedereen naar goed Frans gebruik dubbel geparkeerd staat, zijn de 2 vrije plekken voor ons onbereikbaar. We vinden elders in de stad geen grote supermarkt, maar posten nog wel de ansichtkaarten. Daarna rijden we over de D81 westwaarts. Een mooie hoge kustweg, met prachtige vergezichten over zee. Je krijgt wel weer spierpijn van het stuurdraaien, maar dat hoort er hier bij. Na al dat moois komen we uit op de N1171, een tweebaansweg die naar het zuiden voert en lekker opschiet. Eindelijk komen de vierde en vijfde versnelling weer eens aan bod. We willen naar Corte, Corti op z’n Corsicaans. De oude hoofdstad in die paar jaar dat Corsica zelfstandig was. Dat willen ze trouwens nog steeds; op veel van de tweetalige richtingsborden is het Frans doorgekrast. In een dorpje boven Corte zien we een supermarkt: Een “Super U”. Daar gaan we shoppen, ergens rond 12 uur of zo. Tegen 12.20 uur worden we vriendelijk doch dringend verzocht om op te zouten; om half één gaat de toko dicht! Zo extreem als in Noorwegen, waar we een hypermarkt ontdekten die 7 dagen per week 24 uur per dag open is, hoeft het voor ons ook niet, maar een supermarkt met lunchpauze? Het brood is op en bronwater kunnen we niet zo snel vinden, dat moet elders gehaald worden. Een paar Nederlandse fietsers wijzen op een bakker net om de hoek, waar Nico rap een stokbrood en een bruine bol inslaat. Voordat we verder gaan wordt de “lange outfit” verwisseld voor een korte; het is al weer best warm en de zon schijnt al weer een tijdje volop. We rijden daarna verder en komen al snel in Corte, waar een grote Casino- supermarkt wel gewoon open blijft, ook al is het er inderdaad erg rustig. Na het inslaan van bronwater, wijn en het benodigde abdijbier gaan we eerst maar eens lekker lunchen.

025Corte heeft een “hoge” oude stad, de “Citadelle”. Vanaf een touringcarparkeerplaats naast de supermarkt vertrekt zo’n toeristen- “treintje” die je à raison van € 6,- p.p. in 40 minuten de binnenstad laat zien. Wij gaan liever met de auto omhoog, vinden vervolgens dus geen parkeerplek en zien daarna aan de rand van de oude stad toch nog een plekje. We sjokken omhoog en informeren bij de VVV naar mogelijkheden om in de omgeving te wandelen. We krijgen prompt een kaart met routes in centraal Corsica. Eén wandeling vlakbij een camping waar Jenny over gelezen heeft blijkt onbereikbaar te zijn; de (doodlopende) weg er naartoe is in het begin al zó smal dat het niet leuk meer is. Op de kaart zien we een andere – niet te lange – wandeling ten zuiden van Corte en we besluiten om in Corte op een camping te blijven en morgenochtend naar de wandelplek te gaan. We komen terecht op een tweesterren- camping aan een riviertje. Kleine camping met grote prijzen, maar wel lekker rustig. Het is hier trouwens wel vergeven van de hefdak- campers, zó veel hebben we er nog nooit tegelijk gezien (het “Zestig jaar VW Transporter- weekend” uitgezonderd). De stroomvoorziening (à € 3,80) is een giller; de baas komt met een tafeldoosje, die hij ergens aan een kabel knoopt die langs de plekken in het gras ligt en na aansluiting komt er een mooi “plastieken zakje” omheen. Da ’s nog eens wat anders dan een Eurostekker- aansluitpaal. Het plekje is best mooi, met een ruisend riviertje beneden ons, alleen zien we tijdens de maaltijd wel de nodige zwermen “riviermuggen”. In de bus is het ’s avonds nog warm; dit dagverslag wordt getikt met de dakramen open en de kleine tafelventilator de eerste keer in deze vakantie in bedrijf.

Woensdag 23 juni 2010 Jenny 116 / 1598 km
Wij worden vanzelf, dus zonder wekker wakker. Hoewel wij in de schaduw staan is het al best warm genoeg om buiten te ontbijten.
Om 10.00 uur vertrekken we van deze grappige camping van € 26,40 en gaan eerst brood halen bij een kleine Boulangerie. Dat hebben we vast binnen en we rijden vol goede moed via Weg 193 naar ons wandelstartpunt. Het is opnieuw een slingerende weg door de bergen. Smal ook, met veel vrachtwagens. Bijna ging het fout, maar Nico houdt zijn hoofd koel.

033In Vizzevona vinden we de wandelroute op een parkeerplaats. Wij zetten de camper onder de bomen om zo de meeste schaduw te krijgen. Een hete camper is wel het laatste waar we op zitten te wachten om na een lange wandeling in te gaan zitten. De route die wij hebben uitgekozen gaat naar de “Cascade des Anglais” oftewel “Engelse watervallen” en duurt heen en terug 2 uur. Het is een gedeelte van de belangrijke wandelroute die van noord naar zuid over dit eiland loopt: de Gr. 20. Het is een schitterende route, die af en toe qua moeilijkheidsgraad op de route naar de Preikestolen (zie zomervakantie 2009) lijkt. Maar het doel is schitterend: een grote waterval met warme rotsen om op te zitten. Ziet er ook heel erg Noors uit. Er zijn meer mensen en net als de anderen eten wij een broodje en rusten uit. Wij besluiten de route niet verder te volgen, maar dezelfde weg terug te nemen. Binnen 2 uur zijn wij weer terug bij de camper en maken ons klaar om Weg 193 naar Corte terug te nemen.

In Corte doen we boodschappen in de grote Casino supermarkt. Daarna rijden we in één keer via Weg 200 naar de kust. Deze weg gaat niet over de berg heen, maar er tussendoor. Veel bergen, dat wel, maar we komen al om 16.15 uur in Aléria aan. Daar zien we een bord met een **** camping en we besluiten daar te gaan kijken. Het blijkt een prima camping vlakbij zee en wij zoeken dan ook een plaatsje daar in de buurt. Even later liggen we al in het heerlijke water en laten wij ons op de golven meedrijven. ’s Avonds gaan wij eten in de Pizzeria en daarna “internetten”. Net als op veel campings hier kun je dat doen rondom een restaurant of bar.

Donderdag 24 juni 2010 Nico 0 / 1.598 km
Gisteravond tijdens de maaltijd in het campingrestaurant besloten we om hier nog een dag te blijven. Leuke camping, pal aan zee, mooi weer, dus we blijven.
Na het ontbijt checkt Jenny de campingwinkel, maar behalve een Telegraaf (van vandaag!!) is daar niet veel te koop. We fietsen daarom naar het dorp en verlengen op weg daarheen bij de receptie ons verblijf met één dag. Ook de supermarkt in Aléria gaat van half één tot drie uur dicht, maar we zijn nu dus ruim op tijd.
Teruggekeerd van de boodschappen gaan we lekker luieren, Jenny gaat zwemmen en daarna internetten bij de bar. Op dat moment spreekt een zéér Zuid-Duits- sprekend koppel Nico aan met de mededeling dat zij toch ècht een reservering voor plaats nr. 38 (onze plaats) hebben. Jenny komt net terug. We hebben net al het beddengoed aan de waslijn om te luchten, maar zien toch kans om binnen een kwartier ons boeltje te pakken en op te krassen. Jenny zoekt ondertussen een andere plek en we strijken neer aan de rand van de camping, bijna pal aan zee. Nico gaat wel even bij de receptie langs, om zeker te zijn dat deze plek niet gereserveerd is. Gelukkig geldt er geen embargo voor deze plek; Omdat we gisteren zo nadrukkelijk aangaven maar één nacht te blijven was ons oude plekje niet genoemd als gereserveerd. Maar we zijn dus in no time verkast naar een nog mooier plekje en liggen binnen de kortste keren weer in zee. Daarna typisch Frans tijdverdrijf: du vin, du pain et des fromages. Zó komt de middag wel om. We staan dichter bij de bar dan eerst, maar internetverbinding is er alleen met de laptop opgetild tot boven de dakrand. Dàt is wel beroerd internetten, dus straks toch maar weer naar het terras. Met de zee als uitzicht overigens ook geen straf…..Maar het is misschien een goed idee om een externe USB-antenne aan te schaffen voor toekomstige “zwakke” netwerken.

044
Vrijdag 25 juni 2010 Jenny 127 / 1.725 km
Vandaag staan wij redelijk vroeg op en zitten voor 9.00 uur aan het ontbijt. Hoewel wij meestal in onze vakantie genieten van een ontbijtzonnetje, is het nu precies andersom. Vanwege de hitte is het juist heerlijk om in de schaduw te ontbijten. En dat lukt nog precies, want er staat een boom tussen de zon en ons campertje. Om 10.00 uur zijn we weg en doen we in de supermarkt van Aléria boodschappen bij E. Leclerc. Zowaar vinden we een nieuw waslijnkoord en een spanbandje. De oude waslijn heeft het begeven na zoveel jaar en werd steeds een stukje korter. Hadden we eerst een oranje lijn, daarna een groene, nu is het een knalgele geworden. Kun je goed zien in het donker. Wat dat spanbandje betreft: dat hebben we nodig in de warme landen. Precies achter de voorstoel past nu het ventilatortje, en de ruimte die daarnaast nog over is, is precies voldoende voor 1 of 2 flessen bronwater of een pak wijn van 3 liter. Omdat die in elke bocht de hele camper door rollen, hebben we bedacht om tegen het keukenkastje een spanband te maken en ze zo vast te sjorren. In onze Scandinavische vakanties is dat niet nodig, want daar kun je al het kraanwater –net als in Nederland- drinken. Bovendien kopen wij daar geen rosé of rode wijn met dozen tegelijk, zoals hier in Frankrijk.

050Na de boodschappen gaan we via Weg 193 zuidwaarts. De afstand naar het zuidelijkste puntje van Corsica, Bonifacio is nog geen 100 km en wij willen daar twee dagen over doen. Dat geeft ons namelijk de kans om nog iets van de mooiste stranden van Corsica te zien en te beleven.
Om 11.30 uur stoppen we aan het strand van Tarco en we blijven daar tot 15.15 uur. We kunnen er heerlijk zwemmen en de onderwaterwereld met onze snorkelsets bekijken. Ook zitten we lekker onder onze parasol die we vorig jaar in Zweden kochten. Wij hebben er ooit een grondpen bij gekocht die je in de grond –dus ook in het zand- kan draaien, zodat de parasol stevig staat. Onze voeten steken er wel onder uit en dat is voor Nico fataal: zijn voeten en onderbenen zijn verbrand en doen reuze zeer.

Het valt ons op dat er zoveel straathonden en zwerfkatten rondlopen. Ze hebben zelfs een halsbandje om, maar aan het magere lijf is te zien dat ze geen baasje hebben die voor hen zorgt. Ik heb helemaal niks met honden en katten, maar dit vind ik toch wel erg.

Daarna vervolgen we onze route langs de 193 en slaan bij Porto-Vecchio linksaf naar de zee. Daar zijn schitterende stranden te zien, maar het is daar zó druk dat wij vanuit de auto genieten. Voor we het weten zijn we in Bonifatio en dat was helemaal nog niet de bedoeling. Kennelijk hebben wij iets over het hoofd gezien, of was Garmin in de war. We draaien om en gaan een eindje terug en vinden al gauw de juiste afslag naar de camping die wij op het oog hadden. Daar komen we om 17.15 uur aan. Camping Pian del Fosso is een eenvoudige camping en wij weten al gauw dat we hier niet het hele weekend willen blijven. Het is te ver van Bonifacio om op de fiets te doen en een bus gaat er niet. Bovendien ligt de camping te ver van het strand en heeft het geen zwembad. Morgen gaan we dus verder kijken. Terwijl Jenny eten kookt in een hete camper, “haalt” Nico de mail binnen op het bankje voor de receptie.

Zaterdag 26 juni 2010 Nico 78 / 1.803 km.
We hebben een plekje onder de bomen en ontbijten dus in de schaduw. De dag belooft warm te worden. Jenny geeft een paar “uitgelezen” tijdschriften door aan een paar Nederlanders verderop en maakt een praatje. Daarna gaan we naar Bonifacio, waar we eerst bij de Spar weekendboodschappen doen. Daarna rijden we door naar de “hoge stad” en negeren vrolijk alle “Verboden-voor-campers-borden”. Wij zijn toch een auto? Helemaal boven gekomen parkeren we op een betaalde parkeerplaats en bekijken een stuk van de oude vestingwerken. Ook wandelen we over de naast de parkeerplaats gelegen begraafplaats, met allemaal huisjes met graven. Best wel iets voor te zeggen, voor dat bovengronds begraven. Rond twaalven rijden we weer helemaal naar beneden en vinden met moeite een parkeerplaats bij de haven. We sjouwen wat rond in de warme middagzon, zeg maar bijna: in de hitte en eten een broodje gezond resp. een demi-baquette au fromage et jambon. Daarna (karne-) melk uit de camperkoelkast.

066

Na de inwendige mens op deze manier tot zwijgen te hebben gebracht schepen we ons in voor een boottochtje op zee van een uur. Omdat we onze auto al op het betaalde parkeerterrein hebben staan worden we “gerekend” als studenten, ter compensatie voor het gratis parkeren bij de boot. Scheelt in totaal € 5,- terwijl het parkeren later maar € 4,- blijkt te kosten. We vertrekken ruim te laat, men wacht vast en zeker tot er een bepaald aantal mensen aan boord is, maar het tochtje is daarom niet minder leuk. Sommige dingen komen wel bekend voor van andere tochten, zoals “grotje in- en uit varen”, maar leuk en mooi is het wel. Vooral het “onder de hoge oude stad van Bonifacio varen” is indrukwekkend.

Weer teruggekeerd aan vaste wal nuttigen we eerst een heerlijk schepijsje (waar krijg je ooit straciatella- ijs met heuse “hompen” chocola er in?). Daarna verlaten we Bonifacio in zuidwestelijke richting, met de bedoeling om redelijk snel een camping voor het weekend te vinden . Dat lukt helaas bij gebrek aan campings niet, we komen alleen maar een paar “campings à la ferme” tegen. Tussen de Corsicaanse koeien staan lijkt ons wat minder aantrekkelijk. We besluiten daarom om door te rijden naar Portigliolo, naar Camping Lecci & Murta. Daar kwamen we tijdens onze eerste Corsica- vakantie na een belabberde camping in Ajaccio terecht en die is ons toen heel goed bevallen. Dit jaar doet de camping tot 30 juni zelfs mee aan de Acsi-korting. We betalen dus € 15 per nacht in plaats van zo’n € 28,- voorseizoentarief. In het hoogseizoen zouden we hier € 43 kwijt zijn. Corsica in juni bevalt ons trouwens prima: alles nog lekker groen en niet zo onbarmhartig heet, hoewel het vandaag wel behoorlijk aan de warme kant is. Satellietontvangst lukt helaas niet, maar je kunt ook niet alles hebben.
Het enige wat op deze camping tegenvalt is dat er geen enkele vorm van internet beschikbaar is. Staat ook niet in het Acsi-campingboek vermeld, maar we hadden het eigenlijk wel verwacht. Dan maar een keer mail binnenhalen “met de telefoon”. We zijn zelfs te lui / warm om de luifel op te zetten. Morgen maar eens lekker luieren, wat aan het strand vertoeven en zien of we ergens een vorkje kunnen prikken. In tegenstelling tot veel campingrestaurants is het restaurant op deze camping nogal aan de prijs en zit je – ondanks de zeer luxe uitstraling – aardig dicht op elkaar. We zijn even naar het strand gefietst en het restaurant daar lijkt best wel leuk. Je kunt er in ieder geval overdekt buiten zitten. We zullen wel zien.

Zondag 27 juni 2010 Jenny 0 /1.803 km
071Vandaag slapen we uit, maar niet lang, want de hitte drijft ons de camper uit. Wij hebben nog voldoende schaduw om lekker koel te ontbijten. Daarna begint het luieren, nadat Jenny eerst de camper heeft uitgesopt (wat een strand ligt er onder de bank) en Nico de porta heeft geleegd. We zitten wat ver van het toiletgebouw af en gebruiken dus de porta wat vaker dan alleen ’s nachts.

Een kleine duif waggelt rond onze kampeerplek en het blijkt dat hij zich niet kan oriënteren omdat hij maar één oogje heeft. Eigenlijk wel zielig…………….
In de middag gaan we naar het strand waar het al heel vol is, maar waar wij best nog wel bij kunnen. Dit strand en deze camping kunnen wij iedereen aanbevelen. Het is namelijk heel geschikt voor gezinnen, het stikt bij wijze van spreken van de spelende kinderen. Dat vinden wij ook leuk hoor, anders is het wel heel stil en voelen wij ons bejaard. Het strand geeft een vrolijk aanblik met al dat fleurige drijfspeelgoed in het water. We gaan zwemmen en snorkelen en daarna zonnen. Nico moet oppassen dat hij niet verbrand over zijn verbrande vel. We blijven 2 uur op het strand en gaan dan weer terug naar de camping.

Jenny wil graag mail binnen halen met haar telefoon, maar bij de opstart van de laptop blijkt dat hij gisteren na de film niet goed is afgesloten. Het duurt heel lang, maar lappietoppie weet zichzelf te herstellen en gelukkig werk daarna alles weer. Alleen de mail binnenhalen lukt niet met Jenny’s nieuwe telefoon, wel met die van Nico. Daar kijken we thuis nog eens naar.
’s Avonds gaan we lekker uit eten en laten we ons verwennen. Het is de bedoeling dat we deze avond bijtijds naar bed gaan.

Maandag 28 juni 2010 Nico 169 / 1.972 km
De wekker loopt om 8 uur af; we willen vandaag niet alleen een stukje rijden, maar onderweg ook menhirs gaan bekijken. Nico was vannacht al 8 keer wakker door een “Mamma!” blèrend klein kind. Best wel zielig, ook voor Nico, wanneer je met de ramen open slaapt. Tijdens het –heel rustig, want het is al warm! – opbreken komt een Oostenrijkse buurvrouw een gaspitje gebruiken voor haar koffiepercolator. Het Oostenrijkse gas is op. Om een uur of tien verlaten we de camping en shoppen we even later in Propriano bij een Carrefour. Het is dan al echt heet.

Vanuit Propriano volgen we de borden naar Filitosa, een “site archéologique”. In 1946 ontdekte een landeigenaar menhirs en zelfs funderingen van nederzettingen uit de verre oudheid. Behalve een museum met gevonden gebruiksvoorwerpen zijn er enorm veel menhirs en in andere modellen gehakte rotsen te zien. Ook resten van “rotsblokwoningen”. We bekijken niet alles omdat Jenny last van haar knie heeft en er veel geklommen en gedaald moet worden en het bovendien smoorheet is rond het middaguur. Maar we hebben meer dan genoeg gezien om de € 6,- entree, eigenlijk heel weinig, te rechtvaardigen. Moe en volledig gestoomd maar voldaan rijden we “binnendoor” naar Weg 196 om via deze hoofdroute snel richting Ajaccio te rijden. Onderweg lunchen we bij een plek waar kennelijk een heilige iemand voor een ongeluk heeft bewaard. Maar daar is tenminste enige schaduw om te kunnen eten. Uiteraard zien we daarna bijna om de hoek een goede picknickplek, maar dat gebeurt ons vaker. Ook met overnachtingsplekjes.

080Na Ajaccio willen we de kustweg weer gaan volgen en rijden daarom om die gigantisch drukke stad heen. In tegenstelling tot 4 jaar geleden volgen we de westkust nu in noordelijk richting, dan zit Jenny niet steeds vlak aan de afgrond. De parkeerplekjes voor mooie uitzichten liggen nu echter ook aan de “verkeerde” kant van de weg. Net voorbij Sagone ontdekken we het “mooiste snorkelplekje van Corsica”, waar we de eerste keer ook zijn geweest. Het is nu alleen veel drukker, omdat het al na vieren is. Toch maar even heen en we koelen heerlijk af in zee. Daarna rijden we verkwikt door, richting Porto. In onze herinnering zit het hele moeilijke en smalle stuk weg, maar dan wel met de schitterendste panorama’s, voorbij Porto, richting Calvi.

Vlak voor Porto wordt de weg enorm smal met een klein stenen randje langs de kant en is het heel moeilijk om elkaar te passeren. Maar de vergezichten in dit woeste stuk natuur zijn schitterend. Tegen zessen komen we aan op de ruime gemeentecamping van Porto, waar we binnen een kwartier opgezet en aan de rosé zitten. De stroom valt even uit, maar dat ligt niet aan ons; de hele camping, inclusief kantoor, zit zonder. Maar dit is gelukkig van korte duur. We fietsen even naar het strand, een paar honderd meter van de camping, maar daar is het bloedheet. Eten doen we pas tegen kwart voor negen. Ook op deze camping loopt weer een Corsicaans fenomeen rond: de zwerfhond. Die zie je hier overal, met een halsband met cijfercode, ze zijn dus kennelijk wel geregistreerd. Zelfs gisteravond in het enorm dure restaurant aan het strand was het kennelijk de normaalste zaak dat zwerfhonden bij je aan tafel komen bedelen. Gezien de prijzen hebben we het zelf maar opgegeten. En wanneer je iets geeft gaat het beest natuurlijk nóóit meer weg.
Na deze late maaltijd gaan we douchen (lees: verbranden we levend in een douchehok) en zitten we nog even lekker buiten, hoewel het ook hier behoorlijk “muggig” is. Morgen willen we verder “omhoog” richting Calvi.

Dinsdag 29 juni 2010 Jenny 86 km / 2058 km.
Het is 9.00 uur als wij uit bed stappen op deze stille camping. De hele groep Tsjechische fietsers is dan al weer verdwenen. We ontbijten in onze eigen camperschaduw, want we hadden gisteren de camper zo neergezet dat de dichte kant met kastenwand naar het oosten zou staan, alwaar de zon opkomt.
Nadat we ons afval hebben geloosd (zakje, vuil water en Porta) en hebben afgerekend vertrekken we om 10.30 uur naar de plaatselijke Spar. Zelden hebben wij zo’n lege winkel gezien; wat een trieste aanblik !

We volgen Weg 81 langs de kust en al gauw wordt de weg smaller en hoger. Hij splitst zich ook nog een keer en wij kiezen voor de 81B- variant. Het bevalt ons goed om deze weg van zuid naar noord te rijden. Jenny heeft helemaal geen last van hoogtevrees en Nico hoeft slechts uit te wijken voor overhangende rotsen en vallende stenen. We missen wel wat uitzicht natuurlijk, maar we stoppen geregeld om plaatjes te schieten. En dat worden mooie, zo te zien.
Wat ook een succes is, is het spanbandje dat Nico heeft bevestigd aan de zijkant van de keukenkast. Hierin snoeren wij de ventilator en de flessen bronwater. Dit voorkomt dat ze tijdens zo’n slingerende weg door de camper gaan rollen. Wij vinden elkaar dom dat we dit idee niet eerder hebben gekregen, want ook in DK2 zouden wij er veel plezier aan hebben gehad.
Ook het klittenband waarmee Jenny de omkrullende mat vastgemaakt heeft hadden we jaren geleden kunnen doen. Blijkbaar komt het verstand met de jaren en ook niet allemaal tegelijk……..

Omdat we geen geschikte parkeerplaats kunnen vinden, maar al wel trek beginnen te krijgen, gaan we langs de kant van de weg een broodje eten. Even later komen we in een snikheet Calvi aan en kopen in de Super U een pondje kersen. Meer hebben we ook niet nodig, maar wij smachten naar de verkoelende airco van de winkel.
Om 15.30 uur komen we aan op de camping La Pinède in Calvi. Helaas kunnen we geen gebruik maken van de Acsi-korting, die periode is voorbij. Dat had Nico verkeerd gelezen. De camping kost nu geen € 15,00, maar € 26,50, ook geen bedrag om over te vallen. We betalen ook nog grif 9 euro er bij om de hele dag internet te hebben, wel een groot bedrag, maar dan kunnen we ook TV kijken via de laptop. En dat scheelt Nico weer satelliet- klooien in de hitte.

094

Omdat het zo heet is (in Nederland ook, begrijpen we) gaan we naar het zwembad om af te koelen. Naar het strand (wel 2 km wit zandstrand) vinden we net iets te vermoeiend.
Het afkoelen helpt en daarna gaan we douchen, eten, uitblazen en internetten.
Dit is niet de camping die wij voor ogen hadden, hoewel wij hier eerder zijn geweest. De camping is geheel veranderd en er staan nu veel huisjes. Wij staan op een druk veldje voor ééndagskampeerders, aan de doorgaande drukke weg. Er is weinig schaduw, ondanks de hoge bomen. En het is heet! Maar het kunnen internetten maakt veel goed. Jenny stuurt een aantal mailtjes rond en zet de volgende serie foto’s op de website. Dit is trouwens de eerst vakantie waarin wij foto’s online zetten.
Nu maar hopen dat het – net als op de vorige campings- vanavond bijtijds rustig wordt en dat het ons lukt om gelijk met de andere kippen van dit veld op stok te gaan.

Woensdag 30 juni 2010 Nico 106 / 2164 km
We klimmen om half acht maar uit bed. Echt veel slapen lukt toch niet meer met de doorgaande weg op werpafstand. Dit is de tweede en gelijk laatste keer dat we deze camping bezoeken. Omdat we vroeg opstaan vertrekken we ook vroeg voor ons doen en gaan we eerst maar eens uitgebreid shoppen in een andere supermarkt dan gisteren. Da’s een voordeel van de grotere plaatsen: grotere supermarkten die nièt tussen de middag dicht zijn. We verlaten Calvi in noordelijke richting over de N197. Deze weg loopt grotendeels langs de kust met mooie vergezichten. Bij Monetta gaan we “linksaf” de D81 op. De D197 gaat met een grote slinger eerst naar het zuiden, richting Corte, alvorens weer in noordoostelijke richting naar Bastia te gaan. Wij vinden de D81 niet alleen korter, maar ook mooier, hoewel je er door de vele bochten vermoedelijk langer over doet.

098
De weg gaat o.m. naar St. Florent en vorige week reden we deze weg in tegengestelde richting, op weg naar Corte. In St. Florent stoppen we bij een “steenstrandje” om te lunchen en gaan daarna door richting Bastia, over het gedeelte van de D81 dat we nog niet kennen. Ook een mooie maar smalle weg. Boven Bastia aangekomen “dalen” we via de gewone weg af. Daarom moeten we in tegenstelling tot de vrachtauto’s die een andere weg volgen dwars door het enorm drukke Bastia, waar net om kwart voor twee de Moby Freedom aankomt. Wij gaan morgen met de Moby Wonder richting Genua. Net onder Bastia gaan we een weg langs een lagune op, de D107 en belanden op Camping San Damiano. Jenny heeft deze camping gisteravond via internet gevonden en de recensies op ‘Zoover’ waren lovend. Die kloppen, want het is een prima camping. Wel weinig stroomplaatsen, maar omdat we zo vroeg zijn “veroveren” we nog een contactdoos. We staan aan de rand van de camping tegen het strand aan. Wat weinig schaduw, maar wie daar de voorlaatste dag op Corsica op let is een kniesoor!

Na de gebruikelijke “aankomst- Rosé” sprinten we de zee in en drogen daarna weer een beetje bij de camper op. Daarna op naar het zwembad, waarvoor we bij de receptie al een armbandje omkregen. Heel mooi zwembad, zelfs een apart kinderbad, plenty ligstoelen en zelfs een gedeelte waar de planken om het bad heen schuin/golvend in zonnestand liggen. Er zijn zelfs toiletten en douches. Topless zwemmen is verboden, maar dat zijn we toch al niet van plan en boxershorts zijn ten strengste verboden. Alleen “echte” zwemkleding is toegestaan. Wel zo hygiënisch! Na het zwemmen drogen we een beetje op en gaan we douchen / eten. Daarna nog even naar de (grote!) winkel bij de camping om een Telegraaf, 2 souvenir- standlakens en twee ijsjes in te slaan. Terug bij de camper doet Jenny de afwas en Nico het verslag. Zo nu en dan hebben we verbinding met het draadloos netwerk van de camping (gratis), maar dat signaal valt vaak weg. Internetten moet dan ook straks bij de “verblijfsruimte”.

Donderdag 1 juli 2010 Jenny 263 / 2427 km
Het is 8.30 uur wanneer wij opstaan. Het is onze laatste dag op Corsica en het is snikheet. Het is zó heet dat wij achter de camper gaan ontbijten, in onze eigen schaduw en met de ventilator er bij aan. Wanneer onze vakantie langer zou duren, zou dit een dag geweest zijn dat wij een grotere ventilator hadden aangeschaft. Op deze manier hebben wij thuis al een aardige verzameling staan. Het is namelijk geen optie om zo’n groot ding mee te nemen, want je hebt hem lang niet altijd nodig en echt duur zijn ze nu ook weer niet. Deze vakantie hebben wij ons met de kleine goed kunnen redden. Hij past precies tussen keukenwand en voorstoel, waar anders het kleine kacheltje voor koudere vakanties staat.

Na het ontbijt gaan we rustig opbreken en inpakken. In de zon is het inmiddels 41 graden geworden, zowel binnen als buiten! Dat belooft wat voor de rest van de dag! Nico gaat nog even laptoppen bij de receptie, want we willen weten aan welke wegen in Duitsland wordt gewerkt. Op de heenreis hebben we daardoor veel oponthoud gehad. Helaas werkt het internet niet goed en Nico komt onverrichterzake weer terug.
Het is 10.30 uur als wij de camping afrekenen, € 26,00 voor 2 personen in het tussenseizoen, inclusief stroom. En daar heb je veel voor op Camping San Damiano, bij Bastia, op Corsica. Echt een aanrader!

We doen boodschappen in een hele grote Géant/Casino en slaan een voorraadje wijn in voor thuis. Dan kunnen we nog wat nagenieten……………
Daarna gaan we naar de haven, waar we om 12.30 uur meteen het terrein op kunnen rijden. De aanwijzigen die het havenpersoneel geeft om te parkeren wekken de indruk dat we al op de boot staan: je kunt bijna niet tussen de auto’s door komen. Wij kunnen nog een dik uur weg, maar besluiten de verkoeling van de wachtruimte op te zoeken. Daar is het tenminste uit te houden. Dat het hier onmenselijk heet kan zijn weten de Corsicanen ook wel. Voor beide ingangen van het gebouw staan grote vernevelaars waaronder je verkoeling kunt zoeken.
Om 14.20 uur rijden wij aan boord en krijgen een plaatsje aangewezen onder de oprit van het autodek boven ons. Dat heeft als voordeel dat wij via alle deuren normaal naar buiten kunnen. Terwijl wij oprijden, gaan er ook nog steeds auto’s af. Je moet hier ook helemaal rondrijden, dus de ene klep er in en dezelfde er uit. Precies op tijd vaart de Moby Wonder de haven uit, het is helemaal niet druk aan boord en er is plaats genoeg om lekker te vertoeven. Nico gaat lezen en een dutje doen, Jenny maakt dit verslag klaar voor de website en een plakboekversie. Ook de foto’s gaat ze sorteren. Jammer genoeg is er geen internet aan boord, dat was wel op de verschillende boten naar Scandinavië en nota bene ook op de boot naar Terschelling.

Om 18.00 uur gaan we een hapje eten in het zelfbedieningsrestaurant. Nico heeft lasagne en Jenny ravioli en het smaakt heerlijk.
De Moby Wonder legt precies op tijd aan in de haven van Genova/Genua, het is daar nog 32 graden. Al gauw rijden wij de boot af en zoeken ons met behulp van Garmin een weg uit dit gekkenhuis van wegen. Via de A7/E62 gaan we omhoog, richting Milano. We wisselen twee keer van chauffeur en passeren om 22.00 uur bij Como de grens met Zwitserland. Nog even en we staan om 23.00 uur op de camperparkeerplaats in Locarno, net als twee weken geleden. Het regent af en toe wat, maar het koelt gelukkig ook af. Dat is maar goed ook, want we hebben hier geen stroom voor ons ventilatortje.

Vrijdag 2 juli 2010 Jenny 998 / 3425 km
Deze nacht is het zeer heet in ons campertje. En zonder ventilatortje is het amper uit te houden. Jenny slaapt dan ook achterstevoren, om met het hoofd zo veel mogelijk frisse lucht uit het hefdak te halen. Bovendien staan wij met alle ramen open (er is alleen helaas geen zuchtje wind) en zal een eventuele ongenode gast eerst over haar heen moeten stappen. Gelukkig is dit nog nooit aan de orde geweest.
Wij vertrekken om 8.15 uur uit Locarno. Het is dan al zonnig en lekker warm. Deze keer rijden we niet door de Gottharttunnel, maar nemen we de pas. Het uitzicht is prachtig en er ligt nog veel sneeuw bovenop de berg. Wij hebben deze pas al vaker gereden, maar kunnen ons niet precies herinneren wanneer. Thuis dus maar eens onze plakboeken raadplegen. We drinken koffie boven op de berg en kopen een sticker als bewijs dat wij hier geweest zijn. Daarna begint de spectaculaire afdaling terug naar de snelweg. Het blijkt dat het maar een half uurtje meer tijd heeft gekost dan via de tunnel.

We volgen de E35/A2 naar Basel en bij Luzern neemt Jenny het stuur over. Een beetje omgekeerd dan anders eigenlijk, want nu moet Jenny door het drukke Basel rijden en Nico kaartlezen. Maar het gaat allemaal prima en we vinden al gauw de E25/A60 die voor een deel door Frankrijk loopt, richting Straatsburg. Onderweg eten we ons bij het ontbijt gesmeerde broodje. Af en toe staan we in een langzaam rijdende file, maar vooralsnog bevalt deze route, die aan de westkant van de Rijn loopt, goed. Bij Lauterbourg komen we Duitsland binnen en houdt de E35 op. Via een tweebaansweg van 15 km (Weg 9) komen we op de E65, naar Ludwigshafen. Daar gaan we de E31/A61 op die helemaal naar Venlo gaat. Op de radio horen we van een aantal flinke files op de A5 en later op de A3, de wegnummers die wij op de heenweg hebben genomen. Wij hebben slechts een paar kleine files vanwege wegwerkzaamheden. Steeds wisselen we elkaar af met rijden, want de zon op de ruit maakt snel slaperig. Het is buiten niet te harden van de hitte, maar binnen met de airco aan is het prima uit te houden.

Om 17.20 uur passeren we de afslag Koblenz en gaan we de Moezel over. Het is nu nog ongeveer 4 uurtjes rijden naar huis. Helemaal zeker weten we het niet, want we rijden nu de snelweg westelijk van de Rijn.
Bij Raststätte Bedburger Land eten we om 18.30 uur –ondanks de hitte- een warme maaltijd. Het geeft weer energie voor het laatste stukje. Om 19.05 uur gaan we weer verder met de airco op de hoogste stand. We zijn om 19.35 uur bij Venlo, de grens met Nederland. Als we in Zwolle aankomen, gaan we eerst langs de Turfmarkt om in een putje netjes ons afvalwater te lozen. Wij zijn om 21.15 uur thuis en dat is 5 minuten eerder dan wij dachten!

 Klik HIER voor de foto’s!

2009: Zomervakantie – Scandinavië

Vrijdag 19 juni 2009 Nico 726 / 726 km002
Even na half tien vertrekken we. De auto is gisteravond laat gewassen, maar de plakzooi die hier uit de bomen druipt, zit er al weer dik op. Desondanks gaan we lekker op vakantie. Omdat de A7 in het Noorden opgebroken en afgesloten is, nemen we nu de route die de meeste routeplanners adviseren: Bij Hoogeveen rechtdoor en net over de grens in Duitsland linksaf de A31 volgen, met een grote bocht naar Bremen. Om half elf zijn we in Duitsland en even later zitten we op de A31. Vlak voor Oldenburg een plasstop en dan doen we iets doms; we willen in Quickborn boven Hamburg even bij een filiaal van Fritz Berger langs, vlak bij de Autobahn en zetten het adres bij Oldenburg al in onze Garmin, die ons vervolgens doodleuk dwars door de buitenwijken van Bremen loodst. Stom!! Maar na een stukje Bremen te hebben gezien (vlak bij ons Kerstmarkt-hotel van jaren geleden) komen we weer op de ons vertrouwde A1. Het zonnetje schijnt regelmatig, maar af en toe druppelt het wat en de temperatuur schommelt tussen de 13 en 18 graden. Tussen Bremen en Hamburg zijn er dit jaar zes Baustellen met bijbehorende vertraging, dus we schieten niet echt hard op. Om 14.10 uur rijden we door de Elbetunnel. Fritz Berger in Quickborn heeft niet wat we zoeken en we rijden weer gauw verder. Later staan we tussen Hamburg en Flensburg ruim anderhalf uur in de file, door een ongeluk dat we niet meer zien, want kennelijk is alles al opgeruimd. Op deze manier schiet het niet echt op. Om 17.55 uur rijden we de Duits-Deense grens over en worden verwelkomd met een gitzwarte lucht en een stortbui die precies op de grens begint. Even later is er weer volop zon en maken we een plasstop. Om half zeven tanken we Deense diesel en om zeven uur nuttigen we een eindje verder langs de snelweg in een bistro een maaltijd die wellicht niet echt gezond is, maar wel lekker smaakt, alleen wat te zout…
Jenny heeft thuis een camping in Arhus gevonden met de mogelijkheid van Quick-stop: laat komen en vroeg weggaan, tegen een “buiten-de-poort-tarief” of een “binnen-de-poort-tarief”. Tegen half negen komen we daar aan, door Garmin via exclusieve tussendoor-weggetjes erheen geleid. Wij kiezen voor de Quickstop-plek binnen de poort, kopen de jaarzegel voor onze Scandinavische Campingcard en zoeken ons daarna bijna een bochel naar een recht plekje in de buurt van de sanitaire voorzieningen. Maar dat lukt uiteindelijk in een fris regenbuitje. Op dit moment, tegen tienen, is het buiten rond de dertien graden. Het lijkt Schotland wel in onze voorjaarsvakantie, maar het is hier wel droog!

Zaterdag 20 juni 2009 Jenny 428 / 1.154 km
Het is 8.30 uur wanneer wij van deze camping wegrijden. De temperatuur is slechts 13,5 graden, maar de zon schijnt door de wolken en dat maakt het achter de voorruit wel aangenaam.
Het is rustig op de snelweg, bijna stil te noemen en daardoor schieten we snel op. Om 10.10 uur komen we in een zonnige haven in Hirtshals bij de Color Line- terminal aan. Het is dan 20 graden en van de verwachte storm met windkracht 8 (hoorden we gisteren op de radio) is geen sprake.
Om 11.15 uur komt de “Superspeed 1” de haven binnen, er wordt snel gelost en daarna mogen wij de boot op. Precies om 12.15 uur vertrekken wij naar Kristiansand, maar dan zitten wij al aan het Scandinavisch buffet. We hebben ruim drie uur om ons te goed te doen aan het verrukkelijke eten en we laten het ons dan ook goed smaken. Je mag zelfs na het eten in deze ruimte vertoeven om over de zee uit te kijken.

We komen precies op tijd in Kristiansand en even later rijden we –zonder pascontrole- een zonnig Noorwegen binnen. Het is nog een dikke 200 km naar de Preikestolencamping en door de bochtige E39 met zijn vele tunnels en mooie uitzichten schiet het niet echt op. Jenny wisselt Nico een keer af, maar merkt ook hoe vermoeiend het rijden is. Bovendien zijn de lange tunnels, gevolgd door lange bruggen een aanslag op haar ietwat claustrofobische neigingen.

Bij Algard verlaten we de weg om via Weg 45 naar Weg 508 en Weg 13 te gaan. De veerboot in Lauvik brengt ons voor NOK 81 naar de overkant, naar Oanes. Even later zijn we bij de camping, maar die rijden we eerst voorbij om te zien hoe de weg is naar de Preikestolen- parkeerplaats met het startpunt van de wandeling die wij morgen willen gaan doen. Wij zien al gauw dat de weg te steil is om te gaan fietsen, maar gelukkig zien wij ook dat er een bus naar toe gaat. Bij de camping is een bushalte. Op de camping aangekomen is het zoeken naar een plaats met stroom, uiteindelijk lukt dat via een verlengdoos. Van wie die is weten we niet, maar tot nu toe gaat het goed. Internet kunnen we ook meteen ontvangen, maar de satelliet TV laat het afweten en Nico uiteindelijk ook. Het is bijna 23.00 uur terwijl ik dit verslag tik en het is nog lang niet donker. Heerlijk!

Zondag 21 juni 2009 Nico 0 / 1.154 km; lopen: 7 uur!
009Om kwart over 8 loopt de wekker af. We staan rustig op. De Duitse buurvrouw komt vertellen dat ze onze stekker uit hun 3-weg-doos in de stroompaal heeft gehaald. Zij hadden ook al stroom bij anderen “afgetakt” en daar waren wij op onze beurt ook nog eens bij op gekomen. Omdat ze maar voor één dag stroom hadden betaald ging hun stroom eraf, maar we mogen de verdeeldoos nog wel een dag lenen. Aardig! Een goed uur later is het grootste deel van het veld leeg en kunnen we een “officiële” aansluiting maken. Twee contactdozen per stoompaal, da ’s wel erg weinig. We sluiten de stroom maar officieel aan en Nico gaat naar de receptie om à raison van Nok 30 een dag legaal stroom te kunnen tappen.
Tegen kwart voor elf staan we te wachten op de bus die ons naar de parkeerplaats van de Preikestolen brengt. Tenminste, wanneer we de buschauffeur Nok 30 p.p. betalen. Na vijf minuten zijn we “boven”, kijken rond in de winkel en even later beginnen we aan de klim naar de Preikestolen. We hadden van Paul, die deze tocht 2 jaar geleden volbracht, begrepen dat het begin een beetje zwaar is en de rest wel meevalt, maar vandaag blijkt dat daar de generatiekloof een behoorlijke duit in het zakje doet. Hoezo, “Het begin een beetje zwaar?” We klimmen ons een halve beroerte tegen de rotsblokken op, waaruit het grootste deel van de klim blijkt te bestaan. Er “staat” 2 uur voor een enkele reis Preikestolen, maar wij doen er met gemak drie-en-een-half uur over. Inclusief (leeftijd-) pauzes en lunch, dat wel. Wel blijkt Nico wat weinig water bij zich te hebben (in zijn “rugzak-met-slurpslang”), maar op twee plaatsen vinden we een helder bergstroompje om water bij te vullen. Heerlijk fris. Wanneer we over de helft van het parcours zijn, komt er een traumahelikopter aanvliegen die een eindje terug boven een –door ons net daarvoor gepasseerde en naar ons idee knap linke – afdaling / klim blijft hangen, tussen de bomen. Zó laag hebben we nog nooit een helikopter zien hangen. Hij hangt ver weg, maar we zien wel mensen met oranje jacks tussen de bomen lopen. Enige tijd later vliegt de helikopter weg richting Stavanger. Veilig idee: wanneer je dan toch naar beneden duvelt, laten ze je in ieder geval niet liggen…..

024

Rond half drie zijn we op de Preikestolen. Jenny (met hoogtevrees) plakt zich tegen de bergrug om alles te bekijken, Nico gaat een beetje richting rand om wat plaatjes te schieten. Maar er vlak bij: ho maar! Na een klein half uur beginnen we de terugweg. Omdat het brood al op is, doen we een half uurtje korter over de terugweg; in drie uur zijn we – tussenstops inbegrepen- weer op de parkeerplaats. Maar Jenny heeft onderweg wel behoorlijk pijn in haar rechter knie en Nico ’s voetzolen laten weten dat ze zich inmiddels behoorlijk mishandeld beginnen te voelen. Uiteindelijk komen we beneden op de parkeerplaats aan. Het is dan zes uur. Om vijf voor half vijf ging de voorlaatste bus richting camping. De winkel is inmiddels dicht, dus duiken we de Preikestolenhytta, een soort berghotel, in. We nuttigen een kopje koffie resp. een Noors biertje, lekker op het terras in de zon, maar wel naast een luidruchtige club Russen. En dan begint het wachten op de laatste bus die om tien over acht zal komen. Meer dan een half uur voor die tijd spot Jenny een Nederlandse T4 California- camper die een stop maakt en ritselt een lift naar de camping. Dat scheelt mooi even! Moe maar voldaan zitten we even later aan het koele bier en de dito witte wijn, lekker in het zonnetje en verlost van onze wandelschoenen, die vandaag prima dienst hebben gedaan. Daarna nog een traditioneel meegenomen macaronimaaltijd (traditioneel meegenomen, geen traditionele macaroni), ook al in de zon en dan komt een doodvermoeiende maar heel mooie dag langzamerhand tot zijn eind. Zo’n eind sjouwen in Noorwegen, terwijl je eergistermorgen nog in Zwolle was, is een wat vreemde maar mooie gewaarwording. Het weer heeft vandaag prima zijn best gedaan: niet te warm, maar een heerlijke zon en een soms verfrissend windje; kon niet beter!!!

Maandag 22 juni 2009 Jenny / Nico 217 / 1.371 km
(J:) Zonder een wekker te hebben gezet, worden we om 8.45 uur vanzelf wakker en even later zitten we aan een zonnig ontbijtje met vers gebakken broodjes. Onze spieren doen zeer van de klimpartij van gisteren, maar aan wat er ons voorbij wandelt zien wij dat wij niet de enigen zijn.
Om 10.30 uur vertrekken wij van deze Preikestolen Camping en via een mooie route en Weg 13 willen we naar Odda. In een dorpje onderweg doen we boodschappen bij een Coöp en kopen daar een DVD van de Preikestolen. Dan kunnen we toch zien wat wij niet durfden te zien.

029Om 12.30 uur varen we met de veerboot van Hjelmeland naar Nesvik. We besluiten om Weg 13 tijdelijk te verlaten en de smalle weg over de berg te kiezen, over het Ulladalen. Nico rijdt uiteraard, want Jenny durft dat echt niet. De weg is ongeveer 21 km lang voordat hij weer bij Weg 13 samenkomt, maar hij is goed te doen en bovendien schitterend. Op de kaart in onze wegenatlas zien wij dat onze zoon Paul hier in 2007 in de buurt heeft overnacht aan een meer. Toevallig!

Het vervolg van Weg 13 is erg bochtig en vol tunnels die al dan niet verlicht zijn. Daardoor schiet het niet echt op en moeten we onze plannen wat bijstellen. In Odda is gelukkig de Touristinformasjon nog open en kunnen wij vragen waar in Tyssedal die tandradbaan (Magalibanan) is. Helaas, we horen dat die al een paar jaar gesloten is. We kunnen er wel met de auto komen en in de hoop er een nachtplek te vinden doen we dat. Bij Tyssedal gaan we rechtsaf richting Skjeggedal; de weg is wel héél erg smal en wij zijn blij dat wij dit nog kunnen navertellen.
Bovenaan zien wij inderdaad de verlaten tandradbaan aan het mooie Ringdalsvatn. Wij volgen de weg nog een stukje tot aan een stuwdam en besluiten daar te blijven. Eerst wandelen wij over de stuwdam heen en terug en zetten dan Duva Kampa in de slaapstand. Dat betekent: zo waterpas mogelijk, met de schuifdeur in de zon en het hefdak omhoog. Daarna stoeltjes buiten, wijntje er bij en het relaxen kan beginnen. Het is inmiddels 18.45 uur en Jenny maakt snel een pan Pyttipanna klaar. Inmiddels laat de zon het nog steeds niet afweten, getuige het feit dat ik dit epistel in de schaduw moet tikken om iets op het beeldscherm te kunnen zien.
(N:) Even later maken we een avondwandeling over de weg die met een slagboom is afgesloten. Volgens het bord is er iets verderop een helikopterlandingsplaats (dat klopt) en is er daarom gevaar voor vallend gesteente. De landingsplek is er, maar er landt nu geen helikopter, dus lopen we er langs en nog een stukje verder. Wanneer we weer “thuis” zijn, komen er iets verderop nog 2 grote campers bij, een Tsjechische en een Letse. Die horen kennelijk bij elkaar. We lezen nog wat (het blijft buiten gewoon licht) en na middernacht duiken we in bed.

Dinsdag 23 juni 2009 Nico 206 / 1.577 km
Om kwart over acht komen we zonder wekker uit bed. Op dat moment landt er iets verderop een helikopter. Dat hoor je prima tussen de bergen. We ontbijten rustig en breken al even rustig op. Om negen uur verlaten we dit aardige plekje en stoppen iets verder in het dorpje Skjeggedal (een paar huizen) tegenover de niet-meer-publieke tandradbaan bij een gebouwtje dat we gisteren al zagen. Niet alleen heeft het een dames- en een herentoilet, maar ook nog eens douches. En ook heel netjes en schoon. Openbaar sanitair; wat een land!
We rijden het smalle weggetje weer terug naar Weg 13 en vervolgen die. Vandaag wordt in Noorwegen de langste dag / zonnewende / midsommardag of wat dan ook gevierd, maar we merken er weinig van. Winkels zijn gewoon open. In Ullevang bekijken we een kerkje en doen we boodschappen in de PSS (Plaatselijke Simpele Supermarkt). Daarna vervolgen we Weg 13 weer in zuidelijke richting langs het Hardangerfjord. Ook bekijken we vanaf die weg de camping waar Paul & Co 2 jaar geleden ’s morgens vroeg “uit hun slaapzak stormden”. Iets voorbij Eidfjord bezoeken we het Hardangervidda Natursenter, waar een permanente expositie over –jawel: – het Hardangervidda te zien valt. We beginnen met een “breedbeeldfilm” met vijf projectoren en schermen, net zoals op de Noordkaap en in het Gletsjermuseum. Heel mooi, dat wel, maar in de souvenirshop vragen ze doodleuk € 32 voor de DVD, en dan krijg je er niet eens vijf projectoren en schermen bij. ….

034

We laten ons voordat we vertrekken uitleggen waar we nu met de auto kunnen komen om gelijk “hoog” aan een wandeling te beginnen. De man vraagt nog of we een “big car” hebben. Wij niet, kom nou!! Na de lunch rijden we de opgegeven weg in, die smaller blijkt dan alles wat we tot nog toe op dit gebied hebben meegemaakt. Er zijn zelfs geen uitwijkplekken. Na een korte aflevering van de soap “Hoe passeren twee T5 ’s en één T4 elkaar” houden we het voor gezien, draaien met enig kunst- en vliegwerk en rijden maar terug. We besluiten een wandeling in Eidfjord te doen die Jenny al op internet had gespot. Die zou een uur duren. Bij de Touristinformaqsjon wordt ons uitgelegd en voorgetekend hoe de route loopt. Internet beweert 60 minuten, de VVV-dame houdt het op 70 minuten en het infoboekje op 90. Het worden bijna 2 uur; net na vertrek begint de zon volop te schijnen en dat merken we! Vooral de klim omhoog door een bos is best wel inspannend, maar we volbrengen de tocht en besluiten om de hoogvlakte naar Geilo op te rijden. Een geschikte camping vinden lukt niet echt, wel maken we tussenstops bij een waterval en een stuwdam. Het is al wat laat wanneer we in Geilo aankomen. De camping waar we vele jaren terug met ons gezin en Jenny ’s moeder in een chalet zaten is drie keer niks en we komen uiteindelijk weer terecht op de camping waar we jaren geleden met de jongens ook uitkwamen, aan de rand van Geilo. De zon schijnt nog volop, om kwart voor acht zitten we aan de maaltijd en om half tien zijn we heerlijk onder de douche geweest, helemaal prettig na zo’n “warme wandeling”. Morgen willen we in / om Geilo een stuk gaan fietsen.

Woensdag 24 juni 2009 Jenny 22 / 1.599 km; fiets 11 km.
Het is vannacht niet echt donker geworden en omdat we de dakisolatie thuis hebben gelaten is het ook niet helemaal donker in ons campertje. We worden deze morgen wakker van de hitte. De zon staat al uren op de linkerzijkant van de bus te branden en in bed is het niet meer te harden. De temperatuur buiten valt nog wel mee, maar al gauw gaat die ook stijgen. We hangen meteen ons beddengoed in de zon te luchten, heerlijk weer een fris bed! Na het ontbijt en de gebruikelijke ochtendrituelen vertrekken we van deze eenvoudige camping en gaan naar Geilo. Daar doen we eerst uitgebreid boodschappen bij de ICA en stappen daarna op de fiets voor een rondje van 11 km rond het meer. We beginnen aan de overkant en dat is maar goed ook, want dit blijkt de moeilijkste en zwaarste kant te zijn. Geregeld moeten we een stuk lopen door het rulle zand/grit. Maar verderop gaat het prima en fietsen we er lekker op los. Het is een prachtige route en we doen er een uur en een kwartier over. Daarna gaan we onze afvalwatertank legen bij een tankstation en rijden we naar Hovet. Daar weten we een camping met Nederlandse eigenaren waar het goed toeven is: www.birkelund-camping.com We zijn er zo en binnen enkele momenten staat ons kampementje in vol ornaat. Zelfs de satellietschotel staat, we kunnen dus vanavond TV kijken. Het probleem op de Preikestolencamping lag aan de een losse aansluiting van de kabel aan de reciever.

Daarna lekker in het zonnetje zitten lezen en luieren. Het is wonderlijk hoe snel je dat doet wat anderen ook doen: kijken wie er aan komt rijden op de camping (veel gele kentekens) en waar en hoe ze gaan staan. Deze dagen wordt er een muziekfestival gevierd in Geilo en is het er ook erg druk. Hier op de camping (20 kilometer van Geilo af) merken we er nog niet zo veel van, maar dat kan nog komen natuurlijk. Later ontdekt Nico dat hij zijn zilveren halsketting met kruisje in Geilo verloren is. Vermoedelijk op de parkeerplaats voordat we zijn gaan fietsen; omdat Nico’s nek al eerder door de zon geroosterd was, heeft hij het kettinkje afgedaan om iets tegen de zon op zijn nek te smeren, is vergeten het kettinkje weer om te doen en het moet bij het tas in- en uitpakken gevallen zijn. Noorwegen en kruisjes gaan kennelijk niet goed samen; vorig jaar is de voorganger van het nu verdwenen kettinkje er tijdens een fietstocht rond Trysil tussenuit gepiept.

Donderdag 25 juni 2009 Nico 0 / 1.599 km; fiets 8 km
Een rust en –luierdag; Jenny heeft al vroeg voor voldoende ventilatie gezorgd, zodat we geen last hebben van de zon die al vroeg schijnt. Daarom sudderen we met voldoende zuurstof nog lekker door tot tegen tienen. Prima moment om op je dooie gemak uit bed te klimmen en lekker ontspannen aan een nieuwe vakantiedag te beginnen. Omdat we laat ontbijten, zien we die maaltijd maar gelijk als brunch. Na de afwas lekker luieren, boekje lezen en Jenny zwerft over het wereldwijde web om een leuke weekendcamping in Zweden op te zoeken, bij voorkeur één waar we nog nooit geweest zijn en dat wordt met het jaar lastiger. Morgen willen we proberen in Zweden te komen –of een goed eind die kant op- en het weekend willen we op een camping in Dalarna doorbrengen. Daarna richting Oostkust van Zweden.

Deze middag nog geen verre reizen; we fietsen een kleine 4 kilometer op het fietspad langs Weg 50 naar Hovet I Hallingdal, om daar in de plaatselijke Coöp wat boodschappen te doen. Voor zo’n monopoliewinkel in een klein dorpje uiteraard tegen prijzen waar de Nederlandse middenstand alleen maar van kan dromen. Maar dat hoort er een beetje bij. Na terugkeer op de camping doen we weer waar iedereen hier goed in is: lekker zitten en kijken wie er bij komt. Enkele uitzonderingen daargelaten zijn dat allemaal Nederlanders. Een Noor die hier verzeild raakt moet denken dat ‘ie in het buitenland is. Onze nieuwe buren van vandaag hebben de caravan met de gesloten kant naar het veld en de auto als afscheiding ernaast gezet en zitten derhalve in “totale afzondering” aan de achterkant. Maar ook die buurman komt uitgebreid kijken wanneer er iets nieuws binnen dreigt te komen. Voer voor psychologen, zo’n camping vol met Nederlanders. En daar rijd je dan zo veel kilometers voor. Zo sleept de dag zich voor een keer best wel aangenaam voort naar de avond. Na de Italiaanse maaltijd die door een Nederlandse keukenkeizerin (prinses is te min…) in Noorwegen is klaargemaakt (een Drielandenhap, als het ware) en de afwas, wordt er weer gedoucht en strijken we weer onder de luifel neer, in afwachting van de dingen die komen gaan.

Vrijdag 26 juni 2009 Jenny 440 / 2.039 km; fiets 4 km.
045Vandaag staan we bijtijds op en wel om 8.00 uur. De zon staat dan al weer uren aan de horizon te branden en daarom maken we met een vliesdekentje aan de luifel wat schaduw bij het ontbijt. Tegen tienen verlaten we de Birkelund camping, maar niet nadat we netjes hebben afgerekend en een praatje hebben gemaakt met Rinie en Franka, de Nederlandse eigenaren. Zij houden een dagboek bij op www.pluco.nl en af en toe leest Jenny dat, vandaar dat zij aardig op de hoogte is van wat er op de camping gebeurt.

We gaan Weg 50 op naar Hol en rijden van Weg 7 naar Gol. Daar doen we boodschappen in een kleine supermarkt. Daarna gaat Jenny rijden: Weg 51 tot Leira en dan Weg 33 naar Dokka. Nico mag kaartlezen en bedenkt dat aansluitend Weg 250 naar de E6 gaat, naar Lillehammer. Dat is ook zo, maar Weg 249 die naar Gjovik gaat was een betere optie met minder kilometers geweest. Desalniettemin genieten we van een mooie weg die over hoogvlaktes (o a. Krakbugukampen) voert, vergezeld van koeien en schapen die lui op de weg liggen.
Bij Lillehammer komen we op de E6 en heeft Jenny er 2,5 uur achter het stuur op zitten; Nico neemt het over. Even later zien we een geschikte plek voor een (wat verlate) lunch. Dit is vlak bij Moelv, daar waar de E6 middels een brug naar de oostkant van het Mjøsa verder gaat. Daarna gaat het verder via de E6 zuidwaarts tot Stange, daar nemen we Weg 3 naar Elverum en Weg 25 naar Trysil, naar Fageråsen. Dit laatste plaatsje kennen we van een half jaar geleden, toen wij daar ter gelegenheid van ons 30 jarig huwelijk op wintersport waren (zie dat verslag en de foto’s). We tanken eerst in Trysil en Duva Kampa (=onze camper) blijkt 1:13,7 te hebben gereden! Een unicum dus als het meestal 1:11 is! Daarna rijdt Jenny omhoog naar Fageråsen, waar we tot 18.30 uur verblijven. Het is leuk om ons chalet nog een keer zonder sneeuw te zien en het blijkt te koop te staan. Niet dat wij het willen kopen, maar Paul en Mark die wij even bellen zien dat wel zitten.

In Trysil maken we onze laatste NOK op aan wat boodschappen bij de Coöp en de wasbox. Duva Kampa is dringend toe aan een afspuitbeurt en knapt daar zienderogen van op. Daarna rijden we via Weg 26 noordwaarts, want we willen ongeveer 88 km verderop Zweden in, naar Idre of verder. Onderweg zien we een leuk (vis-)plekje aan de rivier om eten te koken. Je mag er niet kamperen staat er op een bordje en dat vinden wij logisch, want er is een camping aan de overkant van de weg. Na het eten, de afwas en de koffie rijden wij verder, op zoek naar een geschikte nachtplek. We zien er een aantal, maar deze vinden wij ongeschikt. Wanneer wij bij Drevsjö de laatste 8 kilometers naar de Zweedse grens rijden zien wij net buiten het dorp een weggetje naar het Vurresjon (=meer). We gaan kijken en zien een zeer geschikte plek om de nacht door te brengen. Vlak bij de weg, uit het zicht van anderen, niet bij huizen, water in de buurt en plasbomen genoeg. We zetten ons campertje neer en genieten van een biertje en een wijntje. Dit is vakantie! (inclusief de muggen)

Zaterdag 27 juni 2009 Nico 162 / 2.201 km; fiets 4 km
Na een hele stille nacht staan we om half negen op. De zon staat al weer tropisch te branden, alsof je op Sardinië zit… Om tien voor tien verlaten we dit leuke plekje en vijf minuten later passeren we de Zweedse grens. Behalve de kleur van de vlag veranderen er nog twee kleuren: het asfalt verandert van zwart in rood en de verkeersborden van wit in geel. Het wegnummer verandert van 218 in 70.
Om half elf zijn we in Idre en bekijken daar een – door Nederlanders gerunde – camping. Wat ver van het dorp gelegen, heel open en tijdens een gesprekje over het bereik van het draadloos internet worden er wat minder slimme opmerkingen gemaakt over vakantiegangers en internet. Dàt moet je bij ons niet doen. Na de boodschappen bij de ICA in het dorp besluiten we om Weg 70 verder te vervolgen; eerst in Älvdalen een camping bekijken en eventueel door naar het Siljanmeer. Een eindje buiten Idre aan de weg naar Särna lunchen we op één van de aan het meer gelegen “Lägerplatsen”, een soort vrije kampeerplaatsen; Er zijn grote genummerde vakken aan het water en één toilet- “huuske” en wanneer je er overnacht, wordt je vriendelijk gevraagd om je gegevens op een envelop te schrijven en Sek 60,- (60 Zweedse kronen, ongeveer € 6,60) per nacht in de envelop te doen (en deze in de daarvoor bestemde bus te doen). Leuk systeem, mooie plekjes, maar wij willen nu naar een camping.

In Älvdalen gaan we op de camping staan waar we ook al twee keer met de jongens zijn geweest, alleen is de camping nu twee keer zo groot (en vermoedelijk vier keer zo duur) geworden. De eerste nacht betalen we vast contant, want het Scandinavisch campingcarnet, waar in Denemarken al een jaarzegel op is geplakt, wordt niet door de computer herkend. Later blijkt het een oud, verloren gewaand, carnet te zijn. Jenny heeft de goede bij zich; die wordt wel door de campingcomputer herkend. Jaarzegel overplakken en oude kaart in stukjes knippen dus.
We zoeken een plekje vlak achter de huisjes aan de rivier (die je door het dijkje dat na eerdere overstromingen is aangelegd dus niet kunt zien wanneer je zit). Satellietontvangst lukt helaas niet, vermoedelijk door de bomen tussen ons en het zuiden en het draadloos internet via een “hotspot” evenmin. Volgens het foutenlog van Windows omdat het netwerk niet reageert op de aanmelding. Een lui netwerk; dat hebben wij weer…. Maar de plek is leuk, dankzij de bomen is er voldoende schaduw (wie had ooit gedacht dat we schaduw willen in het Noorden) en na de avondmaaltijd fietsen we wat door het dorp, op zoek naar een “eetplek” voor morgen. We kijken ook bij de kerk of er wellicht een concert is, maar het bord vermeldt alleen een doopdienst om één uur ’s middags en daar horen wij niet bij. Dan gaat ook net het zwembad open….. Dit is het “weekend na Midzomer” en dan wordt er doorgaans gefeest in Zweden, maar wij merken er hier helemaal niets van. We zien alleen de traditionele patsers die op zaterdagavond met open ramen en muziek aan in hun auto’s, bij voorkeur grote Amerikaanse “bakken”, door de hoofdstaat heen en weer rijden; “vrouwtjes scoren”. Sommige tradities veranderen kennelijk nooit. We sluiten de dag af onder de luifel, met lezen, verslag tikken en douchen (de tikker moet nog, de betere helft is al geweest).

Zondag 28 juni 2009 Jenny 0 / 2.201 km; fiets 6 km.
053We staan niet al te vroeg op deze rustdag op, maar vanwege de hitte draait de kleine ventilator dan al op volle toeren. Nog voor het ontbijt heeft Jenny het bed afgehaald en het beddengoed in de wasmachine gedaan. Voor slechts 10 Sek is het straks weer lekker fris. De rest hangt lekker te luchten. Deze dag houden we het rustig, het is eigenlijk ook veel te heet om wat te doen. Het is minstens 30 graden, dus we zoeken de schaduw op en pakken ons boek.
’s Middags gaan heerlijk zwemmen in het overdekte zwembad en daarna stappen we op de fiets naar de Touristinformatie om kaarten en postzegels voor het thuisfront te kopen. Een ijsje en weer terug naar de camping om de kaarten te gaan schrijven. Onze stoelen schuiven mee met de baan van de zon c.q. de schaduw.

Deze dag sluiten we af met een etentje bij Hotel restaurant Älvdalen. Nico kiest voor een Wiener schnitzel en Jenny voor een Älgburger (elandburger), het smaakt allemaal prima. Ook nu weer het haantjesgedrag van de jeugd, ze rijden in opzichtige Amerikaanse auto’s met veel lawaai voorbij.
Terug op de camping trekken we de wandelschoenen aan voor een korte wandeling. We hebben een bord met een route gezien en omdat het vanmiddag te heet was gaan we die nu wandelen. Dat blijkt toch niet zo’n goed idee, het pad loopt door het bos en met name Nico wordt opgegeten door de muggen. Wij lopen ook nog gewoon in korte broek en mouwloos hemd, want het is nog steeds erg warm. De myggs hebben dus als het ware vrij spel. Nico is een en al bult als wij weer bij de camper komen. We ploffen neer om bij te komen. Pfffffffffff!

Maandag 29 juni 2009 Nico 453 / 2.654 km
Om 8 uur staan we op; buiten is het nog “dragelijk”, maar de temperatuur loopt snel op.
Om half tien vertrekken we richting Mora over Weg 70. We shoppen in het centrum van Mora in een kleine ICA, bezoeken de System Bolaget om de wijnvoorraad op peil te brengen en verlaten deze plaats rond half twaalf. Net buiten de stad zien we het mega- winkelcentrum waar we vorig jaar net een paar dagen te vroeg waren voor de opening van een gigantisch grote supermarkt. Toch een keer onthouden! Om half een stoppen we onderweg bij een ander shopping-centre, maar dat valt wat tegen en we steunen de plaatselijke economie door alleen een ijsje te kopen. Iets verder lunchen we bij overdekte picknicktafels, die in deze grote hitte ook nog eens in de schaduw staan van grote bomen; mooier kan haast niet. Met deze hitte (het is al weer vrolijk boven de dertig graden) gaat het steeds meer op Kroatië in hartje zomer lijken….. Na de lunch rijden we weer een stukje en stoppen bij een Badestand, een eindje van de doorgaande weg af. Staat niet zo groot in onze wegenatlas, maar half Zweden lijkt aan het strand te vertoeven. We doen daarom een “warmtetukje” of siësta en vervolgen daarna onze weg.

Bij Enköping aangekomen volgen we een klein stukje de E18 in westelijke richting, om al snel via Weg 55 zuidwaarts te rijden tot Strängnas. Daar nemen we de E20 richting Stockholm, om er bij Mariefred af te gaan. Dan begint de zoektocht naar een kook- en overnachtingsplek. Koken doen we uiteindelijk na half acht bij Taxinge. We eten om 8 uur en daarna gaan we zoeken naar een overnachtingsplek.
Dat zoeken naar een plekje voor de nacht wordt deze keer een heel drama. Een aantal plekken bij een meer blijken allemaal uit huisjes te bestaan en bij de enige beschikbare parkeerplaatsen staan de hatelijke bordjes “No Camping”. Het zit vanavond echt niet mee. Wanneer we moegestreden en na veel heen en terug rijden van allerlei onverharde wegen besluiten om dan maar naar de camping in Södertälje te gaan en menen de coördinaten goed in Garmin te hebben ingevoerd, worden we totaal de verkeerde kant opgestuurd. Uiteindelijk komen we rond half elf bij een camping, die totaal met hangsloten is afgesloten. Rechtsomkeert dus. Al eerder zagen we deze avond drie keer een hert, nu worden we vergast op een eland, midden in een weiland.

Kort na die ontmoeting spot Nico vanuit zijn ooghoek een plekje waar wellicht overnacht kan worden. Is inderdaad zo, alleen vlak bij de weg en er ligt nogal wat rommel. Dat wordt slapen met het dak naar beneden. Maar net na het opzetten loopt Nico zekerheidshalve een paadje op dat omhoog het bos in leidt. Een eindje verder is een plek waar we net kunnen draaien en krap langs het pad kunnen staan. De papiertjes in de directe omgeving doen vermoeden dat anderen hier ook geweest zijn, maar dan kortstondiger, niet voor een overnachting…. Het plekje ligt echter wel wat boven de doorgaande weg en ook meer uit het zicht, zodat het dak open kan blijven. Snel inpakken, het pad op, keren en recht gaan staan met de oprij- blokken.
Dit wordt zeker niet ons favoriete plekje, we zullen er vermoedelijk nooit meer (willen) terugkomen, maar we kunnen er in ieder geval overnachten. Tante Garmin geeft aan dat het morgen en kleine 60 kilometer naar Nynashamn is, een uurtje rijden dus, exclusief boodschappen. We zullen wel zien.

Dinsdag 30 juni 2009 Jenny 101 / 1.755 km.
Om 8.45 uur rijden we weg van deze overnachtingsplek. Ontbijten gaan we ergens anders doen, waar het wat schoner is. Het blijkt dat wij vlak voor Södertälje hebben overnacht en we vervolgen de weg daar naartoe. Vandaar is het Weg 225 die naar Nynäshamn gaat. Het duurt tot 10.00 uur voordat wij een parkeerplaats zien waar we koffie kunnen zetten en ontbijten. Dat is bij het kerkje van Sorunda, waar ook een toilet is dat we dringend nodig hebben.
Om 10.50 uur komen we in Nynäsham aan en gaan eerst boodschappen doen bij de Coöp Forum. Dus een heel grote winkel en in dit geval gevestigd in een oude fabriek. We doen meteen wat meer boodschappen met het oog op ons verblijf op Gotland. Op dit “Terschelling van Zweden” is natuurlijk wel alles te koop, maar grote winkels zijn er alleen in de hoofdstad Visby. En die stad willen wij alleen aandoen bij aankomst en vertrek.

Daarna rijden we naar de haven en gaan de boten boeken. We willen van Nynäshamn naar Visby op Gotland en van Visby naar Grankullavik op Öland. Eilandje hoppen dus, of zoals ik hier ergens heb gelezen, van Ö naar Ö. Het blijkt dat wij vanavond nog mee kunnen om 21.05 uur, we komen dan om 0.20 uur aan in Visby. De overtocht van Gotland naar Öland kan niet op maandag zoals wij gehoopt hadden, maar wel op zondag en dat vinden we geen enkel probleem. We boeken dus twee overtochten en betalen zonder blikken of blozen 1921 kroontjes.

Terug op de parkeerplaats zetten wij ons campertje op een andere (gratis) parkeerplaats en gaan naar de Touristbyra voor een plattegrond van Nynäshamn, want we willen de middag nog even leuk en zwemmend doorbrengen. Ook even ge-internet en mail binnen gehaald, cq doorgestuurd naar ons vakantiemailadres. Jenny bekijkt ook nog snel even het weer op Gotland en ziet dat de temperatuur gaat dalen naar 21 graden; goed fietsweer dus.
Daarna gaan we naar de ons aangeraden zwemplaatsen; het blijkt het weggetje te zijn, waaraan wij in 2007 een nachtplek vonden toen we in Nynäshamn met de boot aan kwamen. Op ongeveer dezelfde plek als toen gebruiken we de lunch, een mooi grasveldje met een paar bomen. Helaas kun je daar niet makkelijk het water in om te zwemmen. Dat doen we even verderop aan een zandstrandje. Het is er nogal druk, maar dat deert ons niet. Wij hebben gisteren niet kunnen douchen en vanavond zal het er ook niet van komen, omdat we wederom niet op een camping staan. Het zwemmen is dus een noodzakelijk om een fris luchtje te krijgen en dat lukt voortreffelijk in het frisse water. Het vreemde is dat dit water met de Oostzee verbonden is, maar dat het niet zout smaakt. Vreemd! Het schijnt te komen doordat de Oostzee ver van de oceaan af ligt en daardoor zijn zoutgehalte verliest.

Daarna rijden we nog wat rond en omdat we geen geschikte plek kunnen vinden om te koken, gaan we opnieuw naar ons favoriete plekje in het gras. Het is er inmiddels leeg geworden. Jenny maakt soep en pannenkoeken en het veldje vult zich met een dikke camper en een horde Zweedse Turken die een feestje geven. Stilte en lawaai, twee uitersten, bij een geweldig uitzicht op de zee.
Tot 20.00 uur blijven we hier en rijden dan naar de haven. We kunnen meteen inchecken en in de rij gaan staan. Het inladen gaat zeer vlot, misschien wel omdat een vrouw het regelt? Om 20.50 uur zijn wij aan de beurt en precies op tijd vaart het schip van Destination Gotland weg.
Aan boord maken we het mooiste mee van een vakantie: we zien de zon in de zee zinken! Om tien over half een rijden we van boord. Korte tijd later zijn we weer op de overnachtingsplek van twee jaar geleden: de parkeerplaats van “Villa Muramaris”, de resten van een Romeinse villa, aan Weg 140. Dak omhoog, wijntje nuttigen, bed uitklappen en slapen maar (tegen twee uur).

 

057

 

Woensdag 1 juli 2009 Nico 83 / 2.838 km, fiets 12 km
Om kwart over negen staan we op, na een onrustige nacht; de overnachtingsplek ligt vlak aan de weg en pal naast de “uitgaande vliegroute” van het eiland; er vliegen drie particuliere maatschappijen op Gotland en hun kleine passagierjets hebben een stijgroute vlak naast ons plekje.
Maar wat nog niet eerder is gebeurd deze vakantie: het regent! Nou was boven de dertig graden wel wat veel van het goede, maar 18 graden en regen is een beetje overdrijven naar de andere kant. Na het ontbijt rijden we nog wat omhoog richting Lummelunda-grotten, maar besluiten nu niet af te dalen. Dat deden we twee jaar geleden ook (niet afdalen). We rijden terug naar Visby en doen net buiten de stad boodschappen bij de “Max – ICA Stormarknad”, zoals de naam doet vermoeden een joekel van een supermarkt. Maar wat we ook hier niet en de laatste dagen in geen enkele supermarkt kunnen vinden: Anti- mug- spiraaltjes en andere materialen om prikken te voorkomen dan wel te verzachten; heel vreemd.

Na de shoppingronde gaan we over Weg 143 naar het zuidoosten en bezichtigen de vroeg- middeleeuwse kerk in Roma. Mooi, maar wel donker en er hangt een vreemde lucht. Daarna rijden we door naar Dalhem, waar een clubje treinfanaten een kort stukje rail onderhoudt en op woensdag, zaterdag en zondag een (zéér) kort ritje met een stoomtrein uitvoert. Wij stappen in “de trein van tien over één”. Het is werkelijk een kippeneindje; voordat de trein goed en we op gang is stoppen we bij de eindhalte in een bos. Iedereen moet uitstappen, de trein rijdt een klein stukje terug, waarna de locomotief op een miniem zijspoortje wordt gezet. De rijtuigen worden door een oude dieselloc, die aan het eind van het traject staat, weer teruggereden naar het “eindstation”, waarna de stoomloc weer voorgekoppeld wordt. Dan vangt de “terugreis” aan naar een klein tussenstationnetje naast de enige spoorwegovergang van Gotland. Den Heer de Conducteur vertelt uitgebreid over de geschiedenis van de spoorwegen op Gotland. Allemaal in het Zweeds, dat wel, maar ietsjes kunnen we er wel van begrijpen. Het verhaal duurt vele malen langer dan de treinreis, dus wanneer we even later weer aankomen op ons vertrekpunt is er een half uur voorbij, waarvan ongeveer zes minuten daadwerkelijk “stomen”. Maar leuk is het allemaal wel voor die 50 Kronen per persoon.

064We lunchen op een picknickplaats bij “het Station” en daarna vervolgen we onze weg naar Ljugarn, dat ongeveer in het midden aan de Oostkust van Gotland ligt. Omdat het weer eens tijd wordt voor een echte douche en 220 volt netspanning aan boord, gaan we naar de naar de plaatselijke camping. Niet de goedkoopste, want één nacht met stroom kost Sek 250 (ongeveer € 27,50), maar vergeleken met Nederland nog steeds erg goedkoop. We “kopen” er ook 8 uur internettoegang bij voor Sek 50.
Alleen de tijd die je werkelijk verbonden bent wordt geteld, dus dat zullen we wel redden.
Nadat we opgezet en ingericht zijn (zelfs de nieuw gekochte parasol wordt in de grond geplant) gaan we een stukje fietsen. Sinds het middaguur is het droog en de zon komt er steeds langer door. Het wordt zelfs weer warm, want na de treinreis is de korte broek weer uit de kast gehaald.

We fietsen eerst naar “Folhammar”, een aantal z.g. “Rauken”, door weer en wind in allerlei vormen geslepen rotsen aan de kust. Daaromheen ligt een natuurreservaat. Twee jaar geleden overnachtten we naast de parkeerplaats van dat reservaat, pal aan de zee. Nu pas zien we op borden dat we toen op een aantal punten in overtreding waren; niet op het parkeerterrein parkeren was zonde één en bovendien in de camper overnachten was zonde twee. Wat verkeerden we toen in zalige onwetendheid, want het uitzicht was (en is nog steeds) prachtig. We fietsen zo’n 12 kilometer en dat gaat hier op Gotland, waar het hoogste punt op 82 meter boven zeeniveau ligt, uitstekend. Stijgen en dalen is prima te doen en tevens een aangename inspanning. Gotland is een Zweeds eiland dat zo’n 90 kilometer van het Zweedse vasteland verwijderd is; ongeveer 3 uur varen. Het is 170 kilometer lang en op het breedste punt 55 kilometer breed. Het lijkt wel of hier uitsluitend Zweden op vakantie komen. We hebben welgeteld één Oostenrijker en één Duitser gezien en meenden vanmiddag een Nederlands kenteken te zien, maar meer ook niet. Gotland is een Zweeds vakantie-eiland voor Zweden (700.000 per jaar), een soort Terschelling, maar dan zonder Duitsers… Eigenlijk wel lekker, na een aantal campings met veel, soms bijna uitsluitend, Nederlanders.

Donderdag 2 juli 2009 Jenny 76 / 2.914; fiets 16,5 km
Het is 8.00 uur vanmorgen, wanneer het in bed niet meer te harden is van de hitte. Van de verwachte temperatuursdaling is geen sprake, de zon schijnt volop en wij zoeken voor het ontbijt de schaduw op. Ondertussen laten we ons beddengoed weer eens luchten. Nico zoekt op internet naar info over een boottochtje naar het eiland Stora Kalsö, want daar willen we vrijdag of zaterdag naar toe. Het moet een bijzonder mooi eilandje zijn. Onze internettijd is nog lang niet op, maar om 10.15 uur verlaten wij deze camping om op zoek te gaan naar een geldautomaat. Dat blijkt niet makkelijk te zijn, pas in Hemse lukt het om geld te pinnen. Onderweg bezoeken we het kerkje in Lye. Hemse is een leuk stadje met winkeltjes en het is daar waar we de eerste Nederlanders op Gotland treffen.
We rijden naar de zuidelijkste punt van Gotland en onderweg lunchen we bij het kerkje van Öja. De temperatuur is dan al weer gestegen tot 27+ graden en wij zoeken dus met graagte de schaduw op. De route naar de zuidelijkste punt (Hoburgen) is mooi en we maken een wandeling langs, op en rond de rauken, waarvan één 4,5 m hoog is. Vanaf deze plaats pakken we de fietsen en gaan een tocht rijden, 2 jaar geleden hebben wij al een heel goede fietskaart gekocht. Maar niet voordat we ons goed hebben ingesmeerd met antizonnebrand.
We fietsen over de gewone weg, maar deze is erg rustig. De weg gaat soms omhoog, soms naar beneden en is niet echt moeilijk. Het frisse windje maken we zelf en is heerlijk. Onderweg stappen we geregeld af om de informatieborden te lezen en om van de omgeving te genieten. In Sundre ontdekken we een toren van een kasteel die erg op de Torro’s van Sardinië en Corsica lijkt. We kunnen er –net als daar- in en klimmen via een nauwe trap naar het dak. De kerk die er vlak bij staat bezoeken we ook, dit is onze derde kerk vandaag. Alle kerken stammen uit de 11e, 12e of 13e eeuw en hebben prachtige muur- en plafondschilderingen. Die schilderingen stellen Bijbelverhalen voor, volgens mij hoef je je niet te vervelen tijdens de preek. We doen 2 uur over onze fietstocht en hebben er 16,5 km op zitten wanneer we weer bij ons campertje terug zijn. Onderweg hebben we nog wel een mooie overnachtingsplek gezien, maar eenmaal weer op de parkeerplaats van Hoburgen twijfelen we of we niet zullen blijven.

We houden een siësta, gaan eten koken, afwassen en douchen. Dat laatste is een pure luxe op de deze parkeerplaats en kost Sek 5,00 voor het water en Sek 1,00 om de deur (ook naar het toilet) te openen. De aanwezigheid van een toilet doet ons besluiten hier te blijven en even later genieten we van een mooie zonsondergang op zee.
Wanneer we naar onze huid kijken zien we dat we enigszins anders van kleur zijn geworden.

Vrijdag 3 juli 2009 Nico 98 / 3.012 km
Na half negen komen we ons bed uit. De beide (Zweedse) buren staan er nog en er is zelfs een (Duitse!) camper bijgekomen. Die laatste brengt de stand Zweden – Buitenlanders op 2-2.

We ontbijten lekker buiten in het zonnetje. Ook vanmorgen is Vriend Zon er weer vroeg en warm bij! Na ons vertrek van dit schitterende plekje rijden we via binnenweggetjes naar een serie Rauken aan de andere kant van deze mooie Zuidpunt: de Holmhällar Raukområde. Na een korte wandeling vanaf de parkeerplaats in de weer toenemende hitte komen we bij de rauken. Ook hier weer mooi, met heel veel mooie bloemen op de rotsen. De reis gaat daarna via binnenweggetjes verder naar het noorden en we shoppen in een kleine ICA in Burgsvik. Daarna rijden we over Weg 140 richting Klintehamn, waar we informatie hopen te vinden over de boottocht naar Stora Karlsö, een prachtig eilandje voor de kust van Gotland. Ook zien we in het noorden grote donkere wolken waaruit enorm grote bliksemflitsen schieten. Dat kon wel eens nat worden! Maar voorlopig rijden we nog in de volle warme zon.
Even later zien we een verwijsbord naar (een boot naar) Lilla Karlso. Bij de kust aangekomen zien we de beide eilandjes liggen, de één nog kleiner dan de ander. Dat valt wat tegen; moeten we dáár morgen uren in de hitte (of de regen) sjouwen? Eerst maar eens lunchen met de open schuifdeur naar de zee, waarvandaan een fris windje waait. Ondanks de dreigende lucht die in het oosten langs lijkt te trekken is het nog steeds bloedjeheet. Uiteindelijk lijkt het ons toch beter voor de zaterdag een alternatief te vinden dan puffen of wegregenen op een eilandje. Fietsen of zo.

090

En dan begint het zoeken naar een overnachtingsplek. Beter gezegd zoeken naar een geschikte camping. Wat campings betreft lijkt Gotland (naast de temperatuur dit jaar) wel wat op Sardinië; alle campings liggen aan de kust. We zitten nu bij de hoofdstad, tevens aankomstplaats van de veerboten, in de buurt en dat heeft zijn weerslag op de campings. Er zijn twee campings boven Klintehamn. De eerste die we bekijken heeft een zandstrand en is stervensdruk. Weinig kampeerplekken tussen de huisjes en je moet nota bene 5 kronen in de container-automaat gooien om je afval kwijt te raken. Ze kunnen ons wat! Op naar de volgende. Die heeft kampeerveldjes in het bos met weinig of geen faciliteiten en al helemaal geen wasmachines. En die hebben we nu wel weer nodig.

Bij Tofte is een kleine camping die afvalt omdat alles en iedereen bijna boven op elkaar staat. Iets verder is een grotere camping waar we eerst wat rondkijken (doen we meestal) en uiteindelijk ruim na half vijf neerstrijken. Door een wijziging in het Zweedse camping- computersysteem –zo wordt ons bij de receptie verteld – is ons campingcarnet (dat in Alvdalen nog leesbaar was) nu weer onleesbaar. Je blijft zo wel bezig! We krijgen een nieuwe “Temporary Camping Card” die volgens de dame wel drie jaar gebruikt kan worden, met een nieuw jaarzegel (kosteloos) en aan de hand van de gegevens van de oude kaart worden die “op” de nieuwe kaart gezet. We kunnen kiezen tussen 2 terreinen; één vlak bij het strand voor Sek 330,- per nacht en één iets verder van het strand voor Sek 250,- per nacht. Doe de laatste maar. Wassen zou Sek 35,- en drogen net zoveel kosten, maar uiteindelijk kost de wasmachine in het heel ver weg gelegen oude washuis Sek 20,- en de droger Sek 10,-. Tòch nog een “meevaller”.

Draadloos internet is hier ook een hotspot-systeem, maar werkt slechts 50 meter rondom de receptie. Alleen per 24 uur in te kopen. Aangezien het kampeerveld véél verder weg ligt dan 50 meter laten we dat maar zitten. Tijdens het rondsnuffelen op de camping begon het licht te regenen en er was nog steeds onweer te horen. Daarom zetten we nu de luifel maar op, je weet maar nooit. Na het eten zet Nico de satellietspullen weer eens op. Lijkt eerst niets te worden, tot het stuk intellect zich ineens bedenkt dat hij naar het foute deel van het signaalsterkte- scherm staat te loeren! De ontvangst- balk zit een pietsje hoger op het scherm dan waar Mr. Onbenul kijkt. Even later is er ontvangst. Een mens is misschien nooit te oud maar soms effe wat te onbenullig om wat te leren, zullen we maar zeggen. Vervolgens blijkt er deze avond niet ècht iets interessants op TV deze avond, dus tijdens het tikken van dit verslag staat “VH 1 Classic” op en komt Culture Club en veel “goud van oud” vrolijk voorbij. Moderne tiden…… Een eind verderop op dit grote veld staat een oude stadsbus met een hoop jeugd en muziek. De dames en heren zaten zelfs gezellig op een driezitsbank op het dak van de bus. “Sunroof”? Maar nu is het rustig. Afwachten of het vannacht rustig is / blijft. Morgen zien we wel of we hier weggaan of nog een nachtje blijven.

Zaterdag 4 juli 2009 Jenny 0/3012 km fiets 17 km
We worden wakker van een vreemd geluid: het regent! Vannacht heeft het ook al geregend, maar nu valt er een flinke bui. Net zo plotseling als het begon, houdt het weer op met regenen en kunnen we zelfs buiten ontbijten. Tegen de middag komen er gaten in de bewolking en zijn er steeds meer blauwe plekken te zien. Even later schijnt de zon weer volop, alsof hij nooit weg is geweest. We doen wat boodschappen in de ICA dichtbij en gaan lekker een stuk fietsen. Het is weer vertrouwd heet geworden en wij smeren ons goed in om niet te verbranden.
We rijden een stukje over een fietspad naast de doorgaande weg, maar duiken even later een weg in naar de zee. Daar komen we bij een oud vissersdorp en vandaar kunnen we het hele stuk strand tot aan de camping zien. Even verder zien we een ‘strandkerkje’, daar hebben we nog nooit eerder van gehoord. We kunnen naar binnen middels een joekel van een sleutel die in de deur steekt, om het interieur te bekijken. Een is een heel mooi houten kerkje met een echt traporgeltje. Met diezelfde sleutel willen wij de oude voordeur weer afsluiten, maar dat lukt voor geen meter. De sleutel zit vast! Nou, laat maar………..!

We fietsen verder en komen uiteindelijk weer bij de doorgaande weg uit en die fietsen wij terug naar de camping. Onderweg zien we een grafveld uit de bronstijd, in de vorm van een schip. Het is zo heet dat wij besluiten in de zee te gaan zwemmen, in plaats van het zwembad. Het strand is hier behoorlijk schoon! Maar oh, wat is het water koud! Tegen de tijd dat Jenny uitgezwommen is, is Nico er net door. Maar hij vindt het helmaal geen straf om er weer uit te gaan. Opnieuw valt het op dat het water (nu van het Östersjön) van de zee niet echt zout smaakt. In alle zeeën waar wij hebben gezwommen proef je het zilte zout al aan je lippen, nog voor je in het water bent. De Noordzee, de Middellandse Zee, de Noorse Zee en de Atlantische Oceaan, allemaal zijn ze zout. Maar deze zee tussen Zweden en Finland smaakt dus niet zout.

’s Avonds gaan we een pizza eten bij de plaatselijke pizzeria en we laten het ons goed smaken. We sluiten af met een kop koffie en een typisch Zweeds koekje. Een Mazarin, een groen/bruin mergpijpje, maar dan net even anders.

Zondag 5 juli 2009 Nico 81 / 3.093 km
097Om negen uur loopt de wekker af en komen we wat gammel uit bed; vannacht was niet de beste slaapnacht in deze vakantie. Midden in de nacht, rond 3 uur, hebben we buren gekregen die eerst het halve veld met hun caravan hebben rondgereden en van de enorm veel vrije plekken uitgerekend één naast ons uitpikten op de boel op te zetten. Vermoedelijk in verband met de nachtelijke aankomst van de veerboten laten de campings hier waarschijnlijk de poort openstaan. Fijn voor de nieuwkomers, jammer voor de mensen die willen slapen.
Na de regen van gisteravond schijnt er vanmorgen een lekker zonnetje en waait de was droog in de wind. Maar vergeleken met de vele “hete ochtenden” van deze vakantie is het nu een aardig stukje frisser. We hoeven pas tegen één uur in de haven te zijn, dus breken we op ons dooie gemakje op, inclusief luifel en satellietspullen. Rond kwart voor elf verlaten we de camping. De campingsupermarkt heeft alleen (dure) broodjes, dus gaan we in Visby maar boodschappen doen. Het is maar een klein eindje naar Visby, waar de boot vertrekt. Aan de rand van de stad zien we een terrein met tenten, campers, kraampjes enzovoorts, waar een heuse hondenbeurs gehouden wordt. Misschien dat er daarom zo veel mensen met soms wel vier honden op de camping stonden. Na enig zoek- en overlegwerk lozen we onderweg ons afvalwater en doen rustig boodschappen bij de Maxi (zeg maar Mega-) ICA aan de rand van Visby. Na de boodschappen ritst Nico zijn broekspijpen maar eens aan het bovendeel vast, trekt sokken aan en wisselt een mouwloos hemd om voor een poloshirt; het is vandaag toch wel wat frisser dan voorheen.

Daarna rijden we naar de haven en komen daar samen met de “Gotlandia”, één van de snelle boten van Destination Gotland aan. Al vrij snel kunnen we aan boord. Het belooft een reis met niet te veel passagiers te worden, want het bovenste autodek wordt niet gebruikt. Wel moeten de grotere campers achteruit aan bakboord de boot oprijden. Wij als kleintje mogen gewoon met de normale auto’s aan stuurboord vooruit rijdend de boot op. We zoeken onze stoelen (bij het raam!) op en verkennen het schip een beetje. De vertrektijd is tien voor twee, maar vermoedelijk zijn alle geboekte passagiers al eerder aan boord, want op de aangegeven tijd zijn we de haven al uit.
We gaan een hapje eten in het kleine restaurant aan boord. De prijzen vallen ronduit mee; Jenny neemt een vismenu voor Sek. 84 en Nico een pastamenu voor Sek. 69. Die prijzen zijn inclusief sla, brood en frisdrank plus een coupon voor een kop koffie na afloop. Tegen half drie naderen we Öland en in no-time ligt het schip aangemeerd. Om kwart voor vier rijden we de boot al af. Zowel het op- als het afrijden gaat enorm snel, soepel en probleemloos. Daar kunnen veel maatschappijen op het vasteland een voorbeeld aan nemen. Al met al was dit een heel prettige overtocht. We hebben onze mening over snelboten inmiddels in positieve zin bijgesteld. We nemen de eerste weg “rechtsaf” en rijden naar de “Lange Erik”, de vuurtoren op de noordpunt van Öland. We zien daar “onze” snelboot weer wegvaren.

Het is op Öland ook niet zo warm als we de afgelopen periode gewend waren. De broekspijpen blijven gewoon aangeritst. We geloven de 138 treden van de vuurtoren wel en beginnen aan de “afdaling” naar het zuiden. We volgen de westkust langs het Kalmarsund en zien het Zweedse vasteland aan de overkant. We stoppen in Byxelkrok bij de haven en zien nog net de veerpont / -boot naar Oskarshamn wegvaren. Toen we jàààren geleden vanaf het Noorden naar Öland reden werd ons daar bij de Tourist- Info verteld dat die verbinding al jaren was opgeheven. Kennelijk toch weer uit de mottenballen gehaald (zo ziet het ding er ook wel een beetje uit).

Na het slenteren langs de havenwinkeltjes rijden we verder en volgen de kust, ook als de doorgaande weg het “binnenland” in loopt. We rijden over enorm smalle weggetjes, die -helaas voor ons deel uitmaken van natuurreservaten. Om de paar honderd meter staan borden langs de weg die het verbieden om van de weg af te gaan dan wel te parkeren of te overnachten. Maar mooi is het wel, zo vlak aan zee. Bij Byrum bekijken we de Ölandse Rauken (nooit geweten dat die hier ook zijn) en volgen een onverharde weg langs de kust, ook door natuurreservaten. Net voordat een asfaltweg het binnenland invoert houden de verbodsborden op en komen we op een steeds slechter wordende weg, die uiteindelijk voor een hek ophoudt. De weg is zó slecht dat we niet eens de moeite nemen om te kijken of het hek open kan en keren om. Een klein eindje terug rijdt Nico de weg af op een plekje dat hij kort daarvoor gezien had en dat wellicht een overnachtingsplek kan zijn. Er is geen “reservaatsbeperking” meer, maar we staan wel aan de kant van een veerooster waar meerdere koeienvlaaien liggen. Geen verse en er zijn ook geen koeien te bekennen, maar je moet wel voorzichtig lopen en goed uitkijken waar je je voeten neerzet. Maar gezien de wolken muggen en de gedaalde temperatuur is de kans op buiten zitten toch niet echt meer aanwezig. Jenny moet nog even wennen aan deze locatie en waarschuwt voor de kans op vliegenwolken wanneer morgen de zon al dan niet verhoopt weer gaat branden en al die koeiendingen opwarmt. Maar dat is morgen en dan rijden we gewoon weg. Er zal alleen iemand naar buiten moeten om de level-blokken waar we aan één kant opstaan weer in de fietstas te doen. Die blokken liggen gelukkig op “vlaaivrije” plekken. Tijdens het tikken van dit verslag (nu 20.15 uur) komt de zon nog een beetje onder de wolken weg. Wie weet krijgen we nog een mooie zonsondergang……. Aanvulling om 20.55 uur: Helaas is broeder Zon weer achter de wolken gekropen. Er zijn inmiddels wat auto’s voorbijgereden en er is zelfs een (boeren-) hond uitgelaten. Dat beest moet inspiratie genoeg hebben tussen die koeienvlaaien, zou je zeggen. Er komen nu zelfs wandelaars voorbij, maar die weten vermoedelijk wat hier allemaal op de grond ligt, want ze blijven op de weg.

Maandag 6 juli 2009 Jenny 110 /3.203 km
114Het heeft vannacht flink geregend, buiten ziet het er mistroostig uit. We staan op bij een temperatuur van 12 graden en doen ons dieselkacheltje aan. Nergens is de horizon te zien. In Lottorp doen we boodschappen en kijken we bij de Touristinformatie op internet naar de weersvooruitzichten. Die voorspellen niet veel soeps; het blijft de komende dagen regenen. Eén troost: we zien dat het in Nederland niet veel beter is. Wij beseffen dat we gewoon deze vakantie erg verwend zijn met elke dag “korte broeken weer”, we moeten ons dus een beetje aanpassen. We besluiten in elk geval nog één nacht op dit Öland (=eiland) te blijven, voordat we de Ölandbron oprijden om naar het Zweedse vasteland terug te keren.
Om 12.00 uur zijn we in Sandvik bij een grote Kvarn, een molen die als museum is ingericht. We nemen een kijkje in de molen en drinken daarna in het molenrestaurant koffie met Zweedse cake. Öland Ostkaka med Vispgradde heet het, het kost 45 sek pp en smaakt verrukkelijk. De inrichting doet ons denken aan de molen op Formerum, Terschelling. Daarna rijden we verder zuidwaarts, eerst over Weg 136, later bij Vässby een ongenummerde weg naar beneden. Bij een kerkruïne, Kapelludden, eten we een broodje en vervolgen dan weer onze weg.
Onderweg komen we een serie typische Ölandse Väderkvarnar (windmolens) tegen bij Björby, die we ook van binnen kunnen bekijken. Halverwege de 19e eeuw waren er nog 2000 van deze kleine houten molens op dit eiland; vandaag de dag is hun aantal slechts 400. Toch zien wij er nog heel veel her en der in het landschap staan.

Wanneer we om 15.00 uur op de Stenåsabadetscamping aankomen, begint de zon er door te komen. Eerst nog wat schuchter met af en toe een donkere wolk, later op de middag en begin van de avond weer volop. Het is dan ook weer erg warm geworden en Nico heeft snel de korte broek aangetrokken en de ventilator aangezet. We doen een wandeling in Nordic-Walking- tempo, waarbij Jenny de rubber dop van haar ene stok niet kan vinden (bij de Preikestolen er af gehaald, om met de prikker meer grip te hebben). Om niet teveel lawaai te maken moet zij met de stok zonder rubber schoentje langs de berm lopen. Beetje komisch, dat wel. ’s Avonds koken en eten we in de gemeenschappelijke verblijfsruimte en daarna is het boek lezen, plannen voor morgen maken en internetten. Deze camping heeft draadloos internet, dus kunnen we weer onze mail bekijken. Het snelle internet brengt ons op het idee om via het internet ook TV te gaan kijken op de laptop, hebben we nog nooit eerder aan gedacht!

Dinsdag 7 juli 2009 Nico 241 / 3.444 km.
Om half negen worden we wakker. Het heeft wat geregend en er vallen wat druppels, dus we ontbijten binnen. Dit is een prima camping. Goede voorzieningen, netjes en niet te duur (Sek 200). Alleen in ons niet duidelijk geworden welke van de twee Servicehus- deuren nu voor dames en welke voor heren bedoeld is. Bordjes zijn er niet en de ene keer komt je het toilet of de douche uit midden in een kolonie dames, de volgende keer staan er weer mannen. Of misschien zijn beide ruimten wel “gemengd”. Nadat we afvalwater hebben geloosd vertrekken we om 10.00 uur en zetten langs de Oostkust koers naar de zuidpunt van Öland. Onderweg stellen we vast dat Nico vergeten heeft om de sleutel van het stroomkastje in te leveren. De campingbeheerder heeft er ook niet naar gevraagd; Maxi Culpa dus. Daar moeten we nog wat op bedenken. De zon schijnt weer volop en het is zeker 25 graden, dus na alle natte voorspellingen voor deze dagen boffen we toch wel behoorlijk met het weer. In de buurt van de zuidpunt aangekomen parkeren we bij een natuurreservaat en fietsen een paar kilometer tot het uiterste puntje, waar de “Lange Jan” staat, een vuurtoren met 197 treden. Die beklimmen we allemaal en genieten van het uitzicht rondom. Weer nedergedaald ter aarde nuttigen we een ijsje en in de “Natuurkamer”, een tentoonstellingsruimte van iets dat de regionale Vogelbescherming moet zijn, kopen we een kleine pakketenvelop voor binnenlands gebruik, adresseren deze aan de camping die we vanmorgen verlaten hebben, stoppen de stroomsleutel er in en op de plek voor de afzender maken we netjes excuus voor de overlast, waarna de envelop in de brievenbus gaat. Weer opgelost!

We fietsen terug naar de auto en van daaruit fietsen we nog een stuk door een mooi bos van een natuurreservaat en komen over de “gewone” weg weer terug.
Dan gaan we lunchen aan een picknicktafel. Het is nog steeds warm en zonnig, maar er steekt ook een beste wind op. Er waait een Zweedse “pannenkoek” van de tafel, uiteraard pas nadat het ding besmeerd is.

Na de lunch rijden we langs de Westkust omhoog naar Färjestaden, een plaats vlakbij de 6 kilometer lange Ölandbrug. Aangezien we een groot winkelcentrum vinden wordt de wens om nog wat te shoppen acuut gehonoreerd. Tot kwart over vijf vermaken we ons, Nico koopt zelfs nieuwe teenslippers; de twee jaar geleden in Frankrijk gekochte exemplaren zijn inmiddels aardig versleten. Niet gek voor iemand die tot 2 jaar geleden nog niet dood met teenslippers aan gezien wilde worden.
Wanneer we weer in de auto stappen doen we dat aan de eilandkant in de volle zon. Aan de andere kant van de Ölandbrug zien we Kalmar onder dikke zwarte wolken liggen, waaruit met enige regelmaat bliksemflitsen schieten. We rijden over de brug de donkerte tegemoet, maar het blijft vooralsnog droog. We volgens Weg 25 naar het westen en rond half zes rijden we een regenbui binnen, maar even later ook weer uit. Bij Växjö besluiten we een kookplek en eventueel nachtplek te vinden aan het Helgasjön, een meer benoorden Växjö. We stoppen bovenaan het meer bij een badstandje om te koken. Kamperen is ook hier “förbjuden”. De regen heeft ons ingehaald, want tijdens het tikken van dit verslagdeel (19.25 u.) onweert het en is de lucht boven ons donker (maar recht voor ons naar het Zuiden breekt het zonlicht al weer door. Na het eten gaan we op zoek naar een nachtplek.

Jenny ziet bij dit voor kamperen verboden Badestrand een briefje over een “Natur Camping” in Ekna. Wie weet….
Zodra we de doorgaande weg verlaten en een binnenweggetje volgen, zien we een verwijsbordje naar de “Natur Camping” (3 kilometer). We volgen het weggetje en komen bij de boerderij van Nils Nogwat en zonder ook maar iets van de “camping” gezien te hebben dokt Nico vrolijk Sek 100,- cash-in-the-hand voor één nacht. Lekker geen zin om verder te zoeken, een keer niet laat pas iets vinden, maar mooi op tijd. We rijden door (“Da fobij” werd gezegd en met een bocht om de stal gewezen). Wat we dan aanvankelijk zien als vreemd veld is een dressuurplek voor paarden. We volgen een weggetje en worden een eind verder door Duitse Gästen de goede kant op gewezen. We zien een bordje met de welluidende tekst “One platz” (internationaal gezelschap, die Zweedse boeren!) en zien in het verlengde van de pijl een hobbelweg tot aan het meer. Daar is een soort draaiplek met gravel, waar we vrolijk neerstrijken. Nèt echt in de natuur, maar dan voor 100 Kronen.
De sanitaire faciliteiten liggen een eind verder, bij het eigenlijke kampeerterrein: 2 “toiletten-op-aanhangers-met-leegzuigtonnen”(“Meldt het aan Mats als ‘tie vol is”) met een joekel van een accu voor licht (wat het niet doet). In de buurt van de “toiletten” zijn wel grasveldjes, maar met minder mooi uitzicht en omdat het veel geonweerd en geregend heeft, kiezen wij eieren voor ons geld (Sek 100) en blijven mooi op onze gravelberg staan; dan weet je in ieder geval dat je morgen weer weg kunt komen.
Uiteraard zitten hier veel muggen (combinatie van bos en meer), maar het is wel een plek met een schitterend uitzicht.

Woensdag 8 juli 2009 Jenny 234 / 3.678 km
We worden heerlijk uitgerust wakker, wát een stille nacht is het geweest! Binnen een uur zijn wij weg van deze betaalde natuurplek. Maar niet nadat Jenny helemaal naar het “huuske” is gelopen voor een sanitaire behoefte. Dan ziet zij ook dat de plekken aan het ronde weggetje eigenlijk veel mooier zijn, allemaal aan het meer. Dat hadden we gisteren vanwege de schemer niet gezien. Het meer heet Helgasjön en de weg die ons er naar toe bracht en weer naar Växsjö brengt ligt om dit mooie meer.
We komen we op Weg 25 en rijden naar Ljunby waar we boodschappen doen bij een AG supermarkt. Van deze naam hebben we nog nooit gehoord.

132Daarna rijden we noordwaarts naar Lagan, waar we een elandenshop en elandenparkje bezoeken. Het parkje met een Älgfamilie, bestaande uit 3 mannen, 2 vrouwen en 2 kids is zó bekeken en wij vinden de entrè van sek 50 een beetje veel. Maar op de winkel raakt Jenny niet uitgekeken en zij besluit haar verzameling elanden eens goed aan te vullen. 615 kronen armer en een sticker, een buff voor Nico en 3 elanden rijker gaan we lunchen. Daarna vertrekken via de E4 en later Weg 27 naar Boras. Onderweg bekijken we in Mossebo nog een zeer oud kerkje. De geweldige schilderingen zijn niet op pleisterwerk, maar rechtstreeks op het houtwerk van de muren geschilderd.

Om 16.35 uur komen we aan op de Saltemadcamping in Borås. Deze camping hebben we al twee maal eerder bezocht: 1x in ons eerste Zweedse jaar en 1 x alleen met Paul. Deze keer dus met ons tweeën. We krijgen een plek vlakbij de ingang, niet zo prettig vanwege de drukte met in- en uitgaand slagboomverkeer. Het weer doet gelukkig nog steeds niet wat de weerprofeten voorspelden. Het blijft –ondanks een donkere dreigende wolk- zonnig en warm en dat doet ons besluiten naar het zwembad te gaan. Dat blijkt vlakbij en kost slechts sek 20 pp. Later leest Nico in de campingfolder dat campinggasten op vertoon van hun inschrijving gratis zijn. Maar het zwemmen is er niet minder lekker om.

We eten voor de laatste keer Pytti Panna, de volgende PP moeten we maar bij Ikea in Nederland halen.
We brengen de avond door met dit verslag schrijven, lezen en filmpje kijken.

Donderdag 9 juli 2009 Nico 87 / 3.765 km
Om kwart voor negen worden we wakker. Het heeft vannacht geregend en het is grijs, grijs en nog eens grijs. Tijdens het ontbijt begint het weer te regenen.
Na het opbreken checken we vanuit het autoraam uit, tegen betaling van Sek 260 mogen we doorrijden. We doen boodschappen bij de ICA op “Knalleland”, het grote winkelcentrum van Borås. Daarna gaan we te voet dit winkelgebeuren in. We kopen wat souvenirtjes en Jenny ziet kans een paar mooie Ecco- sandalen te kopen.
We verlaten Borås en rijden over de E4 naar Götheborg. Onderweg stoppen we op een Rastplats en halen de fietsen van het rek om de gekochte souvenirs onder het bed op te bergen. Daarbij breekt er een behoorlijke regenbui los. De fietsen opladen kan wel even wachten, we gaan eerst maar eens lekker lunchen. Rond om ons blijven veel vakantiegangers stoïcijns in de regen aan de picknicktafels zitten, sommigen onder de paraplu en anderen in regencapes met Kabouter Plop- mutsen. Want het is tenslotte vakantie. Na regen komt dit keer geen zonneschijn, maar het is even bijna droog dus gaan de fietsen op het rek en wij verder over de E4 naar Göteborg.

In Göteborg sluiten we bij Liseberg aan in de file naar de E6, ergens wordt een tunnel gerepareerd. We verlaten de file om de E6 naar het zuiden te volgen en komen bij de Kiel- terminal van Stena. Véél te vroeg, tegen tweeën komen we daar aan. Er staan al auto’s en campers in de rij voor de check-in. Omdat het regent gaan we op zoek naar de vismarkt, die we dankzij Jenny ’s kaartlezen en Garmin ’s aanwijzingen snel vinden. We kopen daar twee keer 300 gram verse Sylt (mosterd en room), daarbij vergetend dat we ’s morgens al een pot Sennapsylt en een pot Tomatsylt gekocht hebben. Maar het komt vast wel op! We rijden terug naar de terminal waar het inchecken is al begonnen. Bij de check-in krijgen we sleutelkaarten voor een hut op dek 11 (hoogste dek) en moeten rij 1 volgen. Daar staat niemand en we kunnen zo doorrijden om via de zijkant het hoogste autodeck (5) op te rijden, waar we helemaal doorrijden naar de voorkant en linksaf op 5 centimeter voor de zijklep (= uitgang) stoppen. Morgen zijn we dus als eerste van boord af. Tien over half vier zoeken we onze hut op. En dat is vroeg, want het schip vertrekt pas om 19.00 uur. Voor half zeven hebben we een dinerbuffet geboekt.
Thuis hadden we besloten om voor een paar tientjes meer “Comfort Class” te boeken. Dat zien we nu dus; het hoogste dek (11), via één trappenhuis / lift te bereiken en voor de gang naar de hutten een deur die alleen met de keycard geopend kan worden. Lekker rustig dus! Onze hut zit helemaal aan het einde van een gang, nòg rustiger dus. Aan het begin van de gang zit een kitchenette waar de Comfort Class – gasten koffie, thee en verfrissingen kunnen ophalen, all included. De hut is wat breder dan de “gewone” hutten, heeft laminaat op de vloer en een grote betegelde badkamer. Dat hele feest is de “meerprijs” wel waard.

Aan boord zijn een paar internetterminals en is er draadloos internet. Daarvoor kun je tijd kopen bij de Information-desk. Blijkt voor 3 uur online € 5,50 of Sek 60 te kosten. De kaart is snel aangeschaft. Het is weliswaar internet via satelliet, dus ietsjes trager dan ADSL of breedband, maar dat mag de pret niet drukken.

Tegen half zeven gaan we naar “Taste”, het vernieuwde buffetrestaurant van de “Stena Germanica” en krijgen tafel 21, achteraan bij het raam. Daar hebben we al vaker gezeten. We kunnen merken dat we nu in het hoogseizoen vakantie hebben, want het is behoorlijk vol (en druk!). Bij de entree van het restaurant werd al gevraagd of we van “Pelikan” waren. Busreis, georganiseerd, wij? Nee, dank u. Wij niet. Er zijn in ieder geval een Duits en een Nederlands reisgezelschap. Behoorlijk druk, veel geluid. Maat het eten smaakt er niet minder om. Het schip vertrekt 20 minuten over tijd en we bekijken dit zoals eerder vanuit het restaurant.
Op tafel vinden we een interessante folder over het ontstaan van het Smörgåsbord; In de 18e eeuw bestond het Brännvinnsbord”, de “brandewijntafel”, bestaand uit verschillende sterke dranken, haring, kaas en brood. Dit werd staande voorafgaand aan de maaltijd genuttigd. Gaandeweg zijn er meer gerechten toegevoegd, tot de maaltijd ontstond zoals die nu bestaat. In grote lijnen moeten er vijf “ronden” worden gevolgd:
Verschillende soorten haring, knäckebrood en kazen.
Gerookte, gezouten en gekookte vissoorten
koude gerechten, bessen, geroosterd vlees en worstjes
kleine warme gerechten, aardappelen, vleesballetjes en worstjes
verse vruchten en zoete desserts

Na afloop van de maaltijd – waarbij bovenstaande volgorde overigens niet is aangehouden – halen we een frisse neus aan dek en doen daarna boodschappen in de winkel. Teruggekomen in de hut zijn we net op tijd voor het NOS- journaal van acht uur dat rond half negen op BVN (Beste van Nederland) wordt uitgezonden. Via de TV in onze hut kun je behalve de voortgang van het schip kijken naar Zweedse, Deense en Duitse TV + de satellietcentrum BVN. Al eerder deze vakantie zijn we er achter gekomen dat we wanneer we geen satellietspul hebben opgezet maar wel over internet beschikken gewoon naar het journaal kunnen kijken via NOS.nl of Journaal24.nl. Handig allemaal. De lucht breekt een beetje open, maar de zon zien we niet meer. Via het weerbericht op TV zien we dat het thuis al niet veel beter is. Zaterdag zal het waarschijnlijk één dag droog zijn. Dat zou mooi zijn. We zien wel.
Voorlopig moeten we het doen met een wat slingerend schip met windkracht 8.

Vrijdag 10 juli 2009 Jenny 514 / 4.279 km
We staan bijtijds op, maar zijn dan ook al tweemaal gewekt door de boordradio. We ontbijten in een ander restaurant dan gebruikelijk, want het is heel druk. Halverwege de maaltijd wordt er via een omroep gevraagd of mensen die klaar zijn met eten plaats willen maken voor de volgende groep eters. Om 9.00 uur komen we in de haven van Kiel aan en tien minuten later zijn wij van boord. Het valt ons op dat de procedure met Stena Line een stuk vlotter gaat dan met Color Line, want voor we het weten zitten we al op de snelweg naar Hamburg.

Daar begint de ellende, want van af 30 km voor Hamburg tot aan Bremen is het geregeld filerijden. Om 10.35 uur gaan we de Elbetunnel in, voorbij Hamburg moeten we een stuk over Weg 7, richting Hannover om later weer op de A1 terug te komen. Het schiet niet echt op dus, maar we realiseren ons ook dat het weekend is aangebroken. Om 12.30 uur nemen we een shoppauze vlak voor Bremen. Mark heeft gebeld om te vragen of wij bij een bepaalde winkel in Duitsland een cadeautje willen kopen. Dat doen we en we eten er meteen maar een lekker broodje. Het is en blijft deze dag regenachtig, het zicht is slecht en het is druk op de weg. Deze keer rijden we over Groningen, want we hebben Mark beloofd dat hij mee kan rijden naar Zwolle. Om 15.10 uur zijn we in Leer, 0m 15.20 uur bij de Nederlandse grens en om 16.10 uur staan we bij Mark voor de deur. Ook in Groningen is het druk, want er wordt aan de ringweg gewerkt. Een krap uurtje later arriveren we in Zwolle voor ons huis en is deze vakantie inmiddels verleden tijd.

Klik hier voor de 140 foto’s

2009: Meivakantie Schotland

Een korte campervakantie naar Schotland. In 2006 zijn we daar met een (tijdelijke) personenauto geweest voor een superkorte hotelvakantie (1 nacht boot, 2 nachten hotel en 1 nacht boot. Zie betreffende verhaal. We hebben toen eigenlijk maar 1½ dag in de Highlands doorgebracht. Dat was reden genoeg om het een keer met de camper over te doen en dan iets langer: een volle week.

Woensdag 29 april 2009 Nico01
We rijden om 13.35 uur de straat uit, na Mark van het station te hebben gehaald die met de boot van de Reddingsbrigade en het Bevrijdingsfestival aan de slag gaat. Na een kopje koffie gaan we op pad. Iets meer dan 2 uur later na een paar files komen we in IJmuiden bij de terminal aan. Onderweg meent Jenny iets aan ongewone autogeluiden te horen. Nico hoort dat eerst niet, later meent hij wel wat te horen, maar besteed er geen aandacht aan. (Stom!).

Volgens de DFDS- brochure begint het “auto’s laden” al vier uur voor vertrek, dus om half drie. Uiterlijk om vier uur moet de autorijders aanwezig zijn. De vorige keer kwamen we vijf minuten na vertrektijd aan en hebben we het beladen niet mogen meemaken. Nu wel, en het bevalt absoluut niet. Geen idee hoe ze kans zien om een schip dat elke dag vaart zó klungelig te beladen, dat wij pas om half zes, de vertrektijd, aan boord rijden terwijl er dan nog steeds auto’s op de kade staan te wachten. We komen terecht op het eerste verhoogde autodek (dek 4). Waarom de spiegels ingeklapt en de auto’s op twee centimeter na tegen beide muren gezet moeten worden terwijl de middelste rij leeg blijft is een volslagen raadsel. Onze hut is op dek 6, dus maar 2 verdiepingen trappen lopen. Dat valt dus mee. We vertrekken uiteindelijk om 10 over zes, veertig minuten te laat, maar zoiets wordt ’s nachts blijkbaar met gemak ingehaald. De hut is “effe wennen”; Een z.g. 2-persoonsbed, vrij smal, dwars in de hut voor het raam(-pje), zodat je op bed moet kruipen om naar buiten te kijken. Heel krap allemaal. De badkamer is ook even wennen: het wandtoilet hangt in de douche boven de douchevloer; dus na het douchen schoenen en sokken uit als je wilt plassen!! We halen eerst een drankje op het “upper sun-deck”. Lijkt de bioscoop in Zwolle wel: € 4,95 voor een Grolsch- beugeltje! En de wijn voor diezelfde prijs zit in een plastic bekertje. Maar lekker en gezellig is het allemaal wel.

Toen we per internet boekten konden we alleen ver na achten een zitting in het buffetrestaurant reserveren, dus hebben we dat niet gedaan. We mogen aan boord wel vragen of er intussen plaats is gekomen.  Er blijken nu geen afvallers te zijn geweest, want de eerste mogelijkheid is nog steeds 20.45 uur en dat vinden we veel te laat. Voor de terugweg hebben we wel vooraf geboekt. We gaan nu maar een hapje eten in de zelfbedienings- eetgelegenheid; “Fisch & Chips + soda” voor € 14,75 p.p. Ook niet echt goedkoop, maar het vult wel enorm! Daarna even “uitbuiken” en lezen op bed (stoelen zijn er niet!), de zonsondergang vanaf het hoge dek bekijken en de winkel bezoeken. Zo is de avond gauw om en kort na middernacht gaan we op stok.

Donderdag 30 april 2009 Nico
We worden om half acht door de boordomroep gewekt. Beetje slechte nacht gehad; het was soms erg warm in de hut, de materassen waren te zacht, de bedden erg smal, dus uitgerust wakker worden is er dus niet bij. Nico ’s telefoon verricht om 7.45 uur (scheepstijd = Nederlandse tijd) zijn wekkerdienst en vervolgens klimmen we maar eens uit bed. Een tijdje later zitten we aan het ontbijtbuffet in het “7 – Seas Buffetrestaurant”. Na een uitgebreid ontbijt gaan we aan dek om het binnenvaren te bekijken. We leggen pas om 10.00 uur aan en kunnen dan gelijk ons horloge een uur terugzetten naar 9 uur. Om 9.10 uur plaatselijke tijd legt de “Princess of Norway” aan in Newcastle. Het “afladen” gaat zo mogelijk nog beroerder dan het beladen, want een uur later, om 10.10 uur, rijden we pas het autodek af. We passeren de Engelse douane en gaan –linksrijdend! – op pad. Deze keer niet schuin omhoog naar het Noordwesten richting Edinburgh, maar recht naar het westen, richting Carlisle. Van daaruit kom je via de Motorway snel in Glasgow. Al snel verlaten we de A96 en rijden langs “Hadrians Wall”, een muur van de oost- naar de westkust die in 211 na Chr. in opdracht van de Romeinse keizer Hadrianus is gebouwd, met om de 1½ kilometer een fort en tussen alle forten 2 torens. Van de muur zijn nog lage stukken over, met vaak een voetpad er langs. We stoppen in een dorpje waar nog een ruïne van een Romeins fort en een stuk muur is opgegraven.

Wanneer we lunchen belt Paul met nieuws over de afgeblazen Koninginnedagviering in Apeldoorn. Er is iets ergs gebeurd, maar het is allemaal nog niet duidelijk wat. Na de lunch gaan we een half uur wandelen, ook dwars door weilanden tussen de schapen en rijden daarna weer via de A96 naar de snelweg naar Glasgow. Jenny meldt opnieuw gerammel te horen. Nico hoort het nu ook weer en we vinden dat het geluid steeds harder wordt. We rijden rustig naar een parkeerplaats en komen er achter dat alle wielbouten van het linkerachterwiel los zitten, en niet zo’n klein beetje ook!! We draaien het zaakje vast en daarna is het geluid weg. Vermoedelijk bij het wisselen van winter- naar zomerbanden vergeten aan te draaien met de momentsleutel. Je moet er niet aan denken wat er gebeurd had kunnen zijn wanneer onderweg het achterwiel voorbij was komen rijden…..Gelukkig dat ons beschermengeltje kennelijk ook een kilt draagt. Vlak voor Glasgow geven we ons Garmin- apparaat een dorpje op bij Loch Lomond, waar we drie jaar geleden gewandeld hebben. We komen in Glasgow in de spits en dus de file terecht. Zodra we van de snelweg worden afgeleid gaan we dwars door de stad (redelijk vlotjes!) richting Drymen en komen daar bij het hotel van de vorige reis. Nico is daar zo van onder de indruk dat hij na het keren van de weeromstuit weer rechts gaat rijden, wat we dankzij de waarschuwing van Jenny (is haar taak deze vakantie) doorkrijgen. Dat brengt het totaal van het rechtsrijden in een linksrijdend land van deze dag op vier. Beetje zorgelijk!

19

We volgen de doodlopende weg langs het Loch Lomond en vinden een parkeerplaats met toilet (overdag open), waar de slagboom ’s avonds dicht gaat. We rijden door, langs 2 campings, dus plek is er altijd wel en we komen uiteindelijk bij de parkeerplaats en een (gesloten) informatiegebouw waar we drie jaar geleden parkeerden voor een wandeling. Er staat al één Britse camper (één Brit, twee honden) en wij zoeken een plekje met de kont naar de wind en uitzicht op het meer. Het is droog, na een paar spatjes onderweg, maar hier heeft het best wel geregend en het is rond de 13 graden buiten. We besluiten hier te blijven en zetten de boel vlot op, inclusief hefdakisolatie. Korte tijd later zitten we aan een dampend bord macaroni. We gaan heel kort websurfen vanwege de problemen in Nederland, maar via GSM-telefoon gaat dat niet zo snel. Daarna belt Paul ons en even later bellen wij met Mark en weten wij wat er gebeurd is op deze vreslijke Koninginnedag. De eerste volle Schotlanddag zit er dan al weer grotendeels op.

Vrijdag 1 mei 2009 Jenny
Deze morgen laat de zon zich niet zien als wij het bed voor de ontbijttafel verruilen. Om 10.00 uur zijn we weg van deze mooie nachtplek en staan we op de eerste P- plaats langs deze weg, om van het toilet gebruik te maken. Het regent ondertussen behoorlijk en wij kijken ietwat meewarig naar de vele wandelaars die bepakt het wandelgebied in trekken. Hier horen wij van een Schotse parkwachter wijsheid: “I’d rather be wet then thirsty”. De man had wijzend naar de regen eerder ook al gezegd dat het “mooie, prima regen” was.

We doen boodschappen in Alexandria in een Coop, deze staat nota bene gewoon in onze Schotse wegenatlas aangegeven. Daarna tanken we diesel en volgen weg A82 langs het Loch Lomond naar het noorden. Onderweg lunchen we op een parkeerplaats bij een Visitorcentre met mooi uitzicht over het water. Ondertussen laat de zon zich geregeld zien en dan is het ook meteen lekker warm. Wanneer wij het Loch verlaten komen we op weg 82, in de Highlands van Scotland en volgen een prachtige route. Deze weg heet de “noodlotsvallei”, want hier werden in 1692 veertig leden van de Mac Donalds Clan afgeslacht.

Gewoon voor de fun rijden we een zijweg van de A82 in, een zgn. `single track road`, van 20 km heen en weer terug, een eenbaansweg met uitwijkplaatsen. Daar komen we herten op de weg tegen, zoals rendieren in Scandinavie. Maar het kleine vliegtuigje dat laag door de vallei scheert doet ons schrikken. Overigens lijkt de omgeving heel veel op Noorwegen met zijn Ben’s (bergen) met sneeuwtoppen, Lochs (fjorden), Glens (dalen) en vele watervallen. Het is een schitterende weg door het Glen Etive, naar het Loch Etive en onderweg zien we veel natuurkampeerders met tenten staan. De brem staat in volle bloei en dat geeft de route iets feestelijks.

We vervolgen Weg A82 tot Fort William en zoeken daar de camping die naar de hoogste berg van Groot Brittannië is genoemd: camping Ben Nevis: 1.344 meter hoog. We komen om 17.30 uur op de camping aan en vinden een plekje op een verhard stuk met grit. Prettig, want zo lopen wij geen vuil naar binnen. We drinken een wijntje in de laatste zonnestralen, maar ik durf niet te kijken bij welke temperatuur dit is. Het weer is vandaag erg wisselend: zon, regen, wind, bewolkt en dat in verschillende volgordes. We eten een makkelijke wokmaaltijd (ik vermoed vegetarisch, want ik heb geen vlees gevonden) en gaan een klein eindje fietsen. Een stukje verder dan de camping is een restaurant waar we gratis kunnen internetten en daar gaan we koffiedrinken en internetten. We lezen het afschuwelijke nieuws van Koninginnedag en lezen onze mail. Ook sturen we de kids een e-card van Schotland.
Het is vol en druk in de lounge van het restaurant en zien doet drinken. En ach, een biertje en een wijntje lusten wij ook wel.  Het blijkt ook helemaal niet zo duur te zijn, samen met die grote pot koffie betalen we         £ 11,50.
Daarna wordt het tijd om de douche op te zoeken, want die ruimte gaat om 23.00 uur dicht. En dan weer bijtijds naar bed, want dat doet iedereen hier, geloof ik.

Zaterdag 2 mei 2009 Nico
We staan –geheel zonder wekker- op rond de klok van negenen, na een goede nachtrust. Van de weg die een eindje achter de camper loopt hebben we geen last gehad. Rond kwart voor tien verlaten we deze prettige camping, die met £ 16,50 niet echt duur is. Na een tussenstop bij een grote souvenir- , kleding- en drankwinkel gaan we weekendboodschappen doen in een grote supermarkt in een shopping center dat we gisteren al zagen. De prijzen vallen hier best wel mee. Rond 12.00 uur verlaten we Fort William om de trapsluizen in het vlakbij gelegen Caledonian Canal te bekijken; acht op een rij. Lijkt warempel wel op het Göta Kanal in Zweden. Daarna rijden we de A 82 op, richting Inverness. We lunchen onderweg bij een mooi uitzichtpunt bij een oorlogsmonument. Ook nu wisselen zon en regen elkaar in een rap tempo af. Na de lunch rijden we door en komen langs “Loch Lochy” (“What ’s in a name? “) en komen dan aan bij Loch Ness. De camping die we bij dit meer op het oog hebben ligt zó dicht aan de weg dat de aandeelhoudersvergadering unaniem kiest voor doorrijden. Na een tussenstopje bij Urquhart Castle, inclusief “Live doedelzakspeler”, komen we aan in Milton en bezoeken daar à £ 5,- p.p. de “Loch Ness Monster Exibition” en bekijken daar o.m. een film over Nessie. Erg leuk allemaal, maar wij hebben ‘m onderweg in ieder geval niet gezien….eh, Nessie bedoel ik.
23We rijden –met prima aanwijzingen van Garmin, jammer alleen dat er maar één Nederlandstalige stem beschikbaar is – moeiteloos naar de camping in Inverness, waar we prompt moeite hebben met de camping zelf: een omheind grasveld naast een sportstadion; dàt lijkt ons niks voor twee nachten. Op onze perfecte Engelse wegenatlas ontdekken we een camping boven het “Beauly Firth”, een meer links boven Inverness. Geholpen door Garmin rijden we erheen via weer zo’n eenbaansweg met uitwijkplaatsen. De camping aan de noordoever van het meer blijkt een (sta-) caravanparkje te zijn waar geen tent, gewone caravan of camper te ontdekken valt. Op de kaart zien we nog twee campings: één recht tegenover de zojuist afgekeurde camping aan de zuidoever van het meer en één aan de zuidwestkant. Met de verrekijker zien we caravans en tenten op de tegenovergelegen camping, dat weten we vast.

We volgen zo goed mogelijk het meer, maar kunnen de camping aan de zuidwestkant niet vinden. We komen uiteindelijk bij de camping die we met de verrekijker zagen: Bunchrew Camping and Caravan Park. Daar betalen we voor £ 14,- alvast één nacht, met de mogelijkheid tot verlenging. Die kans zit er wel in: we staan met een prachtig uitzicht op het meer op een prima plek en zetten gelijk maar de luifel op, dan kunnen de stoelen een keer ’s nachts buiten laten staan. Satellietontvangst lukt deze keer niet; het hele spulletje wordt weer opgeborgen. We kunnen wel een paar Engelse (of Schotse) zenders ontvangen, alleen moet het geluidssysteem van de TV anders ingesteld worden. Het is hier niet alleen eigenwijs links blijven rijden; zelfs met TV- geluid moeten de Engelsen het ook weer anders doen….
Na het eten maken we een fietstochtje, maar veel is er op dat gebied niet te beleven. Het dorp Bunchrew bestaat uit een paar huizen en “That ’s it, folks!”. We fietsen nog een stukje over de doorgaande weg, op zoek naar een restaurantje voor morgen, maar dat lukt niet. Bovendien is het fietsen hier niet echt prettig, want de auto’s mogen hier op tweebaanswegen buiten de bebouwde kom 60 mijl rijden, oftewel 96 kilometer. Voor velen is dat echter de absolute minimum snelheid… We zullen morgen wel zien.. Wie weet wordt het weer nog beter, hoewel het vandaag tussen de buien door ook best wel aardig is geweest.

Zondag 3 mei 2009 Jenny
Het is al na tienen wanneer wij eindelijk opstaan. We hebben lekker uitgeslapen. Terwijl wij uitgebreid brunchen wordt het beddengoed tussen de buien door gelucht. Vandaag is het koud, nat en zonnig en we genieten van het niks doen. ’s Middags willen we bijbetalen voor de komende nacht, maar pas bij de tweede poging komen we de campingbaas tegen. Hij heeft geen sleutel bij zich van het kantoortje en vraagt ons morgen terug te komen. Geen probleem! Daarna gaan we een wandeling maken langs het water, waar het inmiddels eb is geworden. Beauly Firth heet dat water; het staat in verbinding met de Noordzee. In Noorwegen zou het een fjord heten, want de inham gaat een eind landinwaarts. Het lopen gaat over ongelijk terrein en al gauw zitten onze wandelschoenen onder de blubber. Wanneer we de gewone weg dichtbij zien, proberen we langs een pas ingezaaide akker er te komen. Het lukt en we puffen even uit in een bushokje, want we zijn best wel heet geworden van deze tocht. Langs de weg (rechts natuurlijk, in plaats van links!) lopen we terug naar de camping. We hebben geluk, want tijdens onze wandeling valt er geen spatje regen. Tijdens het laatste stukje naar de camping begint het ineens te hagelen; dat hebben we nog niet gehad.

Terug op de camping wordt er gedoucht. Midden op de dag heb je de meeste kans om weer lekker warm te worden, is onze ervaring. Goed gegokt, want Jenny bevriest zowat in de onverwarmde ruimte en Nico verbrandt bijna onder de straal. Vreemde lui die Schotten, hebben zeker nooit van verwarmd sanitair gehoord. Het is Nico ’s beurt om eten te koken en hij heeft de eer om de pannenkoekenshaker van Super de Boer uit de proberen. In zo’n ding zit wat meel waar je wat melk bij moet doen, dan flink schudden en klaar is je beslag. Tot zover is het ding handig en lukt het goed om beslag te maken. Maar bij het bakken komen er niet zulke lekkere pannenkoeken uit de pan als we gewend zijn. Het ding mag daarom niet blijven en belandt in de afvalzak.
De avond brengen we door met lezen, dit verslag schrijven en een spelletje.

Maandag 4 mei 2009 Nico
We staan om half negen op. Na het ontbijt volgt traditiegetrouw het opbreken. Het lukt om de luifel zo goed als droog op te bergen, want de Schotse regen laat ook vandaag geen verstek gaan. Het uitzicht is nu beperkter; er zijn heel wat bergen in de wolken verdwenen. Onze fietstas blijkt heel stevig, want bij het van-de-blokken-rijden parkeert Nico het rechterachterwiel er bovenop en zelfs dat overleeft ‘ie (de tas en Nico ook). Na betaling van £ 14,- voor de tweede nacht verlaten we de camping om kwart over tien. Jenny rijdt naar Inverness en omdat het niet lukt voor de stad te wisselen rijdt ze ook de stad in. We stoppen bij een Aldi, maar die heeft niet alles wat we willen. Nico probeert een grote supermarkt te vinden en een rondrit door de buitenwijken en industriegebieden van Inverness is het onvermijdelijke gevolg. Wanneer we Garmin instellen op een plek buiten Inverness komen we net buiten de stad gewoon terecht bij een megagrote Tesco supermarkt, die 24 (!!) uur per dag open blijkt te zijn. De caissière geeft in rap Schots- Engels aan dat we het “Culloden Battlefield” moeten bezoeken, waar ooit een grote veldslag heeft plaatsgevonden. Dat is volgens haar de enige “vijfsterren tourist- attraction” in de wijde omgeving. We rijden erheen en bekijken na betaling van £ 2,- parkeergeld het buitengebeuren, waar men in het verleden plachte elkaar af te slachten, maar omdat we noch Engels noch Schots zijn, gaan er geen nationalistische lampjes bij ons branden. £ 10,- p.p. voor de tentoonstelling in het onvermijdelijke Visitor Centre vinden we wat veel en we stellen terug in de auto Garmin in op Fort George, een enorm groot fort annex garnizoensplaats uit 1746, gelegen aan zee.

40

Daar aangekomen lunchen we eerst en kopen daarna toegangskaartjes en een souvenirboek. Voorzien van een soort mp3-spelers-zonder-hoofdtelefoon, die bij genummerde plaatsen in het fort toelichting geven (in het Engels, Dutch was niet voorhanden) bezoeken we het fort, dat ook nu nog militairen herbergt, dus we mogen niet overal in. Mooi is het allemaal wel, alleen is het erg koud, waait het erg hard en valt er met (Schotse) regelmaat de nodige regen. Om kwart over vier verlaten we het fort. Na het waterlozen en vuilnis dumpen (prullenbakken op parkeerplaatsen zijn hier met een lampje te zoeken, dus dat wordt verzamelen…) moeten er nog 2 ansichtkaarten voor Mark en Paul worden gepost. Bij een brievenpus zien we iemand in een bestelwagentje van de Royal Mail stappen; die bus is dus net gelicht! Jenny sprint erheen en mag de linkervoordeur open doen en de kaarten in de postzak stoppen. Scheelt weer een dag! Daarna de vraag waar we zullen overnachten: camperparkeerplaats, in de natuur of op een camping. Gezien de lage temperaturen spreekt het elektrische kacheltje wel aan en gaat de voorkeur toch wel uit naar een camping.

We rijden richting Aberdeen over de A96, die na enige tijd de kust verlaat en door het “binnenland” verder gaat. Jenny stuurt ons met behulp van de schitterende wegenatlas en haar aangeboren “kaartkunde” naar de kust, waar we diverse kleine campings bekijken. Of te klein of te open, maar allemaal met véél te veel wind. We geven onszelf tot zeven uur de tijd om wat te vinden, dan maar weer weg van de kust. Bij één van de bekeken en afgekeurde campings staat bij een café een reclamebord van Douwe Egberts. Dàt klinkt Nederlands en Nico rijdt prompt aan de rechterkant van de weg verder. Dáárom wil die auto van rechts die we toch netjes voorrang geven maar niet doorrijden! Weer een ervaring rijker vinden we uiteindelijk in Portsoy rond kwart voor zeven tòch nog een kleine camping aan zee, waar het niet zo hard waait.

Nico betaalt via een raam van de stacaravan van de “warden”. De camping kost maar £ 7,50. De “raamdame” snapt eerst niet dat we ook stroom willen, maar vindt nabetalen ook maar lastig: “Go and stand anywhere you like and use the electricity!”. Scheef is het hier wel, dus we staan uiteindelijk wel ietsjes voorover, niet helemaal waterpas dus. Tijdens het koken gaat nu dan toch eindelijk de gasvlam minder branden. Na 2 jaar (!!) is onze Zweedse gastank van de mei/junivakantie 2007 dan toch eindelijk aan het opraken. Na het eten verwisselt Nico de lege tank voor een volle en brandt het gasstel weer als vanouds. Nico heeft vannacht kennelijk verkeerd gelegen: vanmorgen nog loopt hij krom en stram als een oud mannetje, vanmiddag zit er een lastige spierpijn in de linkerbovenarm/schouder, waardoor de simpelste handelingen behoorlijk pijnlijk zijn. De ouderdom komt met gebreken…..

Deze avond is er tussen de traditionele Schotse regen door zelfs zo nu en dan een stuk blauwe lucht te zien; dat geeft hoop, want volgens kenners is het aan de oostkant van Schotland droger dan aan de westkant en april en mei schijnen de beste “weermaanden” te zijn; nog even afwachten of dat klopt.

Dinsdag 5 mei 2009 Jenny
Wanneer wij de gordijntjes open doen zien wij een stralende zon naar binnen schijnen. Na alle ochtendrituelen vertrekken wij om 10.15 uur van deze camping en rijden we richting Aberdeen. Op dat moment is de zon al weer verdwenen en vallen de eerste druppels uit de lucht. We doen boodschappen in Huntly bij een grote Asda-winkel. Twee dingen vallen steeds weer op: de boodschappen zijn hier helemaal niet duur en de caissières babbelen er lustig op los, terwijl ze ook nog de boodschappen voor je inpakken. Na het shoppen rijden we nog even naar het centrum om wat geld te pinnen. Het blijkt dat we allemaal Schotse biljetten uit het apparaat krijgen en we twijfelen of we die straks in Engeland wel kwijtraken. We vragen het binnen in het bankgebouw en de dame achter het loket wisselt ze allemaal om voor Engelse biljetten. Zij vertelt erbij dat men in Engeland ze wel behoren te accepteren, maar dat er nog vaak moeilijk wordt gedaan.
Via de A96 rijden we via allerlei tussendoorweggetjes naar Banchory om een mooi kasteeltje (een z.g. “Towerhouse”) te bezoeken, het Crathes Castle and Gardens. Daarna willen we het Royal Deside Rly bezoeken, maar we kunnen het niet vinden. Het staat op onze wegenatlas vermeld en we denken dat het een oude trein moet zijn. Jenny rijdt via weg A957 een stuk richting kust, want we willen het Dunnottar Castle bij Stonehaven (onder Abderdeen) bekijken. Dit is een kasteelruïne op een rots, die aan drie kanten in zee steekt, net als Le Mont St. Michel in Frankrijk. We bekijken alleen de buitenkant, want voor de binnenkant hebben we geen tijd meer. Een kleine berekening leert ons dat wij nu beter via de snelweg, de A90, naar Edinburgh kunnen gaan in plaats van afzakken langs de kust. Er is toch niet veel te zien van de mooie kust, want het regent maar door. We hadden juist vandaag gehoopt een wandel- of fietstocht te kunnen maken, maar vanwege het slechte weer zien we daar van af. We hebben zelfs de prachtige tuinen van het Crathes Castle niet bekeken vanwege de regen.

We tanken in Dundee en ons campertje blijkt zich keurig te hebben gedragen in Schotland, 1:12,5 heeft hij gereden. Daarna belanden we op de M9, een supersnelle snelweg naar Edinburgh. Die bereiken we middels een heel grote brug over het Firth of Forth.
Om de camping te vinden die Jenny op het oog heeft hebben we Garmin uitgezet, anders worden we gek van het zinnetje “herberekening”. Maar de plattegrond van deze grote stad geeft niet alle straten weer en uiteindelijk gebruiken we Garmin om bij een kasteel te komen dat vlakbij de camping moet liggen. Van daaruit vinden we de verwijsborden en even later hebben we de camping gevonden om ongeveer 19.00 uur. Het is even zoeken naar een recht stuk, maar uiteindelijk lukt het ons om zonder gebruik van de oprijblokken een plekje te vinden. Het was ons plan om vandaag in een restaurant te gaan eten, maar het enige restaurant in de buurt is een eindje hier vandaan. Op de fiets worden we te nat en lopend is ons te ver. Jenny besluit de maaltijd die voor morgen bedoelt is klaar te maken en even later genieten we van tortellini met kaas, spinazie, hamblokjes en rauwkostsalade. Heerlijk!

Het is een vrij luxe camping, en momenteel erg rustig, behalve dan de vliegtuigen die overvliegen. Hopelijk wennen we daar aan. Er is aansluiting voor kabel TV, maar onze kabel past niet, helaas. Later ontdekt Nico dat we draadloos internet hebben en dat is voor Jenny juist weer leuk nu zij haar boek vroegtijdig uit heeft. Het wordt dus een avondje ontspannen, misschien wel een filmpje pakken op internet?

Woensdag 6 mei 2009 Nico
We staan op zonder wekker en de zon schijnt al weer vrolijk. Naar oud- Schotse traditie niet te lang, want een tijdje later regent het weer gewoon. Om half elf verlaten we deze leuke camping die het tarief van £ 21,20 best wel waard is. We bemerken dat de Schotten bij een beetje zon (die er dan nog net is) en maar 12 of dertien graden al gelijk met korte mouwen en zelfs in topjes lopen. Wat zouden ze doen bij 25 graden? We gaan shoppen bij de Tesco en laten ons daarna door Garmin naar Edinburgh Castle geleiden. Door een opgebroken straat zijn de “herberekeningen” van Garmin niet van de lucht, maar we komen er toch maar mooi. We vinden zowaar een parkeerplaats à £ 2,- per uur en door een gebrek aan muntgeld kunnen we voor iets minder dan 2 uur staan. Dat moet lukken. Rond 12.00 uur hebben we kaartjes gekocht en bekijken we op eigen gelegenheid het kasteel, de kroonjuwelen en nog veel meer. Best wel indrukwekkend, alleen die regen begint wat te vervelen.

65Tegen half twee gaan we weer terug naar de auto en rond twee uur rijden we Edinburgh uit. Via de A68 rijden we richting Newcastle. Drie jaar geleden namen we de kustroute, maar door het regenachtige weer gaan we nu maar “binnendoor”. We lunchen op een heuvel tussen de schapen en de regendruppels en stoppen een tijdje daarna bij een uitzichtpunt, waar Jenny kans ziet om in een hondendr… (“dropping”?) te stappen. Lastig, dat wel. Smelly, isn’t it? De “grens” tussen Schotland en Engeland bekijken we vanachter de camperramen; er bestaat een ernstig risico op wegwaaien en droog blijf al je helemaal niet. We rijden dus (van binnen) droog Engeland in. Een eindje boven Newcastle volgen we de A68 nog even in plaats van de A96 die rechtstreeks naar Newcastle gaat; Bij Bellingham –in een natuurgebied- ligt een camping en wellicht kun je in het dorp wel eten. Er zijn inderdaad eetgelegenheden in het dorp, maar de camping ligt er een eind buiten. Lijkt niet handig om nat te regenen op de fiets of weg te waaien met de paraplu’s. Lijkt aardig op gisteren in Edinburgh. We rijden maar door en komen via allerlei binnenweggetjes (smal!!) uit op de A69, die we een week geleden in tegengestelde richting volgden. Bij Newton gaan we er af, omdat er volgens een bordje binnen een mijl een camping moet zijn. Die is goed verstopt zeg en wij keren dus om naar de snelweg. Dan maar richting Newcastle en een camping in of bij de stad. Ten zuidwesten van Newcastle vinden we een camping op de kaart, vlak bij het “Beamish Open Air Museum”. Dat museum staat in Garmin en wanneer we de route volgen komen we uit bij de verwijsborden naar de camping en even later bij de camping zelf. “Bobby Shafto Caravan Park” heet dit waarlijk festijn: een verzameling stacaravans en een veld met passantenplaatsen.
We proberen de uitgereikte maffe plattegrond te volgen en rijden ons muurvast tussen de stacaravans. Wanneer we eindelijk snappen dat de getikte plattegrond niet op de camping in zijn geheel slaat, maar slechts op het “trekkersterrein” rijden we op 10 meter na onze (toegewezen!!) plek langs, maar moeten nog een grote omweg maken over een hobbelpad omdat die idioten hier “eenrichtingsverkeer” hebben, terwijl er op dit deel van de camping amper levende wezens te bespeuren vallen, laat staan er enig verkeer van betekenis is, onze blauwe camper uitgezonderd. Obelix wist het al: “Rare jongens, die Britten”. Maar we hebben een plek à £ 17,-; uit eten zit er ook hier niet in, dus wordt de vanmorgen ingeslagen “noodmaaltijd” bereid. Na eten en afwas draaien we de bus maar om, want de wind wenst nu niet te gaan liggen en we staan met de kop (en het hoge tenthefdak) in de volle wind. Na de succesvolle draaioperatie waait het nog steeds, maar klinkt het binnen al een stuk minder “eng”. ’s Nachts het dak naar beneden doen kan altijd nog…..
Morgen gaan we Newcastle verkennen; we hebben helemaal geen info over die stad, behalve dat we er morgenmiddag vandaan varen. Afwachten dus wat we er van vinden. Toen we over de snelweg deze kant op reden, zagen we een stuk van Newcastle in de volle zon liggen; die is naar aloude traditie zo van zichzelf geschrokken dat ‘ie van de weeromstuit gelijk weer achter de wolken dook, maar het is op wat motregendruppeltjes na wel droog gebleven. Maar het stormt nog steeds aardig. Raar land met zo mogelijk nog gekker weer….

Donderdag 7 mei 2009 Nico
We staan op en de zon schijnt ongebruikelijk fel. Dat is al heel wat, maar het waait ook nog steeds erg veel en dat zorgt er voor dat het niet echt lekker warm is. Maar ook vandaag met de zon zien we weer vele Schotten en Schotsen gekleed alsof het hartje zomer is: korte of helemaal geen mouwen, korte broeken, topjes en noem maar op.
Om een uur of tien verlaten we deze camping, de eerste in deze vakantie waar je douchemunten moet kopen en dat hebben we maar niet gedaan, wij douchen een keertje niet. We laten ons door Garmin leiden naar “Eldon Garden”, een groot winkelcentrum in het hart van Newcastle. Onderweg daarheen zien we dat nagenoeg alle wijken van deze stad in rechte rijen zijn gebouwd, alles staat strak in het gelid. We komen aan bij ons doel, maar door wegopbrekingen en omleidingen rijden we zelfs een stukje waar alleen taxi’s en bussen mogen komen; ach, we zijn – in zekere zin – ook een bus, zij het een kleintje. We proberen te parkeren in de omgeving, maar omdat daar ook het grote stadion van FC Newcastle United is gelegen zijn er eigenlijk alleen maar vergunninghouders- parkeerplaatsen.

70Wanneer we de tweede keer langs het stadion komen, rijden we toch maar op hoop van zegen de parking op; er blijkt ook een gemeentelijke parkeergarage te zijn en daar passen we (nèt) in; de borden geven een maximale hoogte aan van 210 cm, maar dat lukt prima. Alles staat vol, maar er rijdt net iemand weg dus hebben we geluk. De parking blijkt spotgoedkoop: 40 penny’s per uur, maar we hebben alleen nog pond-munten, dus we gooien er maar 2 pond tegenaan. Na wat door Eldon Garden te hebben gedwaald lopen we een nabijgelegen oud en gedateerd winkelcentrum in, een soort overdekte markt met kraampjes- achtige winkels. Ouderwets, met een groot boogdak, maar wel goedkoop en leuk. Voor £ 4,25 p.p. genieten we van een grote kom maaltijdsoep met sandwich naar keuze. Daarna dwalen we nog wat door het centrum van de stad. Wanneer we nog wat leeftocht in een supermarkt hebben ingeslagen rijden we naar de haven, waar we om 14.40 uur aankomen. In de rij na de check-in en de (vreemde) Britse douane staan we achter een nagenoeg tweelingbroertje, een California Coach met precies dezelfde kleur, maar net iets jonger en met een buitenvuldop voor het drinkwater. Twee auto’s daar weer voor zien wij een Engelse T5-camper met “onze” kleur. Erg Blue aan de haven dus!

Om 15.20 uur zijn we aan boord en zoeken we de hut op. Een stuk leefbaarder dan op de heenweg. Het schip is een andere dan we in 2006 hadden. Later horen we van Mark, onze ferry- expert, dat het schip uit 2006 een zusje van de Stena Saga is en dat we nu op de oude Peter Pan van TT- Line zitten. Aha, daar zijn we al eens eerder op geweest! We vertrekken ook nu 30 minuten te laat; de eigenaar van een ‘Lotus’ en een ‘Nederlander’ worden dringend verzocht zich omgaand op het autodek te melden; geen idee wat zich daar allemaal afspeelt. De officiële reden voor de vertraging is “Problems with loading”. Het zal wel, wij hebben daar al genoeg van gezien. Om 18.30 uur gaan we naar het diner- buffet. Geheel anders dan we gewend zijn, met veel “amuses” om mee te beginnen, maar wel lekker. Na het diner zijn we een beetje uitgeteld en brengen de tijd door in de hut, met lezen en luieren. Rond middernacht proberen we te gaan slapen, maar dat lukt niet echt; onze hut is nagenoeg vooraan gelegen en op zee is het erg stormachtig, dus ondergaan we heel wat “klappen” en deining.

Vrijdag 8 mei 2009 Nico
We staan op na een matige tot slechte nacht en om kwart voor negen gaan we richting ontbijtbuffet.
De kapitein meldt ondertussen een vertraging van een half uur; de aankomst is om half elf in plaats van tien uur (Nederlandse tijd, de klok moet weer een uur vooruit), wat is veroorzaakt door de vertraging bij het vertrek en de slechte weersomstandigheden op zee. Bovendien moet er een loods aan boord komen om IJmuiden binnen te varen en is er sleepbootassistentie nodig. We zien later inderdaad de loods aan boord komen en vanuit een goede uitzichtplek boven het voordek zien we een sleepboot aan de voorkant “aanhaken”. Achter is er ook een sleepboot bijgekomen. Kennelijk is dit nodig vanwege de harde wind. Om kwart voor elf rijden we uiteindelijk van boord. Na een tussenstop bij Ikea Amersfoort rijden we richting huis. Het leuke van deze reis is dat de terugweg niet zo lang duurt als vanaf Zweden of Noorwegen.
Helaas werkte het weer niet helemaal mee deze vakantie; de geplande fiets- en wandeltochten zijn door het weer niet doorgegaan, want zulke echte “die-hards” zijn we nu ook weer niet. Maar het is toch een leuke tijd geweest in een mooi land. Lijkt veel op Noorwegen, alleen rijdt iedereen met grote volharding aan de verkeerde kant van de weg… 🙂 🙂 🙂

 Klik HIER voor alle andere foto’s.

 

 

2008-2009 Wintersportvakantie Trysil

Voor de tweede keer gaan wij voor een wintersportvakantie naar Trysil in Noorwegen. Vijf jaar geleden was dat ter gelegenheid van ons 25 jarig huwelijk en nu omdat wij bijna 30 jaar getrouwd zijn. Dit keer gaan ook de vrienden van Mark en Paul mee en bestaat ons gezelschap behalve uit onze zonen Mark en Paul en ons, Nico en Jenny, ook uit Gerwin en Lisette en Stefan.

Zaterdag 27 december

Het is nog vroeg wanneer wij deze zaterdag na kerst uit Zwolle vertrekken. Om 5.45 uur leggen we de laatste dingen in de auto’s en gaan naar Gerwin en Lisette. Deze staan al helemaal klaar en wij vertrekken om 6.00 uur.
Het is rustig op de weg en een uurtje later passeren we al de grens bij Klazinaveen / Zwartemeer. Bij Wildeshausen houden we een korte sanitaire stop en drinken een kop koffie. Al om 9.30 uur zijn wij bij Hamburg en rijden we de Elbetunnel in en nog geen uur later parkeren wij de auto’s bij Kiel aan de haven. Ons schip, de “Color Fantasy” ligt er al, maar pas om 12.30 uur begint het oprijden. Sommigen van ons gaan nog even shoppen in Kiel, anderen vermaken zich in de terminal van Color Line.

Paul mag eerder de boot op rijden, wij moeten ons bij de busjes verzamelen. En terwijl Paul, Gerwin en Lisette ons vanaf het hoge dek toezwaaien, rijden wij pas de boot op. We hebben 2 hutten voor 4 personen, maar omdat we met z’n zevenen zijn, is er 1 bed over. Er wordt een verdeling gemaakt en daarna verkennen wij het hele schip. Om 18.00 uur gaan we aan het Scandinavisch buffet, aangeboden door Gerwin en Lissette, die deze vakantie als hun huwelijksreis beschouwen. Ze zijn al twee weken getrouwd!
Het eten smaakt heerlijk en we moeten oppassen geen buikpijn te krijgen. Na het eten halen we aan dek wat frisse lucht of komen we wat bij in de hut. Wij bieden het jong getrouwde stel een drankje aan in een bar van hun keuze. Omdat de nachtclub barstensvol is, kiezen zij de Panoramabar. Wat het drankje betreft laten zij zich verrassen en krijgt Gerwin een Color Line Special en Lisette een Captain ’s Favorite.
We gaan bijtijds slapen, want morgen is het weer vroeg opstaan.

Zondag 28 december

Wij laten ons door de TV wekken en dat is om 7.00 uur. Om 8.00 uur gaan wij aan het ontbijt en wij laten ons het uitgebreide voedsel goed smaken. De Fantasy legt tegen 10.00 uur aan in de sneeuwloze haven van Oslo en even later rijden wij de boot af. Het duurt maar even en Paul heeft ons ook gevonden.
De E6 is een oude bekende van ons en zó gevonden. De weg is sneeuwvrij en we rijden dan ook in een redelijk tempo noordoostwaarts. Onderweg is er af en toe een plas- of tankstop en om 13.35 uur rijden wij Trysil binnen. Nog even het kleine stukje de berg op en daar verrijst het dorp Fageråsen. In het Informatie- bureau annex receptie wacht ons een verrassing; Niet alleen is ons chalet nu al beschikbaar (in plaats van pas om 17.00 uur), het chalet dat wij krijgen is precies het chalet wat Nico en Jenny afgelopen zomer als nummer één hadden genoteerd en bij hun boeking hadden opgegeven: nummer 20a.
Nummer 20a is inderdaad een groot chalet en even later lopen we af en aan om onze spullen uit de auto’s naar binnen te krijgen. Wanneer de auto’s naar de parkeergarage worden gebracht, worden meteen de skipassen aangeschaft.
Wanneer alles een plekje heeft gekregen gaan we nog een uurtje of wat skiën op de verlichte pistes. Het gaat heerlijk allemaal, zelfs Stefan die alleen nog maar twee keer op een indoor- skibaan is geweest zoeft de berg af. Na het skiën gaan we eten, Jenny heeft een pastamaaltijd klaargemaakt. Sommigen nemen een tijdje rust, anderen spoeden zich naar de sauna. Helaas is het Nico niet gelukt om met de satellietschotel Nederlandse TV te ontvangen. Morgen beter……

Waarom Trysil?

Tja, dat vroegen wij ons vijf jaar geleden ook af, maar na die keer niet meer. Lees ons vakantieverslag van 2004 maar eens. De wintersport in Trysil geeft zoveel bijzonders dat wij daar niet elk jaar naar toe willen. Financieel zou dat ook moeilijk gaan, maar ook vanwege het bijzondere wilden wij wel 5 jaar wachten, tot er weer een trouwdag van ons te vieren is. Trysil ligt ongeveer 220 km rijden van Oslo af en heeft het grootste alpine- skigebied van Noorwegen met 32 liften en 65 pistes met een totale afdaling van 67 km aan 3 zijden van de berg, de Trysilfjellet (1132 m). Het is eenvoudig om van de ene kant van de berg naar de andere kant te komen, ongeacht de ligging van de accommodatie. Langlaufers vinden hier 100 km gespoorde routes in bos- en berggebied. Fantastische sneeuwcondities, snelle skiliften zonder wachtrijen en veelal zeer goede off-piste mogelijkheden. Dat is Trysil in een notendop. Hier beleef je de ultieme ski-ervaring. Glijdend van de boomrijke pistes en kijkend in de lift naar de prachtige bergtoppen zul jij je de koning te rijk voelen! Ook de Noorse Koninklijke familie komt hier skiën, maar die hebben we niet gezien of herkend.

Trysil is een zeer populaire wintersport­bestemming voor jong en oud, een dorp op zich, met een groot aanbod van luxueuze chalets, bungalows, appartementen, winkels, minibank, cafetaria’s, restaurants, pubs, skischool. Voor de meeste huizen geldt ski in/ski out, vlak bij je huis is een transportlift naar het ski­centrum, je auto heb je in Trysil en de bijbehorende dorpen niet nodig. De welkomstcentra verzorgen de informatie voor de klant, met sleutels, kaart met ligging van je huis en hier kun je ook terecht met al je vragen. Er is een rechtstreekse bustransfer van het vliegveld bij Oslo naar het skigebied Trysilfjell.

Natuurlijk is er in Trysil nog meer te doen dan alleen skiën, zowel op de piste als er buiten. Wij hebben een schitterende Huskytocht gemaakt en net over de grens met Zweden (40 km van Trysil) een sneeuwscootersafari gedaan.
Ook even een vooroordeel wegpoetsen: wintersporten in Scandinavië is niet duurder dan in de Alpenlanden. Het ligt er aan welke accommodatie en welke reis er naartoe je kiest. Een skipas is net zo duur, of soms zelfs goedkoper als in een van de ‘populaire’ Alpenplaatsen. Bovendien is het er in de schoolvakanties veel rustiger op de pistes en ook verstopte snelwegen zijn een onbekend begrip. Met name de maanden februari tot en met april zijn ideaal voor een skivakantie naar de Noorse sneeuw: lange dagen, stabiele weersomstandigheden en veel, heel veel sneeuw.

Wat maakt Trysil anders?

De atmosfeer in Trysil is anders… zeker anders dan in de luxere skidorpen in de Alpen. De Noren zijn sportieve mensen, die zelf enorm van het buitenleven houden. Zij zetten de toon in Trysil. Zien en gezien worden is er niet bij: niemand loopt in dure merken zoals Bogner of JetSet. Technische, functionele kleding van Haglofs of The North Face bepaalt het beeld. Dat mag ook wel, want de temperatuur wil hier ook nog wel eens ruim onder de min twintig graden duiken. Overigens hebben wij daar geen last van, het chalet is erop gebouwd en wij zijn er goed op gekleed. Op de website van www.skistar.com/trysil is alle informatie voor een geslaagde wintersportvakantie in Trysil te vinden.

Trysil 016Maandag 29 december

We zitten al vroeg aan het ontbijt, want er moet deze dag volop geskied worden, zo is de algemene mening. Om 9 uur zijn de meesten al op de piste, hoewel het nog niet helemaal licht is. Het wordt opnieuw een zonnige dag, maar het lukt de zon niet om met haar stralen ons chalet te verwarmen. Het blijkt dat de zon in deze tijd van het jaar net niet over de berg heen komt. Maar boven op de berg en aan de andere kant, bij Trysil- Turistsenter schijnt de zon volop en is een zonnebrandcrème niet overbodig. Tussen de middag wordt er in ons chalet geluncht en daarna worden opnieuw de latten ondergebonden. Zelfs Lisette kan niet meer stilzitten en gaat skiën. In verband met haar zichtbare zwangerschap zorgt zij wel dat zij niet al te moeilijke afdalingen neemt. Aan het einde van de middag komt iedereen weer terug, voor velen voelt het alsof het al bedtijd is. Mark en Stefan maken samen een heerlijke maaltijd (Pitti Panna) klaar. De avond wordt door Gerwin, Paul en Stefan doorgebracht in de sauna. De laatste twee springen als echte diehards naderhand in de sneeuw om af te koelen. We lezen en kijken wat TV, helaas is het weer niet gelukt om satelliet- TV te ontvangen. Na nog een aantal pogingen worden de spullen definitief naar de camper gebracht. Deze dag ligt iedereen voor middernacht op bed.

Ons Chalet
Het is 31 mei 2008 wanneer wij – bij een temperatuur van ruim 30 graden boven nul! – dit chalet, “Fagertoppen Type Y”, kiezen als onderkomen voor onze wintersport 2008 / 2009.
Onze voorkeur gaat aanvankelijk uit naar een bijna soortgelijk type (W), die in tegenstelling tot Type Y is voorzien van 2 toiletten. Om een aantal redenen wordt het uiteindelijk toch de variant met 1 toilet: De chalets met 2 toiletten zijn gestapeld gebouwd in blokken van 4, dus heb je aan drie kanten buren (en kans op geluidsoverlast!). De “enkelvoudige” toiletvarianten zijn geschakeld gebouwd in blokken van 2, dus de kans op burengerucht is beduidend kleiner. We geven als voorkeur dus Type Y op, liefst met nummer 20A of 20B. Leuk, wanneer blijkt dat we nummer 20A daadwerkelijk krijgen. Het chaletblok met dat nummer ligt van alle onderkomens het dichtst bij de skiliften en piste; vanaf de skiberging zoef je een meter of tien naar de dichtstbijzijnde lift en pistes. Wanneer je Piste 44 volgt, ski je zó weer terug naar de skiberging. Dus echte “ski in / ski out”. De ligging is perfect, maar achteraf blijkt dat één gecombineerd toilet / badkamer / sauna voor 7 personen toch wel wat aan de krappe kant is. Een tweede toilet was handig geweest, maar die perfecte ligging maakt toch wel erg veel goed…. Het chalet ligt op het zuiden, maar in deze tijd van het jaar (december-januari) moet de zon moeite doen om over de bergrand heen te schijnen. Een week later was dat vast gelukt!

Het bijzondere van dit chalet is niet de sauna, want die zit in bijna alle Noorse chalets. Wat zo apart is, is dat je binnenkomt op de slaapverdieping en met een trap omhoog naar de leefruimte gaat. Vanuit de woonkamer heb je een schitterend uitzicht over de pistes. Beneden bevinden zich 3 slaapkamers, een droogkast, een bergkast en de douche/wc/saunaruimte. Boven bevindt zich de kamer met zithoek, houtkachel en grote eettafel, de keuken en nog een kleine slaapkamer met stapelbed. Omdat alles van hout is hoor je wel iedereen lopen en dwars door de vloer heen kun je soms de gesprekken volgen.

Dinsdag 30 december

Gerwin en Lisette zorgen voor een buffetontbijt, waarbij we meteen een lunchpakketje maken. Gerwin en Paul, Mark en Stefan gaan skiën en ook Jenny bindt even de latten onder. We moeten op tijd weer terug zijn, want om 12.00 uur gaan we een Huskytocht maken. Nico heeft dat gisteren al af kunnen spreken. Onderweg merken we dat de temperatuur in rap tempo daalt, van -8 graden al heel snel naar -21! Dit alles zien we met toenemende verbazing op het display van de camper- buitenthermometer.

Om 12.00 uur starten wij met onze hondensledetocht, getrokken door een roedel enthousiast- blaffende honden. De tocht gaat door een prachtig gebied en we genieten dan ook met volle teugen. We treffen het dat de zon schijnt, want nu wordt de witte omgeving in schitterende stralen gehuld.
Na een uurtje komen we weer terug bij de kennel, een heleboel foto’s en filmminuten rijker.

Trysil 022

Daarna gaan we uitgebreid shoppen in Trysil en doen we ook vast boodschappen voor Oud en Nieuw. Mark en Stefan scoren een bijzonder cadeau voor Paul ’s verjaardag: a.s. vrijdag, 2 januari.
Hierna gaan we weer terug naar ons mooie chalet in Trysil Fageråssen. Het valt ons op dat het “boven” bij ons lang niet zo koud is als “beneden” in het dorp Trysil. Het verschilt zo’n 12 graden!

Stefan en Mark koken een heerlijke gezonde maaltijd: hamburger, bietjes, sla en ovenfrietjes. We laten het ons prima smaken.
’s Avonds gaan de meesten nog even avondskien op de verlichte pistes. Mark en Jenny ontdekken dat we draadloos internet kunnen ontvangen bij de “informatie c.q. kaartverkoop”. We lezen onze mail, mailen terug en bekijken het weer in onze omgeving en in Nederland. De laatste doet niet veel onder voor onze, want er wordt volop geschaatst door het thuisfront. Ondertussen krijgen we ijskoude vingers, want wij staan met ons laptopje gewoon buiten!

Woensdag 31 december, Oudejaarsdag

’s Morgens wordt er weer volop geskied en Mark neemt zijn moeder mee naar andere pistes die zij nog niet kent. Het is een beetje bewolkt en af en toe valt er een vlokje sneeuw. Daardoor is het een stuk minder koud dan de dag ervoor. Omdat Jenny last krijgt van haar knieën blijft zij ‘s middags in het chalet, samen met Lisette. De anderen gaan weer de piste op, de berg is door de meesten van hen al verscheidene keren rond geskied.
Wanneer de liften stoppen zijn wij ooggetuige van een fakkelafdaling van de kinderen van de skischool. De sliert fakkels die de berg afskiet, is een beetje rommelig. Ook het vuurwerk dat daarna de lucht in gaat slaat eigenlijk nergens op.  Na een paar sierballen en -knallen is het al weer voorbij. We hebben de slee van thuis meegenomen, maar die is niet bestand tegen drie grote zware kerels. Helemaal nadat Stefan met Paul in een bloedvaart de helling afgaan en daarbij zijn enkel blesseert, is de vorm van de slee enigszins veranderd.

Trysil 043Het avondeten wordt verzorgd door Nico, daarbij ondersteund door Jenny. Op het menu staat stamppot zuurkool met spekjes, rozijnen en rookworst. De avond wordt doorgebracht met internetten in de hal van het toeristenkantoor. Stefan, Mark en Paul wringen zich in het kleine halletje, dat een betere plaats is dan buiten aan de balie van de kaartverkoop. Even later persen zich allerlei hoogopgemaakte, druk kwebbelende dames bij hen in het toch al kleine hokje. Blijkbaar wachten zij op de bus naar het centrum. Het is er met name voor de aanwezige jonge internetters een hele belevenis.
Deze Oudejaarsavond brengen we door met spelletjes kaarten, Stap Op en Koehandel. Nico geniet van een concert van André Rieu op de Noorse televisie. Ondertussen wordt er vuurwerk aangestoken en genieten we van het vele vuurwerk om ons heen. We zitten wat dat betreft eerste rang!

Vlak voor twaalf uur gaan wij naar buiten, de heldere, ijskoude nacht in. Plotseling wordt er van alle kanten vuurwerk afgestoken en verandert de hemel in een fleurig geheel. Het jaar 2009 is begonnen! Onze wensballonnen gaan de lucht in, vergezeld van vele wensen voor het Nieuwe Jaar. Het zijn niet de enige wensballonnen, we zien er velen om ons heen het luchtruim kiezen. Prachtig gewoon! Nadat al het vuurwerk op is gaan we nog even binnen zitten om warm te worden. Het is een beetje laat geworden, maar dat hoort natuurlijk bij deze nacht.

Donderdag 1 januari 2009, Nieuwjaarsdag

Deze morgen slapen we allemaal een beetje uit, degene die het eerste boven is (boven is hier de huiskamer, de slaapkamers zijn beneden), moet de broodjes in de oven afbakken. De winkel gaat namelijk pas om 12.00 uur open. De eerste uren wordt er verspreid wakker geworden en ontbeten. Gerwin en Paul stappen daarna als eerste op de lange latten, gevolgd door Mark, Stefan en Nico. Lisette neemt een rustdag en Jenny ook vanwege haar zere benen. Zij gaat een paar boodschappen doen en foto’s maken van het dorp. Stefan heeft een beetje proef geskied op de piste dichtbij ons chalet, maar zijn enkel doet teveel pijn om verder te gaan. Ook hij neemt een rustdag om zijn enkel te laten herstellen.

Jenny gaat ‘s middags wandelen met aan elke hand een skistok. Het is ijskoud, maar door het wandelen is de dikke jas toch net iets teveel van het goede. De wandelroutes hier zijn dezelfde als de langlaufroutes, dat was ons afgelopen zomer ook al uitgelegd. Maar het is moeilijk te oriënteren wat nu wat is, met een “Langrennkaart” en de skipistekaart er naast. Toch lukt het om naar Fjellroa te lopen, dezelfde wandeling als een half jaar geleden. Wanneer Jenny terug is komende ook de skiënde chaletbewoners net terug. Om weer een beetje op te warmen gaat iedereen om de beurt de sauna in. Het douchen daarna is wat problematisch, het warme water is een beetje snel op.

Het diner wordt door Gerwin en Lisette verzorgd en we genieten van tagliatelle met heerlijke broccoli-/zalmsaus. Ook de hamsaus smaakt prima. De avond wordt weer doorgebracht met internetten in het halletje, spelletjes en TV kijken. We gaan vroeg op stok; omdat het vroeg donker wordt werkt onze biologische klok ook anders.

Vrijdag 2 januari, verjaardag van Paul.

Paul, die al wakker is, wordt veiligheidshalve met pannendeksels nagewekt en wordt aan het ontbijt hartelijk gefeliciteerd met zijn 25e verjaardag. Hij krijgt een paar presentjes van zijn ouders en als laatste een gezamenlijk cadeau, het is een kaart waarop de route van Trysil naar Stöten (in Zweden) staat aangegeven. Hij weet alleen nog niet wat er gaat gebeuren. Na het ochtend- skiën vertrekken we rond de middag naar Stöten. Onderweg stoppen we in Trysil waar Paul voor 7 personen reserveert bij een pizzeria voor de komende avond. Na een uurtje komen we in Stöten aan en parkeren vlakbij het doel van de reis: een heuse sneeuwscootertocht van 1½ uur; het gezamenlijke cadeau voor Paul. Hij mag alleen op een scooter, de rest van het gezelschap gaat per 2 man/vrouw op een sneeuwscooter, een trip onder begeleiding. Het lijkt makkelijker dan het is. Al vrij snel na vertrek duiken Stefan en Mark rechts uit de flank de skipiste op en dat is niet de bedoeling. De gids zet de scooter weer “on track” en de reis wordt vervolgd. Bij de beklimming van een steile helling kiepert één van de scooters om, gelukkig niet van ons gezelschap, wat voor een beetje vertraging zorgt.

Trysil 078Onderweg wordt een aantal keren gestopt, om de achterblijvers weer gelegenheid te geven aan te sluiten. Jenny vindt het allemaal doodeng en vaak tè snel gaan. Probleem is dat door een lage snelheid de hobbels en bobbels veel erger gevoeld worden dan wanneer je wat sneller gaat. Tijdens de tussenstops genieten we van schitterende panorama’s, waaronder de Trysilfjellet die we in de verte zien liggen. Daarna wordt met horten en stoten de terugweg aanvaard en uiteindelijk komen vele hobbels later we weer op het vertrekpunt aan.
Tegen vieren gaan we – per auto!- terug richting Trysil. Jenny en Nico rijden rechtstreeks terug om de algemene boodschappen te doen, de rest van het reisgezelschap doet per Volvo eerst een Zweedse ICA- supermarkt aan om cider in te slaan. Daarna trakteert Paul op een etentje in een Trysilse pizzeria, waar vier Nederlanders door de ‘ober” o.i.d. van “ons” gereserveerde tafeltje worden verdreven en staande moeten wachten tot er een tafeltje vrij komt. Het eten smaakt uitstekend en de alcoholvrije consumpties worden per halve liter aangeleverd. Na een uitstekende maaltijd rijden we tegen achten na een tussenstop bij een sportzaak weer bergopwaarts naar ons verblijf, na een inspannende en indrukken-rijke dag.

Zaterdag 3 januari, 2009

We staan allemaal bijtijds op, want het is de laatste dag dat we kunnen skiën. Buiten wacht ons een verrassing: een vers pak sneeuw! Het is vannacht gevallen en het sneeuwt ook nu nog steeds een beetje. Gerwin, Lisette en Paul gaan met elkaar skiën. Paul en Gerwin hebben zichzelf beloofd de zwarte pistes te gaan doen. Paul zal daar een zere heup aan over houden. Mark en Stefan gaan ook samen en willen de berg helemaal rond. Nico en Jenny blijven op de groene pistes van het Høyfjellsenteret en ook zij vermaken zich prima.
Jenny heeft wel erge last van haar knieën en moet na een uur alweer pauzeren. Geeft niet, het chalet staat pal aan de piste. De zon heeft zich deze week elke dag laten zien, maar vandaag laat hij het na wat armzalige stralen op de berg afweten om plaats te maken voor verse sneeuw.

Na de lunch gaan de meesten weer de piste op. Het is ondertussen weer hevig gaan sneeuwen en het zicht wordt steeds minder. Tegen drieën is iedereen uitgeskied en worden er alvast wat dingen ingepakt. De jongelui vertrekken voor wat laatste inkopen naar Trysil-centrum en moeten op de terugweg voor het laatste stukje naar het appartement de sneeuwkettingen omleggen. Nico en Jenny lopen een paar keer met een beladen slee naar de camper in de parkeergarage. Ze besluiten om voor het inpakken van de bagage de camper niet naar het chalet te rijden omdat er juist voor dat stukje sneeuwkettingen nodig zijn. Bovendien zouden de ramen kunnen beslaan en bevriezen, terwijl nu in de parkeer- “garage” de ruiten helemaal schoon zijn.

Ondertussen hebben Lisette en Gerwin voor een heerlijke avondmaaltijd gezorgd: vis met gemengde groenten en gebakken aardappelschijfjes. Het toetje is van Saroma, iets wat we bij toeval deze week veel hebben gegeten. ’s Avonds zitten we in ons uitgeklede chalet, alle feestverlichting en verjaardagslingers zijn weggehaald. Er wordt TV gekeken, gelezen en ge-internet in de hal van de “Tourist-I-“.
We gaan vroeg naar bed, want morgen moeten we vroeg op. Om 12.30 uur moeten we aan de haven in Oslo zijn en het is zo’n 3,5 uur rijden.

Zondag 4 januari 2009

Deze laatste dag staan we vroeg op en om 7.00 uur is iedereen uit bed om te ontbijten en de laatste dingen in te pakken. Vele handen maken licht werk en dat merken we, want om 8.45 uur kunnen we de sleutels inleveren. Met tegenzin, dat wel. Wij hadden er nog wel een periode aan vast willen knopen.
Bij de receptie leveren we ook onze slagboomkaarten in en krijgen tot onze verrassing uitrijmuntjes voor twee auto’s. We hoeven dus geen 30 kronen te betalen om van deze berg af te kunnen komen. Het begint al aardig licht te worden als wij wegrijden en onderweg zien we de zon opkomen. Tevens zien we op onze camperdisplay de temperatuur razendsnel zakken naar  –25 graden Celsius! De passagiers in Paul ‘s auto hebben daar geen weet van en krijgen een sms- je ter info. Om 9.55 uur passeren we Elverum, voor de Duijven een herinnering aan twee maal VW garagebezoek. Onderweg houden we een plasstop en een tankstop, waar natuurlijk óók weer geplast moet worden. Om 12.30 uur komen we aan in de haven van Oslo; we hebben er dan net zolang over gereden als op de heenreis.

Wederom gaat Paul –met dakkoffer- eerder de boot op dan wij, om 12.55 uur. Gelukkig hoeven wij niet al te lang te wachten en eenmaal aan boord worden de hutten weer verdeeld.
Daarna gaan we aan dek om in een stralend zonnetje van het wegvaren te genieten. Het is koud, maar niet zo koud als waar wij vandaan komen. We gaan wat winkelen en Jenny koopt een leuk zomerjack. Ook kopen we wat eetbaars in de taxfreewinkel. Dit omdat wij pas voor 20.30 uur plaatsen aan het buffet konden reserveren. Daarna een uurtje plat, want het was wel erg vroeg op vanmorgen.

Trysil 098

Om 19.00 uur gaan wij naar een wervelende show in de Fantasy Showlounge. Je mag daar niet filmen en alleen fotograferen zonder flits, maar natuurlijk luistert het toestel van Jenny daar niet naar. De eerste twee foto’s gaan goed, maar bij de derde gaat plots de flits af en komt er ijlings een bewaker een reprimande geven. Het zijn toch wel aardige foto’s geworden. Het buffet is weer heerlijk, deze keer weer heel andere dingen dan op de heenreis. Nico en Jenny trakteren op deze Scandinavische culinaire maaltijd, want 5 jaar geleden vierden zij hun 25 jarig huwelijksfeest. Morgen, 5 januari 2009 zijn zij 30 jaar getrouwd! Opnieuw wordt er gewinkeld en leuke dingen gekocht, de winkels zijn tot 24.00 uur open. Ook gaan sommigen hun kronen in het casino vergokken. Met geluk nog wel! Van al dat eten wil onze maag wel protesteren en voor twaalf uur liggen we op bed. We merken niets van het feit dat we op een boot zitten en vallen al vrij snel in slaap.

Color Line

Waarom de overtocht Kiel – Oslo v.v. met Color Line en de “Color Fantasy”? Kort gezegd: vanwege de fantastische reis!
Het verschil in kilometers over land en bruggen wordt niet echt goedgemaakt door de kosten van deze overtocht. Zo is de overtocht van Kiel naar Göteborg met Stena Line beduidend goedkoper.
Een aantal redenen om toch voor Kiel – Oslo te kiezen:
– De afstand van Oslo naar Trysil is zo’n 220 kilometer. Vanaf Göteborg is dit 550 kilometer en daar doe je in winterse omstandigheden véél te lang over. We hebben het in de zomer uitgeprobeerd en waren toen bijna 8 uur onderweg. ’s Winters doe je daar zeker 10 uur over.
– Doordat we de accommodatie in Trysil via een Nederlands reisbureau boeken, BBI-Travel, kunnen we –met uitzondering van de toeslagen en de hutaccommodatie – een retour boeken voor de prijs van een enkele reis.
– Het is bijzonder prettig om de eerste dag maar een kleine 500 kilometer naar Kiel te rijden en de volgende dag –zelfs in winterse omstandigheden- nog “maar” 220 km. Bij goede rijomstandigheden ben je dan in een paar uur in Trysil.
-Bovendien: De “Color Fantasy” (en het bijna identieke zusterschip “Color Magic”) is een nieuw en bijzonder luxe schip met een schitterende winkelgalerij en glazen luxe liften, zelfs met hutten met “promenade-uitzicht”. Wij kiezen net als in het voorjaar van 2007 voor een buitenhut met grote ronde ramen en “zeezicht”.
Een overtocht met één van deze schepen doet het begrip “veerboot” verbleken in Cruiseschip en is zeker een aanrader!

Maandag 5 januari, 2009

Om half acht loopt de wekker van Nico af. Wat een kabaal zeg! Even later roept die van Paul vriendelijk om op te staan. We pakken vlug alles in en zetten het klaar voor vertrek.
Om 8.00 uur ontmoeten we de anderen om samen aan het ontbijtbuffet te gaan. Omdat deze datum ’05-01-09′ de echte dag is dat Nico en Jenny 30 jaar getrouwd zijn, trakteren zij op dit ontbijt. We zijn er inmiddels achter gekomen dat het goedkoper is in Noorse kronen te betalen dan in Euro’s. Op de rekening van het diner zal het tientallen euro’s schelen, rekenden wij uit. Tijdens het ontbijt wordt het bruidspaar van deze dag overladen met cadeautjes.

Boven op dek 13 zien we de Color Fantasy de haven van Kiel binnenvaren. Even later wordt er omgeroepen dat we naar de autodekken kunnen gaan. Dat levert een klein probleem op: Nico en Jenny hadden niet alleen het nummer (B3) van het autodek moeten onthouden, maar ook de kleur. Zij gaan dus bij B3 rood de trappen af, terwijl zij op B3 groen moeten zijn. Vanwege de vrachtwagens is het onmogelijk om tussendoor over te steken, dus het wordt weer trappen op en aan de andere kant van het schip de trappen weer af. Mark zit al klaar achter het stuur, want wij waren allang aan de beurt om de boot af te rijden. Het is 10.00 uur wanneer wij in Kiel voet (of beter gezegd: wiel) aan wal zetten en Mark zet er meteen de sokken in. Omdat Jenny dit wel verwacht, zit zij achterin om haar dikke boek van deze vakantie uit te lezen. Dat is inderdaad gelukt. Om 11.00 uur rijden we de Elbetunnel in, om een kwartier later in een file te belanden tot de aansluiting naar de A261/A1. Er is een ongeluk gebeurd, maar een half uur later rijden wij al weer op volle snelheid.

Om ± 12.40 uur stoppen we kort bij Ikea Bremen. We nemen een broodje en maken een sanitaire stop. En flinke beker koffie gaat mee naar de camper. Terwijl de auto van Paul, met Stefan, Gerwin en Lisette vanaf dit punt –net als op de heenreis via Meppen e.d.- naar Zwolle rijden, gaan Mark, Nico en Jenny over Groningen. Mark woont daar en moet weer hard met zijn studie aan de slag. Om 14.50 uur zijn wij in Groningen, zetten Mark af en gaan naar Zwolle. Bij een tankstation neemt Jenny het stuur over. De thuishaven begint te roepen!
Net na 16.00 uur rijden wij onze straat in en zien een verbaasde Paul net wegrijden. Hij heeft niet verwacht dat wij er ook al zouden zijn. Zo zie je maar weer: over Groningen rijden kan net zo snel zijn (minder drukte op de weg) dan over Klazinaveen/Zwartemeer. Tot slot wacht ons –zoals na elke vakantie- de beste overnachtingplaats, namelijk in ons eigen huis aan d’ Allee! Het is koud in Nederland en dus ook in Zwolle. Maar voor ons Scandinaviëgangers voelt het warm aan. Min 10 is niets bijzonders meer voor ons…………….!

Klik HIER voor de foto’s van deze onvergetelijke vakantie!

 

 

 

 

 

2008: Zomervakantie 2 -Sardinië

“Naar Sardinië”

Woensdag 27 augustus 2008, Nico 985 / 985 km
We vertrekken om half negen. Het is bewolkt en nog behoorlijk fris en Jenny vraagt zich af waarom ze haar warme jas thuis laat. Bij het knooppunt A50 – A1 bij Apeldoorn stuurt Garmin ons eerst de A50 af en stuurt ons daarna weer evenzo vrolijk weer rechtdoor de A50 op. Wie het snapt mag het zeggen! Een uur na vertrek rijden we bij Beek Duitsland binnen. Voorbij Köln wil Garmin ons aan de westkant van de Rijn brengen, wij blijven op advies van Jenny gewoon aan de oostkant de A3 en via de A67 over de A5 rijden. Files komen we niet tegen, hoogstens een enkele keer langzaam rijdend verkeer. Om 13.00 uur lunchen we net voorbij Alsbach en even voor vieren pauzeren we net over de Zwitserse grens bij Basel. Het brandstoflampje knippert: na 705 kilometer moeten we nodig tanken. We hebben 1:9,7 gereden, da’s minder mooi, maar het is inmiddels al zo warm dat we nu in de korte broek zitten en de airco vrolijk aan hebben. Ook in Zwitserland schiet het lekker op en we besluiten bij een Rasthof vlak voor de Gotthard- tunnel om gewoon de pas te gaan rijden en daarna door te rijden naar Locarno.
Om half zeven beginnen we de beklimming. Het is rustig en de uitzichten zijn schitterend. Net voorbij de pashoogte is het 13 graden, dus de lange broek en de sokken gaan weer aan. Drie kwartier later rijden we een aantal indrukken rijker weer de Autobahn aan de zuidkant van de Gotthardtunnel op. Naar het noorden staat een knappe file voor de tunnel. Het is dan nog zo’n drie kwartier rijden naar de camper-parkeerplaats in Locarno, waar we een jaar geleden ook hebben overnacht. We vinden een plekje iets van de weg af, waardoor nu misschien het dak vannacht wel open kan blijven. Het is hier nog heerlijk warm. Na de welhaast traditionele macaroni-hap en een lekkere witte wijn komt er tijd om even lekker uit te rusten. In iets minder dan 12 uur hebben we 985 kilometer gereden. En dat viel best wel mee.

 

Donderdag 28 augustus 2008, Jenny 260 / 1.245 km
Het is vandaag een stralende zonnige dag en als wij om 8.30 uur buiten aan het ontbijt zitten, vragen wij ons verwonderd af of wij echt gistermorgen uit Zwolle zijn gekomen. We hebben lekker geslapen en het hefdak kon open blijven. Vanaf de weg waren wij “kleintje” helemaal niet te zien. Na het ontbijt ontdekt Jenny dat het rechter aanrechtkastje nat is. Wij hebben vlak voor onze vakantie een nieuwe kraan er in laten zetten en Nico vermoedt dat er daar iets mis mee is. Hij is er even mee bezig en het hele kastje moet leeg en het laatje eruit, maar Nico vindt al snel de oorzaak. Het blijkt dat de aansluiting van kraanslang en watertoevoer scheef op elkaar gedraaid zitten. Gelukkig hebben we het euvel nu ontdekt en verholpen, bij elke keer kraangebruik zou er een scheut water langs de kastenwand gulpen. Om 10.00 vertrekken wij van deze prima aangegeven camperparkeerplaats, waar je met francs én euro’s in de parkeermeter kunt betalen.

Via de gewone weg 2 rijden we naar Lugano, waar wij de snelweg (A2) weer op gaan. Bij Como doen we boodschappen en het blijkt dat dit dezelfde supermarkt is als vorig jaar.
Bij Milaan nemen we eerst een stukje A50 en later de A7 naar het zuiden, dan staat Genova al op de borden. Opnieuw is het stom toeval: wij lunchen op een parkeerplaats waar we vorig jaar ook lunchten. Deze keer echter in de volle zon.
Het laatste deel van de A7 is een zeer bochtige snelweg en daarom blijft Nico rustig rechts rijden achter de vrachtwagens. Dankzij Garmin vinden we in één keer de haven Terminal Traghetti, waar het zo mogelijk nog heter is dan vorig jaar. We komen er om 15.00 uur aan en we mogen al om 16.00 uur het haventerrein op. Vanaf daar gaan we met de fiets naar het centrum, want we willen het Aquarium wel eens zien. Daar aangekomen vinden we de toegangsprijs een beetje te duur en besluiten maar wat rond te gaan fietsen. Om 18.30 uur vinden we een pizzeria, waar we heerlijk eten!
Wanneer wij terugrijden naar de haven vaart de Moby boot net achteruit de haven in.

Het is een volle boot, want er rijden veel auto’s af. Maar er staan ook veel auto’s klaar om aan boord te gaan.
Om 20.30 uur is het onze beurt om de Moby Freedom op te rijden. We moeten meteen een dek omlaag, maar gelukkig is de doorgang met 2.50 m hoog genoeg. Een schreeuwerige Italiaan rent ongeduldig over het kleine dek en wijst iedereen zijn plek. Jenny ziet dat daar waar we er ingekomen zijn wij er ook weer uit moeten, want er is geen andere uitgang. Dat wordt morgen dus achteruit rijden en draaien. Onze hut is op dek 7, dat hadden wij al op ons kaartje zien staan dat wij bij het inchecken aan de haven kregen. Op dek 7 staat een jongeman klaar met nog een kaartje: hutnummer. 7108. Daar wacht ons een verrassing: een superluxe hut! We zien een ruime hut met een breed bed (140 cm?) en een eenpersoonsbed én twee stapelbedden. Vijf personen kunnen er slapen en wij zijn slechts met z’n tweeën. We pikken meteen de extra kussens in. Het uitzicht is vanuit een groot rond raam, net als op de Color Fantasy. (zie zomervakantie 2007-1). Bovendien heeft deze hut een spiegelplafond! Wij nemen meteen een verfrissende douche en gaan daarna aan dek kijken naar het wegvaren.

Vrijdag 29 augustus 2008, Nico 188 / 1.433 km
Voordat de telefoonwekker om half zeven kan aflopen zet de boordradio het om zes uur al op een schreeuwen, in drie talen nog wel! Vreselijk mens met een vreselijke stem. Om half acht zullen we pas aanleggen we aan in Olbia en men wil kennelijk zo veel mogelijk passagiers aan het ontbijt krijgen; omzet! In de verschillende restaurants staan lange rijen, daarom wij eten onze gisteren gesmeerde broodjes lekker in de hut op. Nico duikt daarna het verkeerde trappenhuis naar ons aller- onderste autodek in, dus weer veel trappen op en even zo vele trappen één trappenhuis naar achteren weer naar beneden. Dezelfde crazy Italiaan van gisteravond probeert deze ochtend iedereen er schreeuwend weer uit te krijgen. Wij doen het kennelijk goed, want naar ons wordt nu niet geschreeuwd. Om tien over half acht rijden we van boord en zoeken gelijk een parkeerplaats aan de haven op, waar al de nodige campers staan. Eerst koffie zetten!

06

Na een half uur gaan we een stukje naar het noorden, de Costa Smeralda bekijken, waar zelfs een schuur vermoedelijk meer kost dan een villa in Wassenaar. Eerst tanken we even en net boven Olbia wachten we nog een kwartiertje tot een Ipermarché (grote supermarkt) open gaat. Na het shoppen rijden we verder en gaan boven Olbia rechtsaf langs de kust naar Porto Cervo, waar we een hoog gelegen kerkje met mooi uitzicht over de baai bezoeken. We rijden nog wat verder langs de Costa Smeralda naar boven en gaan daarna weer deels langs een andere weg terug richting Olbia. Het kost “wat moeite” om een picknickplaats in de schaduw te vinden. We rijden weer dwars door Olbia en komen uiteindelijk toch terecht op Weg 125 langs de kust naar het zuiden.

We lunchen aan een zijweg, in de schaduw van een hoge rij bomen. Na de lunch gaat het verder zuidwaarts. Bij San Teodoro gaan we een stukje de “snelweg” op, om bij Posada weer op de 125 verder te gaan. Bij Marina di Orisei staat de parking waar ook campers overnachten vol, alleen in de volle zon is nog plek. We rijden langs de strandweg tot we een plek vinden om te parkeren en gaan dan snel naar het strand. De zee is heerlijk verkoelend en de parasol komt met deze hete zon prima van pas.

Rond zes uur komen we via een omwegje weer terug bij de camper- P en zoeken een plek naast vijgenbomen die dan nog in de zon staat maar morgenochtend (als het goed is) schaduw heeft van de bomen. Het is nog bloedheet en koken in de camper is geen pretje. Het is nu half negen en dit verslag wordt getikt bij een gaslamp buiten, want de camper is te heet en buiten is het al donker en stroom is hier niet. Het is hier druk met vleermuizen in de lucht. Muggen ook trouwens…..

Zaterdag 30 augustus 2008, Jenny 98 / 1.531 km
Wij hebben wonderlijk goed geslapen op deze camperparkeerplaats. We waren bang dat de flink aangeschoten Duitse buurman nog wel voor enig overlast zou gaan zorgen, maar gelukkig hield die zich rustig. Sterker nog: hij huppelt vanmorgen al weer vrolijk rond terwijl wij aan het ontbijt zitten.
Om 10 uur vertrekken we en doen we in Orosei een paar boodschappen. We realiseren ons namelijk dat het zaterdag is en wellicht de supermarkten in de kleinere steden al vroeg dicht zijn. Dus hebben we vast brood gekocht. We rijden de SS125 naar Dorgali en onderweg zien we hele rijen met marmergroeves. Wanneer Jenny over een slagboompje wil stappen om een foto van in de groeve te maken wijst Nico haar op een verbodsbordje. Maar een aardige Italiaan ziet het en roept: “Si, si” en gebaart toch vooral foto’s te maken.
Wij willen graag de grot Ispinigoli bekijken, maar daar aangekomen zien we dat de rondleiding zo laat begint dat we dan veel te laat op een weekendcamping aankomen. We willen namelijk weg 125 blijven volgen naar Tortoli en dat betekent 5 passen rijden. Nou, die passen vallen uiteindelijk wel mee, maar het uitzicht was prachtig. Halverwege hebben we geluncht bij een temperatuur van 30 graden. Lekker fris dus…… 😉

Om 15.30 uur komen we bij een camping aan uit het boekje Acsi. Het is camping ………Bianco en de dame van de receptie vindt het jammer voor ons dat wij nog geen Acsikorting kunnen krijgen. Nu kost deze camping ons € 25,00 per nacht. Moet je in Nederland om komen in het hoogseizoen, dat lukt nooit. We zetten in de bloedhitte ons kampement op en maken ons weekendklaar. We doen een handwasje, zetten de luifel op en drinken een wit opzetwijntje. Dit is een lekker koud wijntje met weinig alcohol, zodat we straks nog wat andere dingen kunnen gaan doen.

Later op de middag – eigenlijk is het al avond- gaan wij naar het strand om heerlijk te zwemmen. Daar koelen we lekker van af. Nico maakt een pan Risotto klaar op een buitengaspitje, want binnen is het veel te heet om te koken. Het smaakt prima!
Net wanneer de tijd van luieren en lezen is aangebroken, komt er een grote Italiaans camper voor onze neus staan. Weg mooi uitzicht op de weilanden en weg rustig plekje, want die lui maken een flinke herrie. Nu maar hopen dat ze net zo rustig slapen als die dronken Duitser van afgelopen nacht.

Zondag 31 augustus 2008, Nico 30 km per fiets
Tegen half tien staan we op. Een kwartier later zitten we buiten onder de luifel aan het ontbijt. Het gisteren gekochte gesneden “bruinbrood” blijkt een soort cakebrood te zijn, maar is wel lekker. We maken er zelfs 2 lunchpakketjes mee klaar want vandaag gaan we fietsen, helemaal naar Arbatax.

19Om half twaalf stappen we in de grote hitte op de fiets. Een wandeltocht zit er vandaag bij deze temperatuur niet in. We hebben onze Garmin meegedeeld dat we vandaag een fiets zijn en geen auto. We prikken een straat aan de haven en volgen de door Garmin uitgestippelde route. Tòch maar een keer zoeken naar een fietsstuur- klem voor Garmin, want constant met zo’n ding in je hand fietsen geeft al snel een “lamme poot”. Is ook knap lastig wanneer je met één hand aan het stuur door een bult zand op de weg moet fietsen. Het is zo’n 8 kilometer fietsen naar de haven. Onderweg denken we het beter te weten en rijden dus vervolgens enige kilometers om. Uiteindelijk komen we bij de passagiershaven en een bord naar de “Rode Rotsen”, maar we komen terecht bij pas gebouwde tribunes en snappen het even niet meer. De Rode Rotsen hebben we dus niet gezien. We bezoeken wel een kerkje, waar het onverwacht ook bloedheet is: alle ramen staan open! We fietsen een stukje terug en komen bij een stadsplattegrond. Aan de hand van die kaart fietsen we weer een heel stuk naar een plek waar een andere haven moet zijn èn een park èn een kerk. We komen uit bij een strand in een villawijk, maar er is géén haven, geén kerk, alleen hete zon. Onder een boom verorberen we het lunchpakket.

Daarna fietsen we een stukje terug en komen bij een oud stadspark. Dat blijkt totaal verlaten, terwijl in alle prullenbakken wel vuilniszakken zitten. We fietsen het park rond en maken een sanitaire stop bij een vrij nieuw WC- gebouw dat totaal gesloopt is; alle wc-brillen gesloopt, ruiten kapot enzovoorts, maar wèl water op de toiletten en wastafels. Zoals Obelix zou zeggen: “rare jongens, die Sardenen”. Via een andere route fietsen we terug naar de camping. Het is tussen twaalf en drie of vier uur nagenoeg uitgestorven op dit eiland, maar dat is niet zo gek met deze hitte. Het lijkt nòg warmer dan vorig jaar! Na een beetje bijgekomen te zijn duiken we de zee weer in. De golven zijn nog hoger dan gisteren en de zon is nu wat minder heet door opgekomen sluiterbewolking. Het waait nu ook een beetje. Heerlijk afkoelen dus.

Teruggekomen bij de camper en na gedoucht te hebben willen we om zeven uur een hapje gaan eten in het campingrestaurant. Dat blijkt pas om acht uur open te gaan. We fietsen op zoek naar een alternatief nog een stukje verder langs de kust, maar het enige eettentje dat we vinden kan Nico ’s goedkeuring niet wegdragen. Wel zien we een camperplek vlak bij zee met hele mooie plaatsen, met vrij uitzicht op de zee. Iets voor een volgende keer? Na achten gaan we naar het campingrestaurant en behalve Antipasta vermeldt de kaart alleen pizza’s. Bij de bestelling tonen we onze campingpas.  Dit vereist enige uitleg: bij aankomst op deze camping krijg je (gevraagd of ongevraagd) een soort pinpasje, waarop alle uitgaven op de camping worden bijgeschreven: of het nu een fles bronwater in de campingwinkel is of een ijsje in de cafetaria of een volledige maaltijd in het restaurant: alles gaat op de kaart, die bij vertrek afgerekend moet worden. Voordat je ook maar één cent hebt uitgegeven staat er al een saldo van € 3,- op je kaart: administratiekosten, en die zijn NIET “terugbetaalbaar”. Leuk als je voor één nacht hier staat…. Maar uiteindelijk eten we best lekker. We bestellen zelfs een extra fles water, want wat we gisteren in een supermarkt kochten smaakt nergens naar; alsof ze vergeten zijn de aarde eruit te halen! We hebben gisteren voor het eerst de watertank bijgevuld. Het Zwolse water is op en we vertrouwen het leidingwater hier voor geen cent; we drinken dus alleen nog bronwater uit de fles en hebben gisteren duidelijk de verkeerde keuze gemaakt.

Het is een leuke dag geweest. We hebben alles bij elkaar zo’n 30 kilometer gefietst in de Sardeense hitte en vanaf de fiets bekijk je alles weer heel anders. Wat wel opvalt zijn de grote tegenstellingen die je hier tegenkomt; Op de camping staan op meerdere plaatsen rijen afvalbakken voor gescheiden inzameling; eten, plastic, paper en karton, blik enzovoorts. Langs de Sardeense wegen rijdend op de fiets of per auto zie je al die afvalsoorten ongesorteerd in de berm geflikkerd liggen. Kennelijk zijn autoruiten, met name die aan de rechterkant, hier uitsluitend en alleen bedoeld om je afval in de berm te kieperen. Als er één minpuntje over Sardinië is op te noemen, is het wel de rotzooi langs de weg.
Een tweede minpuntje is het rijgedrag van de locale inboorlingen, eigenlijk van de meeste auto’s met een “I” op het kenteken. Snelheidsbeperkingen zijn er kennelijk uitsluitend om overtreden te worden. Degene die in dit land het “ 50 – kilometerbord” heeft uitgevonden moet gestorven zijn in de absolute wetenschap dat zijn uitvinding niets maar dan ook helemaal niets heeft uitgehaald. Binnen de bebouwde kom is de gemiddelde remweg in vergelijking met die buiten de bebouwde kom hoogstens 20 meter korter; 280 meter in plaats van 300……. Bij het autorijden moet je bijna onafgebroken in je spiegel kijken om je niet kapot te schrikken wanneer iemand je ineens voorbij flitst. Wat je de weggebruikers hier wel moet nageven is dat vandaag op de fiets nagenoeg iedereen in een auto ons netjes en ruim passeerde en voor onoverzichtelijke bochten zelfs afremde alvorens ons te passeren. Met fietsers wordt hier kennelijk veel netter omgegaan dan met buitenlandse automobilisten. Tijdens onze dertig fietskilometers van vandaag hebben we maar twee ander fietsers gezien. Tot zover de Sardeense beschouwingen van deze zeer warme zondag.

Maandag 1 september 2008, Jenny 119 / 1.650 km
Wij staan om 8 uur op en de zon schijnt dan al voluit. Wij hadden eerst het plan om voor dag en dauw de luifel op te bergen, maar omdat wij deze vakantie totaal geen haast hebben, zagen we er van af. In de hitte dus dat ding afbreken en opvouwen. Ach, als je maar rustig blijft en de hitte negeert, dan gaat het wel. Het is ons in elk geval gelukt! Wij zijn om 10.00 uur klaar om te vertrekken en bij het afrekenen blijkt dat wij toch een of andere korting hebben gekregen. Wij betalen geen € 14,00 voor een nacht (de Asci-korting begint officieel vandaag pas), maar € 30,00 voor beide nachten. Niet gek, want de normale prijs voor deze periode is € 25,00 per nacht!
In Tortoli doen we boodschappen in een supermarkt die wij gisteren op de fiets al hadden ontdekt. Daarna rijden wij door naar de haven, om nogmaals de Rode Rotsen op te zoeken. We lopen deze keer achter de festivaltribune langs en ja hoor: dáár zijn de Rode Rotsen! Ze zien er inderdaad prachtig uit, precies zoals de boekjes het beschrijven.

Daarna zoeken we –met een beetje moeite- Weg 198, want we willen de grotten van Su Mamuri gaan bezoeken. Onderweg pinnen we in Lanusei en rijden dan tot Gairo, waar we Weg 11 naar Jerzu op gaan. De omgeving is mooi en afwisselend en hoe hoger we komen, hoe frisser het wordt. We zien ook een aantal verlaten dorpen, waarvan de huizen wel gesloopt zullen worden. Het lijken wel spookstadjes. Verderop zien we in frisse en heldere kleuren een nieuwe plaats verrijzen.
Net op tijd, namelijk 5 minuten voordat de rondleiding van 14.00 uur begint komen we op de parkeerplaats van de grotten aan. Tijd om te lunchen hebben wel niet, wel schieten we gauw een lange broek aan en nemen een jasje mee. In de grot is het namelijk 10 graden. Heerlijk dus!
De groep is groot, de uitleg in het Engels wordt net zo rap gesproken als in het Italiaans, zodat we geen verschil horen. Maar de grotten zijn mooi en heel groot. De grond is modderig en glad, Jenny loopt op gympen, maar Nico op zijn sandalen en af toe maken we een schuiver. De volgende keer dat wij een grot gaan bezoeken doen wij onze wandelschoenen aan. Het enige minpuntje is dat je er net zo uit gaat als je er in gekomen bent. Dat betekent: alle trappen weer omhoog. Eenmaal boven gekomen zijn wij dan ook kapot en gaan even op het terrasje zitten om een broodje en een ijsje te nuttigen.

Daarna rijden wij weer terug naar Weg 11 die uitkomt op Weg 125. Wij volgen die en af en toe is het een stukje snelweg. Sommige delen van die weg zijn al klaar, andere niet. Bij Villaputzu volgen we een bordje Camperservice, omdat wij vanmorgen vergeten zijn de Porta Potti te legen. Deze weg gaat naar Porta Corallo aan de zee en even later zien we een camperparkeerplaats, enkele meters van de zee verwijderd. Voor €13,00 mogen we hier een nacht staan, inclusief stroom. We weten niet precies hoe deze camperparkeerplaats heet, waarschijnlijk “Sosta camperparkeerplaats.” Hij staat niet in het lijstje van “Campercontact”. Even later liggen we al weer in de zee af te koelen. Het is al laat wanneer wij warm eten: aardappelen, schnitzel, witlof met ham en kaas en kersenyoghurt na. Het smaakt allemaal heerlijk, maar het was een crime om het in die hete bus klaar te maken. Aardappelen, groente, vlees, en jus en dat allemaal op 2 pitjes. In Scandinavië hebben de campings een keuken voor de kampeerders en daar is zo’n maaltijd een fluitje van een cent. Hier op Sardinië lijkt de tijd een beetje te hebben stilgestaan.

Dinsdag 2 september 2008, Nico 77 / 1.727 km
We zijn gisteravond laat naar bed gegaan; er was een heel klein zuchtje wind buiten, maar binnen was het erg warm. We zijn weer gaan slapen zonder dekbedden en deze keer zelfs met de ventilator aan, anders was het niet te harden.
Vanmorgen staan we rond negen uur op en om half tien zitten we buiten aan het ontbijt, in de schaduw van de camper, omdat het al weer heet begint te worden. Volgens ons was het hier vorig jaar in september lang niet zo heet als nu; dit doet meer aan Kroatië in hartje zomer denken. Rond elf uur verlaten we de camperparkeerplaats, na eerst afvalvloeistoffen geloosd te hebben. Een klein eindje verder in Muravera doen we boodschappen, wandelen een stukje in de hitte (voornamelijk in de schaduw!) en pakken een ijsje in een soort cafetaria, maar dan wel één met airco; heerlijk! Daarna rijden we weer verder, eerst over de “gewone” Weg 25. We willen naar (Acsi-korting-) Camping Le Dune, maar die blijkt veel zuidelijker te liggen dan we dachten. We rijden zelfs nog een stukje “snelle weg”, de “Nuevo 125”, die nog niet op onze kaart staat. Bij een “afslag op hoop van zegen” zien we een verwijsbord naar Camping Le Dune, waar we rond 13.10 uur aankomen. De poort zit hier echter van 13.00 tot 15.30 uur dicht voor auto’s, dus lopen we eerst maar eens een rondje over de camping. De meeste campers staan op een open veld en het is er redelijk druk. Na enige tijd besluiten we om toch maar een stukje terug te rijden en bij Camping “4 Mori” te gaan kijken. 4 Mori duidt op de 4 “koppen” of profielen die op de Sardeense vlag staan. We willen een stukje afsnijden en een onverharde weg langs de kust volgen, maar dat is niet zo’n slim besluit; een kurkdroge stofweg, soms heel smal maar overal vol met geulen en kuilen waar je amper meer dan 3 kilometer per uur kunt rijden, althans wanneer je levend deze weg wilt afmaken. Na een tijdje lukt het om te keren en gevoelsmatig “vliegen” we een tijdje later weer over normale asfaltwegen.

Even na half vier komen we aan bij Camping 4 Mori waar op zijn beurt de poort pas om 16.00 uur weer open gaat. We maken een wandeling over de camping en ontdekken een paar plekjes waar we prima kunnen staan. De plaatsen hier staan tussen de bomen en de meeste plaatsen hebben behoorlijk wat schaduw en dat is nu zeker geen overbodige luxe! De receptie is open en we worden in behoorlijk Engels te woord gestaan. Dit is een “Acsi- kortingcamping” in voor- en naseizoen (dat hier gisteren begonnen is). Voor één Euro meer vergeleken met de afgelopen nacht heb je hier aardig wat. We krijgen gelijk douchemunten mee, omdat douchen bij de Acsi-kaart is ingegrepen. Later blijkt dat je voor die munt wel erg kort kunt douchen; voordat je goed en wel door hebt dat je nat bent is het al weer afgelopen.
Dat is van latere zorg; eerst zetten eerst ons boeltje op en gaan eens kijken waar we de inmiddels gekochte wasmachinemunt van € 3,- in de gleuf moet stoppen. Daarna bezoeken we de kampwinkel die wonderbaarlijk goed is uitgerust. We kopen zelfs een gewone hamer om eventueel haringen in de harde Sardeense grond te kunnen meppen. Maar we hebben hier de luifel niet nodig; voorlopig redden we het prima met de grote schaduwbomen en onze parasol! Even voor zessen galopperen we weer de zee weer in; het strand ligt op een steenworp van onze kampeerplek en is best wel mooi. Een kleine drie kwartier later even koud afdouchen en de slippers afspoelen en voilà: we zitten weer lekker aan de koele witte wijn. Nico kookt deze dag en omdat het maar om één pan gaat en de ventilator ook prima op hoofdhoogte in de dakrand kan staan, heeft hij het beduidend makkelijker dan Jenny de dag ervoor met vier pannen.
Voor het eten douched Jenny (heel kort) en Nico doet dit net zo kort na de maaltijd. Wat later dan de gebruiksaanwijzing aangeeft is de was klaar. Echt lekker centrifugeren is er niet bij en alle schuim is ook nog niet weg, maar dit is wel de goedkoopste wasmunt sinds tijden.

Deze camping heeft een vrij groot gehalte jongeren als klant, afwachten wat dat vannacht wordt. Volgens de regels moet het russen 14.00 en 16.00 uur en tussen 24.00 en 7.00 uur stil zijn, maar of dat lukt? Schuin voor ons is vanmiddag na ons een groepje van 5 Belgische giechelende dames aangekomen. Hier blijkt trouwens ook dat je niet op kentekens af mag gaan; Recht voor ons kwam vanmiddag een Italiaanse Fiat met een jong stel aan. Later hoorden we het woord “restbagage” en dat komt in de Italiaanse woordenschat echt niet voor. Bleken dus Nederlanders in een huurauto te zijn. Links naast ons staan een jongen en meisje met tent en Italiaanse scooter, maar die spreken Duits. Aan onze rechterkant staat een Italiaanse huurcamper; daar blijken zowaar Italianen in te zitten! Maar al met al zijn we best wel tevreden dat we hier beland zijn. Hier zijn in ieder geval goede faciliteiten, het korte douchen niet meegerekend- en is er een plezierige hoeveelheid schaduw. Nu nog zien hoe rustig het vannacht wordt.

41Woensdag 3 september 2008, Jenny 9,4 km per fiets
Na een warme nacht en een beetje uitslapen zijn we dan toch om 10.00 uur weer in het land der levenden. De was is droog en ligt en de kast. Al snel is het weer warm en wij besluiten al gauw onze toevlucht in zee te zoeken. Heerlijk afkoelen en daarna weer in de schaduw bij de camper.
We hebben amper puf om wat te ondernemen, maar na een late lunch met soep en een broodje ei stappen we toch maar eens op de fiets. Hier vlak bij is een lagune waar volgens de informatie diverse watervogels, waaronder flamingo’s moeten zitten. Helaas blijkt de lagune voor een groot deel te zijn opgedroogd en zijn er slechts een paar kokmeeuwen te zien. Het doel van onze fietstocht in deze hete zon is de Torro Salinas, maar verder dan het strand lukt het ons niet om deze toren te bereiken. Geeft niet, het is toch veel te heet om die rots te beklimmen. We hebben ruim 9 km gefietst en vanwege de hitte heeft dat dubbele energie gekost.

Wanneer we terug komen gaan we meteen weer naar het strand. Eerst drinken we een cocktail op het terras van de Beach Bar. Wie had ooit gedacht dat wij nog eens zulke delicate dingen als “strandje” en “drankje” in onze vakantie zouden doen? Wij in elk geval niet. Maar hitte doet van alles met je, ervaren we.
Nadat de cocktail op is gaan we zwemmen, voor de tweede keer vandaag. Jenny heeft haar snorkelset mee en duikt onder water. Er zijn niet veel vissen te bewonderen in dit deel van de zee en de onderwatercamera wordt dan ook niet uit de tas gehaald.
Als wij voldoende zijn afgekoeld gaan we douchen en ons klaarmaken om in het restaurant te eten. Het is ons te heet om zelf te koken en we hebben in het restaurant gezien dat er meer op de menulijst staat dan pizza en pasta. We krijgen al snel ons bestelde eten voor onze neus (een gegrilde vleesschotel met frietjes en tomatensalade), maar daarna moeten we lang wachten op de koffie. Geeft niet, er is veel te zien. De twee obers lopen af en aan en je kunt duidelijk aan hun gedrag aflezen zijn ze wat paniekerig zijn vanwege de drukte.
Het eten smaakt heerlijk en het koste ons maar € 37,20 om samen deze heerlijke maaltijd te verorberen, inclusief water, wijn en coperto.

De rest van de avond brengen we door te midden van de geluiden van diverse buren. Met een boek, laptop, biertje en een goed glas wijn.

Donderdag 4 september 2008, Nico 103 / 1.830 km
We staan uiterst langzaam op rond kwart voor negen. Het is al weer bloedheet, dus we doen kalm aan. Jenny gaat door met wat ze de afgelopen nacht ook deed; zich te pletter hoesten. De keelpijn wil maar niet overgaan en samen met de rugpijn neemt dat toch wel wat van de vakantievreugde weg.
Nico rekent de camping af en Jenny doet ondertussen boodschappen in de campingwinkel, die best wel een ruim assortiment heeft. Bovendien weet je maar nooit of we vandaag nog een fatsoenlijke supermarkt tegenkomen, dus kopen we ook brood voor de lunch en een beetje reserve. Tegen elven verlaten we de camping en rijden verder zuidwaarts langs de kust.

Net op het uiterste puntje van de Costa Rey (of er net voorbij) stoppen we van half twaalf tot twee uur zo’n beetje aan de rand van het strand en lopen de laatste meters naar de waterlijn, voorzien van strandmatjes en een parasol. Heerlijk afkoelen in de zee, daar zijn we al weer hard aan toe. Toch heeft de parasol niet kunnen voorkomen dat Nico, die zich dom genoeg een keer niet ingesmeerd had, ’s avonds zo rood is als een kreeft; tikkeltje verbrand dus!

43

Na het prettige en verkoelende strandoponthoud rijden we verder langs de kust en nemen bij de hoofdstad van Sardinië, Cagliari, een verkeerde afslag en komen een beetje benoorden de stad uit. We stoppen daar om te tanken en doen gelijk maar boodschappen bij een supermarkt naast het tankstation. We zetten de coördinaten van een camperparkeerplaats in Cagliari in onze Garmin en worden vervolgens netjes dwars door een voorstad en de buitenwijken van Cagliari toegepraat naar de beoogde plek, waar we rond half zes aan aankomen . Die valt die wel erg tegen: de plaatsen zijn krap en van sommige bijna tegen elkaar staande campers kunnen we ons niet voorstellen dat er ooit iemand naar binnen kan; er zit nagenoeg geen ruimte tussen de campers om de deur open te doen. Na een paar uur is er alleen maar leven te bespeuren in de campers die aan het begin of einde van een rij staan. Het is stervensheet en heel benauwd. Er komt ook wat bewolking vandaag.

We proberen een wandeling naar het centrum te maken, maar daar is het veel te benauwd voor. Na een tijdje houden we het voor gezien en sjokken weer terug. Bij de basiliek vlak bij “onze” camperparkeerplaats wordt een gigantisch podium gebouwd, staan TV- vrachtwagens van de RAI opgesteld en zijn doorgaande wegen afgesloten. Spandoeken aan de basiliek en posters langs de weg maken duidelijk wat er te gebeuren staat; over drie dagen komt “Il Sancti Papa”, bij ons meer bekend onder de naam De Paus, naar Sardinië en dus ook naar Cagliari. Drie dagen van tevoren wordt daar dus al met man en macht aan gewerkt. Teruggekomen bij de camper steekt er gelukkig een windje op en wordt het allemaal weer wat dragelijker, Nico ’s in brand staande bovenlijf uiteraard niet meegerekend. We staan naast een (kunstgras-) voetbalcomplex met van die heerlijk witte turbolampen die niet alleen de velden maar ook de verre omgeving in een fel wit licht zetten. De trainende elftallen doen allemaal datgene wat kennelijk een eerstel levensbehoefte is voor alle Italianen: heel hard schreeuwen. Normale conversatie kan kennelijk niet. Maar ze zullen wel een keer naar huis gaan.

De Camper-P is voorzien van oranje terreinlampen. Straks gaat de boel op slot en komt er een nachtwaker die –voor zover we begrepen hebben – ook rondes gaat lopen. We zullen wel zien. Maar al met al is het niet zo’n denderende plek. Op de “camper-plekken- website” stonden bij deze plek nog geen beoordelingen, maar aan dat gebrek zullen we binnenkort een einde maken. Een aanrader is dit beslist niet, wat ons betreft. Wij komen er zeker niet meer terug.

Vrijdag 5 september 2008, Jenny 112 / 1.942 km
De afgelopen nacht is een ware ramp. Het is bloedheet en aangezien de Italianen zelfs na twaalf uur nog steeds aan het voetballen zijn, kun je niet bepaald van rustig spreken. Wij voelen ons –ondanks de bewaking op dit terrein – niet veilig genoeg om de boel wagenwijd open te laten. We slapen dus met gesloten deuren en hebben slechts het keukenraam open en de achterklep op een kier. De ventilator maakt overuren, maar kan het niet koeler krijgen! Er wordt dus weinig geslapen en dat merken we de rest van de dag. Wanneer we opstaan staat de zon aan de verkeerde kant, -de schuifdeurkant- te schijnen. Wij draaien de camper om, om in de schaduw van ons eigen hefdak te kunnen ontbijten. Het is dan al weer 32 graden! 
We verlaten deze smerige, hete, slechte, krappe, schaduwloze camperparkeerplaats en bij het afrekenen schrikken we ons kapot! We betalen niet €10,00 zoals het Campercontact aangeeft, maar het schandalige bedrag van €20,00! Nico is te perplex om te reageren, hier komen wij nooit meer! Het zal wel met de komst van de Paus te maken hebben, maar daar hebben wij Protestanten geen boodschap aan.

Daarna zetten wij Garmin aan om ons naar een winkelcentrum te brengen met heerlijke airco. Of zij nu van die opdracht in de war raakt weten we niet, maar zij brengt ons niet waar wij willen zijn. Gelukkig heeft Nico goed opgelet en brengt hij ons bij een Ipersupermarket met 20 kassa’s. Het eerste wat wij aanschaffen is een nieuwe ventilator, want het kleine torentje kan deze hitte niet aan. Bovendien wil hij niet meer heen en weer draaien en maakt hij op standje drie een ongelooflijk lawaai. De winkelbediende die ons de werking demonstreert bevestigt dat het deze week een zeer hete week is, maar vertelt ons ook dat je hier niet in de zomer moet zijn. Dat vermoedden wij al……. We doen veel van onze weekendboodschappen in deze supermarkt en daar zijn wij wel een tijdje zoet mee.

We besluiten vanwege de hitte niet meer de stad in te gaan, maar de weg naar Pula op te zoeken. In Pula weten we een Acsi-camping, die we voor het weekend in gedachten hebben. Maar Garmin weet het nog zo net niet en brengt ons noordelijk van de stad in plaats van westelijk. Nico probeert op de aanwijzingen van Jenny te rijden, maar kijkt met een scheef oog ook naar Garmin…….. Tja, meerdere vrouwen er op na houden wordt al snel afgestraft. Maar door al dat dwalen komen we ineens bij de zoutlagunen met flamingo’s, de Stagno di Cagliari. We zien honderden van die beesten die in het ondiepe zoute water sierlijk rondstappen. Wanneer we even later onze huid proeven, merken we dat het zout een hoge concentratie heeft. Misschien is dat de reden dat de handdoeken gisteravond en vannacht natter werden, in plaats van droger.

Uiteindelijk vinden we zelf de weg naar Pula, gelukkig kunnen wij nog wel kaartlezen. In Pula doen we nog een poging een internetcafé te zoeken, maar het bord dat op de snelweg er naar verwees wordt niet meer herhaald. De camping hebben we zó gevonden, maar hij valt een beetje tegen. Het strand is niet zo mooi als we tot nu toe gewend zijn en het sanitair is duidelijk verouderd. Omdat we nog bijna een uur moeten wachten tot de receptie om 17.00 uur open gaat, rijden we wat in de omgeving rond. Nergens zien wij een betere camping en we besluiten om op deze camping niet het hele weekend te blijven staan.
We zetten de satellietschotel op en warempel: voor het eerst in deze vakantie hebben we beeld. Een belletje met Paul geeft ons inzicht in de temperaturen van deze streek: waar wij nu zijn blijft het heet (33 graden) en waar wij komende week naar toe gaan (langs de westkust naar het noorden) is het 26 graden, een stuk koeler dus. Wij gaan onze plannen wat aanpassen.

Zaterdag 6 september 2008, Nico 12 km per fiets
Gisteravond hebben we ervoor gekozen om vanmorgen niet verder te reizen maar er nog en dag (en een nacht) aan vast te knopen; de lagere temperaturen aan de westkust zijn wel verleidelijk, maar na zo’n doorwaakte nacht bij de Parkeermaffia in Cagliari lijkt het ook wel slim om even een dagje kalm aan te doen.
En dat doen we; we staan gewoon met wekkerhorloge om negen uur op. Nico haalt de bestelde broodjes en bestelt gelijk een paar meer voor morgen. Aan de “receptie-oma” wordt meegedeeld dat we nòg een nachtje blijven en we krijgen netjes twee verse douchemunten mee. Bij de “bar” wordt een wasmachinemunt gekocht. € 4,- valt best wel mee. Na het ontbijt draaien we een was en wanneer die aan de lijn hangt klimmen we in de middaghitte op de fiets. We hebben gistermiddag bij het ritje op zoek naar een andere camping een supermarkt(je) gezien langs de doorgaande weg naar Chia. Pas na zes kilometer komen we nèt voor de siëstasluiting om 13.00 uur bij de winkel aan en doen wat boodschappen.
Omwille van de tijd hebben we de heenweg over de doorgaande weg genomen, wat niet ècht lekker fietst met die langs- zoevende auto’s.

Terug naar de camping slaan we bijna direct rechtsaf op een weg naar “Al Mare”, de zee, over een weg die we gisteren in de auto in tegengestelde richting reden. Het is een mooie rustige weg langs de zee, alleen de rotzooi op parkeerplaatsen tart elke beschrijving; dat moet je zien om te geloven. Terug op de camping lunchen we even en gaan voorzien van strandmatten en parasol naar de zee. Nadat we afgekoeld en weer opgedroogd zijn lijken kitesurfers de zee over te nemen. Zeven stuks tegelijk. Terug bij de camper lezen we wat en gaan rond half zeven zowaar weer de zee in om af te koelen.

Het is veel te warm om te koken, dus gaan we na achten naar de “Tavola Calda”, een soort campingsnackbar en bestellen twee maal friet met hamburger en een salade. Dat we meer dan een half uur moeten wachten nemen we maar voor lief. We besluiten morgen op tijd op te staan om bij het opbreken de hitte voor te zijn. Het plan is om nog even bij Chia te kijken of het strand daar inderdaad zo wit is als in de brochures staat en daarna richting westkust af te reizen. Vanmiddag gaf de buitenthermometer 41,5 graden aan en dat mag wat ons betreft inmiddels wel een onsje minder……
Overigens betekent “Calda” hier “warm” of “heet”. Even wennen!
Zondag 7 september 2008, Jenny 241 / 2.183 km
Vannacht hebben we wat onweer gehad, geen regen, wel veel wind. We staan inderdaad vroeg op deze zondag op en dat is eigenlijk een beetje tegen ons principe. Wat ons betreft is de zondag een rustdag, maar met zulke hoge temperaturen moet je je wel heel erg rustig houden, wil het een beetje te doen zijn. En dat is toch eigenlijk ook geen zondag. Wij besluiten dus om alvast naar de westkust te rijden omdat de temperatuur daar een stuk lager en aangenamer is. Om 9.00 uur vertrekken we van deze camping en dan is het al weer 27,5 graden. Wij rijden langs de kust en bezoeken de “Torre Chia”, een toren zoals zo vele langs de kust. Maar deze is voor toeristen geopend. Vanaf de toren zien we een mooi strandje om te snorkelen en wij besluiten daar naar toe te gaan. Voor € 3,00 kunnen we vlak bij het strand parkeren, omdat het nog zo vroeg is.
Het snorkelen valt wat tegen, want het water is niet zo heel helder en de flippers bevallen Nico niet echt. Jammer, want dit schijnt het mooiste strand van Sardinië te zijn.

Om 12.00 uur vervolgen wij deze mooie kustroute langs de S 195 richting Carbonia, daarna nemen we de S 126 noordwaarts. Ineens zien we het schiereiland liggen met de stad S. Antioco en we besluiten om op de verbindingsweg er naar toe onze lunch op te eten. We merken dat de temperatuur gaat zakken, naarmate wij dichter bij de westkust komen. Tijdens de lunch is het “slechts” 30 graden. Daarna terug naar Weg 126, waar we in Carbona een giga-wasplaats voor Duva Kampa vinden. Hij is zo vies van het stof en zand, dat hij wel een schoonmaakbeurt kan gebruiken. Het is wel een rare zondagbesteding, maar het geeft ons een heerlijk gevoel om al het vuil en zand van en uit Duva Kampa te verwijderen. Het kost ons slechts een ‘kaart’ van € 5,00 en daarvoor hebben we zowel de binnen- als de buitenkant en de fietsen helemaal schoon. Sterker nog: we houden nog een euro over op onze kaart. Handig systeem is dit wasgebeuren.
We vervolgen de S126 verder noordwaarts en moeten enkele passen nemen. De Genna Bogai is 549 meter, maar niet moeilijk om te rijden als je zoals wij Noorwegen gewend bent.
Onderweg bekijken de “Tempio di Antas” een Romeinse tempel uit de derde eeuw na Christus. Heel mooi en indrukwekend allemaal en wij zouden zoiets nooit hebben kunnen bekijken, als de temperatuur niet wat menselijker was geworden dankzij onze verplaatsing naar het westen. Wanneer we terugrijden wordt de weg geblokkeerd door een kudde “wilde” paarden. Zoiets zie je in Noorwegen en Zweden ook, maar dan zijn het schapen of rendieren.

Het valt ons op dat de omgeving aan de westkant van Sardinië veel groener is, iets wat ons vorig jaar niet is opgevallen, omdat we toen maar weinig van het land hebben kunnen zien. We wijken even van de S 126 af om twee camperparkeerplaatsen bij Buggerru te bekijken, maar beide beantwoorden niet aan onze verwachting. Het strand is inderdaad prachtig en dichtbij, evenals het dorp met restaurants, maar de camper-plaatsen staan allemaal in de volle zon. Dat laatste is iets dat we echt niet meer willen. Daarom rijden we door naar Camping S’ Ena Arrubia bij Arborea Lido, die wij dankzij een folder die we op de vorige camping kregen zó kunnen vinden. Wij komen daar om 19.30 uur aan en het is dan heerlijk 26 graden. Daarmee is het zo’n 10 graden koeler dan de plek waar wij vanmorgen vandaar kwamen. Deze plaats kost € 7,50 pp en de kampeerplek is gratis, alsook het douchen. Stroom kost € 3,-. We zetten ons kampement op (is zó gepiept) en drinken een glaasje witte wijn, terwijl Jenny met Mark telefoneert. Daarna gaan we een hapje eten: pizza en salade. We laten het ons goed smaken en genieten nog lang na van de heerlijke buitentemperatuur.

Maandag 8 september 2008, Nico 180 / 2.363 km
Wanneer we rond negen uur opstaan is het nog heerlijk koel in de schaduw tussen de bomen. Na het ontbijt gaat Nico inpakken en fietst Jenny naar een plek vlakbij de camping om een heleboel flamingo’s te bekijken, te fotograferen en te filmen.
Om kwart over elf verlaten we deze camping die ons € 18 kost. We rijden een paar kilometer terug naar Arborea, omdat we daar gisteren een apotheek hebben gezien. Het wordt hoog tijd om iets aan Jenny ’s hoest en keel te gaan doen. Nico blaft inmiddels ook al een aardig mondje mee. Wat het meest nodig is, n.l. codeïne om ’s nachts de hoest te onderdrukken, is volgens de apotheker alleen op doktersrecept te krijgen. Zaten we nou maar in Frankrijk; daar kun je alles zó kopen. Er is wel een dokter in dit dorp, maar dat gaat Jenny en beetje te ver. We kopen wel een hoestdrank en Fluimicil- tabletten. Maar eens kijken of dat een beetje verlichting geeft. Vervolgens rijden we door naar Oristano, een redelijk grote kustplaats, om daar in een grote supermarkt boodschappen te doen. Vandaag blijkt ook onze Porta Potti ouderdomsklachten te hebben; na ruim 16 jaar trouwe dienst heeft de doorspoel-pompknop het begeven. Bij het doorspoelen komt er even veel water uit de knop als in de pot, dus dat spoelt niet echt lekker. Dan maar een ouderwetse waterfles ernaast tijdens de laatste vakantiedagen.

We lunchen daarna op een klein schiereilandje ten zuidoosten van Oristano. Het is dan al weer te heet om een archeologische vindplaats te bezoeken, dus rijden we langs de westkust verder naar het noorden. Via Bosa Marina rijden we langs de kust over een hele mooie weg naar Alghero, waar we vorig jaar drie nachten op de camping hebben gestaan. Garmin staat uit en dat blijkt niet zo slim, want aangekomen in Alghero rijdt Nico doodleuk de verkeerde kant op en passeert een soort “alleen toegankelijk voor bewoners- bord” en rijdt pontificaal de oude stad in. Een wirwar van ongelofelijk smalle straatjes, waar we vorig jaar liepen en ons toen afvroegen hoe je als bewoner hier ooit met je kleine autootje kon rijden. En nu rijden wij er nota bene met een VW-bus! Soms moet de spiegel ingeklapt worden om ergens door te kunnen. Na veel eenrichting-steegjes komen we aan de havenkant op een bredere weg terecht. Iets verderop staat een “scooter- agent” en voordat die zijn bonnenboekje kan pakken stapt Nico met een ietwat medelijdenopwekkend smoelwerk (“Ik ben hélemaal fout gereden en hélemaal verdwaald…”) op de agent af, die vervolgens netjes de weg naar de “uitgang” wijst. Buiten het “verboden gebied” toch maar eens Garmin aangezet, die ons in de kortste keren naar de camping leidt.
Tegen zes uur komen we aan bij Camping Mariposa, die echter behoorlijk vol blijkt. We kunnen eigenlijk maar één heel klein plekje onder en tussen de bomen vinden, maar daar ligt zó veel zand dat de bus er nauwelijks ingereden kan worden en de voorwielen bijna vast komen te zitten. Jammer, maar helaas: we leveren de hele papierwinkel maar weer in en komen morgenochtend wel weer kijken of er dan wellicht een plekje is. We willen doorrijden naar een camping in Fertilia, iets verder langs de kust en een paar kilometer boven Alghero, maar weten niet direct de camping te vinden. We rijden nog een beetje verder en komen uiteindelijk terecht op een camperparkeerplaats genaamd “Area Paradise Park”, waar je voor € 18,- all-in 24 uur kunt staan. Er zijn zelfs WC ’s en douches (à € 0,50) en plekken voor was en afwas. Om half zeven zetten we ons boeltje op voor één nacht en binnen de kortste keren hebben we zelfs satelliet- ontvangst. Het is hier lekker fris en nu, rond kwart over negen, zet er zelfs een behoorlijk windje op. Dat is heel wat anders dan ’s avonds wegsmelten in de hitte. Wanneer het morgenochtend niet lukt om een campingplekje in Alghero te vinden gaan we eerst daar de stad in en daarna naar een andere camping in de buurt voor onze laatste campernacht in Sardinië dit jaar.

74Dinsdag 9 september 2008, Jenny 8 / 2.371 km.
Na een hoesterige nacht (de gekochte middelen helpen nog niet echt) staan we rond 9.00 uur op. Het is dan gelukkig nog niet heet, maar wijs geworden, zorgen we er toch wel voor om in de schaduw te ontbijten. Er staat een heerlijk zacht briesje. Tegen half 11 verlaten we deze prima camperparkeerplaats en gaan weer richting Alghero. Onderweg proberen we nog een supermarkt te vinden, maar dat lukt niet. We rijden deze dag welgeteld 8 km.
Op camping La Mariposa zijn nog enkele plaatsen vrij en terwijl Nico ons laat inschrijven houdt Jenny de door ons verkozen plaats vrij. Even later – om 11.00 uur- staan we al weer in de kampeerstand, vlakbij het strand. Terwijl Nico wacht op het aansluiten van de stroom, gaat Jenny alvast zwemmen. Dit is de eerste camping in deze vakantie waar toiletpapier in de WC’s hangt. Op het pleintje bij het restaurant is nu ook WIFI beschikbaar.
’s Middags fietsen we naar Alghero om wat te shoppen. Jenny koopt een paar mooie koraal-sieraden, waar Alghero bekend om is.
Daarna nog wat boodschappen gehaald in de supermarkt en weer terug naar de camping. We zwemmen twee keer in de zee en gaan daarna douchen. Wanneer ik dit tik zijn we van plan om in hetzelfde restaurant te gaan eten als vorig jaar.

Woensdag 10 september 2008, Nico en Jenny 64 / 2.435 km
N: Gisteravond hebben we gegeten in het zelfde restaurant als vorig jaar, het Lido. Restaurant idem, zelfs de ober-met-paardestaart, alleen de kaart is behoorlijk gekrompen; alleen pizza ‘s. Op verzoek werd voor Jenny “fish of the day, whitefish” bereid. Nico neemt een pizza die hij deze vakantie nog niet eerder had besteld. Naast de salade en de fles water dit keer een fles Alghero Rosé, met bijbehorende tafelrandkoeler. Als dessert gaan we in op een advies dat ik niet kan navertellen, maar dat wel een specialiteit van de streek was. Erg lekker! Daarna terug bij de camper nog een filmpje op de laptop bekeken en enige tijd na middernacht op stok.

Deze morgen staan we rond half negen op. Het is al weer behoorlijk warm en Jenny gaat als eerste vandaag op dit strand gelijk de zee in om af te koelen. Tegen elven verlaten we Camping La Mariposa, gaan tanken en boodschappen doen in een heerlijk koele Ipermarcata. Na alles in de bloedhete bus te hebben weggewerkt – knap hoe Jenny elke keer al die koelings- behoeftige spullen in het camperkoelkastje weet te verstouwen- rijden we langs de kust naar de baai bij Porto Ferro, waar we vorig jaar ook de laatste middag op Sardinië doorbrachten. Dat beviel zo goed dat we het nu weer doen. We beschermen ons tegen de zon met een parasol en de afdekhoes van het bed tussen de bus en de parasol. Jenny gaat even voorzwemmen en daarna lunchen we. Na de lunch wordt er gesnorkeld; niet op de rotsplek van vorig jaar, want die is wat moeilijk begaanbaar voor ongeoefende waterratten, maar ietsjes verder gaan we bij het mooie zandstrand te water en van daaruit langs de rotsen. Onder water ziet de wereld er ineens heel anders uit. Wanneer we uit het water komen zit de zon inmiddels achter de wolken en dat vinden we niet zo erg, want het is al weer behoorlijk heet geworden.
De coördinaten van dit mooie en aanbevelenswaardige plekje bij Porto Ferro zijn: N 40.679895 / E 8.20299.
Nu rond de klok van vijven komt er een lekker briesje opzetten, dus het “zonnescherm” kan weer als beddensprei dienst gaan doen. Na het eten gaan we naar de boot.

J: Om 19.15 uur komen we aan in de haven van Porto Torres, waar de Moby Drea al ligt te wachten. Sterker nog: er wordt al aan boord gereden! Wij moeten ons met ons campertje groeperen bij de grote campers, maar we kunnen amper een kopje koffie drinken of wij mogen aan boord. Om ongeveer 20.00 uur ontvangen wij de sleutel van onze tweepersoons hut en meteen schrikken wij ons te pletter: samen met de ruimte hebben ze ook de sterren van deze piepkleine hut afgehaald. Je kunt je kont amper keren en Jenny krijgt spontaan een aanval van claustrofobie. Zij had namelijk gehoopt vannacht eens rechtop te kunnen slapen vanwege het nachtelijke hoesten, maar het bovenbed zit vlak boven het onderbed en dat maakt zitten onmogelijk. Bovendien is het snikheet en gehorig, ook dat is niet bevorderlijk voor een gezonde nachtrust. Daarom gaan wij vragen om een grotere hut, dat kan zodra de boot is afgevaren. Het blijkt bij de Informatie geen enkel probleem te zijn om een andere/ruimere hut te krijgen. We krijgen een andere sleutel mee en zoeken de hut op. Wanneer wij de deur open doen, wacht ons een grote verrassing! Het is een 4-persoons hut, met een stapelbed en een tweepersoons bed. Verder staat en er een koelkastje een gewone stoel en een TV en is de badkamer beduidend ruimer. In de kamer zelf kun je dansen, zó groot is ‘tie (of paaldansen, want midden in de kamer staat een grote paal). Er zijn twee nadelen: de hut is vóór in het schip en het slingert nogal èn het is een binnenhut. Jenny ’s claustrofobie is nog niet helemaal van de baan, maar na een inspectie van de vluchtwegen besluiten we dat deze grote hut een stuk beter is en dat wij er zeker op vooruit gaan. De airco en afzuiginstallatie in deze hut werken tenminste. En waar we helemaal vrolijk van worden is dat wij niets hoeven bij te betalen! Welterusten!

Donderdag 11 september 2008, Nico 581 / 3.016 km
Het blijkt de afgelopen nacht erg rustig te zijn geweest op zee, want wij hebben niets meer van het slingeren gemerkt.
We worden om zeven uur gewekt, dit keer niet door de in drie talen blèrende Italiaanse dame, maar door onze “reservewekker”. Heel vreemd; volgens de dienstregeling leggen we om 8 uur aan en dat betekent dat volgens een vast schema het geschreeuw door de intercom dan om half zeven al begint. Desondanks zitten we gewassen en aangekleed binnen een half uur in het zelfbedieningsrestaurant aan het ontbijt. De kassameneer vertelt desgevraagd dat we om ca. half negen aanleggen en wanneer we onze eerste hap brood nemen begint het (op-)wekkingsgeblèr door de intercom. In drie talen worden we tevens verzocht om nù al onze hut te ontruimen. Sorry, luitjes; éérst even ontbijten! Na ontbijt en een laatste bezoek aan onze (binnen!-) hut staan we enige tijd later in een fris zeewindje bepakt en be(rug-)zakt een tijdje aan dek tot we de haven binnenvaren. We geven dan netjes gehoor aan de oproep om naar het autodek te gaan, waar we ineens bijna vooraan blijken te staan; de oprijklep van het hoge autodek die gisteravond nog omlaag stond staat nu gelukkig omhoog, waardoor wij als één van de eersten even na negenen van boord rijden en meteen Genova zo snel mogelijk proberen te verlaten. In en rond Genova is het als vanouds weer een krankzinnige drukte op de weg. Slecht voor je humeur, evenmin goed voor je spijsvertering! We dragen een paar keer ons steentje bij aan het Italiaanse tolwegen- systeem en maken voorbij Milaan een korte plasstop.

Bij Como rijden we een afrit terug en slagen er nu bij de derde poging in om het grote “Centro Commercial” te vinden; gewoon één kruispuntje verder rijden dan de medium-supermarkt waar we nu al twee keer beland zijn. Deze keer vinden we dus “de echte”. Rustig shoppen en na afloop in een winkelcentrum- cafeetje een Espresso met koek wegwerken. Bij de camper teruggekomen bedenkt Jenny bij het opbergen van de boodschappen dat we iets te veel brood hebben ingeslagen: voor het geval dat we vanmorgen op de boot geen ontbijt konden of wilden kopen hadden we voor ieder van ons gisteren in Alghero al kant-en-klare sandwiches gekocht. Die eten we dus nu ter plekke maar op.

Na deze shop- en korte lunchpauze vervolgen we de snelweg weer en passeren even later iets boven Como de Italiaans – Zwitserse grens om half twee. Van half drie tot kwart voor vier uur stoppen we net voor de Gothardtunnel, eten een broodje en gaan een dik uur siësta houden. Het is inmiddels wat frisser geworden en het begint zelfs wat te regenen! Eerst denken we dat er een file voor de tunnel staat en crost Nico dus gelijk de weg naar de pas op, maar na overleg en terugkeer van Nico’s gezonde verstand komt hij toch tot de conclusie dat de pas met dit regenweer èn alle toppen in de wolken naar alle waarschijnlijkheid tòch niet zo prettig rijden is als twee weken geleden op de heenweg. We gaan dus terug naar de snelweg, waar gelukkig blijkt dat er helemaal geen file is maar gewoon sprake van toeritdosering met verkeerslichten. We duiken de tunnel in en komen er na 17 kilometer weer uit. De Noorse tunnels bevallen ons tòch beter! Het houdt al snel weer op met regenen en de zon komt zelfs terug.


Na een stop bij een Raststätte bij Luzern passeren we rond zes uur de grens met Duitsland. We geven Garmin het adres in van een camper- parkeerplek in Freiburg, maar die valt uiteindelijk behoorlijk tegen: Een afgesloten terrein bij een tankstation.
Tarief € 10,- of gratis wanneer je tankt, maar ondanks dat we best wel moeten tanken vinden we de plek niet echt mooi. Dan maar door naar een plek 7 kilometer verder bij een camperbedrijf, maar daar zijn we net te laat en kunnen er niet meer in. Geeft ook niet, want ook deze plek kan niet echt bekoren. We rijden in arren moede maar terug naar plek 1 en besluiten onderweg om dan maar verwijsborden naar een camping te gaan volgen. Al doende ontdekken we verwijsborden naar een Camper- P die ons uiteindelijk leiden naar een parkachtige plek waar je voor € 7,- kunt staan. Geen WC en de stroom laten we maar zitten; dat is gehannes met noteren van begin- en eindstand en daar hebben we geen zin in. Maar verder lijkt het een prima plek. Zien we morgen wel, want bij aankomst was het al half negen geweest en dus donker. We eten laat, maar lekker: Tagliatelle met zalm en eigen toevoegsels: heerlijk!
Voor wie deze plek ook eens wil bekijken: Navigatie instellen op: N 47.99929, E 7.82581.
Vrijdag 12 september 2008, Jenny 656 / 3672 km

82Het miezert en het is 17 graden, wanneer wij vanmorgen opstaan, ontbijten en inpakken. Om 9.45 uur zijn wij klaar om te vertrekken van deze prima camperparkeerplaats. Het enige nadeel is dat hier geen toilet is. Vanwege de temperatuur trekken we meteen de lange broek aan; dit is voor het eerst in twee weken. Onderweg worden we van de weg af getoeterd en blijkt dat een van onze fietsen niet goed vast lijkt te staan.
Daarna volgt een tankstop, een chauffeurswissel en veel plasstoppen. Wat de plasstops betreft: wij sparen driftig de “Sanifair” kaartjes om bij de laatste stop alles in een keer in te wisselen. Het Sanifairsysteem werkt als volgt: bij een Sanifairtoilet kom je slechts binnen door voor 50 cent een kaartje te trekken. Dit kaartje kun je weer bij de kassa inleveren als korting op een product. Je kunt ook alle kaartjes opsparen en ergens anders in één keer inleveren om korting te krijgen. Saniflair heeft overigens prima en zeer schone toiletten, alles gaat er volautomatisch.

Het is slecht weer en druk op de weg, we doen lang over de laatste 650 km. Vanaf Keulen- Oost tot Oberhausen rijden we in een langzaam rijdende file.
Van 18.00 uur tot 19.00 uur shoppen we in een groot winkelcentrum “Mercator” bij Duisburg. Je hebt daar een Toys’arus, Roller, Real en nog veel meer winkels. Voor Nico kopen we een nieuw kruisje voor aan zijn halsketting, de vorige ligt ergens langs de weg bij Trysil, in Noorwegen. Jenny vindt een nieuwe snorkelpijp, de oude was op een belangrijk punt afgebroken. Voorbij Oberhausen is de file eindelijk opgelost. Daarna is het lekker opschieten

Even later verorberen we een heerlijke maaltijd bij de Raststätte Hünxe. Net na acht uur rijden wij weer verder, om 20.30 uur bij de grens met Nederland en om 21.30 uur rijden wij onze eigen straat weer in.
Nu zijn wij aan het nagenieten van een heel mooie vakantie.

Kijk voor alle foto’s HIER.

2008: Zomervakantie 1 -Scandinavië

Zomervakantie 2008-1 “Naar het Noorden”

Donderdag 29 mei 2008,  Jenny

Verjaardag Nico
Het is half tien wanneer wij op deze drieënvijftigste verjaardag van Nico “de Allee” uitrijden. Het is een beetje benauwd warm, maar erg zonnig is het nog niet. Voorbij Assen gaan we even bij Tyrnaarlo de weg af om bij het camperbedrijf “Achterkamp” een spanbandje voor het hefdaktentdoek te halen.
We zijn er zo weer weg, want de koffie slaan we af. Het bandje krijgen we gratis mee.
We kiezen voor de route over Groningen en dat schiet lekker op.
Om 11.10 uur passeren we grens met Duitsland en dat geeft altijd meteen een echter vakantiegevoel dan de wegen in Nederland.

Voor Delmenhorst houden we een korte pauze om een broodje naar binnen te werken. We willen niet teveel eten, want vanavond wacht ons het Scandinavisch buffet op de Stena- boot.
Om 12.50 uur zijn we bij Bremen en Jenny rijdt, dat doet ze wel vaker tussen Bremen en Hambrug want dan kan Nico een tukje doen. Dat doet hij nu dus ook.
Precies een uur later, om 13.50 uur rijdt Jenny de Elbetunnel in en omdat er kort na de tunnel geen parkeerplaats is, wisselen we pas van bestuurdersstoel 6 km voor de Raststätte Holmoor bij de gewone “P-WC” . Nou, dat ‘gewoon’ kunnen we snel weglaten, want de toiletten zijn hypermodern, hyperschoon en volautomatisch. Het is een genot om je plasje daar achter te laten.

Het is niet ver meer naar Kiel, waar de “Stena Scaninavica” al aan de kade ligt. We komen om 15.00 uur aan in Kiel en gooien eerst de tank vol met schandalig dure V-Power-diesel.
We hebben er dan 485 km opzitten en zijn 5,5 uur van huis.
Omdat we nog enkele uren over hebben gaan we het zonnige Kiel in. Eerst bezoeken we de St. Nicolaikirche, de kerk met die groene spitstoren die je al van ver ziet als je Kiel per boot nadert. Daarna wat door de winkelstraten slenteren en op een terrasje in de zon een heerlijke sorbet eten ter ere van Nico’s verjaardag.

001

We kunnen al om 17.00 uur de boot op en na enig wachten in de haven zijn we dan om 17.45 uur aan boord. Meteen zoeken we onze hut op, op het achtste dek. Het komt ons bekend voor: hutnummer 8215 en het zal ons niets verbazen als wij die al eens eerder hebben gehad. Het is een vierpersoons buitenhut met raam aan de stuurboordzijde vlakbij de voorkant van het schip.
Kort daarna gaan we aan het overheerlijke buffet en laten ons vooral de visgerechten goed smaken. Ons schip vertrekt terwijl wij eten, al om 18.50 uur en dat is 10 minuten te vroeg.
Het is niet druk in het restaurant, maar dankzij een groep Hollandse motorrijders is er genoeg kabaal.
Na het eten gaan we een luchtje scheppen aan dek, we zijn inmiddels op open zee aangekomen en het waait hard. Wanneer we onze hut opzoeken ploffen we op bed om bij te komen van de maaltijd. Dat ‘even’ duurt wat langer dan bedoeld, want we vallen in slaap en worden pas uren later wakker. Na een verfrissende douche gaan we dan echt slapen en daarmee is deze eerste vakantiedag voorbij. De kop is er af!

Vrijdag 30 mei 2008 Nico
Om kwart over zeven staan we op: we hebben de telefoon als wekker, een horloge als wekker en de scheepsradio in drie talen; dan kom je er wel uit! We gaan naar het ontbijtbuffet en bestellen bij de kassa gelijk een thermoskan die na het ontbijt met ongeveer vier koppen koffie gevuld wordt. Nico vindt de nota wel erg hoog en de dame blijkt in plaats van 2 x ontbijt doodleuk 2 x All-inclusive dinerbuffet aangeslagen te hebben. Onze eerste “credit-creditkaartbetaling” is het gevolg. Maar eens zien hoe dat op de afrekening staat. In het begin is de buffetruimte stampvol met mensen, later wordt het rustiger. Wanneer we om 9.00 uur in Göteborg aanlegen is het al aardig warm buiten. Om 9.10 uur rijden we van de boot af en voordat we het Stena Line- terrein kunnen verlaten moet Nico eerst blazen bij oom agent: alcoholcontrole!. “Perfect! Have a nice stay!” is het resultaat. We volgen de E6 naar Oslo, een afstand van ongeveer 285 kilometer en het wordt al snel behoorlijk warmer. Bij de eerste stop verdwijnen de lange broeken en komen de korte broeken en hemdjes te voorschijn. Precies om 12.00 uur passeren we de grens met Noorwegen, na eerst voor het laatste stukje E6 in Zweden nog tol te hebben betaald. Tol in Zweden; da’s voor het eerst sinds we hier komen! We worden bij de grens van de weg af geleid, naar een douanecontrolepost, maar mogen van de heren gewoon doorrijden. Nadat we Oslo gepasseerd zijn stoppen we bij Klöfto aan de E6 voor een korte lunch. Na een klein half uurtje rijden we door en stoppen 11 kilometer voor Elverum voor een plasstop. Het is nog steeds ongekend warm! In Elverum gaan we om 16.00 uur pinnen en een ijsje eten. We parkeren op precies dezelfde plek waar we jaren geleden met onze eerste camper met een lekke remleiding stil kwamen te staan. Daarna gaat de reis door naar Trysil. Van Göteborg naar Trysil is het 550 kilometer. Om ca. 17.00 uur komen we aan. Dat is inclusief stops bijna 8 uur in de zomer. Komende winter willen we weer skiën in Trysil. De overtocht via Zweden lijkt dus niet haalbaar. De rit van Göteborg naar Trysil zal in winterse omstandigheden minstens 10 uur duren. Je komt dan ’s avonds erg laat aan, om maar te zwijgen van de volgende week op tijd bij de boot terug zijn. Dat wordt komende winter dus de overtocht Kiel- Oslo met Color Line.

We besluiten om op zaterdag pas de tolweg naar Fageräsen te doen om daar naar huisjes voor de komende skivakantie te kijken en gaan dus eerst wat huisjes bekijken in Trysil Touristcenter. We hebben er 2 uitgeprint; één kennen we van de eerste wintersport hier, de tweede lijkt in werkelijkheid wat aan de krappe kant. We zien wel andere leuke onderkomens; die zoeken we thuis wel via internet op. Vanaf Touristcenter, waar de receptie helaas in het weekend dicht is, evenals de Tourist- Info in het dorp, rijden we naar de Klara Camping aan de overkant van de rivier, net buiten het dorp. Evenals in 2003 gewoon bellen dat je er bent, morgen komen ze wel langs. We vinden een plekje vlak aan de rivier, waar de stroompaal niks doet, maar de haspel is net lang genoeg om bij de volgende te komen. Het is ongekend warm; rond half acht is het nog zeker 30 graden. En wij maar tegen iedereen zeggen dat die 30 graden van vorig jaar begin juni vast een toevalstreffer was… Het is nu negen uur en de zon schijnt nog vrolijk over de berg aan de overkant van de rivier. Een ons uit 2004 zeer bekende berg, waar nu zelfs nog aardig wat sneeuw op ligt. Zelfs aan de doorgaande weg onderaan de berg ligt soms nog sneeuw. En dat met dit “kortebroekenweer”……….

Zaterdag 31 mei 2008 Jenny
Het is 9.00 uur wanneer wij het bed verlaten en aan de ontbijttafel schuiven. Dat doen we buiten, want het is stralend weer. Terwijl wij ontbijten, komt de campingbeheerster met ons afrekenen. We betalen voor de afgelopen nacht, maar delen alvast mee dat de kans groot is dat we terug komen. Na het ontbijt gaan we boodschappen doen in Trysil en daarna gaan we met de camper naar Fageråsen, via een een tolweg (30 kronen) van 10 km. En hoe hoger we komen, hoe warmer het wordt. Ook in Fageråsen wordt in hoog tempo bijgebouwd en wanneer wij nog een keertje in een rustig gebied willen skiën moeten we geen jaren meer wachten. Dat is ook niet de bedoeling, we willen namelijk komende winter –wanneer wij 30 jaar getrouwd zijn- hier een week skiën met het hele gezin en aanhang. Daarom komen we nu alvast kijken naar welke chalets wij leuk vinden om te boeken. In 2003 –op weg naar de Noordkaap- hebben wij dat ook gedaan voor de wintersport van 2004 en dat is ons goed bevallen. Toen waren wij 25 jaar getrouwd en de volgende keer dus 30.

We hebben thuis al een voorselectie gemaakt qua grootte en prijs en hoeven dus alleen maar te zoeken waar ze staan. Sommigen vallen zó tegen dat Nico die zwarte houten huisjes “doodskisten” noemt. Maar van de chalets Fagertoppen die wij in eerste instantie thuis al erg mooi vonden worden we enthousiast. Thuis dachten we dat type ‘W’ onze voorkeur zou krijgen, maar in de praktijk blijkt type ‘X’ beter te zijn. Je hebt daar weliswaar maar 1 toilet, maar je hebt ook maar één buur en bij type ‘W’ wel 3 waar je hinder van kunt krijgen. Bovendien ligt Fagertoppen ‘X’ nummer 20a of 20b pal aan de piste en dat vinden wij wel erg gaaf! De pistes zelf zijn allemaal groen en blauw (in de winter natuurlijk) en staan met de rest van de pistes van Trysilfjell in verbinding. Een redelijk groot skigebied dus!

Na het nuttigen van een broodje gaan we een wandeling maken, de berg op. Het is heel warm en we smeren ons goed in tegen de zon. Nico doet het nieuwe rugzakje om, waar ook een waterreservoir in zit met koel water. We wandelen langs het pad dat naar het skipaviljoen Fjellroa gaat, een half uur heen en een half uur terug. Er ligt nog veel sneeuw, ook op de weg, maar onze wandelschoenen kunnen daar goed tegen. Het is trouwens erg lekker lopen op deze schoenen.

Terug bij de camper moeten we eerst alle hitte eruit laten, want het is niet te harden. Daarna gaan we de berg weer af, betalen netjes de 30 kronen tol en willen vervolgens naar “Skihytta” gaan. Daar kun je met de auto komen vertelde de campingmevrouw en heel leuk wandelen. Maar wanneer we de afslag zien en opnieuw 30 kronen moeten betalen vinden we het niet leuk meer. We rijden een stukje verder tot aan de huskyfarm en zien dat de honden allemaal een prachtig nieuw onderkomen hebben gekregen aan de andere kant van de weg. Daarna gaan we terug naar de camping om daar de volgende twee nachten ook te verblijven. We zetten de luifel en de satellietschotel er bij op en klaar is ons weekendonderkomen!

Zondag 1 juni 2008 Nico
We slapen uit tot tegen tienen. Het is dan al weer erg warm. Wie zei ook weer dat 2 jaar achter elkaar 30 graden in Scandinavië in begin juni wel heel erg onwaarschijnlijk was? We rekenen met de campingdame 2 nachten af en krijgen zelfs nog een Zomer (2007)- boekje van Trysil en omgeving. Na een rustig ontbijt klimmen we tegen de middag op de fiets. Eerst wat restaurantjes kijken in Trysil voor vanavond; “Bøes Restaurang / Pub / Pizza” lijkt de meeste kans te maken. Daarna gaan we in deze vroege volle zomer in juni maar eens een stukje fietsen. Niet zo gek ver weg; we volgen Weg 26 richting Elverum tot we bij de brug naar Nybergsund komen (ongeveer 7 kilometer) en steken daar de rivier over. Over de brug kun je linksaf naar Trysil Sentrum (en de camping) over Weg 25. We slaan eerst nog even rechtsaf naar Nybergsund en bezoeken daar het “Kongeparken”; Op 11 april 1940 bombardeerden de Duisters Nybergsund, waar koning Haakon VII en het parlement via Elverum heen gevlucht waren. Ze schuilden tijdens het bombardement in het bos -niemand werd overigens geraakt – en daar werd in 1946 een gedenkteken onthuld. Daarna gaan we weer op de fiets richting Trysil en Klara Camping. Ergens onderweg, vermoedelijk op Weg 26, is Nico zijn halskettinkje met kruisje kwijtgeraakt. Onmogelijk om terug te vinden. Terug op de camping bestaat de rest van de middag uit luieren, lezen en niksen. Tegen zessen fietsen we naar Trysil om te gaan eten. Het wordt inderdaad “Bøes Bistro”, waar we lekker binnen gaan zitten en een pizza bestellen. Het is een “litten” (kleine) pizza, waarbij het vermoeden bestaat dat voor een grote minstens een steekwagen nodig was om hem op tafel te krijgen…. Het uitzicht op de straat is wel grappig; Noorse jeugd, doorgaans van het mannelijk geslacht, die meestal met zijn tweeën maar soms ook alleen in hun auto door de hoofdstraat heen en weer rijden. Heel af en toe komt er een auto met het andere geslacht. Ooit in het verre verleden eens gelezen dat op deze manier de Zweedse jeugd aan het begin van het weekend “op jacht” ging, net zo lang doorrijden tot er personen van de tegengestelde kunnen instapten. Leuk weekend gegarandeerd! Maar waarom ze dat nou in Noorwegen op zondagavond doen?

Met 2 consumpties p.p. komen we met deze maaltijd uit op Nok 477,-. (ca. € 63,-). Vergeleken met een Nederlandse Pizzeria niet goedkoop, maar vergeleken met een gewoon Nederlands restaurant ook niet schrikbarend duur. De alcoholische drankjes zijn wel duur: een biertje kost € 7,00. Dit is ook onze eerste keer “uit eten” in Noorwegen, wanneer je de Scandinavische buffetten op de veerboten naar Noorwegen niet meerekent. Maar het is erg geslaagd en bovendien ook nog eens erg lekker. Terug op de camping eerst even “uitbuiken”, douchen en dit dagverslag tikken, met op de achtergrond Pinkpop op Nederland 3 (de satellietschotel werkt ook hier). We hadden voor vertrek afgesproken om deze twee vakantieweken rustig aan te doen. De eerste drie nachten op dezelfde camping is daar een leuk en goed begin van. Morgenochtend maar in alle rust opbreken. Volgens Teletekst is het hier morgen ook weer mooi weer.

Maandag 2 juni 2008 Jenny
Het is 9.50 uur wanneer wij de Klara Camping verlaten. Eerst willen we een kijkje nemen in het witte kerkje bij de brug van Trysil, maar ook deze keer is het gesloten.
We doen boodschappen bij de grote Coöp en gaan dan naar de Tourist Informatie. Daar nemen we wat folders mee en ook een grote kalender 2008 met de skipistes erop. Hoe we deze mee moeten nemen zonder dat hij kreukelt bedenkt Jenny later: onder de matras van ons camperbed!
We rijden naar Hamar en bezoeken daar het Vikingskip, het Olympisch stadion uit 1994, waar 50.000 mensen in kunnen. Wij lopen hem helemaal rond, maar op dit moment is er dus geen ijs maar zaalvoetbalvelden in de arena. Het dak van het stadion is een omgekeerd Vikingschip, vandaar de naam.

W019e eten een broodje op de parkeerplaats en gooien de dieseltank vol. Daar wacht een mooie verrassing: nog nooit heeft DK 3 (en ook al die andere Duva Kampa’s) 1: 13,8 gereden! Een leuke meevaller met die immens hoge brandstofprijzen. Net boven Hamar – daar waar de E6 naar de andere kant van het Mjösa (meer) gaat- slaan wij links af, richting Gjövik. Het is intussen erg warm geworden, onze meter geeft ruim 25 graden aan. Vlak voor Gjövik slaan wij rechtsaf, weg 249 in naar Dokka. Onderweg nog eens een kerkje geprobeerd te bekijken, maar ook die was gesloten.

Om in Dokka te komen moeten we een hele afdaling naar beneden maken, blijkbaar zaten we op een hoogvlakte. Daarna nemen we weg 33 richting Aurdal en Leira. De weg komt ons enigszins bekend voor en wanneer we stoppen bij een P-WC, zien we een waterval/stroomversnelling bij een brug die we kennen van jaren geleden. Het heet er: Höljarast Bru. Destijds was het ook heel mooi en heel warm weer en hadden Paul en Mark die dag behoefte aan waterafkoeling. Ze konden dan ook heerlijk spelen bij de rotsen met het stromende en kolkende water van de rivier. Een plekje om te overnachten is ook nu zo gevonden, maar het recht staan duurt even. Toch lukt het ons om de camper vrijwel waterpas te zetten, een kunst op zich, met de complimenten aan Nico.

Vlakbij zijn rotstekeningen, zgn. ‘Helleristninger’ te zien en wij gaan daar lopend naar toe. Nooit geweten dat ze hier waren, terwijl toch al twee keer op dit plekje zijn geweest. We ontdekken de 11 tekeningen van rendieren die in de rotsen gekerfd staan.
Daarna terug en lekker even pootje-baden bij het water, het water is ijskoud! Even later zijn wij getuige van een fotosessie van twee blonde Noorse schonen in klederdracht, leuk om te zien.
Tijdens het etenkoken begeeft de waterkraan het, maar Nico kan hem gelukkig m.b.v. een schroef tijdelijk repareren. De kraan was vorig jaar ook al stuk en toen kregen we een andere. Die bleek ook niet helemaal jofel, maar na het vervangen van het sproeideel was alles weer goed. Niet dus! Morgen zullen we eens kijken of secondenlijm wat uit haalt.

Dinsdag 3 juni 2008 Nico
Geen wekker gezet en we worden om tien voor half negen vanzelf wakker bij het geluid van stromend en vallend water. We breken op ons gemak op en verlaten om kwart voor tien dit mooie eerste natuurplekje van deze vakantie. Het is weer lekker zonnig, alleen is het wat minder heet dan gisteren. In Leira aangekomen doen we boodschappen. Daarna rijden we Weg 51 op, richting Gol. Deze weg hebben we al vaker gereden en voert ons over een mooie hoogvlakte. In Gol nemen we Weg 7 naar Geilo. In Torpo gaan we even de doorgaande weg af om een houten staafkerkje te bekijken. Het piepkleine ding lijkt de vereiste Nok 35 p.p. entree niet echt waard, dus na een korte blik gaan we weer verder. Aangekomen in Hol lunchen we eerst op een parkeerplek bij het museum en de oude houten kerk, waar we in het verleden met Jenny’s moeder zelfs op zondag nog de deur gesloten vonden. Kennelijk moet je in dit land betalen om een kerk in te kunnen….., nou ja, in Nederland betalen wij toch ook een ‘Kerkelijke Bijdrage’ aan de kerk.

Vervolgens gaan we Weg 50 op, richting Aurland. Precies midden tussen Hol en Hovet ligt Camping Birkelund. Een Acsi- korting- camping (in voor- en naseizoen) met Nederlandse eigenaren, Rinie en Franka van der Pluijm. Het aantal Nederlandse campingasten op deze camping is dan ook bovengemiddeld voor een land als Noorwegen. We zien in het “inschrijfschrift” zelfs de Anjerweg in Westenholte staan! Om 14.00 uur komen we aan en even later zijn we volledig opgezet, inclusief luifel en satellietschotel. Dit is de eerste keer dat bij het aansluiten van de coaxkabel er direct beeld en geluid komt (tennis op Nederland 1). Hoezo: schotel uitrichten? We krijgen vrijwel direct een Nederlands echtpaar “aan de bus” die info willen over onze luifel. Een stel enthousiaste California Coach 1992 – rijders. Ondertussen blijkt de 12-volt-verlengkabel defect. Eén van de draden is losgeschoten. Geen TV meer kijken? De netstroomadapter hebben we thuis gelaten. Dan ben je blij met een Nederlandse beheerder die ergens ver weg nog een Vendex- soldeerbout weet op te duiken! De Acsi- korting is niet de belangrijkste reden om hierheen te gaan. Normaal gesproken hebben wij iets tegen campings direct-aan-de-weg en tegen campings met bovengemiddeld aantal Nederlanders. Maar je kunt hier leuk wandelen en we hebben allebei nieuwe wandelschoenen bij ons. Daarom blijven we ook hier twee nachten. Om kwart voor vier maken we een eerste verkennende wandeling. Zo’n zes kilometer, die we in ca. 75 minuten afleggen. Daarna springen we ook nog eens op de fiets naar Hol, om ansichtkaarten te kopen. We komen daar na vijf kilometer om 18.05 uur aan en kennelijk gaan de winkels in deze kleine plaatsjes stipt om 18.00 uur dicht. Weer terug op de fiets, inclusief een stukje lopen, omdat de berg voor ons ietsjes te steil is. Het is nu tien voor acht, de maaltijd is achter de rug we gaan direct maar eens kijken of we de aangeschafte 24 uur Internet- toegang aan de praat kunnen krijgen.

Woensdag 4 juni 2008 Jenny / Nico
J: Vandaag gaan wij onze eerste echte wandeltocht maken op onze nieuwe, thuis ingelopen, wandelschoenen. Daarvoor moeten wij eerst 8,5 km bergopwaarts fietsen tot voorbij het dorp Hovet. Dus we zijn al een beetje moe voordat we echt beginnen. En dat beginnen betekent: stijl omhoog, langs flinke keien, sneeuw, water, modder en een wildwater- bergstroom. We willen de 250 meter hoge waterval Hivjufossen zien en dat kan op twee manieren. Via een 4 km lange ‘weg’ en via een 1,5 km lange weg. Wij kiezen voor de laatste, omdat we niet zeker weten of de andere weg sneeuwvrij is. Wanneer we niet de route rond kunnen lopen, kunnen we in elk geval via dezelfde weg terug.
We lassen veel rustpauzes in voor onze ongetrainde benen en daardoor doen wij er in totaal drie uur over. Dat komt ook omdat we twee keer een wildkolkende rivier moeten oversteken. Twee Duitsers doen het ons voor: zij doet haar schoenen uit en waadt op blote benen er doorheen, hij loopt met sokken en gympen zó het water in. Wij doen het anders: wij trekken onze dure schoenen en sokken uit en hangen ze samengeknoopt om onze nek. Daarna waden we snel door het ijskoud water. Het water is zó koud dat het pijn doet aan de voeten. Aan de overkant lopen we onze voeten droog, kloppen met onze sokken het vuil er vanaf en trekken onze comfortabele wandelschoenen weer aan. Terug moet hetzelfde gebeuren en dat kost gewoon wat tijd. Maar het aanschouwen van zo’n grote waterval waar je zo’n moeite voor moet doen is het alles waard.

Op de terugweg door de rivier zien we dat wanneer je jong bent en lange, lenige benen hebt, je ook via de stenen kunt springen. Twee jonge Noren laten ons dit zien en gooien eerst hun rugzak naar ons toe. De volgende gooit zijn fototoestel pardoes in het water, maar die kan er nog net uitgevist worden. Nou, wij doen het dan toch maar op onze eigen manier! Zie foto.

Op de fiets weer terug en even een paar boodschappen halen bij de supermarkt in Hovet. Daar kopen we ook ansichtkaarten om naar het thuisfront te sturen. De rest van de middag gaan we heerlijk luieren bij de camper. Het weer blijft schitterend en het is lekker warm.

N: Omdat de PCMI- netwerkkaart en de zender van de camping kennelijk niet zo’n groot bereik hebben, gaat Jenny vlak bij de receptie weer aan de picknicktafel internetten. Zelfs daar valt de verbinding soms weg, terwijl onze buren, met een Apple- I-Mac- laptop probleemloos verbinding hebben, en die staan nog verder van de receptie af dan wij. Toch maar eens uitkijken naar en andere laptop….
Vanaf ons “spontane internetcafé” zien we even later de auto van de campingeigenaren, Rinie en Franka, op een Falcken- sleepauto voorbij komen. Rinie heeft in een poging om twee campinggasten die in hun auto “op” een plak sneeuw en ijs vastzaten (nota bene met een vierwiel- aangedreven Toyota Landcruiser!) zijn eigen koppelingsplaten aan barrels gedraaid. Dat soort onbaatzuchtigheid kom je niet vaak tegen. Wij kennen die sleepwagens overigens nog al te goed van ons roemrijke camperverleden.

Donderdag 5 juni 2008 Nico
Tijd om hier weer te vertrekken. Om kwart over acht loopt de wekker af, om 10 uur verlaten we deze leuke camping. Voorseizoen en Acsi-korting, Camping Birkelund kost ons voor twee nachten Nok 230,- (ex. douchen) en dat vind je verder niet zo snel in dit land. We rijden over Weg 50 tussen nog steeds imposante hoeveelheden sneeuw richting Aurland. Daar gaan we nog even 9 kilometer “linksaf” naar Flåm, om boodschappen te doen. Vervolgens weer terug naar Aurdal om daar de bijna 25 kilometer lange Laerdaltunnel in te rijden. Vorig jaar ook, maar toen vanaf de andere kant. In de eerste van de drie heel bijzonder verlichte “onderbrekingshallen” negeren we het stop- / parkeerverbod en stoppen even om te filmen en foto’s te maken. Je rijdt toch al gauw meer dan 20 minuten in zo’n tunnel en ondanks dat het een enkele buis is met tweerichtingsverkeer, wordt er zelfs door vrachtwagens nog ingehaald. Zelf doen we dat ook een keer, maar omdat het een behoorlijk rechte tunnel is kun je ver vooruitkijken of er een tegenligger aankomt. We picknicken op een parkeerplaats aan het Åndalsfjorden, waar we vorig jaar overnacht hebben. Onze website-sticker die Jenny vorig jaar aanbracht zit nog steeds onder de picknicktafel. In Övre Årdal doen we nog een keer boodschappen; de “Skummet Maelk” die in Flåm is gekocht is magere 0,1%- melk en géén karnemelk; die heet in Noorwegen “Skummet Kulturmaelk”…. Het is niet eens lekkere melk, dus maar weg doen.

039

 

Rond tien voor drie rijden we de “Sneeuw-tolweg” van Övre Årdal naar Weg 55 (ook al zo’n sneeuwweg) op. Nu in tegengestelde richting dan de vorige twee keer. De klim begint gelijk steil en over een heel smal weggetje. Om een dikke tegemoetkomende camper te passeren, die kennelijk niet op de hoogte is van het correcte gebruik van de alomtegenwoordige uitwijkplekjes, moet zelfs de linker spiegel ingeklapt worden, terwijl de rechterwielen naast de weg doorploeteren, vlak naast een diepe greppel. Volgende keer gewoon stilstaan en wachten tot de klungel-in-kwestie achteruit rijdt naar een uitwijkplek. Want in de bergen geldt: stijgend verkeer gaat vóór en dat zijn wij in dit geval.
Ook nu ligt er weer veel sneeuw, méér nog dan vorig jaar. Bovenaan betalen we braaf de 50 kronen tol. €6,50 is niet veel voor dit prachtige uitzicht. Na stijging komt afdaling en aan het eind van de tolweg rijden we Weg 55 van Sogndal naar Lom op, om ook weer gelijk te gaan klimmen. Weer veel sneeuw en rijdend richting Lom zien we dat er dichtbij Lom ook nog steeds sneeuw ligt. Zó dicht bij Lom hebben we dat nog nooit gezien. Tegen vijven zien we vlak voor Elveseter een verwijsbord naar een “P-met-WC”, waar alleen auto’s tot 2 meter breed in mogen. Het blijkt een eenrichtingspad te zijn dat zich tussen met latten en touwen beschermde bomen doorslingert en waar veel –soms futuristische- betonnen picknicktafels staan. Met een grote camper kun je daar niet tussendoor slalommen, maar met een VW T4 gaat dat prima. We installeren ons voor de komende nacht op een mooi plekje vlak aan de snelstromende rivier en besluiten hier te overnachten. Verkeer hoor je dankzij de rivier helemaal niet. Het is nog steeds droog en zonnig weer. Onze hoogtemeter geeft 950 meter aan, dus het zal hier wel wat eerder fris worden, maar dat mag de pret niet drukken.

Vrijdag 6 juni 2008 Jenny
We lagen gisteravond al vroeg op bed en daarom komen we er deze ochtend al om 8.00 uur uit. Geen opsta-tijd voor de vakantie vindt Jenny, na maar zo’n lange nacht is het geen probleem. Het was een koude nacht en bij het ontwaken wijst de buitenthermometer 8 graden aan!
We ontbijten in het zonnetje, want anders is het te fris om buiten te zitten. We kiezen weer een van de vele futuristische picknick-zetels die hier staan, ze zijn leuk om te zien.
Om 9.20 uur vertrekken we van deze leuke overnachtingplaats en uiteraard hebben we hem aangetekend op onze wegenatlas: 25 km ten westen van Lom aan weg 55, vlak voor Elveseter.

Ongeveer 20 minuten later komen we in Lom aan. Daar gaan we linia-recta naar de Tourist Inform om onze mail te bekijken. Verder doen we niks in Lom, het mooie kerkje hebben we al eens gezien. Het is intussen al weer erg warm geworden en de korte broek en het mouwloos hemdje gaan weer aan.
Langs het Ottavatn (wat staat het water hoog zeg) rijden we naar Otta en doen boodschappen in een groot koopcentrum. Duva Kampa krijgt een slok diesel en warempel, hij heeft al weer zuinig gereden, 1:12,8. Om 11.50 uur belanden we op de E6, die we slechts volgen tot Ringebu. Daar gaan we 8% omhoog, Weg 27 op. Later blijkt dat we deze weg niet bedoeld hebben, maar hij is wel erg mooi. We vermoeden dat we hem in omgekeerde richting al eens hebben gereden. We rijden boven op de hoogvlakte van het Rondane natuurgebied en zien allemaal schitterende wandelwegen en berghutten. Het is er doodstil en sporadisch passeren we een auto.

Vanaf Weg 27 komen we op Weg 3, rijden die een klein stukje en slaan dan af naar Weg 217. Daarna naar Weg 218 die vlak voor de Zweedse grens Weg 70 wordt.
Om 16.25 uur passeren we de grens met Zweden, die slechts aangegeven wordt met een verkeersbord en een gedenksteen. In het eerste plaatsje Idre gaat de deur van de Tourist Informatie voor onze neus dicht. Gelukkig kunnen we wel geld pinnen, want we hebben geen Zweedse kronen bij ons. Maar de supermarkt is dicht en een blik in ons boekje leert ons dat 6 juni hier een Nationale feestdag is, of te wel Svenska Flaggens Dag (wij zeggen “vlaggetjesdag”). Men herdenkt dan de troonsbestijging van Gustaf Vasa in 1523 en de grondwet van 1809. Het is ons al vaker overkomen dat we op deze dag voor dichte winkels stonden, vorig jaar in Jokkmokk nog! Wij leren het dus nooit.
We rijden verder naar Särna en onderweg zien we schitterende vrije kampeerplekken langs het meer, met wc-hokjes, schuilhutten en vuurplaatsen. Maar omdat wij voor de douche komen willen we naar een camping. Daar komen we om 18.00 uur aan en mogen zelf een plekje uit zoeken. Even later staan we dan weer met luifel en satelliet TV, alsof we nooit (ergens) vertrokken zijn. Ook hier zijn veel Nederlanders, maar ook veel muggen! Dat noopt ons al snel om binnen te zitten, terwijl het buiten nog lekker is. Maar daarvoor terug krijgen we een prachtige zonsondergang te zien!

056

Zaterdag 7 juni 2008 Nico
Een ochtend zonder wekker, dus worden we pas om half elf wakker op deze camping in Särna. Omdat de enige “supermarkt” in het dorp op zaterdag al om 14.00 uur dicht gaat, ontbijten we snel en gaan daarna boodschappen doen. Het is behoorlijk druk in de “Konsum” en het gangbare brood is al uitverkocht. Dan maar “Zweeds houdbaar”. Terug op de camping kopen we à raison van Sek 30,- 6 munten voor de wasmachine, die het later gewoon zonder munten blijkt te doen. Een Zweeds “dropijsje” gaat er in deze hitte ook best wel in! Wanneer we de receptie verlaten, worden we aangesproken door de vrouwelijke helft van een net aangekomen Nederlands echtpaar; we blijken elkaar vorig jaar juni in Jokkmokk op de berg “Storknabben” te hebben ontmoet bij het kijken naar en genieten van de Middernachtszon. Kleine wereld! Na de was gedraaid en opgehangen te hebben stappen we op de fiets voor een tochtje van 10 kilometer om het meer, het Särnsjön. Het is bloedheet en bij het “klimmen” is het wel een beetje afzien. Het afdalen daarentegen is dan weer een stuk prettiger! Bij het vertrek meenden we al wat onweersklappen te horen en wanneer we op driekwart van de tocht even willen uitblazen, zien we de zwarte lucht die we al een tijdje verderop zagen ineens behoorlijk dichtbij komen. We slaan de pauze dus maar over en fietsen verder. De was blijkt nagenoeg helemaal droog te zijn en wordt gauw binnengehaald. Na enige tijd breekt het onweer los en begint het hard te waaien en te regenen. Wel lekker verfrissend! Het satellietbeeld valt weg en ondergetekende doet een spelletje “Schotel-uitrichten-in-de-stromende-regen-in-de-korte-broek”. Uiteindelijk is er weer beeld en de verzopen kat (of Duijf) heeft droge kleren nodig. Na de afwas rond een uur of acht wordt het weer droog. Een lekker ontspannen dagje dat heel heet begon en nu lekker frisjes afsluit.

Zondag 8 juni 2008 Jenny
Vandaag staan we niet zo laat op, want we willen een wandeling maken voordat de hitte op z’n ergst is. Dat lukt niet zo goed – we zijn wel ervaren camperaars, maar geen ervaren wandelaars- en pas om 11.15 uur gaan wij op pad. De zon laat zich dan al weer van zijn beste kans zien. Het is een aardige klim naar boven, maar omdat we op asfalt lopen valt het mee. Ons doel is de uitkijktoren bij het kleine ski-gebied van Särna, enkele kilometers verderop. Inmiddels weten we dat je over een kilometer meer dan 2x zo lang loopt dan in Nederland op vlakke wegen en daar hebben we rekening mee gehouden. Ook nemen we geregeld een korte pauze, waarbij we de schaduw opzoeken. Na anderhalf uur komen we aan en we beklimmen meteen de skischans, om het uitzicht te bewonderen. Pas dan ontdekken we de echte uitkijktoren en ook die beklimmen we. Het is nog een hele klus om weer beneden te komen en we kiezen deels voor een pad langs de piste en deels voor een pad langs de sleeplift.
De terugweg is een makkie, want die gaat naar beneden. Tenminste, dat denken we en daarom kiezen we voor een pad dat door het bos gaat. Zouden we daarom allebei last hebben gekregen van onze
(voor-)voeten? Beneden gekomen moeten we nog even flink zijn om ook nog de beide kerkjes (de nieuwe en de oude staan naast elkaar) van Särna en de Gammle Gärd te gaan bekijken met zulke zere voeten.

Eenmaal bij de camper aangekomen gaan meteen de schoenen uit: wat een verfrissing!
Lekker bijkomen en dan naar het enige fatsoenlijke restaurantje dat Särna rijk is.
Het restaurant is 2 km verderop en wij kiezen voor een tafeltje op het terras. Het blijkt dat er niemand de bestelling komt opnemen en dat je dat zelf binnen moet opgeven. Ook bestek en glazen moet je zelf pakken en het drankje komt uit een blikje. Hoewel de kok continu pizza’s bakt kiezen wij voor een biefstuk (is hier een lap vlees met saus) en salade en friet. Het eten echter wordt wel gebracht, maar zonder verdere tekst op tafel gezet. Wij verstaan inmiddels redelijk wat Zweeds, maar horen geen “eet smakelijk” zeggen. Sterker nog: er kan geen lachje af.
Toch is de maaltijd verrukkelijk en helemaal niet duur. We betalen zo’n 335 kronen, dat is omgerekend € 37,00 en voldaan gaan wij weer naar de camping. In mijn geheugen was deze plaats Särna altijd een redelijk dorp, maar wat wij nu zien is een uitgestorven nederzetting. Geeft niet, morgen gaan we weer naar de bewoonde wereld.

De rest van de avond brengen wij door met tv kijken en lezen. Wanneer het tijd wordt om naar bed te gaan steekt er een flinke storm op vanaf het meer, pal op onze luifel. Het regent niet en het is ook niet koud, maar onze luifel zwiept behoorlijk heen en weer. We besluiten hem af te breken en vouwen hem in het ‘servicehus’ op. De buurman is inmiddels wakker geworden en verstevigt de scheerlijnen aan zijn voortent; we hoeven hem niet te helpen zegt hij. Nu de luifel weg is moet alles wat daar onder stond naar binnen: stoeltjes, schoenen, wasgoed, tafeltje, etc. Alleen de satelietschotel laten we buiten staan, verankerd met haringen en in de luwte van de camper. De wind gaat weer enigszins liggen en wij gaan naar bed. Het is behoorlijk licht en wij vermoeden dat het helemaal niet donker wordt hier.

Wij liggen nog maar net in bed of de wind begint weer kuren te krijgen. Nico slaapt al, aan het gesnurk te horen, maar Jenny is nog wakker. Gauw maakt zij Nico wakker om het hefdak te laten zakken, zodat het geluid van de wind minder hoorbaar is. Ach we hebben dit wel vaker gedaan, maar het is toch altijd weer een beetje spannend. En eindelijk kunnen we slapen.

Maandag 9 juni 2008 Nico
Om 8 uur loopt de wekker af. Dat is wat vroeg na een minder goede nacht. Het is bij het opstaan buiten net boven de 10 graden, grijs en het waait ook nog. Spijkerbroeken aan dus!
De luifel hoeven we niet meer af te breken en de rest doen we op ons gemak. Na het opbreken gaan we bij het Servicehus water tappen, vuil water & porta lozen en de laatste ook weer bijwateren. Daarna kopen we in het dorp nog de nodige stickers en rijden via Weg 70 naar Mora. Na enig zoeken vinden we daar een Köpcenter. De Gigagrote ICA gaat pas woensdag open en de kleinere ICA heet ons vanaf gesloten deuren hartelijk welkom in de nieuwe zaak; woensdag dus! We gaan shoppen in een nabijgelegen Willy’s. Een soort Aldi, maar dan groter. Pas in de loop van de middag verlaten we Mora en rond kwart over twee lunchen we op een P langs de weg (70) naar Rättvik. Eerst doen we maar weer eens dunnere kleren aan, want het is al weer 20 graden geworden en de zonnebril staat al weer een tijdje op onze neuzen.

Omdat het na de lunch niet lukt om in Leksand de goede afrit te vinden naar een oud kerkje, besluiten we in Borlänge om te stoppen bij een giga-groot winkelcentrum in een soort mega-koepel om daar eens wat te gaan rondsjouwen. We kopen een ketting met kruisje voor Nico, die zijn vorige tijdens de Trysil-fietstocht is verloren. Ook kopen we 60 internet- minuten voor 19 kronen, waarvan er ruim 40 worden opgemaakt. Daarna verorberen we p.p. een ijshoorn met drie grote bollen schepijs: aardbeien, Läkrits (drop) en Daim. Het is al na vijven wanneer we onze weg weer vervolgen. We volgen nu Weg 50 richting Örebro en verlaten die weg in Ludvika om de borden naar Malingsbo te volgen.

Ook nu rijden we weer het –toch al wel een beetje- vertrouwde natuurgebied “Malingsbo – Kloten” in. Via Malingsbo en Weg 233 komen we bij de afslag naar de (onverharde) weg naar Nyfors, de Nyforsvägen, en na drie kilometer zien we links het Långvattnet- meer en missen bijna de inrit naar een parkeerplaats-met-hoog-uitzicht-op-het-meer-en-beneden-een-schuilhut-met-vuurplaats-aan-het-water. Dit mooie plekje ontdekten we in 2005 en we komen er nu met plezier terug. Jenny heeft in no-time een vuurtje aan het branden en omdat er beduidend minder muggen zijn dan 3 jaar geleden genieten we aan het water op een boomstam van een wijntje en een biertje: Pardon: een Grolschje.

Dinsdag 10 juni 2008 Jenny
We hebben heerlijk geslapen op deze schitterende en rustige natuurplek. Dat we hem zo makkelijk konden vinden was dankzij de routebeschrijving die we de vorige keer in onze wegenatlas hebben geplakt. Om 10.00 uur vertrekken we van deze plaats om ooit weer eens terug te komen, zoals we wel vaker doen met mooie plekjes in Zweden en Noorwegen.
We rijden naar Kopparberg, naar de Tourist Inform. Die is gevestigd in een prachtig oud gebouw, namelijk het voormalig mijnkantoor annex gemeentehuis.
We kopen er stickers en wat souvenirs voor het thuisfront. Jenny vindt een nieuwe eland voor haar verzameling. Dit keer weer één in glas en de man van het toeristenbureau legt enthousiast uit dat de eland er met laserstralen in is gemaakt. Dezelfde laser als bij operaties wordt gebruikt.
We rijden over Weg 50 (die op veel wegenkaarten als 60 staat vermeld) verder zuidwaarts en zien vlak voor Örebro een heel groot winkelcentrum. Als je een Coöp Stormarknad tegenkomt is het de moeite om even van de weg af te gaan. Wij hebben eigenlijk niet veel boodschappen nodig en zijn voor Sek 19 klaar, maar de winkel heeft nog veel meer! Omdat onze koffiekan niet meer goed sluit, kopen we een nieuwe en Jenny ziet tot haar vreugde Nordic Walking- stokken, die haar oude kunnen vervangen.
Er blaast intussen een flinke wind –zeg maar storm- uit het westen en dat merken we tijdens het rijden goed. Onderweg bezoeken we nog even een klösterruïn uit 1400 bij Laxå.
We gaan over de E20 tot Mariestad, want we willen de nacht in Årnäs doorbrengen. Daar komen we om 16.30 uur aan en zien dat ons geliefde plekje wel wat veranderd is.

Maar laat ik eerst eens vertellen waarom het badstrandje bij Årnäs (er staat nergens een verwijzing naar een camping) zulke bijzondere gevoelens bij ons losmaakt. Dat komt door de zonsondergang! Hier hebben wij onze eerste Scandinavische zonsondergang beleefd en elke keer dat wij hier terugkomen is het weer raak: schitterende luchten, zonnestralen die weerkaatsen op het water en een zon die langzaam zakt om te uiteindelijk te verdwijnen achter de horizon. Ooit in 1986 –tijdens onze eerste Zweedse vakantie- belandden wij op deze plaats, op zoek naar een badstrandje om te gaan zwemmen en een natuurplekje om te slapen. Wij hadden een natte Randstadtent bij ons, die eigenlijk diezelfde dag nog moest drogen. Toen wij zagen dat er bij het strandje caravans stonden vroegen wij aan een van de weinige kampeerders of wij er mochten overnachten. In het Zweeds kregen wij een antwoord dat wij niet verstonden, maar wij begrepen dat we konden blijven en de tent opzetten. Er was geen stroom, geen drinkwater en geen toiletgebouw. Er was een handpomp waarmee je water uit het meer kon pompen. Je behoefte kon je doen in een houten hok met een poepton, maar dan moest je wel een zaklantaarn meenemen. Voor het afrekenen kwam er een echtpaar langs, zij in een “moeder Flobbe”-schort en samen maakten zij de “wc” ’s en het strandje schoon.
Deze overnachting kostte destijds Sek 20,00 per nacht, dus ongeveer fl.5,00. Diezelfde avond wasten wij ons vanaf de steiger in het heldere water van het meer en werden wij getrakteerd op onze eerste Zweedse zonsondergang- ervaring………………..

Jaren later kwamen wij hier nog een keer met de tent (1988) en ook 3 keer (1995, 1997 en 1999) met onze eerste camper, Duva Kampa 1. Een van die keren was het snikheet en we werden door de paar aanwezige Zweden gedirigeerd om op het mooiste plekje (in onze ogen dan) te gaan staan. We bleven twee nachten en kregen van het beheerders-echtpaar (zij nog steeds in het zelfde schort) de tweede dag een kan vers drinkwater. Vanwege de hitte verbleven we vrijwel de hele dag op en in het water. Inmiddels was de vooruitgang ook hier gekomen: er waren twee chemische toiletten (met binnenverlichting en een voetpomp voor water) neergezet en er was een kraan met stromend water uit het meer. Er hing een briefje bij dat het geen drinkwater was. De prijs was Sek 40, oftewel ƒ 10,00 per nacht, want campers kostten meer dan tenten. Opnieuw aanschouwden wij het wonder der natuur…………………..de zonsondergang!

Ook met onze tweede camper, Duva Kampa 2. zijn we hier geweest, maar hebben er nooit overnacht.
De ene keer wilden we weg omdat het er krioelde van de van de grote bosmieren , de andere keer lag het wel op onze route, maar niet om te slapen.

Vandaag echter staan wij hier met onze blauwe camper, Duva Kampa 3. Voor de zesde keer dus hier!
Paul had vorige jaar al gezien dat er veel veranderd is, toen hij hier kampeerde. Het kleedhok is weg en er staan nu echte toiletten met (warm en koud) stromend water, maar nog steeds geen douche. Het beheerders-echtpaar is een generatie jonger, woont nu op de camping en zij spreken zelfs een beetje Engels! Wanneer we vragen of we hier kunnen overnachten, wordt ons uitgelegd dat we met een camper alleen op de parkeerplaats mogen staan. Dat is geen probleem, want wij zijn de enige gasten en niemand zal dus ons uitzicht belemmeren. We zien zelfs in de caravans van de seizoenkampeerders niemand.
Wij kiezen een mooie plaats met uitzicht op het meer en zo veel mogelijk uit de nog steeds waaiende wind. Terwijl we in het zonnetje zitten laten we de veranderingen van deze geliefde plek op ons inwerken. Is Årnäs òns Årnäs nog wel, of wordt dit onze laatste keer?
Vanuit het water -wanneer Jenny zwemt- merkt zij dat er eigenlijk niets veranderd is. De sfeer is het zelfde gebleven, het strandje is onveranderd. Het is nog steeds goedkoop, een overnachting met een campertje kost 50 kronen, dit is ongeveer
€ 5,50. En wanneer ik dit epistel op de laptop tik weet ik het helemaal zeker: de zon is hetzelfde gebleven. Zij schijnt nu vanaf het meer op het toetsenbord………. Eh,………ik moet rap naar buiten om dit natuurverschijnsel op de camera vast te leggen. Want heel langzaam…………… Juist ja, bijna waren we te laat geweest!

Voor wie ook eens deze ervaring wil meemaken hier het adres:
Årnäs ligt aan de oostkant van het grote meer, het Vänern. Vanaf het noorden staat er net voorbij Mariestad tegenwoordig een bord op de E20. Afslaan bij dit bord dus en de weg volgen. Vlak voor het gehucht Årnäs moet je rechtsaf bij het bordje “badstrand”. Dit is een onverharde weg en deze weg moet je helemaal volgen, ook als hij een bocht naar rechts maakt. Wanneer je caravans tussen de bomen ziet ben je goed, de voorste caravan is van de beheerder. GPS- coördinaten: N 58.68740 E 013.62276 (noot: anno 2015 is de “camping” een privécamping geworden)

Woensdag 11 juni 2008 Nico
De “backup- of noodwekker loopt om 9 uur af. We sliepen vannacht niet zo gek vroeg en werden dus ook wat later wakker. Vannacht heeft het even geregend, maar nu is het weer droog en de zon komt er zo af en toe ook even bij kijken. Zo extreem warm als vorige week is het niet meer; wanneer we onze neus buiten de (schuif-) deur steken is het net 13 graden. We ontbijten op ons gemak binnen en ergens na tienen verlaten we “ons” mooie stukje Zweden. Gisteren hebben we niet gewandeld of gefietst, vanmorgen gaan we dat een beetje inhalen, maar we weten nog niet of we dat met de wandelschoenen of de trappers doen. We rijden naar het hoogste punt in de streek, de “Kinnekule”, een hoog plateau met een prachtig uitzicht over het Vänern en het vasteland. Wanneer we op een parkeerplek bij een pad naar de uitzichttoren naar een informatiebord staan te koekeloeren vraagt een –zeg maar- gemeentewerker die net een slagboom opent om met zijn auto + aanhanger door te rijden of we het allemaal kunnen vinden en geeft ons prompt een kaart van de omgeving. Nog steeds aardige jongens, die Zweden, ook al ziet deze er als een echte Viking uit: een hangsnor maat superextreem groot en haar in een paardenstaart onder de cap uit. We doen de wandelschoenen aan en sjouwen de berg op naar de uitkijktoren, die nu dus dicht is. We besluiten de rode wandelroute te volgen, volgens de borden “beloopt” die 2,5 kilometer. Na een uur zijn we nog steeds niet “rond”, dus is de route vast wel langer. Dankzij de kaart kunnen we bij het oversteken van een asfaltweg gewoon rechtsaf slaan naar de parkeerplaats waar de auto staat. Onderweg in het bos kwamen we de gemeentewerker nog een keer tegen; die reed daar op een “Quad” rond. Al met al hebben we een dik uur gesjouwd.

Het is ondertussen al ruim na twaalven en de temperatuur loopt flink op, al is de gevoelstemperatuur na zo’n wandeling wellicht wat hoger dan de echte. In ieder geval tijd voor korte broek en mouwloze bovenkleding! Tegen kwart voor een verlaten we Kinnekule en gaan via allerlei binnendoorweggetjes richting Skara. Daar willen we boodschappen doen in een grote ICA- supermarkt maar nemen de verkeerde ingang en moeten eerst met ons karretje een hele bouwmarkt door. Tussen Skara en Falköping lunchen we op een picknickplek, dat kan sinds 2 dagen weer zonder dat alles van tafel waait. De temperatuur wordt toch wat lager want de zon laat het steeds meer afweten, dus armen en benen zijn weer snel bedekt. Vanaf Jönköping nemen we de E4 naar het zuiden, dat schiet lekker op. We hebben dan ook veel minder last van harde zijwind dan gisteren. Bij Hamneda verlaten we de E20 en gaan binnendoor naar Älmhult, naar de Sjöstugan- camping, onze tweede “Acsi-voor-/ naseizoen-korting-camping” in deze vakantie. Daar komen we tegen zessen aan. De Acsi-kaart geldt nog steeds en we krijgen zelfs douchemunten mee. Net als in Noorwegen staan op deze Zweedse Acsi-korting-camping bovengemiddeld veel Nederlanders. Een plekje zoeken kost wat tijd; het terrein loopt nogal scheef, maar uiteindelijk vinden we aan de rand van de camping een plekje waar we redelijk vlak kunnen staan met de gesloten kant van de camper naar het meer. Dat lijkt vreemd, maar van die kant komt een in kracht toenemende wind en later ook regen. Ondanks de sombere verwachtingen van Nico over satellietontvangst – er staan hele hoge bomen in de “goede” richting- lukt het tòch om beeld te krijgen. We eten laat, terwijl er buiten bakken regen uit de lucht vallen, maar ook komt de zon er soms nog even door. Bij het tikken van dit verslag regent het behoorlijk, terwijl aan de linkerkant boven het meer mooie zonbeschenen wolken en hele stukken blauwe lucht te zien zijn.

Vandaag reden we weer over behoorlijk wat kleine tussendoor- weggetjes, die door onze Garmin- GPS niet eens aangegeven worden. Om in dit mooie land lekker over die mooie kleine wegen te kunnen rijden heb je meer nodig dan één wegenkaart van Zweden met schaal 1 : 200.000. Wij verslijten inmiddels onze tweede “Sverige Vägatlas” van Motormännens Kartförlaget. Daar staan zelfs de kleinste weggetjes op en daarmee kun je overal komen. Ook de bijzondere plekken worden op de kaarten vermeld: oude kerkjes, rotstekeningen, een Sommarland enzovoorts. En een hele hoop info over Zweden en verkeer, wel in het Zweeds, maar best begrijpelijk. Een aanrader! Ons exemplaar is van 2001 en de reden om hier steeds mee door te rijden is dat we geen zin hebben om kaartpagina voor kaartpagina langs te gaan om alle aangetekende mooie overnachtings- en andere plekken over te nemen in een nieuwe editie. Bovendien worden hier niet zo veel nieuwe wegen aangelegd en zelden krijgt een weg een ander wegnummer. We kunnen dus nog jaren vooruit. Ook van Noorwegen hebben we een vergelijkbare wegenatlas. Om de zoveel jaar kopen we nieuwe overzichtskaart van Zweden en Noorwegen voor het “grote overzicht”. Maar de details zoeken we via deze wegenatlas.

Donderdag 12 juni 2008 Jenny
We slapen een beetje uit deze dag en ontdekken dat we helemaal in de schaduw staan, terwijl de zon wel schijnt. Dat is niet handig als we morgen met een droge luifel hier weg willen. Bovendien hebben we erge last van “knutjes”, dit zijn zeer kleine mugjes die overal binnendringen. Onze luifel zit er vol mee en ook binnen zijn ze aanwezig. Nog nooit hebben we hier last van gehad (wel van hun grotere broers en zussen hoor, maar daar weten wij wel raad mee) terwijl we hier al ruim 20 jaar komen, waarschijnlijk komt dit door het jaargetijde en de bomen waar we onder staan. We besluiten na het ontbijt te verkassen naar een plek in de zon, er zijn door het vertrek van medekampeerders weer genoeg plaatsen om te kiezen.
Binnen een uur staan wij weer kampeergereed aan de overkant van het pad, dit keer vol in de zon. Het lukt ons om redelijk waterpas te staan op deze scheve plek. De knutjes verdwijnen als sneeuw voor de zon. Het weer ziet er een beetje dreigend uit, maar weerhoudt ons er niet van om naar het dorp te fietsen en boodschappen te gaan doen. Na een bezoek aan supermarkt ‘Willy’s’ gaan we naar Ikea, dé eerste Ikea van Zweden en van de wereld dus staat in Älmhult!
We fietsen nog even verder het dorp in en halen wat folders van deze streek voor familie e.a. bij de Touristinform en kopen wat wijn bij de Systembolaget. Dit is in Zweden een aparte winkel waar alcoholische dranken worden verkocht; het is namelijk in de supermarkt niet verkrijgbaar. We kopen een klein flesje witte wijn voor 39 Sek en een fles rode wijn (uitvoering: de toren van Pisa, scheef en al) voor 54 Sek, omgerekend is de laatste zo’n € 5,50. Helemaal niet duur dus!

We willen eigenlijk nog een wandeling maken, maar het is door het shoppen een beetje later geworden dan gepland. Terug op de camping blijkt dat we gratis draadloos Internet hebben wanneer we in de buurt van de receptie zitten. Dat wordt dus berichten lezen en verzenden, waaronder dit verslag. Geeft niks, er valt nog genoeg te wandelen in ons leven, we hebben namelijk de smaak te pakken.

Omdat het nog steeds niet regent en de zon volop schijnt besluiten we gewoon wat te gaan lanterfanten, per slot van rekening hebben we vakantie, niet waar?
Ook besluiten we om in het restaurant van de camping te gaan eten, het menu ziet er veelbelovend uit. Maar wanneer we daar aan komen, blijkt het niet alleen vol te zitten, ook heerst er erg veel lawaai van pratende mensen. We maken rechtsomkeert en gaan per fiets naar de stad. Daar hebben we vanmorgen een leuk restaurant gezien. Wanneer we naar binnen gaan worden we als vip-gasten ontvangen en dat blijft de hele maaltijd zo. Van de weeromstuit bestellen we een fles rode wijn voor Sek 189 (reken zelf maar uit wat dit in euro’s is). Wij krijgen er een fles water bij, want “dat hoort zo” zegt de ober. En in plaats van een goedkope en eenvoudige maaltijd, kiezen we voor een uitgebreid gerecht. Nico: gevulde rolschitzel met ham en kaas en champignonsaus. Met natuurlijk frietjes! Jenny: een visschotel met verschillende soorten vis op een (verbrande) houten plank, omringd met aardappelpuree en geroosterde tomaat. Heerlijk gewoon!
Bij het nagerecht worden we geholpen met kiezen en we krijgen een chocolademousse met toebehoren, zoals we in tijden niet geproefd hebben. Deze maaltijd kost slechts Sek 629,00 en dat is omgerekend in € 70,00 en dat is niet duurder dan in Nederland, integendeel zelfs.
En hoewel de Zweden volgens ons boekje de “fooi” een beetje zijn ontgroeid, geven wij bij het betalen van de rekening toch wat extra om onze waardering te tonen. Juist deze vakantie wilden wij wel eens ervaren hoe het is om in Scandinavië uit eten te gaan. Is het duur, is het leuk, gezellig en lekker? Wij kunnen volmondig zeggen dat je met een gerust hart en beurs ook in Noorwegen en Zweden uit eten kunt gaan. Niet altijd is het dat wat je verwacht (zie afgelopen zondag), maar het eten is altijd lekker en niet duur.

We hebben deze camping uitgekozen omdat hij in het voorseizoen Acsi-korting geeft. Wij staan hier nu voor € 14,00, inclusief stroom, douche en Internet.
Dit jaar hebben we voor het eerst ook Scandinavische campings met Acsi bezocht. Het kamperen in Scandinavië is namelijk niet duur, maar op deze camping scheelt het toch wel een € 10,00 per nacht.

Vrijdag 13 juni 2008 Nico
Een kwartier voor de “backup-wek-tijd”, om kwart voor 9, klimmen we uit bed. Het laatste Zweedse camping-ontbijt nuttigen we in alle rust en in de zon. Daarna breken we op ons gemak op: de luifel, de satellietspullen, alles weer op de reisplek. Gisteravond en eergisteravond kon er gewoon TV gekeken worden. Het steeds wegvallende beeld en het opnieuw richten van de schotel bleek gewoon te liggen aan een losse F-connector van de coaxkabel; toen Nico gistermiddag de boel maar ging opbergen, na meer dan 20 minuten zonder resultaat “satellietje zoeken”, bleek een verbindingsstekkertje gewoon los te zitten; kleine oorzaken, grote gevolgen (lees: gemopper). Na nog wat vers drinkwater gevuld te hebben en een halve poging om de ongelofelijk stoffige camper af te spoelen vertrekken we om kwart voor elf van deze camping. Een bijzonder leuke, alleen de stekende “knutmuggen” waren minder leuk. Nico ziet er uit of hij onder de waterpokken zit. We doen boodschappen bij de andere supermarkt in Älmhult, de Maxi – Ica.

Over Weg 23 rijden we zuidwaarts. Jenny ontdekt op de wegenkaart aan een zijweg een wandelgebied, het Skåne- Leden. Gewoon, wandeliconen op in de wegenatlas! Een goeie, dat is al eerder gezegd. We verlaten Weg 23 een eindje voor Höör en een paar kilometer verderop aan een zijweggetje vinden we de wandelroute. We maken een korte wandeling, stukje heen en weer een stukje terug. Het weer is minder geworden dan de mega- zomer van vorige week. Het is best lekker in de zon, maar zodra de zon even achter de wolken verdwijnt wordt het een stuk frisser. Maar de jas hebben we nog steeds niet nodig! Na de boswandeling stoppen we in Höör bij de Turist -Inform om een sticker te kopen voor onze camper-stickerruit. Terugrijdend naar de doorgaande weg zien we een aantal auto- wasboxen. Er blijken munten aangeschaft te moeten worden. We hadden al 18 kronen aan muntgeld bij elkaar gesprokkeld, maar de muntautomaat slikt alleen papiergeld en één munt kost 20 kronen. De jongeman die de boxen aan het schoonmaken is, wisselt allervriendelijkst de 18 kronen om voor 2 munten. Daarmee kunnen we een compleet programma afwerken en ziet het geheel er weer toonbaar uit.

Pas om kwart voor drie gaan we maar eens lunchen en rijden daarna door naar Bunkeflostrand bij Malmö. Om 16 uur komen we aan bij Anna en de kids. Echtgenoot Ton is afwezig, die start de komende nacht voor een fietstocht “ Vättern Runt”, van 300 km (!) om het Vättern- meer. Anna en Jenny zijn oud-(Weezenlanden-) collega’s van elkaar. Er is weer het nodige bij te praten. ’s Avonds kijken naar Nederland- Frankrijk (de wedstrijd van afgelopen maandag niet gevolgd) en Nederland wint nota bene! Morgen willen we op tijd vertrekken, want Mark belde deze week om mee te delen dat in verband met de Halve Marathon van Zwolle we van 18.30 tot 22.30 uur niet met de auto in onze eigen straat kunnen komen. We willen proberen om vóór half zeven thuis te komen, dus moeten we op tijd vertrekken.

Zaterdag 14 juni 2008 Jenny
Het is precies 9 uur als wij deze zaterdag vertrekken en worden uitgezwaaid door Anna, Alec en Jonathan. We hebben heerlijk geslapen in de camper onder de carport en na een uitgebreid ontbijt vangen we de terugreis aan. De laatste dag is eigenlijk nooit de leukste dag, want we rijden dan veel kilometers. Van Malmö naar huis is het bijna 800 km. Velen zullen dit weinig vinden, maar wij vinden dit in verhouding met onze andere dag-kilometers veel.

099

Bij de Öresundbron kopen we voor € 36,00 een kaartje om over de brug naar Denemarken te rijden; een aardige prijs voor een aardige brug. Helaas wordt er geen “combinatieticket” meer verkocht, waardoor wij voor de boot van Rödby naar Putgarden eerst ter plekke een kaartje moeten kopen.
Het gaat snel over de snelweg door dit stuk Denemarken en nog voor 11.00 uur staan we in de rij om met de boot over te gaan. De overtocht kost 535 DK, dit is ongeveer € 80,00, inclusief brandstoftoeslag. Het is druk deze zaterdag en pas om 12.15 uur zijn wij aan de beurt om de boot op te rijden. We gaan meteen naar het restaurant, want we willen warm eten. Dan hoeft dat thuis ook niet meer. De boot doet er bijna een uur over en we rijden als een van de eersten de boot af. Doordat het eerste deel van Duitsland tweebaans is, is het druk, maar we zien dat er flink aan de weg gewerkt wordt om hem vierbaans te maken.

Om 15.00 uur zijn we bij Hamburg en Nico zet er flink de sokken in. Een uurtje later passeren we Bremen en weer een uur later, om 17.00 uur dus de grens met Nederland. Hoewel “Mevrouw Garmin” twee maal een andere route aangeeft, gaan wij over Groningen. Onze ervaring is dat het over snelwegen sneller gaat. Of dat klopt moeten we een andere keer maar eens proberen, nu willen we op tijd thuis zijn om onze straat nog in te kunnen voordat de Have Marathon start. Het lukt, om 18.20 uur, vlak voordat de hekken neergezet worden, rijden wij onze straat in.
We zijn weer thuis en kunnen nagenieten van een heerlijke vakantie. Een vakantie met veel zon en zomerse temperaturen, waarin we een aantal mooie wandeltochten hebben gemaakt, meer op (Acsi-) campings hebben gestaan en het af en toe “uit eten” in Scandinavië een nieuwe dimensie aan deze “Noordelijke vakanties” heeft gegeven.

Klik HIER voor de foto’s van deze mooie vakantie.