2004: Wintersport Trysil

Trysil 2004 - 04Wij hadden een wintersportvakantie geboekt om onze beide zonen te bedanken voor het vele werk dat zij voor ons 25 jarig huwelijksfeest hebben gedaan. Al vroeg zijn wij met de voorbereidingen van deze vakantie begonnen, om een zo mooi mogelijke vakantie te kunnen creëren. Zo hebben we al in de winter van 2002-2003 via Internet en webcams een keuze gemaakt in welk land wij gaan skiën. Het zou Noorwegen worden! En tijdens de Noordkaapvakantie in 2003 zijn Nico en ik in het Noorse plaatsje Trysil gaan kijken om zo ter plaatse een mooie chalet uit te kiezen. Half augustus 2003 boekten we bij BBI-travel de bootovertocht en de accommodatie. Ik denk dat niet veel mensen het zó zouden doen, maar wij hadden op deze manier wel iets heel bijzonders om naar uit te kijken.

Omdat deze vakantie kort na ons feest plaats vindt en wij niet willen ‘stressen’ op de dag dat de boot vertrekt vertrekken we zelfs een dag eerder dan nodig was uit Zwolle. We hoeven dan niet op zaterdagmorgen zeer vroeg uit bed om op tijd (12.00 uur) aan de Norwegenkai in Kiel te staan.

Vrijdagmiddag 9 januari tegen 16.00 uur vertrekken wij uit Zwolle, na eerst nog warm eten te hebben genuttigd. De route gaat over Emmen, Bremen en Hamburg. Om 19.30 uur zijn we in de Elbetunnel en hebben nergens oponthoud. Een eindje verderop regelt Mark een eenvoudig overnachtinghotel in een buitenwijk van Neumünster, bij een spoorwegovergang en station. De jongens een eigen kamer op dezelfde gang als wij, nog even wat drinken samen en dan op tijd onder de wol! Nico verliest zijn kettinkje achter het nachtkastje en bij het opvissen ontdekken we behoorlijk wat stof. Hoewel de kussens erg zacht zijn, slapen we toch wel lekker.

Trysil 2004 - 36Zaterdag 10 januari staan we bijtijds op en na het zeer royale ontbijtbuffet rijden we naar Kiel. Dat is nog maar een klein eindje en na het tanken zijn we dan ook rond 10.00 uur aan de haven. Daar is weinig te zien, want het is mistig en de boot van Color Line moet nog komen. Onze tijd brengen we door in het grote winkelcentrum en rond 12.00 uur zoeken we de camper aan de haven weer op. Inmiddels is de boot gearriveerd. Al gauw wordt er ingescheept en ook wij komen aan de beurt, ten minste: dat denken wij. Nèt voor we het autodek oprijden doet de een of andere bureaucraat moeilijk over de hoogte van de camper. Eerst met een meetstok kijken hoe hoog we zijn. Pas na geruime tijd kunnen we de boot op en moeten we ergens tussen de vrachtwagenopleggers staan. Gauw de hut opzoeken, die op slot blijkt. Wat blijkt? Meersterren-superklasse-passagiers worden hun hut binnengeleid; die gaan niet zelf naar binnen. De hut is inderdaad vijf sterren; uitzicht naar voren door vier grote ramen, televisie, ruim tweepersoonsbed, gevulde koelkast, luxe badset in CD-mapje, badslippers enzovoorts. Het dinerbuffet wòrdt voor ons besproken; dat doen vijfsterren-gasten niet zelf! Later wordt tijdens dat diner de zithoek omgebouwd tot extra slaapplaatsen. De Prinsesse Raghnild is nog steeds mooi, ondanks dat dit haar laatste jaar op de verbinding Kiel-Oslo v.v. is. Eén van de glazen liften is buiten bedrijf; een teken van aftakeling? We vertrekken met weinig uitzicht door de dikke mist. We gaan shoppen, lummelen wat rond in de hut en Nico heeft plotseling een losse brillenpoot in zijn handen; afgebroken! Door alle drukte mooi vergeten een reservebril mee te nemen. Nico hoest dat het een lieve lust is en valt ’s avonds prompt in slaap op het grote bed. De rest van het gezelschap bezoekt de nachtclub aan boord.

Zondag 11 januari worden we traditiegetrouw gewekt door de intercom en staan een half uur later op. Het ontbijtbuffet (inbegrepen bij de hut) is dit keer niet bij het “gewone volk” maar in een bar op het achterschip, speciaal voor de “Color-Class-“gasten. Twee dames bakken wafels en crêpes voor een select gezelschap (ahum!). Ondertussen varen we door het Oslo-fjord, waar al de nodige sneeuw ligt. Rond half tien leggen we aan in Oslo. Het sneeuwt een beetje en na de pascontrole knopen we de ski’s weer op de achterdrager. die hebben tijdens de overtocht in de camper gelegen. Paul rijdt ons Oslo uit. De E6 is aardig besneeuwd en we zien nogal wat sneeuwschuivers. Ergens tussen Oslo en Hamar stoppen we even en neemt Mark het stuur over. Voor Hamar verlaten we de E6 en gaan Weg 3 op, naar Elverum en daar verder op Weg 25 naar Trysil. Nico rijdt het laatste stuk, met een bril die met plakband en gebed aan elkaar zit. Het is glad op de weg en er dwarrelt nog steeds wat sneeuw naar beneden. Voor in de middag rijden we Trysil binnen en bij de receptie van Trysilfjellet Touristcenter horen we dat we niet tot vier uur hoeven te wachten; het chalet is nu al beschikbaar! Parkeren kan naast het huis. Het chalet is zeer ruim. In no time staat de kamer vol met alle bagage en leeftocht voor een week. De bedden worden verdeeld: Paul en Mark boven en Jenny en Nico in het “twijfelaar-/stapelbed in het beneden-slaapkamertje. De kamer wordt opgeleukt met knipperende kerstverlichting. Skiën doen we vandaag niet meer. Tegen de tijd dat we een beetje op orde en ingericht zijn, zijn de liften al dicht. Wel maken we nog een wandeling door het “dorp”. Het ziet er veelbelovend uit. Morgen gaan we skipassen kopen en begint het echte werk.

Maandag 12 januari staan we op tijd op. Na het ontbijt kopen we sikpassen voor 6 dagen. Pasfoto’s zijn niet nodig. Daarna gaan we voor de eerste keer op de lange latten in Trysil. De boys gaan gelijk hun gang. Jenny en Nico blijven eerst even op en makkelijke oefenpiste. Het enige nadeel is dat niet alleen de piste maar ook de skilift voor watjes is; het ding draait zó langzaam dat je lopend nog sneller bent! Maar: je rust wel even lekker uit! Jenny gaat als eerste de naastgelegen “echte” sleeplift in. Nico volgt wat later. Na de lunch gaan we weer opnieuw skiën. Het gaat steeds een stukje beter voor de “oudjes”.

De sneeuw is hier perfect. Maar Paul heeft zondagavond dan ook alle ski’s in de wax gezet. Dat scheelt behoorlijk. Na het skiën kunnen we zó op de ski’s naar ons chalet terug. Alleen moeten we dan wel een klein stukje over de gewone weg, waar niet de sneeuw is geschoven, maar ook wat zand en grit is gestrooid.

Dinsdag 13 januari staan we iets later op en skiën we ’s morgens geruime tijd. Het is net als maandag bewolkt en af en toe sneeuwt het licht. Het is niet zo koud als vorige week, toen we hele lage temperaturen zagen op de website van Trysil. Inmiddels zijn er twee nieuwe bedkussens gebracht om de twee extreem vuile exemplaren te vervangen waarover we geklaagd hadden; vieze zwarte vlekken en bloed erop slaapt niet echt lekker….

Trysil 2004 - 19

In de loop van de middag gaan we met de auto naar “beneden”, naar Trysil Centrum om te shoppen. Na de Coop / Domus gaan we via de kerk (lijkt wel traditiegetrouw gesloten….) een stukje door het centrum wandelen. Het begint nu ècht te sneeuwen. We rijden op de terugweg even “door” naar de sledehondenkennel “The Mountain King”. Behalve blaffende honden is daar niemand aanwezig. Nico belt later op om een tocht van een uur af te spreken op donderdagmiddag. Paul maakt ’s avonds gebruik van de mogelijkheid om op dinsdagavond tot 20.00 uur te skiën op de vele verlichte pistes. Afsluitend bekijken we de fakkel-afdaling.

Woensdag 14 januari is het nog altijd een beetje bewolkt. Het skiën begint te wennen. Jenny gaat deze dag voor het eerst met Paul (én hoogtevrees!!!!) in de stoeltjeslift en maakt een blauwe afdaling. We zijn al aardig gesetteld in dit skiparadijs. Ondanks het feit dat er in de loop van de dag toch wel veel auto’s en bussen op de bezoekersparkeerplaatsen staan, is het nergens ècht druk. Echt lange rijen staan er nooit bij de liften. Op veel stukken piste ben je soms moederziel alleen; een heel aparte ervaring!

Donderdag 15 januari skiën we ’s morgens in het begin met z’n allen. We gaan al om 9.00 uur met de grote stoeltjeslift (ja, ja, Jenny ook alweer!) omhoog en gaan “blauw” naar beneden. Bijna bovenaan de lift komen we door de wolken in de volle zon, die net op komt: een prachtig gezicht. In de loop van de dag komt er steeds meer zon bij. Na de eerste afdaling gaan Jenny en Paul afzonderlijk en Nico samen met Mark skiën. Nico krijgt al een beetje de smaak te pakken en komt tussen de middag als laatste terug voor de lunch.

Trysil 2004 - 30Paul en Mark skiën alsof ze nooit anders gedaan hebben. Vooral Paul raast naar beneden alsof hij alle records moet breken. Tegen de tijd dat je doorkrijgt dat het Paul is, is ‘tie al weer kilometers verder……’s Middags gaan we met de sneeuwkettingen om naar de sledehondenkennel. De kettingen zijn niet ècht nodig want de weg is goed geschoven en goed berijdbaar. De auto start een beetje moeilijk. Bij de kennel wacht ons een verassing; je maakt wel een tocht onder leiding van een gids (de baas), maar die rijdt gewoon vooraan. Eén toerist mag in de slee zitten, de ander staat “op de bok”. Paul en Nico “mennen” en Jenny en Mark zitten in de slee (soms met het achterwerk over de hobbels). Het wordt een hele bijzondere en mooie tocht door de bossen en over bevroren meren. Een heel aparte ervaring! Na afloop gaan we via het chalet weer door naar het centrum; deze keer shoppen bij Rema 1000. Paul en Nico kopen nog een flesje “snelle” skiwax, omdat er inmiddels wel eens wat sneeuw onder de ski’s blijft zitten.

Vrijdag 16 januari gaat Jenny met Paul voor de derde keer met een stoeltjeslift omhoog en via een blauwe route naar beneden. Mark en Nico maken een aardige tocht; bijna helemaal omhoog via Skihytta. Via blauw en rood naar beneden bij Høgegga. Daar met de stoeltjeslift weer omhoog en vervolgens weer naar Tourist Centre. ’s Avonds kan er weer verlicht geskied worden tot 21.00 uur. Die tijd maken we niet vol want het is behoorlijk koud geworden (het vriest 17 graden!). We duiken de bar in voor een après-skidrankje. Dat is in heel Europa aan de prijs, maar ruim € 26,00 voor drie biertjes en een rode wijn is eigenlijk wel veel. Maar: het is er niet minder gezellig om.

Trysil 2004 - 26Zaterdag 18 januari is de laatste “volle” skidag in Trysil. ’s Morgens gaat Jenny met Mark en Nico in de laatste stoeltjeslift omhoog en via weer een andere blauwe afdaling naar beneden. Er is nog steeds volop zon, maar het is ook best frisjes, zo’n 15 graden onder nul. Jenny houdt er op tijd mee op en de rest van de club skiet nog even door. Na de lunch wordt het tijd om na alle verhalen over winterdiesel en moeilijk starten tòch maar even te kijken of de auto nog wil starten. Niet dus: de motor wil niet aan slaan en na enige tijd is de accu hartstikke leeg. Bij de receptie adviseert men om de Viking sleepdienst te bellen; die heeft een vestiging in Trysil. Na een half uur verschijnt de –ons niet onbekende- sleepwagen. Zelfs met startkabels lukt het Nico niet om de motor te starten. De monteur neemt het over en na lange tijd slaat de motor eindelijk aan. Volgens de monteur ligt het aan de Duitse diesel die we als zuinige Hollanders in Kiel hebben getankt. Daar zit veel minder paraffine in dan in de Noorse diesel en daarom wil de motor niet aanslaan. Na de verzekering dat we ook in geval van nood op zondagmorgen 7.00 uur mogen bellen en het afrekenen van Nok 450 (valt best nog mee!) gaat Nico een “stukje” rijden naar Elverum en weer terug. Vervolgens wordt er teruggekeerd in Trysil volgetankt met echte Noorse winterdiesel. Onderweg gaat de zon onder; een prachtig gezicht met veelkleurig licht.

Mark en Paul hebben ondertussen deze middag voor het laatst geskied in Trysil (snik!). Daarbij heeft Paul een record gebroken: in drie minuten een afdaling, waar Jenny woensdagmiddag meer dan een uur over deed. In de namiddag en vooravond gaan we vast inpakken. Op zondagmorgen hoeven we dan alleen ons beddengoed en “dagtas” mee te nemen. In een toch wel wat kaal chalet brengen we de laatste avond door.

Zondag 19 januari gaat om 6.00 uur de wekker (horloge / telefoon) af. We ontbijten vroeg, maken een lunchpakketje en om 7.00 uur wordt de auto gestart, die bij de tweede poging “pakt”. Daarna worden de ski’s achterop gebonden en de laatste spullen ingepakt. Tegen 8.00 uur komen we als eerste bij de receptie om onze sleutels in te leveren. Het schoonmaken van ons “chalet” hebben we “afgekocht”, dus kunnen we zo weg. Onderweg gaat de zon langzaam op, met net zulke mooie kleuren als gistermiddag toen hij onderging. De wegen zijn goed bereidbaar, stukken beter dan een week geleden. Alleen komen we onderweg als we voor een plasstop de E6 even verlaten bij een tankstation niet tegen de gladde weg naar het tankstation op. De wielen blijven slippen, ondanks de winterbanden. Pas wanneer Mark letterlijk een handje helpt door te duwen komen we tegen de bult op. Daarna verloopt de rest van de tocht naar Oslo voorspoedig.

We komen rond 11.00 uur bij de haven aan bij de “M.S. Kronprins Harald”. We gaan dit keer sneller aan boord, maar moeten tot onze verbazing wel het hoge autodek op (en rijden daar een rondje tot we weer vlak voor de op-/afrit staan. De auto staat op dek 4 en onze hut is op dek 5, dat kan dus gewoon met de trap. De driesterren-buitenhut (we zijn geen “Color Class-gasten meer….) valt best mee; hij is ruimer dan de hutten die we de laatste jaren bij Stena gewend zijn. Er zijn zelfs 2 ramen in de hut. We reserveren het dinerbuffet (moeten we weer zèlf doen…) en kopen kaartjes voor de brugbezichtiging.

Rond half vier gaan we met een klein groepje mee om de brug te bekijken en in het Noors en Duits uitleg te krijgen. Best wel interessant. Na afloop gaan we via de noodtrappen naar de bar voor een bijbehorend alcoholvrije groene cocktail (“Captains Favorite”). De Color Line-glazen kunnen meegenomen worden. Tijdens de bezichtiging van de brug werd al melding gemaakt van harde wind en hoge golven (4 meter) op open zee. Dat blijkt te kloppen. Het schip begint best te stampen en te slingeren. Dit gebeurt ook tijdens ons dinerbuffet. Het blijkt dat elk schip weer anders is; het buffet ook. Op de “Harald” is er bij voorbeeld veel minder keuze in warme gerechten dan op de “Raghnild”. Maar door de onrustige zee zijn ook bij veel passagiers de magen wat onrustig. Na de maaltijd gaan we een tijdje “plat” in de hut. Tegen half twaalf gaan we nog even naar de “nachtclub”. Ook weer heel anders dan op de “Raghnild”. Uiteindelijk gaan we rond 1.00 uur naar bed.

Maandag 20 januari worden we traditiegetrouw weer door de intercom gewekt. Na het ontbijtbuffet (dit keer tussen het “gewone” volk) is het al weer tijd om van boord te gaan. We rijden in Kiel de boot af (de temperatuur is weer boven nul) en zoeken de Autobahn op. We gaan via Groningen naar huis en stoppen onderweg even bij “Garage Henk van Marle” om Paul ’s auto op te halen, die daar ter reparatie stond.

Rond 15.00 uur zijn we weer thuis. Jammer, want het had allemaal nog wel wat langer mogen duren.

Maar: we kunnen terug zien (letterlijk: op onze website) op een schitterende wintersportvakantie.

Klik HIER voor de prachtige foto’s die wij gemaakt hebben.