Geschiedenis

Er zijn al tekeningen van ons perceel uit 1869; toen was het nog allemaal bouwland of weiland aan de Philosofenallee. Eigenaar is dan Adrianus Marinus van Roijen. In 1897 komt de eerste tekening van wat de bedoeling is met de bouw van huizen op dat stuk grond.

Vlak voordat onze rij van zes huizen wordt gebouwd is een zogenaamde “veldkaart” gemaakt. Op de afbeelding is te zien dat er geen achtertuinen zijn en dat het stuk land achter de huizen helemaal aan nr. 31 toebehoort. Zie pijl. Er zit een sloot waarin iedere bewoner zijn wc-tonnetje leegt. Wij hebben nog een mevrouw gekend in onze straat die zich dat nog kon herinneren.

Tussen 1884 en 1896 worden diverse percelen gebouwd aan deze weg, onze Philosofenallee. Onze rij van 6 huizen wordt in 1903 gebouwd, naar een ontwerp van architect G.G. Post. Oorspronkelijk gebouwd als boven- en benedenwoningen. Eigenaar en aannemer is dan Klaas Admiraal, (timmerman, Zwolle , Vondelkade 28).

 

Al snel blijken de benedenwoningen te klein voor een gezin en wordt in 1906 achter alle benedenwoningen een extra kamer gebouwd. Bijkomend voordeel is dat de bovenwoningen ineens een extra groot balkon krijgen. Helemaal in vergelijking met het oorspronkelijke balkonnetje tussen de keuken en het buitentoilet.

In dat zelfde jaar wordt het ‘achterland’ verdeeld tussen de 6 woningen en krijgen die er een achtertuin bij. Zie afbeelding rechts.

Ook de kadastrale nummering wordt dan aangepast en is wordt het huidige B 2309 t/m B 2314.

In 1920 of 1921 verkoopt dhr. Admiraal een aantal (5?) huizen, waaronder de onze. De nieuwe eigenaar van ons huis wordt Gerrit van Dijk, varkenskoopman te Zwolle, Jachtlaan 22. We kunnen geen straat met die naam in Zwolle vinden, wel in Wezep. Volgens het kadaster erft zijn weduwe het huis in 1924, dat is mw. Van Heerde. Maar in het koopcontract wat wij uit die tijd hebben staat dat mw. van Heerde het uit een akte van scheiding krijgt. Zie hieronder.

01-08-1924: Mevrouw Hendrika van Heerde, wonende te Apeldoorn, krijgt het huis in bezit door een akte van scheiding. Zij heeft waarschijnlijk niet in het huis gewoond, of het moet voor 1924 zijn geweest, toen ze nog getrouwd was met Gerrit van Dijk.

01-12-1932: Mevrouw van Heerde verkoopt het huis middels een veiling in Odeon voor een bedrag van ƒ 6.205,00 aan mejuffrouw Cornelia Galenkamp, winkeljuffrouw, wonende aan het Gasthuisplein 3a in Zwolle.

Mevrouw van Heerde is op dat moment buiten gemeenschap van goederen gehuwd met Johan Everhard Gerrit van Buuren staat in het koopcontract te lezen.

In het koopcontract is dan al sprake van een huurder in het bovenhuis, namelijk de heer Tiemen Koopmans. De maandelijkse huur die hij moet betalen bedraagt ƒ 28,17 per maand. De familie Koopmans bewoont het bovenhuis tot wij het in 1979 kopen. Dat zijn op dat moment de al oude ongetrouwde dochters van Tiemen Koopmans, Anna en Pietje Koopmans. Wij weten niet of mejuffrouw Galenkamp zelf in het huis gewoond heeft, bijvoorbeeld in het benedenhuis. In het koopcontract wordt namelijk vermeld dat het benedenhuis ‘terstond’ vrij van huur” is. Dus het zou heel goed kunnen.

01-03-1951: Mejuffrouw Galenkamp verkoopt het huis voor ƒ 7.200,00 aan de heer Julius Walther de Leeuw, koopman te Zwolle. Hij woont aan de Nieuwstraat 65 te Zwolle Deze meneer heeft dan meerdere huizen in Zwolle in zijn bezit. De makelaar bij de verkoop is dhr. G.J. Meijerink te Zwolle en bij notaris A.J. Tom te Zwolle passeert de akte.

Wanneer hij in 1959 overlijdt, erft zijn zus het huis, mejuffrouw Elisabeth de Leeuw. Helaas hebben wij daar geen papieren van, maar zij woont dan aan het van Nahuysplein 16 staat in ons koopcontract. In die tijd moet mevrouw de Boer-Hazewind er met haar man al in het benedenhuis gewoond hebben als huurders, want zij woonde er al bijna 25 jaar toen wij het huis in 1979 kochten. In de jaren ’60 woont Henk Oosting een tijdje in de voorkamer van het bovenhuis nr. 33a en is dan kostganger bij de dames Koopmans. Later is hij onze buurman als hij nr. 32 en 32a koopt, maar dit terzijde.

07-03-1978: Mejuffrouw de Leeuw overlijdt en het huis wordt geërfd door haar drie nichten, Cato Ilan de Leeuw, Betty Lehem- de Leeuw en Vera Baginsky-de Leeuw. Deze nichten wonen in Israël en hebben eigenlijk geen belangstelling voor dit oude -slecht onderhouden- huis. Zij stellen een zaakwaarnemer aan, de heer Marcus, die in 1979 het huis in de verkoop doet.

18-06-1979: Nico Duijf en Jenny Duijf-Flobbe tekenen de koopakte en het huis is dan van hen. Dat lijkt makkelijk…..

Hoe gaat dat…..? Jenny woont vanaf februari 1976 als huurster in één van de bovenwoningen, naast ons huidige huis, op nummer 34a. In januari 1979 trouwt Nico “er bij in”. Enkele maanden later overlijdt een van de zussen Koopmans (onze buurvrouw van nummer 33a); de overblijvende zus moet noodgedwongen naar een verzorgingshuis omdat ze praktisch blind is en altijd door haar zus werd verzorgd.  Het hele huis (de nrs. 33 en 33a) komt ‘op de markt’ en wij als naaste buren hebben daar wel interesse in.

Mevrouw de Boer, die in het benedenhuis woont, heeft de eerste keus. Maar zij ziet het vanwege haar leeftijd niet zitten om huiseigenaar te worden van dit oude en slecht onderhouden pand. Achteraf had zij dat wel moeten doen, vertelt zij later, en daarna aan ons verkopen, want zij krijgt een vraagprijs van ƒ 40.000 te horen. Wij zijn op dat moment de derde gegadigden. De heer Marcus, van oorsprong joodse slager, is de zaakwaarnemer voor de nichten in de verkoop van het huis.

Op een -voor ons- mooie dag zijn wij ineens de eerste belanghebbenden geworden. Dat de prijs bijna verdubbeld is heeft volgens dhr. Marcus te maken met het feit dat hij niet wist dat het bovenhuis “vrij” kwam. Vreemd, want juist door het overlijden van een der zussen Koopmans komt het bovenhuis leeg. Maar goed, wij zijn jong en willen dolgraag dit huis kopen, want we zien vele mogelijkheden voor de toekomst. Dus gaan we ervoor.

In juni 1979 worden wij eigenaar. Dat heeft nogal wat voeten in aarde, want Nico heeft op dat moment geen vast werk en Jenny verdient met haar verpleegsterssalaris niet voldoende om een huis te kopen. Maar de hypotheekbank stemt er (op de verjaardag van Nico, leuk cadeautje!) mee in dat wij de huur van het benedenhuis en de huur van een kamerbewoonster kunnen zien als inkomsten. Op deze manier is ons inkomen voldoende voor een hypotheek.

Toch klopt het niet helemaal……… Tijdens het tekenen van de koopakte vertelt Jenny dat zij verbaasd is dat geen enkele bank vlot een hypotheek wilde verstrekken, maar dat deze bank zelfs een hypotheek geeft op het bedrag van de vrije verkoopwaarde! Daar schrikt de hypotheekverstrekker van, het blijkt een pure vergissing!

Wij hebben al getekend dus kan het niet meer teruggedraaid worden en dat is maar gelukkig voor ons. Vlug wordt er een constructie bedacht waarbij de waarde van ons huis flink omhoog wordt geschroefd (“telefonische taxatie”) en het hypotheekbedrag (tophypotheek, i.v.m. de noodzakelijke verbouwing!) waar wij voor hebben getekend nog onder de nieuwe executiewaarde komt te liggen. Het is uiteindelijk helemaal goed gekomen en wij wonen anno nu nog steeds met veel plezier in dit huis. Daar hebben wij wel veel voor moeten doen, daarover kunt u via de linken onderaan deze pagina meer lezen.

In 2016 kregen wij diverse foto’s van iemand wiens familie van 1916 tot 1928 op nr. 32a heeft gewoond. De foto’s laten zien dat er toen nog geen voortuinen waren. Wanneer en hoe die er gekomen zijn hopen wij nog eens te weten te komen. Ook hebben wij nooit geweten dat er in ons huis een bedrijf in gasolie van Texaco heeft gezeten. Bijzonder!

 

 

Monumentenzorg beschrijft het huizenblok als volgt:

Rij van zes huizen in Jugendstilvormgeving, gebouwd in 1903 door aannemer K. Admiraal. Het ontwerp werd geleverd door de Zwolse architect G.G. Post.
Blok van zes panden, opgetrokken vanuit in hoofdvorm rechthoekige plattegrond in roze en witte kalkzandsteen. Twee bouwlagen onder een afgeknot schilddak. Symmetrische voorgevel met drie risalieten (gedeelte van de gevel dat naar voren uitspringt) van twee travee (vlakverdeling van een gevel), met ieder ingangsportieken in hoefijzerboogvorm met gepleisterde aanzetblokken. Er boven twee vensters onder brede segmentboog of hoefijzerboog. Linker en rechter risaliet bekroond door dakkapel met voluten (versiering) en overstekend kapje, centrale topgevel. Vensteropeningen afwisselend segmentboogvormig, geknikt of rechtgesloten. Horizontale geleding door plint, waterlijsten en overstekende gootlijst op houten consoles. Witte kalkzandsteen toegepast in in gevelbanden, bogen en profielen.
Object van algemeen belang voor de gemeente Zwolle vanwege zijn architectuurhistorische en stedenbouwkundige waarde.

gevel_philosofenallee_31_36

NB: In 1987 werd ons huis op de gemeentelijk Monumentenlijst geplaatst.

Bijgewerkt augustus 2019