Mijn Graves-story deel 3

 

WAO en werk

 

Ik had eigenlijk niet gedacht met het UWV in aanraking te komen. Ik had er zoveel gruwelverhalen over gelezen, dat ik hoopte dat het mij bespaard bleef. Toen ik in 2004 een half jaar ziek was viel ineens een groot pakket papieren van het UWV bij mij op de deurmat. Ondanks dat ik wist dat het er aan zat te komen, schrok ik me te pletter.

Achteraf weet ik wel hoe dat kwam. Ik was namelijk nog helemaal niet hersteld van mijn ziekte en dus overviel het mij totaal.

Tussen die papieren ontdekte ik een formulier om mijn werkgever uitstel te laten vragen en dat heb ik laten doen. Mijn leidinggevende vroeg 12 maanden verlenging van de ziekteperiode aan. Dus die stapel papieren kon ik even opbergen.

Ik zat in de (gelukkige?) omstandigheid dat ik voor 1-1-2004 ziek was geworden en niet met de WIA te maken zou krijgen. Ik kon 2 jaar in de ziektewet blijven en in die tijd werken aan mijn re-integratie en bijscholingen.

 

Ik probeerde voordat het jaar uitstel om was weer aan het werk te zijn. Dat lukte, maar helaas niet in mijn eigen beroep als verpleegkundige! Een minder fysiek belastende baan in de functie als verpleegkundige kwam in die tijd helaas niet op mijn weg.  jenny-balie

In de nazomer van 2005 maakte ik de keuze mij te laten omscholen tot secretaresse. Via mijn werkgever volgde ik via internet cursussen Word, Excel en Outlook. Ik heb die cursussen nooit af kunnen ronden, want ik werd al snel aangenomen als secretaresse op de Acute Opname en Oberservatie afdeling voor Hart, Longen en Neurologie. Daarmee kreeg ik het pas echt druk en liet ik de cursussen voor wat ze waren. Niet alleen moest ik allemaal nieuwe dingen leren die bij dit vak hoorden, ook moest ik opnieuw leren twee dagen per week naar mijn werk te gaan. Deze periode heb ik als erg vermoeiend, maar ook als erg fijn ervaren, want ik kon immers uit de WAO blijven? Ook het gevoel weer te kunnen werken was als een heerlijk warm bad.

 

Dat klopte niet helemaal, realiseerde ik me later. Doordat ik niet meer als verpleegkundige werkzaam kon zijn veranderde er wat.  Ik had de keuze om geen WAO aan te vragen, maar mijn Arboarts stimuleerde mij toch die papieren in te vullen. Doordat ik in mijn nieuwe functie minder uren zou werken en doordat mijn uurloon veel lager kwam te liggen, zou ik mogelijk in aanmerking komen voor een aanvullende uitkering van het UWV. Ik weet niet meer hoe vaak mijn Arboarts heeft gezegd dat ik dit traject gewoon moest ingaan en zien hoe het uit zou pakken. Hij meende zelfs dat ik een voorbeeldfunctie zou hebben door lotgenoten via mijn website te informeren over het UWV- traject. Hij heeft helemaal gelijk gehad, maar het heeft wel een jaar geduurd voordat ik aan het schrijven van dit verslag over mijn UWV- traject begon. Mijn man was in die tijd ook een grote stimulator. Ik hoefde er geen energie in te steken, dat deed hij wel. Hij ging mee naar alle gesprekken met het UWV en geen enkele keer gingen wij daar met een ontevreden gevoel weg.

 

In de zomer van 2005 –nog voor het grote pakket formulieren voor de tweede keer op de mat viel- schreef ik zelf mijn Plan van aanpak en vulde het Re-integratieformulier en de Evaluatie van de het Plan van aanpak in. Mijn leidinggevende hoefde het slechts te lezen en te ondertekenen. Op deze manier hoefde ik niet te wachten tot alles geschreven was, iets waar ik veel lotgenoten over had horen klagen. Mijn Arboarts zorgde voor de Probleem-analyses en de Medische Informatie. Ikzelf schreef “Mijn verhaal voor het UWV”, waarin ik precies uitlegde wat er met mij aan de hand was.

En zo stuurde ik een dik pakket papieren naar het UWV.        

 

Ik kreeg een oproep om bij de keuringsarts te komen in november 2005. Hier zag ik het meest tegen op, want ik kende veel verhalen van mensen die met dezelfde ziekte als ik 100% weer aan het werk moesten. Maar deze arts begreep meer van mijn beperkingen dan ik zelf, ik was geheel verbaasd. Daarna volgden twee gesprekken met de arbeidsdeskundige en al bij het eerste gesprek in december 2005 vertelde hij dat ik er positief uit zou rollen. Deze meneer nam uitgebreid de tijd om alles uit te leggen, maar ik begreep er niet veel van. Door de Graves heb ik veel moeite gekregen om mij te concentreren en met name met ingewikkelde zaken heb ik moeite om mijn aandacht erbij te houden. Gelukkig was mijn man mee en die heeft het mij later allemaal uitgelegd. Bij het tweede gesprek vlak voor de kerstdagen vertelde de arbeidsdeskundige mij dat ik een aanvullende WAO-uitkering zou krijgen, omdat ik van schaal 45 naar schaal 30 gekelderd was en er in uren op achteruit ben gegaan. Ik werd 35% - 45% arbeidsgehandicapt verklaard. Dat woord gaf een vieze smaak in mijn mond, maar resulteerde wel in een kleine aanvullende uitkering. Ik noemde het de "aai over mijn bol". Ik weet wel dat ik mijn hele werkzame leven hiervoor premie hebt betaald, maar wanneer je in deze situatie terecht komt voelt het tòch anders. Alsof je hebt gefaald!

 

Dat was mijn UWV verhaal. Later heeft de arbeidsdeskundige nog eens gebeld hoe het er mee ging en de regeling voor onbepaalde tijd verlengd.

 

Ik heb dus een heel positieve ervaring met het UWV en dat wil ik graag met anderen delen.

Ik stapte er open in, in de wetenschap dat wanneer ik niet verder wilde ik er zó uit kon stappen. Mijn man heeft er energie in gestoken, ik hoefde slechts mee op die gesprekken. Dat scheelde enorm. Dit zijn mijn tips aan jullie en ik hoop dat jullie er net zo uit komen als ik.

 

Mijn inkomen is -ondanks de aanvullende uitkering- nog steeds beduidend lager dan toen ik als verpleegkundige werkte, maar daar kan ik mee te leven.

Wat ik moeilijker vind -en dat begreep de arbeidsdeskundige beter dan ik zelf- is dat ik mijn oude beroep zo mis en dat ik nu ineens verantwoording moet afleggen aan mensen boven mij. Dit laatste kost mij nog de meeste moeite, omdat ik daar helemaal geen rekening mee had gehouden. Maar het belangrijkste is dat ik werk heb dat leuk en goed te doen is. Ik verbaas mij er nog steeds over dat ik na een dag werken thuis kan komen zonder op de bank in slaap te vallen. Sterker nog: ik doe gewoon een deel van mijn huishouden er achteraan. Dat stemt mij tot diepe dankbaarheid. Ik weet nu dat het goed is geweest het roer om te gooien en voor mijn gezondheid te kiezen.

Het liefst zorg ik voor (zieke) mensen en hun familie, want daar gaat mijn hart naar uit. Daarom zijn wij in 2010 een bescheiden Bed and Breakfast gestart, met de toepasselijke naam De Duijventil. De inkomsten zijn een redelijke aanvulling op mijn oorspronkelijke salaris en worden niet van mijn uitkering af getrokken. Ik geniet van mijn werk als secretaresse, maar ook van het runnen van onze eigen onderneming.

 

Jenny (2007) 

 

2017  

Het is januari 2017 als ik dit vervolg schrijf, dus 10 jaar later dan het deel hier boven. Ik heb lang gewacht met dit schrijven, want het moest eerst allemaal bezinken en een plekje krijgen. 

In het UWV verhaal dat ik eerder op mijn website hierboven schreef, lees je voornamelijk positieve ervaringen van mij. Ik heb die bewust geschreven, juist omdat er zoveel lotgenoten zijn die negatieve ervaringen met het UWV hebben. Ik vond dat ik mijn positieve ervaringen hier moest delen.

Maar de laatste jaren is er wat gebeurd en daarmee verdient het UWV beslist geen schoonheidsprijs. Omdat ik ook deze negatieve ervaringen wil delen, schrijf ik hier mijn verhaal. 

Ik kreeg al jaren een uitkering naast mijn inkomsten uit werk, omdat ik door mijn chronische kwalen van verpleegkundige gedegradeerd ben tot secretaresse. Die uitkering noemde ik een ‘aai over mijn bol’ , want die stelde niet veel voor. Maar omdat ik er volgens de arbo-arts “recht” op had, ben ik destijds het UWV-traject ingegaan. Ik had geregeld contact met het UWV wanneer er wat in mijn werksituatie veranderde. Ook toen wij in 2010 een Bed and Breakfast startten aan huis. Mij werd telkens verzekerd dat mijn uitkering niet in het geding kwam, omdat ik nogal wat ruimte had om meer te verdienen. Wel moest ik elk jaar de belastingaangiften van mijn man en mij naar hen opsturen. En inderdaad: elk jaar kregen wij daarna schriftelijk bericht dat alles bij het oude zou blijven. 

Tot 2015. Toen kwam die brief van het UWV nogal laat, maar daarmee gingen er bij ons geen alarmbellen rinkelen. In het vroege voorjaar (juni) had mijn man een telefoongesprek met hr. W. vann het UWV, waarin er allerlei vragen over mijn werk en gezondheid werden gesteld. Heel vreemd en daar was ik ook best verontwaardigd over. Want niet mijn man, maar ik zélf kan het beste antwoord geven over zaken die mij aangaan. Juist omdat het UWV vanwege privacy geen mailmogelijk heeft had ik niet verwacht dat iemand van het UWV telefonisch via mijn man aan informatie wilde komen. Immers, wij konden toch ook wel in scheiding liggen en mijn man zou dan bewust verkeerde informatie kunnen geven. Gelukkig was en is er van een scheiding geen sprake, maar toch….., dit verdient zeker geen schoonheidsprijs. 

Pas in de nazomer kregen wij bericht dat wij een groot bedrag moesten terugbetalen. Op zich was dat correct, want ik had er blijkbaar geen recht op. Maar het was wel enorm schrikken, want wij waren ons daar helemaal niet van bewust, gezien de voorgaande jaren.

Ik heb toen een gesprek en een mailwisseling met hr. W. gehad en hij heeft mij goed geholpen en geadviseerd. Hij vertelde mij dat zijn voorgangers de afgelopen jaren hebben liggen slapen. Hij heeft in mijn dossier vastgelegd dat mijn man en ik onze B&B samen runnen, dus 50/50. Ik zou dat namelijk helemaal niet alleen kunnen, al zou ik dat best willen. Als dat zo was had ik mijn geliefde oude baan als braincare-verpleegkundige weer opgepakt of behouden. Bovendien zou ik het UWV dan helemaal niet nodig hebben. Ik kreeg van hem ook het advies om mijn uitkering tijdelijk stop te zetten en dat is per september 2015 gebeurd. 

Wij hebben het  enorme bedrag van enkele duizenden euro’s toen per omgaand terugbetaald en meteen een bedrag (naar verhouding) voor het jaar 2016 (over 2015) opzij gelegd.

Een en ander heeft een enorme domper op mijn werkplezier met de B&B gegeven. Aanvankelijk wilde ik er helemaal mee stoppen, want het voelde alsof wij een jaar helemaal voor niks hadden gewerkt. Persoonlijk heb ik er maanden over gedaan om dat negatieve gevoel kwijt te raken. Het beïnvloedde mijn werk in de B&B, maar ook mijn werk in het ziekenhuis leed er onder. Dat ging pas over toen bleek dat wij heel goed rond konden komen zonder maandelijkse WAO-uitkering. Pas toen ervoer ik weer dat hard werken loont en dat wij veel kunnen betekenen voor onze B&B-gasten. Veel van onze gasten werken hier in Zwolle en komen met de regelmaat van de klok weer terug. Het is dankbaar werk.

Net toen het blije gevoel weer terug was merkten wij dat het in  2016 opnieuw lang duurde voordat wij uitsluitsel van het UWV kregen. Dit keer gingen wel de alarmbellen bij ons rinkelen en hielden wij de post scherp in  te gaten. In april ontvingen wij een brief per post (datum 10 april) waarin stond dat het UWV onze belastingaangifte in goede orde had ontvangen en dat het UWV zelf  de definitieve gegevens van de belastingdienst zou opvragen.  

Omdat het dit jaar 2016 allemaal erg lang duurde voordat wij wat hoorden ben ik er in oktober zelf maar achteraan gegaan. Immers, dat wij wat terug moesten betalen begrepen wij wel, maar we wilden ook weten hoeveel. Ik heb telefonisch mw. van O., mw. S. en mw. H. gesproken en die zouden er allemaal achter aan gaan. Mw. H. wilde mij uiteindelijk het bedrag ook wel vertellen wat wij terug moesten betalen. Maar toen ik dat hoorde viel ik van schrik van mijn stoel. Het bedrag was 2 maal zo hoog als wij verwachten en ook veel hoger dan het voorgaande jaar! 

Ik begreep er niets van. Blijkbaar was het hele inkomen van de B&B op mijn conto bijgeschreven. Maar in mijn UWV dossier staat toch duidelijk dat het om 50/50 gaat? Of niet? Ook was het bedrag wat wij over 2014 terug moesten betalen veel lager dan nu, terwijl dat een jaar was met ongeveer evenveel B&B-inkomen, maar waarin ik 12 maanden UWV-uitkering ontving en nu slechts 8 maanden. Men had toch zó kunnen zien dat dit niet klopte?

Ik heb sterk met de gedachte gespeeld om het UWV de rug toe te keren en mij uit te laten schrijven als zijnde helemaal hersteld. Dat is wel niet zo, maar het gezeur en de schrik is niet goed voor mijn geestelijke gesteldheid.

Dat ik mij niet heb laten uitschrijven komt door een tip die ik van Mw. H. kreeg. Wanneer wij in de toekomst de B&B er niet meer bij kunnen doen, kan ik altijd terugvallen op mijn uitkering. Deze is nu wel stopgezet, maar binnen 5 jaar kan dit weer opgeheven worden. 

Daarna had ik telefonisch contact met een “Medewerker Uitkeren”, dhr. B. die ook verschillende brieven naar mij had gestuurd. Deze gaf toe dat hij mijn situatie niet goed had gelezen en dat hij alles opnieuw zou bekijken. Uiteindelijk is dat goed gekomen en bleek het bedrag dat wij terug moesten betalen zelfs nog iets minder dan het bedrag dat wij opzij hadden gezet. Dhr. B. suggereerde dat de oorzaak van de problemen bij de belastingdienst lag, maar wij weten inmiddels dat de fout gewoon bij het UWV ligt.  Ik heb hr. B. later een brief geschreven waarin ik hem uitlegde welke impact dit op mij persoonlijk heeft gehad. Hij heeft daar op gereageerd en zijn spijt betuigd.

Pas eind december kregen wij bericht op welke rekening wij het bedrag konden storten. 

Ik heb jullie deelgenoot gemaakt van een pittige ervaring met het UWV. Mijn advies is dan ook om niet alles wat zij zeggen en beweren te geloven. Zoek het eerst zelf uit en laat het UWV dat bevestigen. In ons verhaal had dit niet gekund, want ik kreeg steeds een schriftelijke bevestiging dat de uitkering ongewijzigd bleef. Maar toch……

Ook heb ik dit geschreven om anderen deelgenoot te maken van de materie die “UWV” heet. Ik begrijp het nu wanneer je door het UWV dingen krijgt opgelegd die totaal onlogisch zijn. Waarvan acte....... 

                                                                                                                                                                                                                                                     Jenny 29-01-2017

Terug naar het begin.

 

vorige pagina